Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 24 april 2020, nr. MinBuza-2020.5199-8, houdende wijziging van enkele sanctieregelingen

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Handelende in overeenstemming met de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de Minister van Financiën;

Gelet op Besluit 2020/170/GBVB van de Raad van de Europese Unie van 6 februari 2020 houdende wijziging van Besluit 2010/231/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Somalië (PbEU L36);

Gelet op Verordening (EU) nr. 2020/169 van de Raad van de Europese Unie van 6 februari 2020 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 147/2003 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Somalië (PbEU L36);

Gelet op Verordening (EU) nr. 2020/213 van de Raad van 17 februari 2020 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 314/2004 van de Raad inzake bepaalde beperkende maatregelen tegen Zimbabwe (PbEU L45);

Gelet op Besluit 2020/408/GBVB van de Raad van de Europese Unie van 17 maart 2020 tot wijziging van Besluit 2013/798/GBVB betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Centraal-Afrikaanse Republiek (PbEU LI80);

Gelet op Verordening (EU) nr. 2020/488 van de Raad van de Europese Unie van 2 april 2020 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1352/2014 betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Jemen (PbEU L105);

Gelet op artikel 2, tweede lid, en artikel 3 van de Sanctiewet 1977,

Besluit:

ARTIKEL I

De Sanctieregeling Somalië 2003 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, eerste lid, wordt ‘en 3 ter, eerste lid,’ vervangen door ‘, 3 ter, eerste lid, en 3 quater, eerste lid,’.

B

Artikel 2, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel e wordt ‘internationale organisaties’ vervangen door ‘internationale, regionale of sub regionale organisaties’.

2. Onderdelen f en g worden vervangen door:

  • f. materieel als bedoeld in bijlage II van Besluit 2013/201/GBVB, dat uitsluitend bestemd is voor de ontwikkeling van de nationale veiligheidstroepen van Somalië of de instellingen van de Somalische veiligheidssector die niet tot de federale regering van Somalië behoren, om de veiligheid van de Somalische bevolking te garanderen, mits het Sanctiecomité vooraf toestemming heeft gegeven aan de levering, verkoop of overdracht. Het verzoek om toestemming vindt plaats in overleg met de federale regering van Somalië overeenkomstig het onder 13 en 14 gestelde van Resolutie 2498 (2019). Elk verzoek om toestemming omvat de gegevens over de fabrikant of leverancier, een beschrijving van het materieel, zoals type, kaliber, hoeveelheid, de voorgestelde datum en plaats van levering, alle relevante informatie over de eenheid van bestemming van de nationale veiligheidstroepen van Somalië of de opslagplaats van bestemming;

  • g. materieel als bedoeld in bijlage III van Besluit 2013/201/GBVB bestemd voor:

    • de ontwikkeling van de nationale veiligheidstroepen van Somalië, om de veiligheid van de Somalische bevolking te garanderen, mits het Sanctiecomité hiervan vijf werkdagen voorafgaand aan de levering, verkoop of overdracht in kennis is gesteld, en in overleg met de federale regering van Somalië, overeenkomstig het onder 13 en 14 gestelde van Resolutie 2498 (2019). Een kennisgeving omvat de gegevens over de fabrikant of leverancier, een beschrijving van het materieel, zoals type, kaliber en hoeveelheid, de voorgestelde datum en plaats van levering, alle relevante informatie over de eenheid van bestemming van de nationale veiligheidstroepen van Somalië of de opslagplaats van bestemming;

    • de ontwikkeling van de instellingen van de Somalische veiligheidssector die niet tot de federale regering van Somalië behoren, mits het Sanctiecomité niet vijf werkdagen na ontvangst van de kennisgeving een negatief besluit heeft genomen. Vijf werkdagen voorafgaand aan de kennisgeving aan het Sanctiecomite dient de federale regering van Somalie in kennis te worden gesteld. Een kennisgeving omvat de gegevens over de fabrikant of leverancier, een beschrijving van het materieel, zoals type, kaliber en hoeveelheid, de voorgestelde datum en plaats van levering, alle relevante informatie over de eenheid van bestemming van de nationale veiligheidstroepen van Somalië of de opslagplaats van bestemming;.

3. Onder vervanging van de puntkomma aan het eind van onderdeel i door een punt, vervalt onderdeel j.

C

In artikel 2a, eerste lid, tweede volzin, wordt ‘bedoeld in voornoemd artikel 2 bis, onder d,’ vervangen door ‘bedoeld in artikel 2 bis, onder d, en artikel 3 quater’.

ARTIKEL II

Artikel 1, eerste lid, van de Sanctieregeling Zimbabwe 2004 wordt ‘Verordening (EG) nr. 314/2004 van de Raad van de Europese Unie van 19 februari 2004 inzake bepaalde beperkende maatregelen tegen Zimbabwe’ vervangen door ‘Verordening (EG) nr. 314/2004 van de Raad van 19 februari 2004 inzake beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Zimbabwe’.

ARTIKEL III

Artikel 2, tweede lid, onder e, van de Sanctieregeling Centraal-Afrikaanse Republiek 2014 komt te luiden:

  • e. wapens met een kaliber van 14,5 mm of minder en specifiek voor die wapens ontworpen munitie en componenten, militaire voertuigen zonder wapens en militaire voertuigen met daarop gemonteerde wapens met een kaliber van 14,5 mm of minder aan de veiligheidstroepen van de Centraal-Afrikaanse Republiek, met inbegrip van de civiele rechtshandhavende overheidsinstanties, in geval vorenbedoelde wapens, munitie, componenten en voertuigen uitsluitend bedoeld zijn ter ondersteuning van of voor gebruik in het kader van de hervorming van de beveiligingssector in de Centraal-Afrikaanse Republiek, na kennisgeving aan het Comité, bedoeld in paragraaf 57 van Resolutie 2127 (2013) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties.

ARTIKEL IV

De Sanctieregeling Jemen 2015 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, tweede lid, wordt ‘artikel 4, artikel 5, artikel 6, artikel 7 of artikel 8’ vervangen door ‘artikel 3 bis, artikel 4, artikel 5, artikel 6, artikel 7 of artikel 8’.

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, wordt ‘De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 4,’ vervangen door ‘De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 3 bis, artikel 4,’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 3 bis, artikel 4, artikel 5, artikel 6, artikel 7 en artikel 9, eerste lid, van Verordening (EU) nr. 1352/2014 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor zover het betreft het verlenen van technische bijstand, de vrijgave of beschikbaarstelling van economische middelen of informatie anders dan van financiële aard.

ARTIKEL V

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok

TOELICHTING

Deze regeling strekt tot wijziging van de Sanctieregeling Somalië 2003 (artikel I), de Sanctieregeling Zimbabwe 2004 (artikel II), de Sanctieregeling Centraal-Afrikaanse Republiek 2014 (artikel III) en de Sanctieregeling Jemen 2015 (artikel IV).

Artikel I

De onderhavige wijziging van de Sanctieregeling Somalië 2003 strekt tot uitvoering van de op 6 februari 2020 door de Raad vastgesteld Besluit (GBVB) 2020/1701 en Verordening (EU) nr. 2020/1692. In dit besluit is onder andere, overeenkomstig Resolutie 2498 (2019) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, het wapenembargo opnieuw bevestigd. Daarnaast heeft de Raad de procedures gewijzigd overeenkomstig de procedures in vorenbedoelde resolutie ten aanzien van de goedkeuring en kennisgeving van vrijstellingen met betrekking tot wapens en aanverwant materieel (artikel I, onder B).

Verordening (EU) nr. 2020/169 regelt voorts het verbod op de verkoop, levering of overdracht van onderdelen van geïmproviseerde explosieven aan Somalië ingeval de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking geen toestemming verleent. De strafbaarstelling van overtreding van dit verbod is geregeld in artikel 1 van de Sanctieregeling Somalië 2003 (artikel I, onder A).

Artikel II

Vanwege een wijziging op grond van Verordening (EU) nr. 2020/2133 van de (oorspronkelijke) titel van Verordening (EG) nr. 314/2004 dient artikel 1, eerste lid, van de Sanctieregeling Zimbabwe 2004 overeenkomstig te worden gewijzigd. Artikel II voorziet in deze wijziging. De oude titel, ‘Verordening (EG) nr. 314/2004 van de Raad van de Europese Unie van 19 februari 2004 inzake bepaalde beperkende maatregelen tegen Zimbabwe’, is gewijzigd in ‘Verordening (EG) nr. 314/2004 van de Raad van 19 februari 2004 inzake beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Zimbabwe’.

Artikel III

De Raad van de Europese Unie heeft op 17 maart 2020 Besluit 2020/408/GBVB4 vastgesteld. In dit besluit is overeenkomstig Resolutie 2507 (2020) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, sprake van een uitbreiding van een van de vrijstellingen van het wapenembargo jegens de Centraal-Afrikaanse Republiek. De wijziging van artikel 2, tweede lid, onderdeel e, van de Sanctieregeling Centraal-Afrikaanse Republiek 2014 voorziet in vorenbedoelde uitbreiding.

Artikel IV

De onderhavige wijziging van de Sanctieregeling Jemen 2015 strekt tot uitvoering van Verordening (EU) nr. 2020/4885. In Resolutie 2511 (2020) van de VN-Veiligheidsraad wordt het belang van het faciliteren van humanitaire hulp benadrukt. In Verordening (EU) nr. 2020/488 is in navolging hiervan de mogelijkheid opgenomen dat de bevoegde autoriteit in het kader van humanitaire hulp onder passende voorwaarden toestemming kan geven aan een bepaalde transactie die volgens artikel 1 bis en artikel 2 van Verordening (EU) nr. 2014/1352 verboden is (artikel IV, onder A). Het Sanctiecomité, bedoeld in punt 19 van Resolutie 2140 (2014), dient overigens wel voorafgaand aan de toestemming van de bevoegde autoriteit vast te stellen of de desbetreffende transactie noodzakelijk is voor de werkzaamheden van de Verenigde Naties, voor die van andere humanitaire organisaties in Jemen, of ten behoeve van enige andere doelstelling die overeenstemt met de Resoluties 2140 (2014) en 2216 (2015) van de VN-Veiligheidsraad.

De wijziging van artikel 2 van de Sanctieregeling Jemen 2015 voorziet in een verwijzing naar de bevoegde autoriteit.

Voor meer informatie over de beperkende maatregelen zij erwezen naar de website www.rijksoverheid.nl/sancties.

Ten slotte kan worden gemeld dat de onderhavige regeling strekt tot naleving van een internationale verplichting en dat uit dien hoofde inwerkingtreding niet plaatsvindt conform de Vaste Verander Momenten-systematiek.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok


X Noot
1

Besluit 2020/170/GBVB van de Raad van de Europese Unie van 6 februari 2020 houdende wijziging van Besluit 2010/231/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Somalië (PbEU L36)

X Noot
2

Verordening (EU) nr. 2020/169 van de Raad van de Europese Unie van 6 februari 2020 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 147/2003 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Somalië (PbEU L36)

X Noot
3

Verordening (EU) nr. 2020/213 van de Raad van 17 februari 2020 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 314/2004 van de Raad inzake bepaalde beperkende maatregelen tegen Zimbabwe (PbEU L45)

X Noot
4

Besluit 2020/408/GBVB van de Raad van de Europese Unie van 17 maart 2020 tot wijziging van Besluit 2013/798/GBVB betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Centraal-Afrikaanse Republiek (PbEU LI80)

X Noot
5

Verordening (EU) nr. 2020/488 van de Raad van de Europese Unie van 2 april 2020 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1352/2014 betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Jemen (PbEU L105)

Naar boven