TOELICHTING
Algemeen
De uitbraak van het COVID-19 virus vraagt van aanbieders van zorg, ondersteuning en
jeugdhulp extra inzet om de zorg aan ouderen, kinderen of mensen met een chronische
ziekte of beperking die thuis wonen te continueren. Ook kan er aangepaste en extra
zorg of ondersteuning nodig zijn om te voorkomen dat mensen ziek worden of acute zorg
nodig hebben. Daarbij krijgen organisaties te maken met voorschriften over ‘social
distancing’ en met uitval van personeel door ziekte. Door ‘social distancing’, ook
wel sociale onthouding genoemd, is er minder contact met anderen en houdt men afstand
tot anderen. Hierdoor is de kans kleiner dat mensen elkaar besmetten met het COVID-19
virus.
E-health toepassingen die ondersteuning of zorg op afstand mogelijk maken, kunnen
uitkomst bieden in deze situatie. Voorbeelden van e-health toepassingen die ondersteuning
of zorg op afstand mogelijk maken zijn beeldschermzorg, het stellen van een indicatie
via een app en het aanreiken van medicatie via medicijndispensers.
Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS
De Stimuleringsregeling E-health Thuis (hierna: SET) is een aanvulling op de Kaderregeling
subsidies OCW, SZW en VWS (hierna: Kaderregeling). Dit betekent dat de Kaderregeling
van toepassing is op subsidies op grond van onderhavige wijzigingsregeling.
De subsidie op grond van artikel 3b is een subsidie als bedoeld in artikel 1.5, onder
c, sub 2°, van de Kaderregeling. De subsidieontvanger toont aan de hand van een verklaring
inzake werkelijke kosten en opbrengsten als bedoeld in artikel 1.1 van de Kaderregeling
aan dat de activiteiten zijn verricht en dat is voldaan aan de aan de verleende subsidie
verbonden verplichtingen.
De Kaderregeling bepaalt in artikel 6.1, derde lid, dat bij beschikking kan worden
afgeweken van het gelijkmatig uitbetalen van de voorschotten. Bij het besluit tot
verlening van de subsidie wordt een voorschot van 100% van het subsidiebedrag verleend.
Het voorschot wordt in een keer betaald.
Staatssteun
De Europese Commissie heeft – vanwege de uitbraak van COVID-19 – de Tijdelijke kaderregeling
inzake staatssteun ter ondersteuning van de economie vanwege de huidige COVID-19-uitbraak
(hierna: Tijdelijke kaderregeling) afgekondigd. Op grond van dit tijdelijke steunkader
kan staatssteun voor een beperkte periode verenigbaar met de interne markt worden
verklaard op grond van artikel 107, derde lid, onder b), van het Verdrag betreffende
de werking van de Europese Unie. Hiermee kunnen overheden ondernemingen steunen om
de verstoringen ten gevolge van de COVID-19-uitbraak tegen te gaan.
Deze wijziging van de SET-regeling vanwege de coronacrisis voldoet aan de voorwaarden
die de Europese Commissie in de Tijdelijke kaderregeling stelt:
-
a. De steun bedraagt niet meer dan € 100.000 per onderneming in de vorm van rechtstreekse
subsidies;
-
b. Er wordt een subsidieplafond gehanteerd bij het verlenen van de subsidies;
-
c. De steun mag worden verleend aan ondernemingen die niet in moeilijkheden verkeren
en/of aan ondernemingen die op 31 december 2019 niet in moeilijkheden verkeerden maar
vervolgens met moeilijkheden te kampen hadden of in moeilijkheden kwamen als gevolg
van de uitbraak van COVID-19. Op grond van deze regeling geldt de voorwaarde dat een
onderneming ten tijde van 31 december 2019 nog geen onderneming in moeilijkheden was
conform artikel 2, punt 18, van Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van
17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108
van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (hierna: Algemene
Groepsvrijstellingsverordening);
-
d. De steun wordt uiterlijk op 1 juni 2020 aangevraagd;
-
e. De verslaglegging geschiedt conform artikel 9 van de Algemene Groepsvrijstellingsverordening.
De Europese Commissie heeft op 3 april 2020 de steun voor e-health toepassingen die
bijdragen aan de continuïteit van ondersteuning of zorg tijdens de uitbraak van COVID-19
bij besluit SA.56915 (2020/N) goedgekeurd met toepassing van artikel 107, derde lid,
onder b), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.
Artikelsgewijs
Subsidie voor e-health toepassingen die bijdragen aan de continuïteit van ondersteuning,
zorg of jeugdhulp tijdens de uitbraak van COVID-19 (onderdelen A tot en met H)
Om aanbieders van ondersteuning, zorg of jeugdhulp op afstand te helpen bij de huidige
opgave als gevolg van de coronacrisis, is een tijdelijke uitbreiding van de SET beschikbaar
(de huidige SET blijft ook beschikbaar). Deze tijdelijke uitbreiding van de SET stelt
per aanvraag een vast subsidiebedrag van € 50.000 beschikbaar voor de aanschaf, lease
en implementatie van e-health toepassingen die bijdragen aan de continuïteit van ondersteuning
of zorg op afstand voor thuiswonende cliënten ten tijde van de coronacrisis. E-health
toepassingen die er op gericht zijn om mantelzorgers te ondersteunen bij hun zorgtaken
komen ook in aanmerking voor de regeling. Bij implementatieactiviteiten valt te denken
de coördinatie van de implementatie door een projectleider, aan het scholen van cliënten
en personeel en het aanpassen van de werkprocessen.
Voor de toepassing van deze regeling wordt onder ‘thuiswonende cliënten’ ook verstaan
cliënten die vanwege medische redenen tijdelijk niet thuis kunnen wonen, zogenoemd
tijdelijk verblijf. Tijdelijk verblijf is het verblijf voor (kortdurende) geneeskundige zorg die onder
de verantwoordelijkheid valt van een huisarts, een specialist ouderengeneeskunde (SO)
of een arts verstandelijk gehandicapten (AVG). Tijdelijk verblijf wordt bekostigd
vanuit de Zorgverzekeringswet, de Wet langdurige zorg of de Wet maatschappelijke ondersteuning
2015. De verwachting is dat het slechts om een zeer beperkte doelgroep gaat.
De subsidie kan worden aangevraagd door aanbieders van ondersteuning of zorg en jeugdhulpaanbieders
als bedoeld in artikel 1.1 van de Jeugdwet. Het gaat hierbij om aanbieders van ondersteuning
als bedoeld in de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015), aanbieders van
zorg als bedoeld in de Wet langdurige zorg (Wlz) en de Zorgverzekeringswet (Zvw) en
jeugdhulpaanbieders als bedoeld in de Jeugdwet. Hieronder vallen ook aanbieders van
tijdelijk verblijf op grond van de Wmo 2015, de Wlz en de Zvw.
Het is belangrijk dat aanbieders van ondersteuning, zorg en jeugdhulp direct aan de
slag kunnen met de aanschaf, lease en implementatie van e-health. Om deze reden is
geregeld dat subsidiabele activiteiten die sinds de eerste COVID-19 besmetting in
Nederland zijn gestart, met terugwerkende kracht onder een subsidieaanvraag kunnen
worden gebracht.
De projectperiode bedraagt maximaal negen maanden. De aanvang van de projectperiode
ligt altijd na 27 februari 2020, de dag van de eerste COVID-19-besmetting in Nederland.
De tijdelijke uitbreiding van de SET geeft aanbieders van ondersteuning, zorg of jeugdhulp
de mogelijkheid om een tweede subsidieaanvraag voor nieuwe activiteiten in te dienen als de activiteiten waarvoor de eerste subsidie is aangevraagd, zijn
afgerond en de coronacrisis nog aanhoudt.
Aanvragen voor subsidie voor digitale toepassingen die bijdragen aan de continuïteit
van ondersteuning of zorg tijdens de uitbraak van COVID-19 kunnen worden ingediend
tot uiterlijk 1 juni 2020 en zolang het subsidieplafond nog niet bereikt is.
Subsidiabele kosten zijn kosten voor de aanschaf, lease en licentie van digitale toepassingen
(deze kosten bedragen maximaal 50% van het totale subsidiebedrag, dus maximaal € 25.000),
loonkosten van professionals die verband houden met de implementatie van e-health
en kosten voor het verstrekken van advies en procesbegeleiding door kennisinstellingen
of onafhankelijke adviesorganisaties. Om ervoor te zorgen dat aanbieders van ondersteuning,
zorg of jeugdhulp e-health toepassingen snel in kunnen zetten in hun organisatie zijn
een aantal oorspronkelijke eisen, zoals cofinanciering, de ondergrens van minimaal
tien gebruikers van de e-health toepassing en het betrekken van de inkoper, voor deze
tijdelijke uitbreiding van de regeling losgelaten.
Het subsidieplafond voor subsidie op grond van artikel 3b bedraagt € 23.000.000. Hiermee
is een noodbudget beschikbaar om de urgente behoefte van aanbieders van ondersteuning,
zorg of jeugdhulp tijdens de coronacrisis tegemoet te komen. De middelen van 2021
worden vervroegd vrijgemaakt om in 2020 in te kunnen zetten voor e-health toepassingen
tijdens de coronacrisis. Dit betekent dat het subsidieplafond voor 2021 op een lager
bedrag wordt vastgesteld. Het subsidieplafond van € 28.000.000 voor 2020 voor de huidige
SET blijft beschikbaar. Het subsidieplafond voor de huidige SET betreft het bedrag
wat in totaal kan worden toegekend in een jaar, (een deel van) de betaling van het
toegekende bedrag kan plaatsvinden in de jaren volgend op het jaar dat de subsidie
is toegekend.
Er hoeft voor deze aanvraag geen samenwerkingsverklaring bijgevoegd te worden en de
beoordelingscriteria in de Bijlage bij de SET zijn ook niet van toepassing op deze
subsidie.
Dit is een tijdelijke uitbreiding van de regeling. De regeling werkt terug tot 25 maart 2020, de datum
waarop aanvragers een aanvraag in kunnen dienen bij RVO. Aanvragen kunnen ingediend
worden tot 1 juni 2020.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge