Verkeersbesluit tot het aanwijzen als voetgangersgebied van de Vleeshouwerstraat en Kleine Overstraat te Deventer, kenmerk: 124489-2020

Besluit

Het college van burgemeester en wethouders Deventer besluit tot:

• het aanwijzen van de Vleeshouwerstraat en Kleine Overstraat als voetgangersgebied, fietsen is de gehele dag toegestaan en laden- en lossen is toegestaan van 7:00 – 11:00 uur, door het plaatsen van bord G7 met onderborden.

• het intrekken van eenrichtingsverkeer uitgezonderd fietsers en bromfietsers in de Vleeshouwerstraat en Kleine Overstraat, door het verwijderen van de borden C2 en C3 onderborden.

OVERWEGINGEN TEN AANZIEN VAN HET BESLUIT

Aanleiding verkeersbesluit

Het aanwijzen van de Vleeshouwerstraat en Grote Overstraat als voetgangersgebied is één van de actiepunten die is opgenomen in de notitie Bereikbaarheid en parkeren. Deze notitie is in 2019 opgesteld door SDBM (Stichting Deventer Binnenstads Management). Daarnaast hebben afzonderlijke ondernemers in gesprekken met de gemeente verzocht om de invoering van een voetgangersgebied.

Motivering en belangenafweging

De Vleeshouwerstraat en Grote Overstraat zijn in eigendom en beheer van de gemeente Deventer.

Beide straten maken deel uit van het kernwinkelgebied van de binnenstad. De inrichting van beide straten is overeenkomstig de inrichting van andere straten in het kernwinkelgebied. In tegenstelling tot de rest van het kernwinkelgebied is in deze straten tot nu toe geen sprake van een voetgangersgebied. Dit leidt vooral tot onduidelijkheid bij gebruikers van deze straten.

Het aantal bezoekers van deze winkelstraten is de laatste jaren toegenomen. Het wegprofiel van beide straten is krap, waardoor met name op drukke winkeltijden er te weinig ruimte is voor voetgangers, fietsers én gemotoriseerd verkeer tegelijkertijd.

Door de instelling van het voetgangersgebied in genoemde straten neemt het gemotoriseerde verkeer daar af. Door deze afname ontstaat een beter woon- en leefklimaat in deze straten. Een consequentie is wel dat de (auto)bereikbaarheid van de aanwezige woningen en bedrijven wijzigt. In de voorgestelde situatie is gemotoriseerd verkeer (laden en lossen) dagelijks toegestaan van 7:00 tot 11:00 uur. Voor fietsers geldt geen beperking.

Aan het verkeersbesluit kunnen de volgende verkeersbelangen ten grondslag liggen (art. 2 WVW 1994):

-het verzekeren van de veiligheid op de weg en het beschermen van weggebruikers en passagiers

Met het aanwijzen van beide straten als voetgangersgebied vermindert de hoeveelheid motorvoertuigen tijdens de drukste winkeltijden (11:00 tot 18:00) en ontstaat er meer duidelijkheid over het geldende verkeersregime. Dit komt ten goede aan de veiligheid van voetgangers en fietsers.

-het in standhouden van de weg

Dit belang is niet van toepassing

-het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer

Met het aanwijzen van de straten als voetgangersgebied wordt de vrijheid van het gemotoriseerde verkeer ingeperkt voor zowel bewoner als winkeliers. Met de venstertijden en het ontheffingenbeleid wordt naar de mening van het college voldoende tegemoet gekomen aan deze inperking van de vrijheid. Het college is bovendien van mening dat de voordelen van het aanwijzen van de straten als voetgangersgebied zwaarder wegen dan deze inperking van de vrijheid.

-het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu, bedoeld in de Wet milieubeheer

Gemotoriseerd verkeer langs de terrassen aan de Grote Poot en Vleeshouwerstraat veroorzaakt overlast en hinder voor terrasbezoekers en bedienend personeel. Met de voorgestelde maatregel wordt de overlast en hinder voor bezoekers van de straten verminderd. De maatregel heeft geen nadelige gevolgen voor het milieu.

-het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte aantasting van het karakter of van de functie van objecten of gebieden

Het gemotoriseerd verkeer tast het karakter aan van de straten als onderdeel van het kernwinkelgebied van de Deventer binnenstad. Het verbieden hiervan voorkomt dit in genoemde straten.

Zienswijzen/draagvlak

Mede op grond van artikel 24 van het BABW heeft overleg plaats gevonden met de verkeersadviseur van politie-eenheid Oost Nederland, district IJsselland, daartoe gemandateerd door de Korpschef.

Eind 2019 zijn bewoners en ondernemers van de betrokken straten en directe omgeving door middel van een huis aan huis bericht (240 stuks) geïnformeerd over het voornemen voor het aanwijzen van de straten als voetgangersgebied. Dit heeft geleid tot 18 reacties, waarvan 10 van ondernemers, 7 reacties van bewoners en één reactie van de belangenvereniging Polstraat eo. De meeste bewoners en ondernemers die gereageerd hebben tonen begrip voor de maatregel, maar hebben een bezwaar tegen de inperking van de tijd dat de woning en/of winkel, zonder ontheffing, met een motorvoertuig bereikt kan worden. Vier ondernemers die maaltijden bezorgen kunnen niet goed uit de voeten met de venstertijd van 7:00 tot 11:00 uur. Een ontheffing vanaf 18:00 uur (conform het ontheffingenbeleid) is voor deze ondernemers geen gunstige aanvangstijd. De bewonersvereniging is niet tegen het aanwijzen van het voetgangersgebied maar is van mening dat deze maatregel onderdeel zou moeten zijn van een pakket van meer verkeersmaatregelen.

Naar de mening van het college bieden de venstertijden en het ontheffingenbeleid voldoende ruimte aan bewoners voor de bereikbaarheid van hun woning per motorvoertuig. Dit werkt namelijk ook voor andere bewoners in bestaande voetgangersgebieden.

Ondernemers hebben hun bedrijfsvoering afgestemd op de huidige situatie en zullen mogelijk meer problemen ondervinden met de inperking van de toegankelijkheid van hun bedrijf per motorvoertuig. Het college wil daarom ondernemers, die door deze maatregel benadeeld worden, tegemoetkomen door een overgangsperiode of gewenningsperiode aan te bieden van maximaal 1 jaar. Deze periode kunnen deze ondernemers aanwenden voor het zoeken naar oplossingen voor de problemen waar zij door de invoering van deze maatregel tegen aan lopen.

Het college is bereid hierover in gesprek te gaan met deze vereniging maar ziet hiervoor geen aanleiding dit verkeersbesluit op te schorten.

Wettelijk kader

- Artikel 2, eerste lid, onder a. van de Wegenverkeerswet 1994, bevat de verkeersbelangen die minimaal afgewogen dienen te worden bij een verkeerbesluit.

- In artikel 15, eerste en tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994, is bepaald dat voor de plaatsing en verwijdering van bepaalde verkeerstekens, onderborden en fysieke maatregelen een verkeersbesluit is vereist.

- In artikel 18, eerste lid, onder d, van de Wegenverkeerswet 1994 is bepaald welk bestuursorgaan bevoegd is een verkeersbesluit te nemen.

- Artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer geeft aan voor welke verkeerstekens het plaatsen en verwijderen een verkeersbesluit is vereist.

- In de Regeling tot verlening van bevoegdheden gemeente Deventer en de bijhorende lijst van bevoegdheden is vastgelegd dat de programmamanager Leefomgeving is gemandateerd voor het nemen van verkeersbesluiten.

Publicatie

Bekendmaking van het verkeersbesluit geschiedt digitaal door publicatie in de Staatscourant van 3 juli 2020 (nog invullen) (www.zoek.officielebekendmakingen.nl).

Rechtsmiddelen

Als u het niet eens bent met dit besluit, belt u ons dan eerst. Wij kunnen het besluit uitleggen en zo nodig een fout herstellen. Bent u het dan nog niet eens met dit besluit, schrijf dan een brief (bezwaarschrift) aan het college van burgemeester en wethouders, Postbus 5000, 7400 GC Deventer. Zet in uw brief:

• uw naam en adres;

• de datum waarop u de brief schrijft;

• het kenmerk van ons besluit

• waarom u het niet eens bent met ons besluit

• uw handtekening

U moet het bezwaarschrift hebben ingediend binnen zes weken na de dag van publicatie van dit besluit. U kunt ook bezwaar maken via ons formulier op www.deventer.nl/bezwaarschrift.

Deventer, 1 juli 2020

namens burgemeester en wethouders van Deventer,

R.A.P. van Hout

Programmamanager Leefomgeving