Hoogtebeperking Putweg

Logo Voerendaal

Volledige kop: Herziene versie: Verkeersbesluit (hoogtebeperking, C19, max 3,1m) voor weggedeelte vanaf Putweg (vanaf zuidwest kruising) tot Putweg huisnummer 45 (inrit kasteel Huiskenshof)

Zaaknummer 65276

Burgemeester en wethouders van de gemeente Voerendaal

Basis van het besluit

Op grond van artikel 18, eerste lid, onder d, van de Wegenverkeerswet 1994, RVV (Reglement verkeersregels en verkeerstekens) en BABW (Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer). Krachtens artikel 15 lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 dient er een verkeersbesluit te worden genomen voor de plaatsing en verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) opgenomen verkeerstekens, evenals voor onderborden, voor zover daarvoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Doel van het besluit

Met een verkeersbesluit wordt het volgende beoogd:

- het verzekeren van de veiligheid op de weg;

- het beschermen van weggebruikers;

- het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade;

- en/of het voorkomen of beperken van door het vekeer veroorzaakte aantasting van het karakter of de functie van objecten of gebieden.

Overwegingen ten aanzien van het besluit

- het weggedeelte vanaf Putweg (vanaf zuidwest kruising) tot Putweg huisnummer 45 (inrit kasteel Huiskenshof) (verder te noemen: “weggedeelte”) is gelegen in de gemeente Voerendaal;

- de gemeente Voerendaal is eigenaar en beheerder van het weggedeelte;

- het weggedeelte maakt onderdeel uit van het bovenlokale wandel- en fietsroutenetwerk;

- het weggedeelte is zodanig omsloten door begroeiing in de vorm van houtopstand (heesters en beschermde bomen) dat hoge voertuigen of hoog beladen voertuigen het bladerdak (zich in droge toestand bevindende op een gemeten hoogte van 3,50 m) van de beschermde bomen kunnen beschadigen;

- dat sprake is van laanbeuken waarbij, mocht snoei plaatsvinden na een veelheid van jaren, lichtdoorval gaat plaatsvinden hetgeen niet wenselijke nadelige gevolgen heeft voor de boom;

- van dit weggedeelte maken transporteurs gebruik die beschikken over voertuigen die de wettelijk (regeling voertuigen) toegestane hoogte van 4 meter hebben, dan wel met voertuigen waarvan de lading in sommige gevallen de maximaal toegestane hoogte van 4 meter heeft;

- de verkeersmaatregel beoogd positieve consequenties voor de verkeersveiligheid van voetgangers en fietsers op dit weggedeelte te hebben doordat het bladerdak van de laanbomen niet meer geraakt zal worden door voertuigen/lading en het risico van neervallende taken verkleind wordt door de verkeersmaatregel;

- de potentiële belangen van derden zijn beschouwd en noch in directe dan wel in indirecte zin is sprake van het (onevenredig) schaden van belangen van derden door het te nemen besluit omdat de aanwezige alternatieve route van Putweg en Kalshofweg ongeclausuleerd beschikbaar is voor alle verkeer en voor zover aan de orde een ruime en eenvoudig manoeuvreerbare keermogelijkheid beschikbaar is aan de westzijde van de Kalfshofweg;

- de instelling van een hoogtebeperking tot 3,10 meter voor voertuigen op dit weggedeelte is mogelijk en wordt verantwoord geacht, daarbij wordt uitgegaan van ingeschatte hoogte wanneer het bladerdak nat is en rekening houdende met een marge van 20 centimeter;

- overeenkomstig artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer is overleg gepleegd met de Taakaccenthouder Verkeer Brunssum/Landgraaf van de eenheid Limburg die het concept heeft gezien en akkoord bevonden.

Bezwaarschrift

Naar aanleiding van de bekendmaking van het genomen verkeersbesluit van 18 februari 2020, is op 3 april 2020 een bezwaarschrift ingediend waarin kernachtig samenvattend en is kenbaar gemaakt:

  • 1.

    1. dat bezwaarmaker belanghebbende is en ten onrechte niet betrokken is bij de voorbereiding van het besluit;

  • 2.

    2. het besluit niet wordt gedragen door een gedegen onderzoek naar de feiten en omstandigheden;

  • 3.

    3. dat met het besluit de belangen die de Wegenverkeerswet (WVW) beoogt te beschermen, niet wordt gediend;

  • 4.

    4. dat de belangen van bezwaarmaker onevenredig worden geschaad;

    Overwegende naar aanleiding van het bezwaarschrift

    De ingekomen grieven van bezwaarmaker nopen tot het voortijdig doen van een heroverweging, die met toepassing van artikel 6:19 Awb, hangende de behandeling van de beslissing op bezwaar, ingebracht wordt als vervangend besluit.

    (ad a)

    Hoewel bezwaarmaker het standpunt inneemt dat hij als belanghebbende in de zin van de Awb moet worden beschouwd, neemt hij het op voor die transporteurs die vanwege het verkeersbesluit alleen nog via de Kalkhofsweg naar en van zijn agrarisch bedrijf kunnen rijden en zo nodig bij de kruising Putweg-Kalkhofsweg moeten keren. Op dit punt is hier geen sprake van een eigen belang en is hij op dit punt niet als een belanghebbende te achten.

    Evenmin is er sprake van dat het besluit rechtstreekse gevolgen heeft voor de rechten en/of plichten van bezwaarmaker. Immers met de hem ter beschikking staande transportmiddelen kan hij gebruik blijven maken van het weggedeelte waarvoor het besluit moet gaan gelden.

    Tenslotte wordt gesteld dat het besluit niet in relevante mate anders uitwerkt voor bezwaarmaker dan voor anderen in het algemeen.

    (ad b)

    De overwegingen en het dictum in het primaire verkeersbesluit behoeven aanpassing in die zin dat het met het verkeersbesluit beoogde te beschermen belang, te weten: het milieubelang, in casu voorkomen van beschadiging/aantasting van de bomen, de hoofdredenen is en ten grondslag gelegd wordt aan de beperking van het gebruik door voertuigen met een te bepalen maximale doorrijhoogte voor dat weggedeelte waar dit noodzakelijk is vanwege de hoogte die is vastgesteld (vanaf 3,50 meter) waarop sprake is van bladerdak in droge toestand van de laanbomen. Op het wegdeel dat ten noordwesten ligt van de toegangsweg naar kasteel Huiskenshof is de vastgestelde hoogte van het bladerdak van de laanbomen zodanig (>4 meter) dat een hoogtebeperking aldaar niet noodzakelijk is.

    Een aantal van circa 25-maandelijkse transportbewegingen van vrachtverkeer dat gebruik maakt van de Putweg/Kalsfshofweg is tijdens het overleg met bezwaarmaker, als een realistische inschatting beschouwd. Door de instelling van de gebruiksbeperking zal een aantal voertuigbewegingen niet meer via het weggedeelte mogen plaatsvinden. Hiervoor is een alternatieve route beschikbaar met zo nodig een adequaat te achten keermogelijkheid.

    ad c)

    In de hiervoor opgenomen herziene overwegingen is met in acht name van hetgeen de WVW beoogt, het belang dat met het besluit wordt nagestreefd, aangegeven.

    Ad d)

    Door bezwaarmaker zijn geen dusdanige concrete feiten en omstandigheden genoemd, die redelijkerwijs, met in acht name van de herziene overwegingen en het aangepaste besluit, leiden tot de conclusie dat sprake zou zijn van een onevenredige aantasting van diens belangen.

    Besluiten:

    Op grond van bovenstaande (her-)overwegingen is namens Burgmeester en Wethouders van de gemeente Voerendaal het besluit genomen om over te gaan tot het instellen van een geslotenverklaring voor voertuigen die, met inbegrip van de lading, hoger zijn dan 3,1 m voor genoemd weggedeelte Putweg, tussen Putweg en toegangsweg kasteel (Huiskenshof) door het plaatsen van de borden C19 met aanduiding 3,1 m, conform bijlage I van het RVV 1990, met gelijktijdige intrekking van het besluit van 18 februari 2020 genomen om over te gaan tot het instellen van een vrachtwagenverbod voor genoemd weggedeelte Putweg, tussen Putweg en toegangsweg kasteel (Huiskenshof) door het plaatsen van de borden C07 conform bijlage I van het RVV 1990.

    Voerendaal, 15 juni 2020.

    Burgemeester en wethouders van Voerendaal,

    Krachtens mandaat

    Beleidsadviseur wegen, verkeer en vervoer,

    ______________________________________ C.J.F. Heil

    Bezwaar

    Overeenkomstig het bepaalde in artikel 7:1 juncto 6:4 van de Algemene wet bestuursrecht kan iedere belanghebbende die door dit besluit rechtstreeks in zijn belangen is getroffen binnen 6 weken na de datum van bekendmaking van dit besluit een bezwaarschrift indienen bij het college van Burgemeester en Wethouders, Postbus 23000, 6367 ZG Voerendaal.

    Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet tenminste bevatten:

    a. naam en adres van de indiener;

    b. de dagtekening;

    c. omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

    d. de gronden van het bezwaar.

    Op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht kan de indiener van het bezwaarschrift de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, locatie Maastricht, sector Bestuursrecht, Postbus 1988, 6201 BZ Maastricht, verzoeken een voorlopige voorziening te treffen als onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

    U kunt ook digitaal een verzoek om voorlopige voorziening indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Op de genoemde site vindt u de precieze voorwaarden.

    Situatietekening

    .

Naar boven