De Minister van Justitie en Veiligheid,
Gelet op artikel 75bis van het Besluit algemene rechtspositie politie;
Besluit:
Artikel 1. Definities
In deze regeling wordt verstaan onder:
- a. vrijwilliger-aspirant:
-
ambtenaar als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder tt, van het Besluit algemene
rechtspositie politie;
- b. vrijwillige ambtenaar in opleiding:
-
ambtenaar als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder uu, van het Besluit algemene
rechtspositie politie;
- c. vrijwillige ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van de politietaak:
-
ambtenaar als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder vv, van het Besluit algemene
rechtspositie politie;
- d. vrijwillige ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve
en andere taken ten dienste van de politie:
-
ambtenaar als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder ww, van het Besluit algemene
rechtspositie politie.
Artikel 2. Vergoeding vrijwilliger-aspirant, vrijwillige ambtenaar in opleiding, vrijwillige
ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van de politietaak
-
1. Aan de vrijwilliger-aspirant, de vrijwillige ambtenaar in opleiding en de vrijwillige
ambtenaar aangesteld voor de uitoefening van de politietaak wordt door het bevoegd
gezag toegekend:
-
a. per kalenderjaar een vaste vergoeding van € 180,93 bruto, en
-
b. per uur dat de ambtenaar voor zijn functie relevant onderwijs volgt of in opdracht
van het bevoegd gezag daadwerkelijke dienst verricht een vergoeding van € 7,55 bruto.
-
2. Indien de in het eerste lid bedoelde ambtenaar niet het gehele kalenderjaar is aangesteld,
wordt de vaste vergoeding naar rato toegekend.
-
3. De in het eerste lid genoemde vergoedingen worden jaarlijks aangepast aan overeenkomstig
de door het Centraal Planbureau in het Centraal Economisch Plan gepubliceerde afgeleide
consumentenprijsindex.
Artikel 3. Vergoeding vrijwillige ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van technische,
administratieve en andere taken ten dienste van de politie
Aan de vrijwillige ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve
en andere taken ten dienste van de politie, wordt door het bevoegd gezag per uur dat
de ambtenaar in opdracht van het bevoegd gezag daadwerkelijke dienst verricht een
vergoeding van € 4,00 netto toegekend.
Artikel 4. Intrekking regeling
De Regeling Vergoeding vrijwillige politie wordt ingetrokken.
Artikel 5. Inwerkingtreding
-
1. Deze regeling, met uitzondering van artikel 3, treedt in werking met ingang van de
datum van inwerkingtreding van het Besluit tot wijziging van het Besluit algemene
rechtspositie politie en enkele andere algemene maatregelen van bestuur in verband
met de invoeging van rechtspositionele bepalingen omtrent politievrijwilligers en
de intrekking van het Besluit rechtspositie vrijwillige ambtenaren van politie.
-
2. Artikel 3 treedt in werking met ingang van 1 januari 2021.
Artikel 6. Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als Regeling vergoedingen politievrijwilligers.
TOELICHTING
Algemeen
In het Arbeidsvoorwaardenakkoord politie 2012–2014 is afgesproken het vrijwilligersbeleid
te moderniseren en landelijk te stroomlijnen. Naar aanleiding daarvan is een wijziging
van het Besluit algemene rechtspositie politie (hierna: Barp) in voorbereiding (Besluit
tot wijziging van het Besluit algemene rechtspositie politie en enkele andere algemene
maatregelen van bestuur in verband met de invoeging van rechtspositionele bepalingen
omtrent politievrijwilligers en de intrekking van het Besluit rechtspositie vrijwillige
ambtenaren van politie). In het Barp wordt met voornoemde wijziging, naast de reeds
opgenomen rechtspositie voor bezoldigde politieambtenaren, ook de rechtspositie voor
politievrijwilligers geregeld. In het overleg met de vakorganisaties van politie is
in het aanpassingstraject besloten tot het introduceren van een uurvergoeding voor
politievrijwilligers, aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve
en andere taken ten dienste van de politie (de zogenaamde ATH-vrijwilligers). Voorheen
bestonden er slechts vergoedingen voor politievrijwilligers met een aanstelling voor
de uitvoering van de politietaak (de zogenaamde executieve vrijwilligers). De grondslag
voor het regelen van de nieuwe vergoeding is het nieuwe artikel 75bis van het Besluit
algemene rechtspositie politie. In dat artikel is geregeld dat de vergoeding voor
de verschillende categorieën vrijwillige ambtenaren verschillend kunnen worden vastgesteld.
Artikelsgewijs
Artikel 1
In dit artikel worden de verschillende soorten politievrijwilligers gedefinieerd.
Er wordt verwezen naar de definities die met het voornoemde wijzigingsbesluit in het
Barp worden opgenomen.
Artikel 2
In dit artikel worden de vergoedingen voor de verschillende soorten executieve politievrijwilligers
geregeld. De vergoedingen komen overeen met de vergoedingen die executieve vrijwilligers
tot 1 januari 2021 hebben op grond van de Regeling Vergoeding vrijwillige politie.
De vergoedingen betreffen bruto bedragen. Vanwege de hoogte van de bedragen vallen
deze vergoedingen niet onder de fiscale uitzondering die in zijn algemeenheid geldt
voor een vrijwilligersvergoeding. De vergoedingen worden jaarlijks worden aangepast
overeenkomstig de door het Centraal Planbureau in het Centraal Economisch Plan (CEP)
gepubliceerde afgeleide consumentenprijsindex. De vaste vergoeding betreft een vergoeding
per kalenderjaar en wordt jaarlijks per 1 januari geïndexeerd. De vergoeding per uur
wordt telkens met ingang van 1 juli van dat kalenderjaar geïndexeerd.
Artikel 3
Aan ATH-vrijwilligers wordt vanaf 1 januari 2021 een vergoeding van € 4,00 netto per
uur toegekend. Deze vergoeding valt onder de fiscale uitzondering die geldt voor een
vrijwilligersvergoeding. Deze uitzondering geldt bij bedragen van maximaal € 5,00
per uur, maximaal € 170,00 per maand en maximaal € 1700,00 per jaar, waarbij voor
de berekening van het totale jaarbedrag de vergoeding van reiskosten en een eventueel
eindejaargeschenk meetellen. Komt dit bedrag boven € 1700,00, dan wordt het geheel
als loon gezien en wordt het belast. Om die reden is de vergoeding van € 4,00 netto
per uur een forfaitair bedrag; er bestaat naast deze vergoeding geen aanspraak op
vergoeding van reiskosten via het Besluit reis-, verblijf-, en verhuiskosten politie.
Het aantal uren dienst wordt vanwege de fiscale grenzen bewaakt door de politie.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus