Besluit d.d. 20 april 2020 (2020-82336) betreffende de instelling van een tijdelijk directoraat-generaal Toeslagen en de tijdelijke mandatering van de interim-directeur-generaal Toeslagen

De secretaris-generaal,

De directeur-generaal Belastingdienst,

Gelet op artikel 11, eerste lid, van het Organisatiebesluit Ministerie van Financiën 2020,

Gelet op artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht,

Gelet op het Mandaatbesluit Ministerie van Financiën 2020 en het Mandaatbesluit Directoraat-Generaal Belastingdienst 2018,

Overwegende dat is besloten tot een versterking van de ambtelijke aansturing van Belastingen, Toeslagen en Douane,

Overwegende dat per 20 januari 2020 een interim-directeur-generaal Toeslagen is aangetreden,

In afwachting van de structurele aanpassingen in het Organisatiebesluit Ministerie van Financiën 2020, het Mandaatbesluit Ministerie van Financiën 2020, het Organisatiebesluit directoraat-generaal Belastingdienst 2018 en het Mandaatbesluit Directoraat-Generaal Belastingdienst 2018,

Besluit:

Artikel 1 Tijdelijk directoraat-generaal

• 1. Er is een tijdelijk directoraat-generaal Toeslagen.

• 2. Het tijdelijk directoraat-generaal Toeslagen staat onder leiding van de directeur-generaal Toeslagen.

• 3. Het werkterrein van het tijdelijk directoraat-generaal Toeslagen omvat:

  • a. de taken en verantwoordelijkheden van de Directie Toeslagen, zoals bedoeld in bijlage 1 onder D van het Organisatiebesluit directoraat-generaal Belastingdienst 2018;

  • b. de Hersteloperatie Toeslagen

Artikel 2 Primair proces

De directeur-generaal Toeslagen heeft binnen de door de Minister of namens de Minister door de secretaris-generaal gegeven richtlijnen mandaat tot het nemen, afdoen en ondertekenen van beslissingen en afdoen van alle aangelegenheden die vallen binnen zijn werkterrein als omschreven in artikel 1, derde lid.

Artikel 3 Budgethouderschap

• 1. Als budgethouder is de directeur-generaal Toeslagen bevoegd met inachtneming van artikelen 7, 8 en 9 van het Mandaatbesluit Ministerie van Financiën 2020 verplichtingen – met financiële consequenties – aan te gaan en uitgaven goed te keuren voor zover het binnen het eigen werkterrein valt. Deze verplichtingen zijn beperkt tot de maximumbedragen als genoemd in bijlage 1 van het Mandaatbesluit directoraat-generaal Belastingdienst 2018. Daarnaast geldt de restrictie dat een budgethouder niet meer mag verplichten dan het beschikbare budget.

• 2. Onderdeel van dit besluit vormt een mandaatregister dat is opgenomen in bijlage 1. Het mandaatregister bevat de handtekening van de directeur-generaal Toeslagen, alsmede de budgetten waarvoor hij als budgethouder bevoegd is.

Artikel 4 Personele beslissingen

De directeur-generaal Toeslagen heeft binnen de door de Minister of namens de Minister door de secretaris-generaal gegeven richtlijnen en het mandaat zoals dat is gegeven aan de directeur generaal Belastingdienst ondermandaat tot het nemen, afdoen en ondertekenen van besluiten betreffende aangelegenheden van personeel werkzaam bij directie Toeslagen behoudens het bepaalde in de artikelen 12 tot en met 15 van het Mandaatbesluit Ministerie van Financiën 2020.

Artikel 5 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 april 2020.

Artikel 6 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit instelling tijdelijk directoraat-generaal Toeslagen en tijdelijke mandatering interim-directeur-generaal Toeslagen.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De secretaris-generaal, B. van den Dungen

TOELICHTING

Op 11 januari 2020 schreef de Minister van Financiën aan de Tweede Kamer dat de besturing van de Belastingdienst wordt versterkt. Als gevolg daarvan is een interim-directeur-generaal Toeslagen en een waarnemend directeur-generaal Douane aangesteld. Zij krijgen, samen met de interim-directeur-generaal Belastingdienst, de opdracht de ontvlechting van de Belastingdienst op verantwoorde wijze ter hand te nemen en de organisatorische consequenties uit te werken. Aangezien het Ministerie van Financiën op dit moment geen directoraat-generaal Toeslagen of directoraat-generaal Douane kent, is er voor gekozen deze directoraten-generaal voorlopig op tijdelijke basis in te stellen. Na uitwerking van de opdracht zal worden voorzien in een grondslag in de organisatie- en mandaatbesluiten van het Ministerie van Financiën en de Belastingdienst voor de nieuwe definitieve situatie. Naast het oprichten van tijdelijk directoraat-generaal voor Toeslagen wordt aan de interim-directeur-generaal Toeslagen een passend, tijdelijk, mandaat verleend, zodat de continuïteit en de stabiliteit van de processen geborgd blijven. Het betreft een financieel mandaat, alsook mandaat dat betrekking heeft op het primaire proces en het personeel.

Primair proces

Het mandaat betreft het primair proces van de directie Toeslagen en de hersteloperatie Toeslagen.

Budgethouderschap

Voor de uitvoering van de aan het Directoraat-Generaal taken beschikt de Directeur-Generaal over een budget voor bekostiging van de met de uitvoering gemoeide personele en materiele uitgaven. Dit zogenaamde budgethouderschap wordt uitgeoefend binnen de grenzen van de binnen het rijk geldende regelgeving omtrent het financieel beheer en – indien van toepassing – beperkingen die zijn opgelegd via een vorm van verscherpt toezicht. Dit betekent dat verplichtingen ten aanzien waarvan het verscherpt toezicht geldt, als bedoeld in bijlage 1 van het Mandaatbesluit Ministerie van Financiën 2020, slechts aan worden gegaan in overeenstemming met de hoofddirecteur Control en Financiën van het DGBD dan wel de hoofddirecteur Financieel-Economische Zaken

Personele beslissingen

De keuze is gemaakt om te werken met een ondermandaat voor personele beslissingen. Door te werken met ondermandaat voor het personeel hoeven de organisatie- en mandaatbesluiten van het Ministerie van Financiën en het directoraat-generaal Belastingdienst zelf niet te worden aangepast. Een dergelijke aanpassing is doorgaans een langdurig traject en past niet bij de voortvarendheid die thans geboden is. Daarnaast zou daarmee vooruit kunnen worden gelopen op een definitieve herinrichting van de organisatie en bevoegdheden binnen het ministerie.