Verkeersbesluit tijdelijke ongelijkvloerse aansluiting N209-N471

Logo Zuid-Holland

PZH-2020-745998300 / DOS-2020-0004922

Inleiding

De aansluiting N209 - N471 bevindt zich in het gebied van de gemeente Lansingerland en de gemeente Rotterdam waar de nieuwe A16 Rotterdam wordt gerealiseerd, Dit is een project van Rijkswaterstaat.

Ten behoeve van dit project wordt tussen hectometer 2.8 en 3.8 van de N209 en hectometer 2.0 en 2.5 van de N471 een tijdelijke kruising gerealiseerd. Het ombouwen van een rotonde naar een tijdelijk ongelijkvloerse kruising is noodzakelijk. Dit om de bouw van de viaducten die onderdeel uitmaken van de nieuwe A16 Rotterdam te realiseren (hierna: kruising N209/N471). De tijdelijke verkeerssituatie duurt tot 1 januari 2025, of zoveel korter als mogelijk of langer indien noodzakelijk. Voor de bijbehorende verkeersmaatregelen is een verkeersbesluit verplicht.

Bevoegdheid

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben de bevoegdheid om op grond van artikel 18, eerste lid, sub b van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW) en artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) verkeersbesluiten te nemen voor wegen die bij haar in beheer zijn. Krachtens het ambtelijk mandaatbesluit voor de provinciale organisatie 2020, het ondermandaatbesluit secretaris 2020 en het ondermandaatbesluit directeur Dienst Beheer Infrastructuur 2020, is deze bevoegdheid door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland gemandateerd aan het hoofd van de eenheid Advies Beheer Assets.

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Krachtens artikel 15, eerste lid, van de WVW dient er een verkeersbesluit te worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het BABW inzake het wegverkeer opgenomen verkeerstekens, evenals voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd. Daarnaast moet een verkeersbesluit worden genomen krachtens artikel 15, tweede lid, van de WVW voor maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regeling van het verkeer, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken.

Op grond van het bepaalde in artikel 37 van het BABW moet een verkeersbesluit worden genomen voor de in artikel 34 van het BABW bedoelde tijdelijke plaatsing van verkeerstekens en het uitvoeren van tijdelijke maatregelen, indien de omstandigheden die tot de tijdelijke plaatsing of tijdelijke maatregelen leiden van langere duur zijn dan vier maanden, dan wel zich regelmatig voordoen.

Motivering

Uit het oogpunt van:

  • het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  • het beschermen van weggebruikers en passagiers;

  • het instandhouden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

  • het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer;

  • het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade;

  • het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte aantasting van het karakter of de van de functie van objecten of gebieden;

is het gewenst om het turboplein ter plaatse van N209/N471 om te bouwen naar een tijdelijke ongelijkvloerse kruising en de hierbij behorende verkeersmaatregelen vast te stellen.

Belangenafweging

De N209/N471 vormt een belangrijke schakel in het wegennet van de gemeente Lansingerland en de gemeente Rotterdam. De ontsluiting loopt naar de A13 ter hoogte van Rotterdam The Hague Airport en A12 ter hoogte van Zoetermeer. Daarnaast draagt de N209/N471 bij aan de ontsluiting van de kernen Berkel en Rodenrijs en Schiebroek en het ten noorden gelegen van de N209/N471 bedrijventerrein Oudeland. Daar waar er uitwisseling met ander verkeer plaatsvindt worden de bijbehorende voorrangsregelingen ingesteld.

De verwachting is dat de geïntroduceerde bebording en markering tot gevolg heeft dat er een veiligere verkeerssituatie ontstaat. De inrichting is gebaseerd op de ontwerprichtlijnen van het Handboek Ontwerpcriteria Wegen 5.0 van de Provincie Zuid Holland. De maatregelen zijn daardoor herkenbaar en begrijpelijk voor de weggebruiker en zal daardoor naar verwachting geen nieuwe verkeersveiligheidsrisico's introduceren.

Bij de afweging van de belangen die samenhangen met het nemen van dit besluit, zijn de mogelijke invloed van de maatregel op de aspecten geluid, ecologie en luchtkwaliteit betrokken op basis van een gevoeligheidsanalyse.

Overleg

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is er overleg gepleegd met de korpschef. Deze heeft ingestemd met de maatregelen.

Besluit

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, gelet op het voorgaande besluiten:

  • 1.

    Alle eerder genomen verkeersbesluiten in te trekken die strijdig of gelijk zijn met de hieronder beschreven verkeersmaatregelen die betrekking hebben op het instellen c.q. aanwijzen van verkeersmaatregelen aan desbetreffende wegen of weggedeelten opgenomen in dit besluit;

  • 2.

    Voor het in de gemeenten Lansingerland en Rotterdam buiten de bebouwde kom gelegen gedeelte van de provinciale weg N471 met de tijdelijke ongelijkvloerse aansluiting op de N209 (tussen hectometer 2.0 en 2.5 van de N471) de volgende verkeersmaatregelen vast te stellen overeenkomstig bijgaande tekeningen met tekeningnummer DGB-003627:

    • a.

      Door plaatsing van borden A1-50 uit bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV) een snelheidsbeperking tot 50 km/h in te stellen.

    • b.

      Door plaatsing van borden B1 uit bijlage I van het RVV de hoofdrijbaan van de N471 aan te wijzen als voorrangsweg buiten de bebouwde kom;

    • c.

      Door plaatsing van borden B6 uit bijlage I van het RVV en het aanbrengen van haaientanden op het wegdek aan te geven dat verkeer dat het verkeer op de afritten van de N209, alsmede het afslaande verkeer vanaf de N471, voorrang dient te verlenen aan het doorgaande verkeer op de N471;

    • d.

      Door plaatsing van borden C9 uit bijlage I van het RVV de hoofdrijbaan van de N471 gesloten te verklaren voor ruiters, vee, wagens, motorvoertuigen die niet sneller kunnen of mogen rijden dan 25 km/h en brommobielen alsmede fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen;

    • e.

      Door plaatsing van borden D2 uit bijlage I van het RVV op de middengeleiders alle weggebruikers te verplichten het bord voorbij te gaan aan de rechterzijde.

    • f.

      Door plaatsing van bord G12a uit bijlage I van het RVV het vrijliggende pad aan de zuidzijde van de oostelijke toerit van de N209 aan te wijzen als verplicht (brom-)fietspad;

    • g.

      Door plaatsing van bord G12b uit bijlage I van het RVV het vrijliggende pad aan de zuidzijde van de oostelijke toerit van de N209, het einde van het verplichte (brom-)fietspad aan te duiden;

  • 3.

    Te bepalen dat dit besluit in werking treedt met ingang van de dag nadat een termijn van zes weken waarop het besluit is bekend gemaakt is verstreken;

  • 4.

    Dit besluit te publiceren in de Staatscourant.

Bezwaar en beroep

Tegen dit besluit kunnen belanghebbenden ingevolge artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bij ons een gemotiveerd bezwaarschrift indienen. Dit bezwaarschrift moet binnen zes weken na de dag van bekendmaking van dit besluit, onder vermelding van “Awb-Bezwaar” in de linkerbovenhoek van enveloppe en bezwaarschrift. Het bezwaar moet worden gericht aan: Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, t.a.v. het Awb-secretariaat, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.

 

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en het volgende te bevatten:

  • naam en adres van de indiener;

  • dagtekening;

  • omschrijving van het besluit waar tegen het bezwaar is gericht;

  • gronden van het bezwaar.

 

Krachtens artikel 6:16 van de Awb schorst het bezwaar de werking van dit besluit niet. Gelet hierop kan – als tegen dit besluit bezwaar wordt gemaakt – ingevolge artikel 8:81 van de Awb bij de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag (bezoekadres: Prins Clauslaan 60 te Den Haag), een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend. Voor het verzoek zal griffierecht worden geheven.

Wij verzoeken u een kopie van dit verzoek om een voorlopige voorziening toe te zenden aan: Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland

Naar boven