Verkeersbesluit rotonde N220 - Woutersweg in ‘s-Gravenzande

Logo Zuid-Holland

PZH-2020-737340919 / DOS-2020-0003966

Inleiding

De provincie heeft in 2012 een rotonde aangelegd op de N220 bij de aansluiting met de Woutersweg (N467) in ‘s-Gravenzande (gemeente Westland). Deze aansluiting was voorheen uitgevoerd als voorrangskruispunt. Daarnaast maken (brom)fietsers gebruik van de vrijliggende (brom)fietspaden rondom deze rotonde.

Ter waarborging van de lokale verkeersveiligheid en doorstroming van het verkeer, zijn bij de ingebruikname van de nieuwe rotonde diverse verkeersmaatregelen ingesteld ter geleiding van het verkeer. Gebleken is dat deze maatregelen destijds zijn ingesteld zonder dat hier een verkeersbesluit aan ten grondslag ligt. De provincie wenst aan haar wettelijke verplichting te voldoen door in dit besluit alsnog formeel over te gaan tot het instellen van de betreffende maatregelen.

Bevoegdheid

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben de bevoegdheid om op grond van artikel 18, eerste lid, sub b van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW) en artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) verkeersbesluiten te nemen voor wegen die bij haar in beheer zijn. Krachtens het ambtelijk mandaatbesluit voor de provinciale organisatie 2020, het ondermandaatbesluit secretaris 2020 en het ondermandaatbesluit directeur Dienst Beheer Infrastructuur 2020, is deze bevoegdheid door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland gemandateerd aan het hoofd van de eenheid Advies Beheer Assets.

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Krachtens artikel 15, eerste lid, van de WVW dient er een verkeersbesluit te worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het BABW inzake het wegverkeer opgenomen verkeerstekens, evenals voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd. Daarnaast moet een verkeersbesluit worden genomen krachtens artikel 15, tweede lid, van de WVW voor maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regeling van het verkeer, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken.

Motivering

Uit het oogpunt van:

  • het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  • het beschermen van weggebruikers en passagiers;

  • het instandhouden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

  • het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer;

  • het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade;

is het gewenst om diverse verkeersborden en verkeerstekens aan te brengen om onder andere de rijrichting en de voorrang te regelen op de rotonde.

Belangenafweging

Het belangrijkste doel van de maatregelen is het verbeteren van de verkeersveiligheid en de doorstroom op de N220 en het kruispunt met de Woutersweg (N467). Er is gekozen om het kruispunt om te bouwen tot een rotonde. Door deze ombouw wordt de doorstroming verbeterd en wordt daarnaast ook de verkeersveiligheid verhoogd. De rotonde heeft een hoge capaciteit, zodat het verkeer vlot afgewikkeld kan worden. Doordat de snelheid op- en net voor de rotonde laag ligt, wordt ook de verkeersveiligheid verbeterd. (Brom)fietsers maken gebruik van de vrijliggende (brom)fietspaden en kunnen bij de rotonde veilig oversteken.

Overleg

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is er overleg gepleegd met de korpschef. De politie-eenheid Den Haag heeft aangegeven dat bij reeds uitgevoerde maatregelen, waarbij achteraf een verkeersbesluit genomen wordt, geen inhoudelijk advies afgegeven wordt.

Besluit

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, gelet op het voorgaande, besluiten voor de rotonde op de N220 bij de aansluiting met de Woutersweg in de gemeente Westland het volgende:

  • 1.

    alle eerder genomen verkeersbesluiten in te trekken die strijdig of gelijk zijn met de hieronder beschreven verkeersmaatregelen die betrekking hebben op het instellen c.q. aanwijzen van verkeersmaatregelen aan desbetreffende wegen of weggedeelten opgenomen in dit besluit;

  • 2.

    door het verwijderen van de borden model B1 van Bijlage 1 van het RVV 1990, het opheffen van het voorrangskruispunt N220-Woutersweg;

  • 3.

    door het plaatsen van het bord B6 van Bijlage 1 van het RVV 1990 alsmede door het aanbrengen van haaientanden, zoals bedoeld in artikel 80 van het RVV 1990, de voorrang te regelen op de rotonde, waarbij het verkeer op de rotonde voorrang heeft op het verkeer dat de rotonde op wil rijden;

  • 4.

    door het plaatsen van het bord D1 van Bijlage 1 van het RVV 1990, het instellen van een verplichte rijrichting op de (turbo)rotonde tegen de klok in, zodanig dat weggebruikers op alle aansluitende wegen bij het naderen van de rotonde zicht hebben op dit bord;

  • 5.

    door het plaatsen van borden model D2 van Bijlage 1 van het RVV 1990, het verkeer aan de rechterzijde van de middengeleiders te laten passeren;

  • 6.

    door het plaatsen van de borden model G12a van Bijlage 1 van het RVV 1990, de vrijliggende paden rondom de rotonde aan te wijzen als verplichte (brom)fietspaden;

  • 7.

    door het plaatsen van de borden model B6 van Bijlage 1 van het RVV 1990 alsmede door het aanbrengen van haaientanden, zoals bedoeld in artikel 80 van het RVV 1990, de voorrangssituatie voor de (brom)fietsers te regelen, waarbij de (brom)fietser bij de rotonde uit de voorrang gezet wordt;

  • 8.

    te bepalen dat dit besluit in werking treedt met ingang van de dag na publicatie in de Staatscourant;

  • 9.

    dit besluit te publiceren in de Staatscourant.

Bezwaar en beroep

Tegen dit besluit kunnen belanghebbenden ingevolge artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bij ons een gemotiveerd bezwaarschrift indienen. Dit bezwaarschrift moet binnen zes weken na de dag van bekendmaking van dit besluit, onder vermelding van “Awb-Bezwaar” in de linkerbovenhoek van enveloppe en bezwaarschrift. Het bezwaar moet worden gericht aan: Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, t.a.v. het Awb-secretariaat, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.

 

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en het volgende te bevatten:

  • naam en adres van de indiener;

  • dagtekening;

  • omschrijving van het besluit waar tegen het bezwaar is gericht;

  • gronden van het bezwaar.

 

Krachtens artikel 6:16 van de Awb schorst het bezwaar de werking van dit besluit niet. Gelet hierop kan – als tegen dit besluit bezwaar wordt gemaakt – ingevolge artikel 8:81 van de Awb bij de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag (bezoekadres: Prins Clauslaan 60 te Den Haag), een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend. Voor het verzoek zal griffierecht worden geheven.

Wij verzoeken u een kopie van dit verzoek om een voorlopige voorziening toe te zenden aan: Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland

Naar boven