De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gelet op artikel 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies;
Besluit:
ARTIKEL I
De Subsidieregeling preventiecoalities wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 6 wordt een lid toegevoegd, luidende:
B
Na artikel 9 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 9a
De minister kan een of meer bepalingen van deze regeling buiten toepassing laten of
daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang dat de desbetreffende bepaling
beoogt te beschermen, zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, met dien verstande dat artikel I, onderdeel
A, terugwerkt tot en met 1 maart 2020.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
P. Blokhuis
TOELICHTING
Algemeen
Op grond van de Subsidieregeling preventiecoalities (hierna: Subsidieregeling) kan
subsidie worden verstrekt aan zorgverzekeraars voor de kosten van de procescoördinatie
bij het opstarten of uitvoeren van preventiecoalities. Dit zijn door zorgverzekeraars
en gemeenten gezamenlijk gedragen plannen voor effectieve preventieactiviteiten voor
risicogroepen, met als doel de gezondheid van deze groep te verbeteren.
Met de onderhavige wijzigingsregeling wordt de subsidieregeling op enkele punten aangepast.
Met deze aanpassingen kan de maximale projectperiode van de Subsidieregeling vanwege
bijzondere omstandigheden worden verlengd. Een dergelijke verlenging kan noodzakelijk
zijn in verband met de uitzonderlijke uitbraak van het Coronavirus COVID-19. Mogelijk
zullen niet alle zorgverzekeraars in staat zijn om tijdig, binnen de maximale projectperiode
van drie jaar, de activiteiten af te ronden. De wijzigingen worden hier toegelicht.
Artikelsgewijs
Artikel I
Onderdeel A
Ik acht de maximale projectperiode van drie jaar in beginsel nog steeds voldoende
om succesvolle preventieactiviteiten, via de reguliere bekostiging structureel te
borgen. Een mogelijke verlenging van de maximale projectperiode houdt verband met
de uitzonderlijke omstandigheid als gevolg van de uitbraak van het Coronavirus en
de dientengevolge van overheidswege genomen maatregelen. In principe acht ik een half
jaar voldoende om de activiteiten die als gevolg van de uitbraak van het Coronavirus
niet uitgevoerd kunnen worden, alsnog uit te voeren.
Onderdeel B
In het nieuw toegevoegde artikel 9a is een hardheidsclausule opgenomen. Op grond daarvan
kan in geval van (toekomstige) uitzonderlijke omstandigheden worden afgeweken van
een of meer bepalingen uit deze regeling, als het belang van de desbetreffende bepaling(en)
niet zwaarder weegt dan de gesignaleerde onbillijkheden.
Artikel II
In afwijking van de systematiek van vaste verandermomenten bij regelgeving (VVM),
treedt deze regeling in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Dit om zorgverzekeraars wiens projectperiode
binnenkort verstrijkt in de gelegenheid te stellen om tijdig een aanvraag tot verlenging
van de projectperiode in te kunnen dienen.
Aangezien artikel 6, derde lid (nieuw), is ingevoegd naar aanleiding van de uitbraak
van het Coronavirus, werkt de desbetreffende wijziging terug tot en met 1 maart 2020.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
P. Blokhuis