Verlenen opsporingsvergunning aardwarmte Maasland 6, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Besluit 17-04-2020

DGKE-WO / V-58

Procesverloop:

  • − Geopower Exploitatie B.V. (hierna: aanvrager) heeft, per bericht ontvangen op 7 februari 2019, een aanvraag ingediend voor een opsporingsvergunning voor aardwarmte, ingevolge artikel 6 van de Mijnbouwwet (hierna: Mbw). Het aangevraagde gebied, genaamd Maasland 6, ligt in de provincie Zuid-Holland, in de gemeenten Rotterdam, Maassluis en Westland. De oppervlakte van het aangevraagde gebied bedraagt 6,51 km2. De aangevraagde geldigheidsduur van de vergunning is vier jaar;

  • − in de Staatscourant van 9 april 2019 (Staatscourant 2019, nr. 19190), is een uitnodiging geplaatst voor het indienen van concurrerende aanvragen. Binnen de termijn van dertien weken zijn geen concurrerende aanvragen ontvangen;

  • − De aanvrager heeft op 24 april 2019 voor het laatst een aanvulling ingediend;

  • − TNO-AGE (hierna: TNO) heeft op verzoek van de Minister van Economische Zaken en Klimaat (hierna: Minister van EZK) per bericht ontvangen op 30 oktober 2019 advies uitgebracht (kenmerk: AGE 19-10.061);

  • − Staatstoezicht op de Mijnen (hierna: SodM) heeft op verzoek van de Minister van EZK per bericht ontvangen op 14 augustus 2019 advies uitgebracht (kenmerk: ADV-189-190/19171091);

  • − het College van gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland (hierna: GS) heeft op grond van artikel 16 van de Mbw op 17 september 2019 advies uitgebracht (kenmerk: ODH-2019-00089258);

de Mijnraad is, op grond van artikel 105, derde lid, van de Mbw om advies gevraagd en heeft per bericht van 16 januari 2020 advies uitgebracht (kenmerk: MIJR/20015830).

Gelet op: de artikelen 6, 7, 9, 11, eerste tot en met derde lid, en vierde lid, eerste volzin, 12, eerste lid, 13, 15, 16, 17, eerste lid en 105, derde lid, van de Mijnbouwwet, alsmede artikel 1.3.1 van de Mijnbouwregeling.

Besluit

Artikel 1

Aan Geopower Exploitatie B.V. (hierna: de vergunninghouder) wordt een opsporingsvergunning voor aardwarmte verleend voor het gebied genaamd Maasland 6.

Artikel 2

De vergunning geldt voor het gebied dat ligt in de provincie Zuid-Holland, in de gemeenten Rotterdam, Maassluis en Westland en wordt begrensd door de rechte lijnen tussen de punten zoals weergegeven in tabel 1.

Tabel 1:

Punt

X

Y

1

74 681,858

440687,087

2

76 111,720

438089,290

3

75 800,000

437800,000

4

73 600,000

436900,000

5

72 910,000

438580,000

Bovenstaande coördinaten zijn weergegeven volgens het stelsel van de Rijksdriehoekmeting (RD).

Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte van het gebied 6,51 km2.

Artikel 3

De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 7 februari 2019 ingediende aanvraag.

Artikel 4

De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarde in acht: zes maanden voorafgaand aan de uitvoering van fysieke activiteiten overlegt de vergunninghouder aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat, een geactualiseerde organisatiestructuur en -invulling, conform de dan geldende technische standaarden, welke aan de inspecteur-generaal der mijnen wordt voorgelegd.

Artikel 5

De vergunning geldt vanaf het tijdstip waarop zij in werking is getreden tot drie jaar na het tijdstip waarop zij onherroepelijk is geworden.

Artikel 6

De vergunning treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, namens deze: J.L. Rosch MT-lid directie Warmte en Ondergrond

Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen 6 weken na de dag waarop dit besluit is verzonden, een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken en Klimaat, directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK Den Haag. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.

Naar boven