TOELICHTING
I. ALGEMEEN
1. Doel en aanleiding
Deze regeling wijzigt in de eerste plaats titel 3.2 van de Regeling nationale EZK-en
LNV-subsidies (RNES). Daarin is de subsidiemodule ‘PPS-toeslag onderzoek en innovatie’
vervat. Daarnaast wijzigt titel 3.3 van de RNES, waarin de subsidiemodule ‘TKI MKB-versterking’
is opgenomen. De wijzigingen in beide modules houden verband met de aanwending door
Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI’s) van ontvangen subsidie voor de inzet
van de zogenoemde innovatiemakelaars ten behoeve van het mkb.
De TKI’s stellen innovatiemakelaars beschikbaar aan het mkb om hen op deze manier
te betrekken in het missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid. De innovatiemakelaar
moet ervoor zorgen dat een mkb’er kan innoveren binnen de kennis- en innovatieagenda’s
(KIA’s) die door topteams (ingesteld via het Instellingsbesluit topteams Missiegedreven
Topsectoren- en Innovatiebeleid) worden opgesteld ten behoeve van de maatschappelijke
thema’s en sleuteltechnologieën waarvoor het TKI de PPS-toeslag inzet. De innovatiemakelaar
geeft innovatieadvies met als doel bewustwording bij de (met name technologievolgende)
mkb’er van de innovatiepotentie zoals omschreven in de KIA’s voor zijn/haar productie-/bedrijfsproces.
Daarnaast verwijst de innovatiemakelaar een mkb’er naar een mogelijke samenwerkingspartner
voor bijvoorbeeld het ontwikkelen van een gemeenschappelijke innovatievraag of het
betreden van nieuwe afzetmarkten. Ook verwijst de innovatiemakelaar naar een potentieel
geschikte financierings-/subsidiebron die hem kan helpen bij het innoveren van zijn
product of (productie-/bedrijfs-)proces.
Op grond van de module TKI MKB-versterking of (naar keuze van het TKI) de module PPS-toeslag
(beide opgenomen in de RNES) ontvangt een TKI subsidie voor de advieskosten van een
innovatiemakelaar (waarvan dus uiteindelijk ook de mkb’er profijt heeft ingeval het
TKI de ontvangen subsidie aanwendt voor de inzet van innovatiemakelaars). Tot op heden
was die subsidie gemaximeerd op 50% van de advieskosten van een innovatiemakelaar.
Dit betekende dat de betrokken mkb’er zelf de overige 50% van de advieskosten diende
te dragen (cofinanciering).
Een grote meerderheid van de TKI’s heeft aangegeven dat zij de afgelopen jaren nauwelijks
in staat is gebleken om voor dit advies de vereiste 50% cofinanciering direct van
de betrokken mkb’er te verkrijgen. De doelgroep van de innovatiemakelaar is het technologievolgend
mkb dat vaak met kleine winstmarges onderneemt en/of niet kapitaalkrachtig is. Het
innovatieadvies is pas een eerste stap in een langer innovatieproces waarbij dit advies
één van de factoren is voor – op de langere termijn – bedrijfsgroei, het betreden
van nieuwe markten, het verhogen van winstkansen etc. Omdat het innovatieadvies geen
rendementsperspectief op de korte termijn biedt, zijn (ook al kleine) cofinancieringsbijdragen
een te hoge drempel om gebruik te maken van de adviesdiensten van een innovatiemakelaar.
Met deze wijzigingsregeling is het TKI in staat gesteld om de innovatieadviesdienst
voor maximaal 100% te subsidiëren (artikel I, onderdeel A, punt 1, en onderdeel B).
Er is een maatschappelijk voordeel als het mkb dat nu vanwege de cofinancieringseis
geen gebruik maakt van de innovatiemakelaars, op deze wijze toch kan worden betrokken
bij uitrol en implementatie van het missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid.
Het subsidieplafond dat voor de module TKI MKB-versterking geldt, blijft onverminderd
van kracht. Voor de PPS-toeslagmodule is door middel van deze wijzigingsregeling een
plafond ingevoerd ten aanzien van het bedrag van de in een kalenderjaar verleende
PPS-toeslag dat een TKI voor de inzet van een innovatiemakelaar mag aanwenden (artikel
I, onderdeel A, punt 2). Hiermee wordt onderstreept dat de hoofddoelstelling van de
PPS-toeslagregeling het ondersteunen is van R&D in PPS-verband binnen de maatschappelijke
uitdagingen, sleuteltechnologieën en het maatschappelijk verdienvermogen. Binnen de
PPS-toeslagmodule is de aanwending van toeslag voor de inzet van innovatiemakelaars
met andere woorden secundair, en behoort dat gelet op de opzet van de module dus ook
te zijn, anders dan onder de TKI MKB-versterkingsmodule. De bekostiging door TKI’s
van de inzet van innovatiemakelaars vindt met andere woorden vooral plaats op grond
van deze laatstgenoemde module.
2. Staatssteun
Titels 3.2 en 3.3 bevatten staatssteun en worden gerechtvaardigd onder artikel 25
(wat betreft de samenwerkingsprojecten die bestaan uit fundamenteel of industrieel
onderzoek, experimentele ontwikkeling of een combinatie daarvan) en artikel 28 (wat
betreft innovatieadviesdiensten) van de algemene groepsvrijstellingsverordening.
De hierboven beschreven wijzigingen hebben geen gevolgen voor de staatssteunrechtvaardiging.
De verhoging van de steunintensiteit van 50% naar 100% binnen zowel de PPS-toeslagmodule
als de TKI MKB-versterkingsmodule is in overeenstemming met artikel 28, vierde lid,
van de algemene groepsvrijstellingsverordening dat een maximaal steunpercentage van
100% noemt. Daarbij is tevens voldaan aan de in dat lid vervatte voorwaarde dat het
totale bedrag van de steun voor innovatieadviesdiensten en diensten inzake innovatieondersteuning
ten hoogste € 200.000 bedraagt per onderneming over een periode van drie jaar. Binnen
de PPS-toeslagmodule is dit geborgd door het slot van het reeds bestaande artikel
3.2.5, derde lid, onderdeel b, subonderdeel 2°, van de RNES en binnen de TKI MKB-versterkingsmodule
via artikel 3.3.8, derde lid. In elk van die artikelen is bepaald dat het totale bedrag
aan PPS-programmatoeslag respectievelijk het maximale subsidiebedrag dat een TKI voor
innovatieadviesdiensten aanwendt, maximaal € 10.000 per mkb-onderneming over een periode
van één jaar bedraagt. In artikel 3.2.5., derde lid, onderdeel b, subonderdeel 3°,
van de RNES (PPS-toeslagmodule), en in artikel 3.3.8, vierde lid, van de RNES (TKI
mkb-versterkingsmodule) is vervolgens bepaald dat aan een mkb’er gedurende maximaal
drie jaar innovatieadviesdiensten worden geleverd.
Ook het ingevoerde plafond voor de aanwending van de in een kalenderjaar verleende
PPS-programmatoeslag voor innovatieadviesdiensten heeft geen gevolgen voor de staatssteunrechtvaardiging.
Het plafond geeft alleen aan het maximumbedrag aan PPS-programmatoeslag dat het TKI
mag inzetten voor innovatieadviesdiensten, maar ziet niet op de hoogte van de steun
aan de individuele mkb’er die de dienst ontvangt.
3. Regeldruk
De wijziging betreffende de afschaffing van de cofinancieringseis in de PPS-toeslagmodule
en de TKI MKB-versterkingsmodule (artikel I, onderdeel A, punt 1, en onderdeel B)
heeft geen gevolgen voor het niveau van de regeldruk. Voorwaarde in beide modules
was voorheen dat de mkb’er de factuur van de innovatiemakelaar voor de helft zelf
moest betalen. Het TKI moest zorgen dat niet meer dan de helft van die factuur door
het TKI zou worden voldaan. Met het schrappen van de cofinancieringseis hoeft de mkb’er
geen betalingshandeling meer te verrichten, maar deze moet nog altijd aan het TKI
een verklaring sturen voor welk bedrag hij innovatieadvies heeft ontvangen. De TKI’s
dienen ter borging van de naleving van de steunkaders immers nog steeds per mkb’er
het bedrag aan innovatieadviesdiensten te administreren die de innovatiemakelaar heeft
verstrekt. Daarom is er wat het schrappen van de cofinancieringseis betreft sprake
van een neutraal gevolg voor de regeldruk van het afschaffen van de cofinancieringseis.
De invoering van het plafond voor aanwending van PPS-programmatoeslag voor innovatieadviesdiensten
(artikel I, onderdeel A, punt 2) heeft geen invloed op de werkzaamheden van de TKI’s.
Het in acht nemen van het plafond past binnen de reguliere administratieve handelingen
voor het TKI in het bijhouden van het budget. Ook in dit opzicht is derhalve geen
sprake van wijzigingen in de regeldruk.
Omdat er geen gevolgen voor de regeldruk zijn, heeft ATR de regeling niet geselecteerd
voor een formeel advies.
4. Vaste verandermomenten
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van publicatie in
de Staatscourant (vermoedelijk op of rond 1 april 2020, een vast verandermoment).
Met de bekendmaking van deze regeling wordt aldus mogelijk wat betreft de datum van
inwerkingtreding afgeweken van het kabinetsbeleid omtrent vaste verandermomenten,
en wordt afgeweken van de regel binnen dat kabinetsbeleid dat er minimaal twee maanden
moeten zitten tussen het moment van publicatie en de inwerkingtreding van de regeling.
Deze afwijking is echter gerechtvaardigd te achten.
De wijziging dat met de ontvangen PPS-programmatoeslag en de TKI MKB-versterkingssubsidie
voortaan niet slechts 50%, maar 100% van de subsidiabele kosten voor inzet van innovatiemakelaars
mag worden gedekt, geldt als een begunstigende wijziging waarmee een, zoals uitgelegd
in paragraaf 1 van het algemeen deel van de toelichting, niet goed functionerend element
uit de beide subsidiemodules is gerepareerd.
Daarnaast geldt dat de invoering van een plafond voor de aanwending van de verdiende
PPS-programmatoeslag voor innovatiemakelaars in de praktijk niet als belemmerend wordt
ervaren, omdat er sowieso slechts een beperkt deel van de verleende PPS-programmatoeslag
voor innovatiemakelaars wordt ingezet. Het ingevoerde plafond geeft voldoende ruimte
voor de door de TKI’s gewenste mate van aanwending van PPS-programmatoeslag voor innovatiemakelaars.
Dit is ook bevestigd vanuit de TKI’s. Aan de TKI’s als potentiële subsidieaanvragers
binnen beide modules zijn de kernpunten van de op handen zijnde wijzigingen in februari
2020 gecommuniceerd. Daarbij hebben zij aangegeven zich in de geschetste wijzigingen
te kunnen vinden en hebben zij voor zover nodig ook tijd gehad om zich voor te bereiden
op de wijzigingen. Tegen deze achtergrond is er geen sprake van enige vorm van benadeling
van betrokken partijen door de kortere termijn tussen publicatie en inwerkingtreding
van deze wijzigingsregeling.
II. ARTIKELEN
Artikel I, onderdeel A, punt 1, en onderdeel B
Deze wijzigingen in onderdeel A, punt 1, en onderdeel B strekken in feite tot afschaffing
van de cofinancieringseis, bedoeld in paragraaf 1 van het algemeen deel van de toelichting.
De TKI’s mogen voortaan niet slechts maximaal 50%, maar maximaal 100% van de advieskosten
van een innovatiemakelaar bekostigen op basis van de ontvangen TKI MKB-versterkingssubsidie
respectievelijk de ontvangen PPS-programmatoeslag. Door gebruik van het woord ‘maximaal’
behoudt een TKI de mogelijkheid om desgewenst alsnog slechts een deel van de advieskosten
te dragen en het overige deel voor rekening van de betrokken mkb’er te laten komen.
Artikel I, onderdeel A, punt 2
De wijziging in onderdeel A, punt 2, strekt tot invoering van een nieuw subonderdeel
3°. Met dit onderdeel is een maximum ingevoerd aan de hoeveelheid verdiende PPS-programmatoeslag
die een TKI mag aanwenden voor de diensten van innovatiemakelaars. Waar dit maximum
in een concreet precies geval ligt, hangt in feite af van de omstandigheden van het
geval.
Het uitgangspunt is dat het TKI van de in een kalenderjaar verleende PPS-programmatoeslag
maximaal € 100.000 mag inzetten voor innovatieadviesdiensten. Echter, indien aan een
TKI in een kalenderjaar dusdanig veel PPS-programmatoeslag is verleend, dat 0,5% van
dat bedrag aan PPS-programmatoeslag een bedrag vertegenwoordigt van ten minste € 100.000,
dan bedraagt het maximum voor de aanwending van toeslag voor innovatiemakelaars 0,5%
van die verleende PPS-programmatoeslag. Dit is verwoord in het derde lid, onderdeel
b, subonderdeel 3° (nieuw). Het overige deel van de PPS-programmatoeslag moet aangewend
worden voor publiek-private samenwerkingsprojecten.
Het toepasselijke plafond voor het TKI geldt ook indien het desbetreffende TKI actief
is binnen een topsector waarbinnen meerdere TKI’s actief zijn, zoals de topsector
Water & Maritiem, waarbinnen het TKI Deltatechnologie, het TKI Watertechnologie en
het TKI Maritiem opereren.
Artikel II
Deze wijzigingsregeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van publicatie
in de Staatscourant, met dien verstande dat ten aanzien van artikel I, onderdeel A,
terugwerkende kracht tot 1 januari 2020 geldt.
Deze terugwerkende kracht is opportuun geacht, omdat het aanvragers van PPS-programmatoeslag
binnen de openstellingsperiode van 1 januari 2020 tot 28 mei 2020 aldus de mogelijkheid
biedt om de aanwending van PPS-programmatoeslag voor innovatiemakelaars binnen de
door deze wijzigingsregeling geboden nieuwe (en naar de mening van de TKI’s: gunstige,
althans feitelijk niet beperkende) kaders vorm te geven – dus zonder cofinanciering
door het mkb en weliswaar met inachtneming van een bepaald plafond, maar waarbij het
plafond voor de TKI’s voldoende werkbaar is. In paragraaf 1 van het algemeen deel
van de toelichting is dit nader uiteengezet.
Het feit dat die openstellingsperiode ten tijde van de inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling
deels reeds verstreken is, vormt overigens geen obstakel, nu de TKI’s (ook met de
voorafgaande kennis van de komst van deze wijzigingsregeling) hun aanvragen voor PPS-programmatoeslag
hebben aangehouden of hooguit een pro forma aanvraag hebben ingediend die onder meer
wat beoogde aanwending betreft nog aangevuld moet worden.
Een en ander ligt anders ten aanzien van de TKI MKB-versterkingsmodule. Terugwerkende
kracht is hier niet nodig c.q. niet aan de orde. De openstellingsperiode voor deze
module start op 7 april 2020 (dus na publicatie en inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling)
en eindigt op 2 juli 2020. De vorige openstellingsperiode (van 15 april 2019 tot en
met 4 juli 2019) is inmiddels al geruime tijd gesloten.
In paragraaf 4 van het algemeen deel van de toelichting is verder aangegeven hoe deze
publicatie en datum van inwerkingtreding zich verhouden tot het kabinetsbeleid betreffende
de vaste verandermomenten.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer