Beleidsregel van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van 24 juni 2020, nr. KO/24743733, tot wijziging van de Beleidsregel pilot pro/vbo in verband met de start van een nieuwe tranche en enkele andere wijzigingen

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,

Gelet op artikel 25 van de Wet op het voortgezet onderwijs;

Besluit:

ARTIKEL I

De Beleidsregel pilot pro/vbo wordt als volgt gewijzigd:

A

Na artikel 2 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2a. Pilotklassen 2021–2024

  • 1. De minister wijst op aanvraag ten hoogste dertig nieuwe combinaties van pro- en vbo-scholen aan die in de schooljaren 2021–2022, 2022–2023 en 2023–2024 mogen starten met een gemengde onderbouwklas in het pro en vbo. Elke scholencombinatie bestaat uit één pro-school en ten minste één school voor vbo.

  • 2. Een combinatie van één pro-school en één of meerdere vbo-scholen die voor schooljaar 2019–2020 is aangewezen om deel te nemen aan de pilot, mag in de schooljaren 2021–2022, 2022–2023 en 2023–2024 opnieuw een gemengde onderbouwklas in het pro en vbo starten, zonder opnieuw een aanvraag in te dienen.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid aanhef en tweede lid aanhef wordt ‘een pro-school’ telkens vervangen door ‘de pro-school’ en wordt ‘een school voor vbo’ telkens vervangen door ‘de school of scholen voor vbo’.

2. In het derde lid wordt in de tweede volzin na ‘de school’ ingevoegd ‘of scholen’.

C

Na artikel 4a wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4b. Aanvraag schooljaar 2021–2022, 2022–2023 en 2023–2024

  • 1. Een aanvraag als bedoeld in artikel 2a kan tot en met 30 november 2020 worden ingediend bij de minister. Het bevoegd gezag van de pro-school dient de aanvraag in.

  • 2. Een aanvraag wordt voorzien van:

    • a. een bewijsstuk dat de medezeggenschapsraad of ondernemingsraad van de pro-school en de school of scholen voor vbo om advies is gevraagd over deelname aan de pilot; en

    • b. een bewijsstuk van instemming van het samenwerkingsverband waartoe de pro-school behoort.

  • 3. Zeer zwakke scholen komen niet in aanmerking voor deelname aan de pilot.

D

Na artikel 5a wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 5b. Aanwijzing nieuwe scholencombinaties schooljaar 2021–2022, 2022–2023 en 2023–2024

  • 1. De minister besluit op uiterlijk 1 februari 2021 op de aanvragen, bedoeld in artikel 2a, eerste lid.

  • 2. Het besluit tot aanwijzing van een combinatie van de pro-school en een of meerdere vbo-scholen voor deelname aan de pilot geldt vanaf 1 augustus 2021 voor de periode van drie schooljaren.

  • 3. Indien er meer aanvragen zijn ingediend dan er plaatsen zijn voor deelname aan de pilot, wijst de minister de aanvragen toe op basis van:

    • a. voorrang voor pro-scholen die nog niet deelnemen aan de pilot ten opzichte van pro-scholen die al wel deelnemen aan de pilot;

    • b. vervolgens een evenwichtige verdeling tussen een school voor vbo met het profiel groen als bedoeld in artikel 10b, derde lid, onder i en een school voor vbo die de overige profielen als bedoeld in artikel 10b, derde lid, onder a tot en met h en letter j aanbiedt;

    • c. vervolgens spreiding over de provincies; en

    • d. vervolgens spreiding over de samenwerkingsverbanden passend onderwijs.

    Indien binnen een provincie of samenwerkingsverband passend onderwijs meerdere aanvragen zijn ingediend, wijst de minister de betreffende aanvragen toe op basis van loting.

E

In artikel 8, eerste lid, wordt ‘schooljaren 2020–2021 en 2021–2022’ vervangen door ‘pilot’.

F

In artikel 9 wordt ‘1 augustus 2023’ vervangen door ‘1 augustus 2026’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 2020.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

TOELICHTING

Met ingang van 30 november 2018 is de Beleidsregel pilot pro/vbo (hierna: de beleidsregel) in werking getreden. Op grond van deze beleidsregel kunnen 30 scholencombinaties een pro/vbo-onderbouwklas inrichten die voorbereidt op de bovenbouw van het voorbereidend beroepsonderwijs (vbo), om te bezien of dit tegemoet komt aan de behoefte aan meer maatwerk in het praktijkonderwijs (pro).

De beleidsregel is uitgebreid met de nieuwe artikelen 2a, 4b en 5b om nogmaals 30 nieuwe scholencombinaties aan te wijzen om drie maal een pro/vbo-onderbouwklas in te richten. Hierbij is verduidelijkt dat een scholencombinatie uit één pro-school bestaat en ten minste een school voor vbo. Er is voor gekozen meerdere scholen voor vbo toe te staan in één scholencombinatie, omdat dit een groter aanbod in bovenbouwprofielen in het vmbo biedt voor leerlingen die na de pilot doorstromen naar de bovenbouw van het vmbo. Daarnaast wordt het, voor de al aangewezen scholencombinaties mogelijk om ook in de schooljaren 2021–2022, 2022–2023 en 2023–2024 een pro/vbo-onderbouwklas te starten. Dit is aantrekkelijk voor de scholen, zij kunnen communiceren aan zowel de ouders als leerlingen dat ze deze vorm van maatwerk voor een langere periode aanbieden. Ze hebben immers investeringen gedaan om de pro/vbo onderbouwklas te kunnen starten. Om die reden is het onwenselijk om binnen de pilot, zoals eerst in de beleidsregel stond, maar tweemalig een brugklas te starten. Daarnaast is het van belang om een pilot over meerdere jaren uit te voeren om over een langere periode te testen of de onderbouwklas daadwerkelijk tegemoet komt aan de behoefte aan meer maatwerk in het pro.

De aanvragen voor nieuwe scholencombinaties kunnen worden ingediend vanaf 1 september tot en met 30 november 2020, vervolgens wordt op uiterlijk 1 februari 2021 een besluit genomen of scholen mogen deelnemen aan de pilot. Dit is ruim voor het schooljaar 2021–2022.

Administratieve lasten

Voor de al bestaande scholencombinaties gelden er geen administratieve lasten, zij hoeven geen nieuwe aanvraag in te dienen.

De administratieve lasten voor nieuwe scholencombinaties zullen lager uitvallen dan de geraamde administratieve lasten bij de eerste beleidsregel, omdat er geen schriftelijk bewijs in de vorm van instemming van de medezeggenschapsraad of ondernemingsraad is vereist. Een adviesaanvraag is voldoende. De administratieve lasten voor het doen van een aanvraag voor pro- en vbo-scholen worden daarmee geraamd op maximaal 20 uur met een uurtarief van € 50. De geraamde kosten komen op € 1.000.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

Naar boven