Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 1 juli 2020, kenmerk MBO-24861840 houdende vaststelling van certificaten wettelijke beroepsvereisten groen middelbaar beroepsonderwijs voor beroepsgerichte onderdelen van kwalificaties en keuzedelen die betrekking hebben op de sector Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Regeling certificaten wettelijke beroepsvereisten groen middelbaar beroepsonderwijs)

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat;

Gelet op artikel 7.2.3, eerste lid, van de WEB en artikel 17c van het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB;

Besluit:

Artikel 1. Certificaat groen middelbaar beroepsonderwijs beroepsgerichte onderdelen

Er is een certificaat groen middelbaar beroepsonderwijs verbonden aan beroepsgerichte onderdelen van kwalificaties, genoemd in bijlage 1.

Artikel 2. Certificaat groen middelbaar beroepsonderwijs keuzedelen

Er is een certificaat groen middelbaar beroepsonderwijs verbonden aan keuzedelen, genoemd in bijlage 2.

Artikel 3. Vervallen regeling

De Regeling certificaten groen beroepsonderwijs vervalt.

Artikel 4. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 2020.

Artikel 5. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: ‘Regeling certificaten wettelijke beroepsvereisten groen middelbaar beroepsonderwijs’.

Deze regeling zal met de bijlagen en de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

BIJLAGEN

BIJLAGE 1 BEHOREND BIJ ARTIKEL 1

Certificaten voor beroepsgerichte onderdelen vanaf 1 augustus 2020:

Code

Naam certificaat beroepsgericht onderdeel

Crebocode kwalificatie

Naam kwalificatie

C0001

Embryotransplanteur/-winner

25538

Specialist vruchtbaarheid en voortplanting

C0002

Euthanaseren van kleine proefdieren

25449, 25578

Proefdierverzorger

C0003

Gewasbescherming A (uitvoeren)

25433, 25557

25536

25537

25533, 25556

25534

25535

– Vakbekwaam medewerker agrarisch loonwerk

– Vakbekwaam medewerker teelt

– Vakbekwaam medewerker veehouderij

– Vakexpert agrarisch loonwerk

– Vakexpert teelt en groene technologie

– Vakexpert veehouderij

C0004

Gewasbescherming B

(bedrijfsvoeren)

25533, 25556

25534

25535

– Vakexpert agrarisch loonwerk

– Vakexpert teelt en groene technologie

– Vakexpert veehouderij

C0005

Gewasbescherming C (distributie en opslag)

25533, 25556

25534

25535

– Vakexpert agrarisch loonwerk

– Vakexpert teelt en groene technologie

– Vakexpert veehouderij

C0006

Houder van herpeten

25539, 25576

Bedrijfsleider dierverzorging

C0007

Houder van honden en katten

25539, 25576

Bedrijfsleider dierverzorging

C0008

Houder van overige zoogdieren

25539, 25576

Bedrijfsleider dierverzorging

C0009

Houder van vissen

25539, 25576

Bedrijfsleider dierverzorging

C0010

Houder van vleeskuikens

25535

Vakexpert veehouderij

C0011

Houder van vogels

25539, 25576

Bedrijfsleider dierverzorging

C0012

KBA (Knaagdierbeheersing

Agrarische Bedrijven)

25433, 25557

25536

25537

25534

25535

– Vakbekwaam medewerker agrarisch loonwerk

– Vakbekwaam medewerker teelt

– Vakbekwaam medewerker veehouderij

– Vakexpert teelt en groene technologie

– Vakexpert veehouderij

C00013

MW (Mollen- en

Woelrattenbestrijding)

25433, 25557

25536

25537

25534

25535

– Vakbekwaam medewerker agrarisch loonwerk

– Vakbekwaam medewerker teelt

– Vakbekwaam medewerker veehouderij

– Vakexpert teelt en groene technologie

– Vakexpert veehouderij

C0014

Uitvoeren proefdierhandelingen

25449, 25578

Proefdierverzorger

C0016

Wettelijke vereisten

Dierenartsassistent-

Paraveterinair

25540, 25577

Dierenartsassistent paraveterinair

Toelichting bij bijlage 1

Bij een aantal kwalificaties voor de sector Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (hierna: sector LNV) zijn wettelijke beroepsvereisten aan beroepsgerichte onderdelen verbonden. In deze regeling is bepaald in welke gevallen een certificaat voor deze wettelijke beroepsvereisten kan worden behaald. In het kwalificatiedossier is per kwalificatie aangegeven in hoeverre het behalen van al deze onderdelen een verplichting is voor het behalen van het diploma voor deze kwalificatie, of dat sprake is van een verplichte keuze uit deze beroepsgerichte onderdelen. Zie hiervoor de betreffende kwalificatiedossiers (https://www.s-bb.nl/onderwijs/kwalificeren-en-examineren/kwalificatiedossiers).

Sommige onderdelen waaraan een certificaat is verbonden, zijn in de loop van de jaren tekstueel aangepast. Deze aanpassingen noopten niet tot het vaststellen van een nieuwe naam en code voor het onderdeel waaraan een certificaat is verbonden. Deze certificaten hebben dus dezelfde naam en code behouden en zijn voor wat betreft de civiele waarde gelijkwaardig aan de eerdere certificaten met dezelfde naam en code.

BIJLAGE 2 BEHOREND BIJ ARTIKEL 2

Certificaten voor keuzedelen vanaf 1 augustus 2020:

Code

Naam keuzedeel

K0469

Houder van herpeten

K0470

Houder van honden en katten

K0471

Houder van overige zoogdieren

K0472

Houder van vissen

K0602

Houder van vleeskuikens

K0473

Houder van vogels

K0606

Uitvoeren Proefdierhandelingen

Toelichting bij bijlage 2

Deze keuzedelen zijn eerder door de minister van EZ vastgesteld als keuzedeel waaraan een certificaat is verbonden bij regeling van 29 september 2016, Staatscourant 2016, 50631.

TOELICHTING

Algemeen

In januari 2018 is de stelselverantwoordelijkheid voor het groen onderwijs overgegaan van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) naar het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Bij deze overgang is afgesproken de Regeling certificaten groen beroepsonderwijs van het ministerie van EZK onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van OCW te brengen. Deze regeling is tot op heden nog niet formeel in de OCW wet- en regelgeving opgenomen. Met onderhavige regeling wordt dit wel gedaan. Inhoudelijk is er dus geen sprake van een nieuwe regeling. Wel werd op grond van de oude regeling nog een apart model diploma vastgesteld (artikel 2), terwijl inmiddels gebruik wordt gemaakt van de modellen van de Regeling modeldiploma mbo.

Aangezien de certificaten groen beroepsonderwijs specifiek betrekking hebben op wettelijke beroepsvereisten voor de sector LNV, is besloten deze certificaten niet onder te brengen bij de Regeling certificaten middelbaar beroepsonderwijs, maar hiervoor een aparte regeling in stand te houden.

Wettelijke beroepsvereisten in de sector Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

De wettelijke beroepsvereisten voor de sector LNV houden verband met de toetreding tot specifieke beroepen in deze sector. Deze wettelijke beroepsvereisten zijn neergelegd in de volgende besluiten:

  • Besluit van 5 september 2007, houdende nadere regels omtrent gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden).

  • Besluit van 5 juni 2014, houdende regels met betrekking tot houders van dieren (Besluit houders van dieren).

  • Besluit van 16 april 2014, houdende regels met betrekking tot diergeneeskundigen (Besluit diergeneeskundigen).

  • Besluit van 26 november 2014 tot uitvoering van de Wet op de dierproeven (Dierproevenbesluit 2014).

De wettelijke beroepsvereisten voor de sector LNV maken deel uit van een aantal kwalificaties van het opleidingsdomein ‘Voedsel, natuur en leefomgeving’. Een beroepsgericht onderdeel van een dergelijke kwalificatie waarin een wettelijke beroepsvereiste is opgenomen, is niet altijd een verplicht onderdeel van de betreffende kwalificatie. Dit is een belangrijk verschil met de kwalificaties die door OCW zijn vastgesteld: de beroepsgerichte onderdelen van deze kwalificaties zijn altijd verplicht.

Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Ministerie van LNV) is op grond van artikel 7.2.6, eerste lid, onderdeel b, van de Wet educatie en beroepsonderwijs inhoudelijk verantwoordelijk voor de wijze waarop de wettelijke beroepsvereisten sector LNV zijn opgenomen in het groen middelbaar beroepsonderwijs. De inhoud van de certificaten Mollen- en Woelrattenbestrijding (hierna: MW) en Knaagdierbeheersing Agrarische Bedrijven (hierna: KBA) vloeit voort uit regelgeving – i.c. de Regeling gewasbeschermingsmiddelen en biociden – waarvoor het ministerie van LNV én het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (ministerie van I&W) verantwoordelijk zijn. Het is de verantwoordelijkheid van het ministerie van I&W om inhoudelijke wijzigingen van de certificaten MW en KBA als gevolg van wijziging van voornoemde regelgeving, af te stemmen met het ministerie van LNV.

Veranderingen in wettelijke beroepsvereisten in de sector LNV die aanleiding geven tot inhoudelijke wijzigingen van de onder deze regeling vallende certificaten groen middelbaar beroepsonderwijs verlopen via de reguliere procedures van de Stichting Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). Het ministerie van OCW past naar aanleiding van deze procedure indien nodig de (bijlagen van onderhavige) regeling aan.

Aan deze regeling worden in de toekomst geen nieuwe certificaten groen middelbaar beroepsonderwijs toegevoegd die samenhangen met nieuwe wettelijke beroepsvereisten die in de sector LNV worden ingevoerd. Voor eventuele nieuwe wettelijke beroepsvereisten voor de kwalificaties van het opleidingsdomein ‘Voedsel, natuur en leefomgeving’ zijn de voorschriften voor beroepsvereisten van toepassing zoals vastgesteld in de Regeling vaststelling modellen kwalificatiedossier en keuzedeel en toetsingskader kwalificatiestructuur mbo 2016.

Wettelijke vereisten die zowel certificaten beroepsgericht onderdeel als keuzedeel zijn

Voor een aantal wettelijke beroepsvereisten geldt dat deze zowel opgenomen zijn in een keuzedeel als in een beroepsgericht onderdeel van een kwalificatie. Aan beide onderdelen is een certificaat verbonden met dezelfde titel. Deze certificaten zijn voor wat betreft de civiele waarde gelijkwaardig aan elkaar. Hieronder staat een overzicht van de certificaten waarvoor dit van toepassing is.

Naam certificaat/ wettelijke beroepsvereiste LNV

Code beroepsgericht onderdeel van kwalificatie

Code keuzedeel verbonden aan kwalificatie

Houder van herpeten

C0006

K0469

Houder van honden en katten

C0007

K0470

Houder van overige zoogdieren

C0008

K0471

Houder van vissen

C0009

K0472

Houder van vleeskuikens

C0010

K0602

Houder van vogels

C0011

K0473

Uitvoeren Proefdierhandelingen

C0014

K0606

Verstrekken van diploma’s en certificaten

De examencommissie reikt aan een student van een groene beroepsopleiding het diploma uit en vermeldt in de resultatenlijst bij het diploma, indien aan de voorwaarden is voldaan, welke onderdelen met wettelijke beroepsvereisten van voorliggende regeling de student heeft behaald.

De examencommissie verstrekt een certificaat aan een student die de groene beroepsopleiding zonder diploma verlaat, maar wel een onderdeel van de voorliggende regeling heeft behaald waaraan een certificaat is verbonden. Op de certificaten wettelijke beroepsvereisten groen middelbaar beroepsonderwijs is de Regeling modeldiploma mbo van toepassing. De behaalde diploma’s en certificaten worden opgenomen in het diplomaregister van DUO.

Beperkte geldigheidsduur

De WEB kent voor behaalde diploma’s of certificaten geen geldigheidstermijn: diploma’s en certificaten blijven geldig. Het ministerie van LNV heeft bij regeling bepaald dat de beroepsbeoefenaar periodiek moet kunnen aantonen nog steeds te voldoen aan de wettelijke beroepsvereisten. Het is de verantwoordelijkheid van het ministerie van LNV om hieraan uitvoering te geven. Het ministerie van LNV maakt het hanteren van geldigheidstermijnen mogelijk door ervoor te zorgen dat het Bureau Erkenningen (de instantie die licenties afgeeft voor groene en agrarische beroepen), op basis van behaalde certificaten en diploma’s, licenties (pasjes) verstrekt met een beperkte geldigheidsduur, voor het mogen uitoefenen van bepaalde werkzaamheden in de sector LNV.

Beroepspraktijkvorming en bewijs van vakbekwaamheid

Op grond van de Regeling gewasbeschermingsmiddelen en biociden van het ministerie van LNV dient een student die in het kader van zijn beroepspraktijkvorming met gewasbeschermingsmiddelen of biociden moet werken, een bewijs van vakbekwaamheid c.q. een licentie te hebben. Dit bewijs geeft aan dat hij aan de wettelijke beroepsvereisten op het gebied van gewasbescherming en biociden voldoet. Om dit bewijs van vakbekwaamheid te krijgen, moet de student aantonen dat hij het van toepassing zijnde certificaat heeft behaald: het gaat hierbij om de certificaten Gewasbescherming A, B of C, het certificaat Knaagdierbeheersing

Agrarische Bedrijven en het certificaat Mollen- en Woelrattenbestrijding (zie bijlage 1).

De WEB staat echter niet toe dat de examencommissie al tijdens de beroepsopleiding een behaald certificaat aan de student verstrekt. Het is de verantwoordelijkheid van het ministerie van LNV om de student in staat te stellen de betreffende werkzaamheden in de beroepspraktijkvorming toch uit te voeren. De ministeries van LNV en I&W maken dit mogelijk door ervoor te zorgen dat het Bureau Erkenningen licenties aan studenten van de groene beroepsopleiding kan verstrekken, mits de onderwijsinstelling aan Bureau Erkenningen heeft gemeld dat de student het relevante certificaat heeft behaald.

Bijscholing

Werkenden en werkzoekenden die in de sector LNV werkzaamheden (gaan) uitvoeren waarvoor wettelijke beroepsvereisten uit voorliggende regeling van toepassing zijn, kunnen een deel van een groene beroepsopleiding volgen, gericht op het behalen van het betreffende certificaat. Voorwaarde is wel dat men dit opleidingstraject in de derde leerweg volgt. De opleiding in de derde leerweg wordt niet bekostigd door OCW. Zowel bekostigde als niet-bekostigde mbo-instellingen kunnen een opleiding in de derde leerweg aanbieden, mits zij in het bezit zijn van de betreffende diploma-erkenning voor de derde leerweg.

Uitvoering en handhaafbaarheid

Deze Regeling is voor een uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets voorgelegd aan de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), de Inspectie van het Onderwijs en de ADR. De wijzigingsregeling wordt uitvoerbaar en handhaafbaar geacht.

Het toezicht op de uitvoering van het onderwijs gebeurt door de Inspectie van het Onderwijs.

Het toezicht op de uitvoering van de besluiten inzake wettelijke beroepsvereisten in de (beroeps)praktijk gebeurt door de toezichthoudende instanties in de sector LNV.

Administratieve lasten en nalevingskosten

De onderhavige regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten en nalevingskosten van instellingen en studenten omdat de bestaande informatieverplichtingen voor hen niet wijzigen.

Regeldruk

Deze regeling heeft geen effect op de regeldruk omdat er geen sprake is van nieuwe regelgeving. Het gaat hier om continuering van bestaande regelgeving die onder de verantwoordelijkheid van de minister van OCW is komen te vallen.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

Naar boven