Wijziging Regeling uitkering chroom-6 Defensie

3 april 2020,

nr. BS/2020005949

De Staatssecretaris van Defensie

Gelet op artikel 115 van het Algemeen militair ambtenarenreglement, artikel 88 van het Burgerlijk ambtenarenreglement defensie, artikel 26 van het Inkomstenbesluit militairen en artikel 62 van het Inkomstenbesluit burgerlijke ambtenaren defensie;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling uitkering chroom-6 Defensie wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 1, onderdeel e, komt te luiden:

e. nabestaande:

degene die ten tijde van het overlijden van de werknemer de echtgenoot, echtgenote of geregistreerd partner van de overleden werknemer is of degene die door de werknemer bij diens pensioenfonds is aangemeld als partner en door dit pensioenfonds als zodanig is aangemerkt;

2. Artikel 7, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. De nabestaande heeft recht op een nabestaandenuitkering ter hoogte van € 3.850,– als aannemelijk is dat de werknemer is overleden aan long-, neus-, neusbijholte-, maag- of strottenhoofdkanker of aan een chronische longziekte met AMA-klasse 4, en in verband met deze aandoening:

    • a. de werknemer een coulancetegemoetkoming is toegekend; of

    • b. de werknemer een uitkering op grond van artikel 3 is toegekend; of

    • c. de erfgenamen een uitkering op grond van artikel 4 is toegekend; of

    • d. de werknemer een uitkering op grond van deze regeling zou zijn toegekend, ware hij niet overleden voor inwerkingtreding van deze regeling.

3. In de Bijlage II wordt in de opsomming onder ‘maagkanker’ toegevoegd: strottenhoofdkanker.

4. In de Bijlage III wordt na ‘MAAGKANKER’ toegevoegd: ‘STROTTENHOOFDKANKER’

ARTIKEL II

De Tijdelijke regeling tegemoetkoming en ondersteuning slachtoffers blootstelling chroom VI houdende stoffen defensie wordt als volgt gewijzigd:

In Bijlage II, Aandoeningen, wordt onder Categorie 3 toegevoegd: Strottenhoofdkanker

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 maart 2015.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Defensie Voor deze De Hoofddirecteur Personeel P.F.M. Reesink Schout-bij-nacht

TOELICHTING

Algemeen

De Tijdelijke regeling tegemoetkoming en ondersteuning slachtoffers blootstelling chroom VI houdende stoffen defensie (de Coulanceregeling) voorziet in een tegemoetkoming aan degene die in de uitoefening van zijn werk voor het Ministerie van Defensie is blootgesteld aan chroom-6, waarbij aannemelijk is dat hij (mede) in verband daarmee lijdt aan een bepaalde aandoening.

De Regeling uitkering chroom-6 Defensie (de Uitkeringsregeling) voorziet in een uitkering aan degene die in de uitoefening van zijn werk voor het Ministerie van Defensie is blootgesteld aan chroom-6, en waarbij aannemelijk is dat hij (mede) in verband daarmee lijdt aan een bepaalde aandoening. De regeling voorziet daarnaast in vergoedingen aan de nabestaande.

De coulanceregeling en de uitkeringsregeling worden aangepast in verband met de uitkomsten van een onderzoek van het RIVM naar de actualisatie van de lijst met ziekten die verband kunnen houden met blootstelling aan chroom-6. Het RIVM houdt bij of sinds het openbaar maken van het onderzoek naar de gezondheidsrisico’s als gevolg van blootstelling op de POMS-locaties in juni 2018, nieuwe wetenschappelijke studies zijn verschenen aangaande het verband tussen chroom-6-blootstelling en ziekten of aandoeningen.

Het RIVM is voornemens de resultaten van het onderzoek te publiceren in het rapport Nadelige gezondheidseffecten en ziekten veroorzaakt door chroom-6 Actualisatie van de wetenschappelijke literatuur en de risicobeoordeling voor strottenhoofdkanker bij de POMS-locaties op 6 april 2020 openbaar te maken. Ook wordt het begrip nabestaande in de uitkeringsregeling aangepast.

Artikelsgewijs

Artikel I en II

Eerste lid:

Met deze wijziging wordt geregeld dat degene die ten tijde van het overlijden van de werknemer de partner is, wordt aangemerkt als nabestaande. Hiermee wordt de situatie voorkomen dat de uitkering verdeeld moet worden over de (mogelijk) verschillende (ex)partners.

Tweede tot en met vierde lid:

RIVM-onderzoek wijst uit dat voor strottenhoofdkanker (larynxkanker) beperkt bewijs is dat deze kan worden veroorzaakt door blootstelling aan chroom-6. Bijlage 2 en 3 van de Uitkeringsregeling worden met strottenhoofdkanker aangevuld. Bijlage II van de in artikel II bedoelde Coulanceregeling wordt daar ook mee aangevuld.

Artikel III

Voor aanvragen gedaan op of na 1 maart 2015, wordt de aandoening strottenhoofdkanker ook beschouwd als aandoening die in de toenmalige bijlage II van de Coulanceregeling en bijlage 2 en 3 van de Uitkeringsregeling zijn genoemd.

De Staatssecretaris van Defensie Voor deze De Hoofddirecteur Personeel P.F.M. Reesink Schout-bij-nacht

Naar boven