Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 5 juni 2020, Min-BuZa.2020.5338-15, tot wijziging van het besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 21-03-2019, Min-BuZa.2019.2250-29, tot vaststelling van beleidsregels en een subsidieplafond op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Wijziging Mensenrechtenfonds 2019–2021)

De Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking;

Gelet op artikel 6 en artikel 7 van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken;¹

Gelet op artikel 2.1 en artikel 5.1 van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006;²

Besluiten:

ARTIKEL I

Het besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 21-03-2019, Min-BuZa.2019.2250-29, tot vaststelling van beleidsregels en een subsidieplafond op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Mensenrechtenfonds 2019–2021)³ wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 23.023.000’ vervangen door € 24.723.000’.

2. In het tweede lid, sub a, wordt ‘€ 3.312.000’ vervangen door ‘€ 5.012.000’.

B

De bijlage bij het besluit wordt als volgt gewijzigd:

1. Hoofdstuk 2. Financiële middelen verdeling daarvan en tijdpad wordt als volgt gewijzigd:

a. Paragraaf 2.1 Beschikbare middelen komt te luiden:

2.1 Beschikbare middelen

Het totaal beschikbare subsidieplafond voor het MRF 2019–2021 bedraagt EUR 24.723.000’. Een subsidie in het kader van het MRF 2019–2021 zal minimaal EUR 600.000 en maximaal EUR 3 miljoen bedragen. De looptijd van een project kan variëren tussen de twee en vijf jaar, mits binnen het tijdvak van 1 april 2019 tot en met 31 december 2025 en met dien verstande dat projecten niet later dan 2 januari 2021 mogen beginnen.

b. In paragraaf 2.2 Verdeling beschikbare middelen, van hoofdstuk 2. Financiële middelen, wordt ‘€ 4mln’ vervangen door ‘€ 5,012mln’.

c. In paragraaf 2.5 Resterende middelen, van hoofdstuk 2. Financiële middelen, wordt ‘EUR 1.000.000’ vervangen door ‘EUR 600.000’.

2. In hoofdstuk 4. De thema’s worden de specifieke doelstellingen, genoemd in de tabel met het kopje Vrijheid van meningsuiting, onder het subkopje De specifieke doelstellingen zijn:, vervangen door:

• Het bevorderen van de veiligheid van journalisten door middel van inzet op veiligheidstrainingen, verzekeringen en juridische bijstand.

• Het bevorderen van de veiligheid en ondersteuning van journalisten door middel van het aanbieden van tijdelijke relocatie in combinatie met relevante training.

3. Paragraaf 6.2 Drempelcriteria ten aanzien van het project, van Hoofdstuk 6. Drempelcriteria, wordt als volgt gewijzigd:

a. Drempelcriterium D.9 Omvang en looptijd komt te luiden:

D.9 Omvang en looptijd

De subsidieaanvraag bedraagt ten minste EUR 600.000 en maximaal EUR 3 miljoen. Het project heeft een maximale looptijd van vijf jaar en een minimale looptijd van twee jaar.

b. Drempelcriterium D.10 Tijdvak komt te luiden:

D.10 Tijdvak

De activiteiten starten niet eerder dan 1 april 2019, niet later dan 2 januari 2021 en worden beëindigd uiterlijk op 31 december 2025. Activiteiten die reeds zijn gestart op het moment waarop de aanvraag wordt ingediend komen niet in aanmerking voor subsidie.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, namens dezen, de Secretaris-Generaal van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, J.M.G. Brandt

---

1 Stb. 2005, 137.

2 Stcrt. 2005, 251.

3 Stcrt. 2019, nr. 17133.; gewijzigd bij besluit Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 21 augustus 2019, Min-BuZa.2019.4193-14, tot wijziging van een subsidieplafond op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Mensenrechtenfonds 2019–2021), Stcrt, 2019, nr. 48376.