Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek | Staatscourant 2020, 41132 | Overig |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek | Staatscourant 2020, 41132 | Overig |
Exacte en Natuurwetenschappen
Sociale en Geesteswetenschappen
Toegepaste en Technische Wetenschappen Zon Mw
2020 3de ronde
|
1 |
Inleiding |
1 |
|
|
1.1 |
Achtergrond |
1 |
|
|
1.2 |
Beschikbaar budget |
2 |
|
|
1.3 |
Geldigheidsduur call for proposals |
2 |
|
|
2 |
Doel |
2 |
|
|
3 |
Richtlijnen voor aanvragers |
2 |
|
|
3.1 |
Wie kan aanvragen |
2 |
|
|
3.2 |
Wat kan aangevraagd worden |
2 |
|
|
3.3 |
Wanneer kan aangevraagd worden |
4 |
|
|
3.4 |
Het opstellen van de aanvraag |
4 |
|
|
3.5 |
Subsidievoorwaarden |
4 |
|
|
3.6 |
Het indienen van een aanvraag |
5 |
|
|
4 |
Beoordelingsprocedure |
5 |
|
|
4.1 |
Procedure |
5 |
|
|
4.2 |
Criteria |
7 |
|
|
5 |
Contact en overige informatie |
8 |
|
|
5.1 |
Contact |
8 |
|
|
6 |
Bijlage |
8 |
|
|
Kader vluchtelingenstatus |
8 |
||
Sigmund Freud (grondlegger van de psychoanalyse, 1856–1939), Albert Einstein (natuurkundige, 1879–1955), Max Born (wiskundige, 1882–1970) en Hannah Arendt (filosofe, 1906–1975). Dit zijn slechts enkele van vele wetenschappers die moesten vluchten om hun (academische) vrijheid te kunnen behouden. Zij vonden in een ander land een veilige plaats om te leven, om hun onderzoek op te bouwen en hun kennis te delen. Helaas is deze lijst lang en van alle tijden.
In de afgelopen jaren is in Nederland en omringende landen steeds meer aandacht voor wetenschappers die door oorlog of een andere bedreigende situatie hun thuisland hebben moeten ontvluchten. Bij het voortzetten van een wetenschappelijke carrière in de landen waar zij een veilig thuis vinden, lopen zij vaak tegen obstakels aan: bijvoorbeeld vanwege de taal, een andere werkcultuur of de beperkte ruimte om een netwerk op te bouwen. De nadruk na aankomst ligt immers op huisvesting, integratie en het gezin. Daarna ontstaat pas ruimte voor studie en/of werk. Dit is een gemiste kans, omdat waardevolle kennis en kunde van deze groep wetenschappers verloren dreigen te raken terwijl zij de wetenschap en samenleving kunnen verrijken in het land waar zij wonen.
NWO zet zich in voor een sterk wetenschapsstelsel in Nederland en onderschrijft het belang van een wetenschappelijk systeem dat divers, inclusief en toegankelijk is. In samenspraak met de KNAW, De Jonge Akademie en Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF is NWO daarom in 2018 een pilot gestart voor het financieren van eenjarige onderzoeksaanstellingen voor academici die als vluchteling in Nederland verblijven en hier een academische loopbaan willen opbouwen dan wel voortzetten. Vanwege de zeer positieve reacties en de gebleken behoefte aan dergelijke financiering is de pilot met twee jaar verlengd. De ronde van 2020 is de laatste binnen de in totaal 3-jarige pilot.
Het pilot programma is vernoemd naar de Griekse godin Hestia. Hestia was in de Griekse mythologie een vredelievende godin van het huis en de haard. Tempels en huizen door Hestia gewijd waren tevens een toevluchtsoord, waar iedereen – zowel bewoner als vreemdeling – een veilig heenkomen kon vinden. Omdat dit programma als doel heeft vluchtelingen toegang te geven tot de Nederlandse wetenschap, is Hestia een tot de verbeelding sprekende naam.
Deze NWO-brede pilot is een impuls om de Nederlandse wetenschap en de academische arbeidsmarkt toegankelijk te maken voor gevluchte academici met een aantoonbare vluchtelingenstatus. Tegelijkertijd verrijken deze academici de Nederlandse wetenschap met ervaring en expertise die zij meebrengen.
Door het beschikbaar maken van een kortdurende financiering krijgt deze groep academici de mogelijkheid om aansluiting te vinden bij lopende Nederlandse onderzoeksprojecten en een netwerk op te bouwen. Dit geeft hen de kans om actief kennis en kunde te delen, om het Nederlandse wetenschapsstelsel te leren kennen, en geeft een impuls om de loopbaan en/of onderzoekslijn die onderbroken werd in het thuisland opnieuw op te starten, dan wel voort te zetten. Daarmee kan deze financiering een ingang betekenen naar de Nederlandse wetenschap en zo de kansen voor deze academici op langere termijn vergroten.
Voor het succes op langere termijn is de betrokkenheid van universiteiten van groot belang. NWO moedigt universiteiten derhalve aan om – bijvoorbeeld binnen hun diversiteitsbeleid – te kijken naar mogelijkheden om aanstellingen van succesvolle kandidaten te verlengen, of andere relevante doorstromingsmogelijkheden te zoeken.
Hoogleraren, universitair (hoofd)docenten en andere onderzoekers1 met een vergelijkbare aanstelling van een lopend onderzoeksproject, dat reeds financiering ontvangt van NWO of ZonMw, kunnen een aanvraag indienen als zij:
− in dienst zijn (i.e. een bezoldigde aanstelling hebben) bij één van de onderstaande organisaties:
○ Universiteiten gevestigd in het Koninkrijk der Nederlanden;
○ Universitaire medische centra;
○ KNAW- en NWO-instituten;
○ het Nederlands Kanker Instituut;
○ het Max Planck Instituut voor Psycholinguïstiek te Nijmegen;
○ de Dubble-bundellijn bij de ESRF te Grenoble;
○ NCB Naturalis;
○ Advanced Research Centre for NanoLithography (ARCNL);
○ Prinses Máxima Centrum.
− én een dienstverband (aanstellingsduur) hebben voor ten minste de looptijd van het onderzoek waarvoor de subsidie wordt aangevraagd. Personeel met een 0-uren aanstelling is uitgesloten van indiening.
Aanvullende voorwaarden: aanvragers die in de pilotronde 2018 en/of 2019 een aanvraag hebben ingediend en niet zijn gehonoreerd kunnen opnieuw een aanvraag indienen (al dan niet met dezelfde kandidaat). Voor gehonoreerde aanvragers geldt dat ook zij opnieuw een aanvraag kunnen indienen. Uiteraard moet wel aan de ontvankelijkheidseisen zoals beschreven in deze call for proposals worden voldaan. Om een nieuwe groep kansen te geven zijn laureaten uit de pilotronde 2018 en 2019 uitgesloten als kandidaat in een aanvraag in de ronde van 2020.
Let op: een gevluchte academicus (hierna: kandidaat) kan zelf geen aanvraag indienen (zie 3.2). Medeaanvragers zijn hier niet van toepassing.
Het is mogelijk om financiering – personele en materiële kosten – aan te vragen voor de aanstelling van een academicus met een aantoonbare vluchtelingenstatus op het niveau van junior of senior onderzoeker (kandidaat), in een lopend onderzoeksproject dat reeds gefinancierd wordt door NWO of ZonMw (zie hoofdstuk 6 voor het hier gehanteerde kader van vluchtelingenstatus). De maximaal aan te vragen financiering bedraagt € 160.000.
− Het aanvragen van personele kosten kan voor één junior of senior onderzoeker. Aan te vragen personeelskosten betreffen het geldende VSNU-tarief, of in het geval van een universitair medisch centrum het NFU-tarief, voor een junior of senior wetenschappelijk onderzoeker. Voor de actuele VSNU en NFU salaristabellen, zie: www.nwo.nl/salaristabellen. De financiering is beschikbaar voor een aanstelling van minimaal 12 en maximaal 18 maanden (aaneengesloten), aan een van de genoemde Nederlandse kennisinstellingen in sectie 3.1. In het geval van een deeltijdaanstelling is het toegestaan de financiering over een periode van maximaal 24 maanden te spreiden waarbij een aanstelling minimaal 0,6 fte en maximaal 0,8 fte bedraagt. Minimaal de eerste tien maanden van de aanstelling dienen binnen de duur van het lopende project te vallen. De vroegst mogelijke startdatum valt naar verwachting in maart/april 2021.
Junior onderzoeker2
Een junior onderzoeker betekent hier een onderzoeker die in het bezit is van een masterdiploma (of een gelijkwaardig diploma), maar niet gepromoveerd is.
Senior onderzoeker3
Een senior onderzoeker betekent hier een onderzoeker die gepromoveerd is of een vergelijkbaar traject heeft doorlopen.
Het aanvragen van financiering van materiële kosten kan voor beide type aanstellingen. Het maximaal aan te vragen budget voor materiële kosten bedraagt per aanvraag € 15.000. De aangevraagde materiële kosten zijn exclusief bedoeld voor het voorgestelde werk in deze aanvraag en dienen gescheiden te blijven van het materieel budget van het lopende project waar deze aanvraag op aansluit. Het aanvragen van materieel budget is alleen mogelijk indien de kandidaat onderzoek verricht waar aanvullend materieel budget voor nodig is.
Het materieel budget is te gebruiken voor:
Projectgebonden goederen/diensten
− verbruiksgoederen (glaswerk, chemicaliën, cryogene vloeistoffen, etc.)
− meet- en rekentijd (bijv. supercomputertoegang, etc.)
− kosten voor aanschaf of gebruik van dataverzamelingen (bijv. van het CBS)
− toegang tot grote (inter)nationale faciliteiten (bijv., cleanroom, synchrotron, etc.)
− werk door derden (bijv. laboratoriumanalyses, dataverzameling, etc.)
− personele kosten voor een aanstelling van een postdoc en/of niet-wetenschappelijk personeel voor een kleine omvang.
Reis- en verblijfskosten ten behoeve van de aangevraagde personeelsposities
− reis- en verblijfskosten
− congresbezoek (maximaal 2 per jaar)
− veldwerk
− werkbezoek
Uitvoeringskosten
− zelf te organiseren binnenlands symposium/conferentie/workshop
− kosten voor Open Access-publiceren (uitsluitend in full gold Open Access tijdschriften, geregistreerd in de ‘Directory of Open Access Journals’ https://doaj.org/)
− kosten datamanagement
− kosten voor vergunningaanvragen (bijv. dierproeven)
− auditkosten (alleen voor instellingen die niet onderworpen zijn aan het onderwijsaccountantsprotocol van OCW), maximaal € 5.000 per aanvraag; voor projecten van drie jaar of korter maximaal € 2.500 per aanvraag.
Niet aangevraagd kunnen worden:
− basisvoorzieningen binnen de instelling (bijvoorbeeld laptop, kantoormeubilair etc.)
− onderhouds- en verzekeringskosten
− kosten voor woon- werkverkeer of huur van woonruimte.
Benchfee
Ter stimulering van de wetenschappelijke carrière van de kandidaat wordt standaard een benchfee van € 5.000 euro aan de projectleider toegekend. Hieruit kan onder andere (buitenlands) congres bezoek worden betaald of relevante cursussen en trainingen, die de kansen op de academische arbeidsmarkt voor de kandidaat kunnen vergroten.
De deadline voor het indienen van aanvragen is 10 november 2020, om 14:00:00 CE(S)T.
Bij het indienen van uw aanvraag in ISAAC dient u ook online nog gegevens in te voeren. Begin daarom ten minste één dag vóór de deadline van deze call for proposals met het indienen van uw aanvraag. Aanvragen die na de deadline worden ingediend, worden niet in behandeling genomen.
− Download het aanvraagformulier vanuit het online aanvraagsysteem ISAAC of vanaf de website van NWO (onderaan de webpagina van het betreffende financieringsinstrument).
− Vul het aanvraagformulier in. Het is niet toegestaan het maximum aantal woorden zoals aangegeven in het aanvraagformulier te overschrijden.
− De aanvraag wordt in het Engels opgesteld.
− Sla het formulier op als pdf en upload het in ISAAC.
− Aanvragen mogen geen bijlagen bevatten (m.u.v. kopie verblijfsvergunning kandidaat, of andere relevante documentatie van de IND).
Om de beoordeling van aanvragen zo vergelijkbaar mogelijk te maken, wordt enkel het aanvraagformulier voorgelegd aan de beoordelingscommissie. Bijlagen bij het formulier – anders dan de verblijfsvergunning of andere relevante verblijfsdocumentatie die vooraf is afgestemd met het NWO-bureau – worden niet in behandeling genomen. Mocht de aanvrager bij een specifieke aanvraag belangrijke informatie willen melden aan NWO die niet in het aanvraagformulier kan worden opgenomen, kan daarvoor tijdig en ruim vóór het indienen van de aanvraag contact opgenomen worden met de secretaris van deze call (zie paragraaf 5.1 voor contactgegevens).
Op alle aanvragen zijn de NWO-subsidieregeling 2017 en het Akkoord bekostiging wetenschappelijk onderzoek van toepassing.
Als ondertekenaar van de Berlin Declaration on Open Access to Knowlegde in the Sciences and Humanities (2003) zet NWO zich in om de resultaten van wetenschappelijk onderzoek dat door NWO gefinancierd wordt vrij toegankelijk te maken via internet (open access). Daarmee geeft NWO invulling aan het beleid van de Nederlandse regering om al het publiek gefinancierde onderzoek open access te maken. Alle wetenschappelijke publicaties van onderzoek dat is gefinancierd op basis van toekenningen voortvloeiend uit deze call for proposals dienen daarom onmiddellijk (op het moment van publicatie) open access beschikbaar te zijn. NWO accepteert daarbij verschillende routes:
− publicatie in een open access tijdschrift,
− deponeren van een versie van het artikel in een repository of
− publicatie in een hybride tijdschrift waarover de VSNU overeenkomsten heeft gemaakt met uitgevers. Zie daarover www.openaccess.nl.
Eventuele kosten voor publiceren in open access tijdschriften kunnen worden begroot in de projectbegroting. NWO vergoedt geen kosten voor publicaties in hybride tijdschriften. Deze voorwaarden geldt voor alle vormen van wetenschappelijke publicaties voortkomend uit deze call for proposals. Ook wetenschappelijke monografieën, edited volumes, proceedings en hoofdstukken. Voor een nadere toelichting op het open access beleid van NWO zie: www.nwo.nl/openscience.
Resultaten van wetenschappelijk onderzoek moeten kunnen worden gerepliceerd, geverifieerd en gefalsifieerd. In het digitale tijdperk betekent dit dat behalve publicaties ook onderzoeksdata zo veel mogelijk vrij toegankelijk moeten zijn. NWO verwacht dat de onderzoeksdata die voortkomen uit projecten die door NWO zijn gefinancierd zo veel mogelijk vrij beschikbaar komen voor hergebruik door andere onderzoekers. NWO hanteert daarbij het principe: “zo open als mogelijk, beschermd indien nodig”. Van onderzoekers wordt verwacht dat zij ten minste die data en/of niet-numerieke resultaten die ten grondslag liggen aan de conclusies van binnen het project gepubliceerde werken openbaar maken, gelijktijdig met de publicatie zelf. Eventuele kosten die hiervoor worden gemaakt, kunnen worden meegenomen in de projectbegroting.
Normaliter maakt een datamanagementparagraaf onderdeel uit van een aanvraag voor financiering van NWO of ZonMw. Omdat deze call een aanvulling is op een bestaand en reeds door NWO of ZonMw gefinancierd project wordt in de aanvraag alleen gevraagd te bevestigen dat het bestaande datamanagementplan voor het lopende project ook zal worden toegepast in het aanvullende project.
Het Nagoya Protocol is op 12 oktober 2014 van kracht gegaan en zorgt voor een eerlijke en billijke verdeling van voordelen voortvloeiende uit het gebruik van genetische rijkdommen (Access and Benefit Sharing; ABS).
Onderzoekers die voor hun onderzoek gebruikmaken van genetische bronnen in/uit het buitenland dienen zich op de hoogte te stellen van het Nagoya Protocol (www.absfocalpoint.nl). NWO gaat er vanuit dat zij de noodzakelijke acties ten aanzien van het Nagoya Protocol nemen.
Het indienen van een aanvraag kan alleen via het online aanvraagsysteem ISAAC. Aanvragen die niet via ISAAC zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen.
Een hoofdaanvrager is verplicht zijn/haar aanvraag via zijn/haar eigen ISAAC-account in te dienen. Indien de hoofdaanvrager nog geen ISAAC-account heeft, dient hij/zij dat minimaal een dag voor het indienen aan te maken. Dit om eventuele aanmeldproblemen op tijd te kunnen verhelpen. Indien de hoofdaanvrager al een account bij NWO heeft, hoeft deze geen nieuw account aan te maken om een nieuwe aanvraag in te dienen.
Voor vragen van technische aard verzoeken wij u contact op te nemen met de ISAAC-helpdesk, zie paragraaf 5.1.2.
In navolging van de overeenkomst tussen NWO en de VSNU horen aanvragers hun instelling te informeren over de indiening. Om die reden vraagt NWO om in het aanvraagformulier expliciet te bevestigen dat de instelling is geïnformeerd en dat deze akkoord gaat met het beschikbaar stellen van alle voor dit onderzoek benodigde infrastructuur, inclusief de daaraan verbonden kosten voor zover niet bij NWO aangevraagd. In aanvulling verzoekt NWO de universiteit om in het aanvraagformulier te bevestigen dat indien de kandidaat succesvol is gedurende het door NWO gefinancierde jaar, de universiteit in samenwerking met de aanvrager inspanningen levert om de aanstelling te verlengen, dan wel andere relevante doorstromingsmogelijkheden te zoeken.
Voor alle bij de beoordeling en/of besluitneming betrokken personen en betrokken NWO- en ZonMw medewerkers is de NWO-code omgang met persoonlijke belangen van toepassing (www.nwo.nl/code). Na het indienen van een aanvraag volgt een administratief-technische toets om te bepalen of de aanvraag in behandeling genomen kan worden. Als een aanvraag aan de voorwaarden voldoet, wordt deze toegelaten tot de beoordelingsprocedure. De beoordelingsprocedure kent vervolgens twee fases, namelijk 1) interviewselectie, en 2) interviewdag(en) met aanvragers en kandidaten. Hieronder volgt een beschrijving van de stappen in het proces. Aanvragers kunnen het verloop van de beoordelingsprocedure volgen via hun ISAAC -account. Hieraan kunnen geen rechten worden ontleend. De volledige procedure vanaf de deadline voor indiening zal circa vier maanden in beslag nemen.
NWO toetst of ingediende aanvragen voldoen aan de in hoofdstuk 3 beschreven voorwaarden voor indiening Een aanvraag wordt niet toegelaten tot de ronde als deze onvolledig of niet correct is ingevuld en de aanvrager niet op tijd heeft voldaan aan het verzoek een gecorrigeerde aanvraag in te dienen. Wanneer correctie van de aanvraag of het alsnog aanleveren van vereiste bijdragen mogelijk is, krijgt de aanvrager de gelegenheid om haar/zijn aanvraag binnen 5 werkdagen aan te passen en/of de vereiste bijdragen aan te leveren. Alleen als de aanvrager hieraan niet kan of wil voldoen, wordt de aanvraag niet in behandeling genomen. Is de aanvraag tijdig gecorrigeerd dan zal deze, uiteraard alleen wanneer de aanvraag aan de ontvankelijkheidscriteria voldoet, alsnog in behandeling worden genomen.
Er zal op de volgende administratieve voorwaarden worden getoetst:
1. De aanvraag is in de Engelse taal opgesteld.
2. De aanvraag is als pdf opgeslagen en ingediend via het NWO online aanvraagsysteem ISAAC met de account van de aanvrager.
3. De aanvraag is opgesteld in het voorgeschreven aanvraagformulier.
4. Alle vragen in het aanvraagformulier zijn beantwoord.
5. De woordlimieten in het aanvraagformulier zijn niet overschreden.
6. De aanvraag bevat geen bijlagen, m.u.v. een kopie van de verblijfsvergunning van de kandidaat of andere relevante documentatie van de IND.
7. Minimaal de eerste 10 maanden van de aanstelling van de kandidaat vallen binnen de duur van het lopende project (de vroegst mogelijke startdatum valt naar verwachting in maart/april 2021).
8. De hoofdaanvrager is projectleider en/of hoofdaanvrager van een lopend door NWO of ZonMw gefinancierd project aan één van de in paragraaf 3.1 genoemde kennisinstellingen.
9. De kandidaat is aantoonbaar in het bezit van een vluchtelingenstatus in Nederland (zie bijlage).
10. In het geval van een aanvraag voor een aanstelling van een junior onderzoeker is de kandidaat in het bezit van een masterdiploma of vergelijkbaar diploma.4
11. In het geval van een aanvraag voor een aanstelling voor een senior onderzoeker moet de kandidaat zijn gepromoveerd of een gelijkwaardig traject hebben doorlopen.5
12. De projectbegroting voldoet aan de richtlijnen zoals beschreven in paragraaf 3.2.
Omdat het om kleine projecten met relatief bescheiden budgetten gaat is in het Hestia pilot programma artikel 2.2.4. lid 2 van de NWO Subsidieregeling 2017 van toepassing. Dit betekent dat er bij de beoordeling van Hestia aanvragen geen referentencommentaren worden ingewonnen. De beoordeling wordt volledig uitgevoerd door een onafhankelijke beoordelingscommissie met een brede expertise.
Bij meer dan circa 25 ontvankelijk bevonden aanvragen, vindt er een selectie plaats voor de interviewdag(en). Alle ontvankelijke aanvragen worden in dit geval schriftelijk beoordeeld door de beoordelingscommissie op basis van de vier criteria zoals genoemd in paragraaf 4.2 van deze call for proposals. Aanvragers en kandidaten krijgen bericht van NWO of zij worden uitgenodigd voor een interview en ontvangen daarbij het oordeel van de beoordelingscommissie. Indien aanvragers het niet eens zijn met het oordeel van de beoordelingscommissie, kan een beknopte, gemotiveerde schriftelijke reactie naar het NWO-bureau gestuurd worden en de commissie zal in dat geval opnieuw overwegen om de betreffende aanvraag te selecteren voor een interview.
De interviewdag(en) vinden in januari, februari of begin maart 2021 plaats. De exacte data worden zo spoedig mogelijk na de deadline voor indiening gecommuniceerd aan de aanvragers van ontvankelijke aanvragen. Zowel kandidaat als aanvrager dienen bij het interview aanwezig te zijn. De kandidaat geeft tijdens het interview een presentatie. Een interview buiten de vastgestelde interviewdata is niet mogelijk. Ter voorbereiding op het interview ontvangen de aanvragers en kandidaten hun schriftelijk voorlopig oordeel van de beoordelingscommissie.
De beoordeling van de aanvragen, met inachtneming van de presentatie en het interview, mondt op basis van de score die wordt gegeven door de beoordelingscommissie uit in één van de volgende kwalificaties: ‘excellent’, ‘zeer goed’, ‘goed’, ‘ontoereikend’. Om voor financiering in aanmerking te kunnen komen, dient een aanvraag ten minste de kwalificatie ‘goed’ te krijgen. Voor meer informatie over de kwalificaties zie: http://www.nwo.nl/kwalificaties.
De beoordelingscommissie stelt op basis van de kwalificaties een advies op welke aanvragen al dan niet te honoreren. De raad van bestuur van NWO neemt vervolgens op basis van dit advies het besluit over de financieringsaanvragen. In het kader van stimulering van vrouwelijke onderzoekers zal bij een ex aequo-prioritering van twee aanvragen de raad van bestuur de voorkeur geven aan het voorstel van een vrouwelijke hoofdaanvrager en/of kandidaat. Mededeling van het besluit met kwalificatie aan de aanvragers vindt naar verwachting februari, dan wel maart 2021 plaats.
|
Tijdpad1 |
|
|---|---|
|
10 november 2020 |
Deadline aanvragen |
|
november 2020 |
Administratief-technische toets |
|
December 2020 / januari 2021 |
Schriftelijke beoordeling door beoordelingscommissie |
|
januari / februari / maart 2021 |
(Interviewselectie) / Interviewdag(en) met beoordelingscommissie |
|
februari / maart 2021 |
Besluit raad van bestuur NWO en bekendmaking resultaat aan aanvragers |
|
maart / april 2021 |
Kick-off projecten |
Ter waarborging van de gelijke kansen voor aanvragers en de zorgvuldigheid van het beoordelingsprocedure heeft NWO bij het bepalen van de indieningsdeadline en het tijdpad voor deze ronde extra tijd ingepland. Zo is getracht rekening te houden met eventuele vertraging als gevolg van het coronavirus en de door het kabinet op 15 maart 2020 aangekondigde maatregelen. NWO kan echter niet uitsluiten dat naarmate de situatie rondom het coronavirus zich verder ontwikkelt, er nadere wijzigingen zullen worden doorgevoerd in deze ronde.
De beoordelingscommissie toets alle aanvragen in de procedure op de volgende vier criteria en deze worden op basis hiervan met elkaar vergeleken. Ieder criterium draagt voor 25 procent bij aan de beoordeling en kwalificatie van een aanvraag.
1. Kwaliteit van de kandidaat
Is de kandidaat gekwalificeerd de voorgestelde activiteiten uit te voeren? Beheerst hij/zij voor het onderzoek relevante talen voldoende om mee te draaien in het Nederlandse academische veld? Indien dit nog niet het geval is, is dan voldoende onderbouwd hoe hier aan wordt gewerkt? Welke prestaties en/of ervaringen heeft de kandidaat geleverd / opgedaan, waaruit blijkt dat hij/zij van waarde is voor het lopende project? CV en overzicht met uitleg van de 5 meest relevante publicaties (dit laatste is met name relevant voor senior posities) vormen hierbij indicaties.
2. Motivering van de kandidaat en relevantie voor de kandidaat
De motivering is een door de kandidaat gegeven toelichting op het cv. In de motivering licht de kandidaat toe waarom zij/hij op dit project en onderzoeksonderwerp wil werken en waarom hij/zij geschikt is. Daarnaast motiveert de kandidaat waarom hij/zij een (verdere) carrière in de wetenschap ambieert, waar hij/zij over 10 jaar zou willen staan en hoe dit project daaraan bijdraagt. Welke vaardigheden doet de kandidaat op gedurende het project die relevant zijn voor zijn of haar verdere carrière? Krijgt de kandidaat relevante aanvullende cursussen en trainingen aangeboden?
3. Kwaliteit en haalbaarheid van het voorgestelde project en relevantie voor het lopende project
Voor senior posities: Worden de werkzaamheden van de kandidaat opgenomen in het lopende project? Wat is de relevantie voor het lopende project? Zijn de voorgestelde werkzaamheden haalbaar binnen de duur van het project? Is het budget realistisch? Welke additionele activiteiten zullen worden uitgevoerd? Wat is de wetenschappelijke kwaliteit van het voorgestelde project?
Voor junior posities: Worden de werkzaamheden van de kandidaat opgenomen in het lopende project? Wat is de relevantie voor het lopende project? Zijn de voorgestelde werkzaamheden haalbaar binnen de duur van het project? Is het budget realistisch? Welke additionele activiteiten zullen worden uitgevoerd? Wat is de wetenschappelijke kwaliteit van het voorgestelde project? Is er ruimte voor het ontwikkelen van een PhD-voorstel; en zo ja, hoe is de link met het lopende project?
4. Begeleiding en toekomstperspectief kandidaat
Wordt de kandidaat tijdens de aanstelling en het project effectief begeleid? In het geval de aanvraag wordt gedaan door iemand die korter dan 5 jaar geleden is gepromoveerd, is er dan ook aandacht voor begeleiding van de kandidaat op meer seniorniveau binnen een onderzoeksgroep/afdeling? Welke inspanning zal worden geleverd om hem/haar wegwijs te maken in het Nederlandse academische werkveld? Zijn er initiatieven om de kandidaat in contact te brengen met relevante netwerken, te wijzen op mogelijkheden voor loopbaanbegeleiding binnen de betreffende kennisinstelling of anderszins, met het oog op eventuele doorstroom? Welke inspanning levert de projectleider en/of diens universiteit om een verlenging van de aanstelling te realiseren, dan wel te zoeken naar andere relevante doorstromingsmogelijkheden? En welke inspanningen levert de kandidaat zelf op dit vlak?
Sinds 2009 zet NWO in op concreet beleid dat de overdracht van kennis die gegenereerd is met behulp van NWO- financiering moet stimuleren. Deze overdracht kan zowel naar andere wetenschappelijke disciplines als naar gebruikers buiten de wetenschap (bedrijfsleven/maatschappij) plaatsvinden. Het kennisbenuttingsbeleid is met name gericht op het vergroten van de bewustwording bij onderzoekers ten aanzien van kennisbenutting. NWO vraagt daarom van alle onderzoekers die in aanmerking willen komen voor financiering om met behulp van een aantal vragen (bijvoorbeeld: hoe zal kennisbenutting geïmplementeerd worden en hoe beoogt de onderzoeker kennisbenutting te bevorderen?) een toelichting te geven op de mogelijke kennisbenutting van hun project. Omdat deze call een aanvulling is op een bestaand en reeds door NWO of ZonMw gefinancierd project is dit geen onderdeel van de beoordeling.
Voor inhoudelijke vragen over Hestia en deze call for proposals neemt u contact op met:
Mw. Carolien Maas of Dhr. Arnold Lubbers (SGW)
070 – 344 05 11 / 070 – 349 45 25
Mw. Maartje van Dijk (TTW)
030 – 600 13 78
Mw. Silke Diedenhofen (ENW)
070 – 349 42 61
Mw. Miranda van Duijn (ZonMw)
070 – 349 53 65
Of per e-mail: hestia@nwo.nl
Bij technische vragen over het gebruik van ISAAC kunt u contact opnemen met de ISAAC-helpdesk. Raadpleeg eerst de handleiding voordat u de helpdesk om advies vraagt. De ISAAC-helpdesk is bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur op telefoonnummer +31 (0)20 346 71 79. U kunt uw vraag ook per e-mail stellen via isaac.helpdesk@nwo.nl. U ontvangt dan binnen twee werkdagen een reactie.
Als kandidaat met ‘vluchtelingenstatus’ (zie paragraaf 3.2) wordt in het kader van deze call for proposals bedoeld de vreemdeling van wie de asielaanvraag is ingewilligd op grond van artikel 29, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de Vreemdelingenwet 2000, en die in Nederland rechtmatig verblijf heeft op basis van:
− een geldige verblijfsvergunning voor bepaalde tijd asiel (type III, verkregen op of na 10 november 2015).
In het geval van een verlengde verblijfsvergunning bepaalde tijd asiel (type III) moet de ingangsdatum van het verblijfsrecht op of na 1 januari 2012 liggen. De ingangsdatum van het verblijfsrecht staat op de achterkant van de verblijfsvergunning.
− een geldige verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd asiel (type IV) en wanneer kan worden aangetoond (d.m.v. bewijsstukken als oude pasjes of documentatie van de IND) dat de ingangsdatum van het verblijfsrecht van de oorspronkelijk verkregen verblijfsvergunning asiel bepaalde tijd (type III), op of na 1 januari 2012 ligt.
Personen die zijn genaturaliseerd tot Nederlander en kunnen aantonen (d.m.v. bewijsstukken als oude pasjes of documentatie van de IND) dat zij vóór naturalisatie in het bezit waren van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd asiel (type III) met een ingangsdatum van het verblijfsrecht op of na 1 januari 2012, komen ook in aanmerking om als kandidaat deel te nemen aan dit programma.
Verificatie van de academische kwalificaties van de kandidaat zijn de verantwoordelijkheid van de aanvrager dan wel de kennisinstelling waar hij of zij aan is verbonden.
Verificatie van de academische kwalificaties van de kandidaat zijn de verantwoordelijkheid van de aanvrager dan wel de kennisinstelling waar hij of zij aan is verbonden.
Verificatie van de academische kwalificaties van de kandidaat zijn de verantwoordelijkheid van de aanvrager dan wel de kennisinstelling waar hij of zij aan is verbonden.
Verificatie van de academische kwalificaties van de kandidaat zijn de verantwoordelijkheid van de aanvrager dan wel de kennisinstelling waar hij of zij aan is verbonden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2020-41132.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.