Verkeersbesluit – gemeente Haarlemmermeer – Hoofddorp – De Hoek - Rijnlanderweg

Logo Haarlemmermeer

Onderwerp: aanduiden fietspad en instellen voorrangsregeling

Nummer: X.2020.02264

Gelet op het volgende:

• Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

• De Algemene wet bestuursrecht (AWB) vereist zorgvuldigheid en belangenafweging bij de totstandkoming van besluiten, waaronder verkeersbesluiten. Artikel 3:2 van de AWB schrijft voor dat het bestuursorgaan de nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen vergaart. Naast de belangenafweging bepaalt artikel 3:4 van de AWB dat de voor een of meer belanghebbenden nadelige gevolgen niet onevenredig mogen zijn in verhouding tot de met het besluit te dienen doelen.

• Artikel 21 van het BABW bevat voorschriften omtrent de motivering van verkeersbesluiten. Het verkeersbesluit moet in ieder geval weergeven welke doelstelling of doelstellingen met het verkeersbesluit worden beoogd. Daarbij moet worden aangegeven welke van de in artikel 2, eerste en tweede lid van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen ten grondslag liggen aan het besluit. Indien tevens andere van die belangen in het geding zijn, wordt voorts aangegeven op welke wijze de belangen tegen elkaar zijn afgewogen.

  • 1.

    Artikel 2 van de Wegenverkeerswet noemt de volgende doelen:

  • 1.

    In eerste instantie:

    • a.

      het verzekeren van de veiligheid op de weg;

    • b.

      het beschermen van weggebruikers en passagiers;

    • c.

      het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

    • d.

      het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer.

  • 2.

    In tweede instantie ook voor:

    • a.

      het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu, bedoeld in de Wet milieubeheer;

    • b.

      het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte aantasting van het karakter of van de functie van objecten of gebieden.

• Overeenkomstig artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) dient overleg te worden gevoerd met de korpschef van de Nationale Politie.

• De vermelde wegen zijn in eigendom, beheer en onderhoud van de gemeente Haarlemmermeer.

• Krachtens artikel 18, lid 1 onder d, van de Wegenverkeerswet 1994 worden verkeersbesluiten genomen door het college van B&W. In het Mandaat-, machtiging en volmachtbesluit Haarlemmermeer 2020 is de bevoegdheid tot het nemen en intrekken van verkeersbesluiten een ondermandaat verleend aan de cluster- en teammanagers van de cluster B&O (Beheer & Onderhoud). De maatregelen vallen onder dit ondermandaat. 

Overwegingen en motivatie

Parallel aan de Rijnlanderweg, tussen de N201 en de Hoeksteen, in De Hoek te Hoofddorp ligt op dit moment een smal pad dat deels is aangewezen als bromfietspad en deels als fietspad met de borden G12a en G11. Op dit moment is het pad voorzien van betonnen platen en is de breedte van 2,00 meter erg smal voor (brom)fietsers in twee richtingen.

Dit deel van het (brom)fietspad gaan we verbreden naar 3,00 meter waarbij de oversteek over de zijstraat (parallelle Kruisweg) in de voorrang wordt gezet. Fietsers kunnen dan zonder om te rijden doorfietsen. Hiervoor worden verkeersborden G11 en G12a verplaatst.

Ter hoogte van dit kruispunt worden de bromfietsers vanaf het bromfietspad naar de rijbaan geleid en andersom, waardoor de verkeersveiligheid voor bromfietsers vanuit de richting N201 wordt aangetast. Zij hebben in de huidige situatie de mogelijkheid om zich op te stellen, maar dat kan in de nieuwe situatie niet meer. Daarom wordt het parallelle pad langs de Rijnlanderweg vanaf de N201 verboden voor bromfietsers door het aanbrengen van bord G11. Bromfietsers kunnen namelijk gebruik maken van de verkeerslichten om vervolgens op een conflictvrije wijze de Rijnlanderweg op te rijden.

Voor bromfietsers op de Rijnlanderweg die richting de N201 rijden is en blijft het wel mogelijk om ter hoogte van de parallelle Kruisweg het (brom)fietspad op te rijden.

Vanaf de Hoeksteen richting het noorden is op dit moment helemaal geen fietsvoorziening aanwezig tot aan de komgrens. Buiten de bebouwde kom is wel een fietsvoorziening aanwezig in de vorm van fietssuggestiestroken op de rijbaan van de Rijnlanderweg. Het te verbreden fietspad parallel aan de Rijnlanderweg trekken we vanaf de Hoeksteen door richting het noorden tot aan de komgrens. Met een voorrangsregeling sluit het fietspad dan weer aan op de Rijnlanderweg, maar ook op het nieuwe fietspad parallel aan de Tufsteen.

De oversteek voor fietsers over de Rijnlanderweg wordt geregeld met verkeersborden en haaientanden. Ook de nieuwe aansluiting van de Tufsteen op de Rijnlanderweg wordt voorzien van een voorrangsregeling.

Met de maatregelen wordt beoogd om te voorzien van een goede en verkeersveilige bereikbaarheid voor langzaam verkeer parallel aan de Rijnlanderweg, tussen de N201 en de noordelijke komgrens.

 

Maatregelen (bebording en belijning)

De volgende maatregelen worden getroffen:

1. Het verplaatsen van de ligging van het de oversteek van het (brom)fietspad parallel aan de Rijnlanderweg ter hoogte van de parallelle Kruisweg door het verplaatsen van bord G11 met onderbord OB503 RVV 1990 en het verplaatsen van bord G12a met onderbord OB505 RVV 1990;

2. Het aanduiden van een fietspad parallel aan de Rijnlanderweg, vanaf de N201 tot de parallelle Kruisweg door het plaatsen van bord G11 RVV 1990;

3. Het aanduiden van een fietspad dat in twee richtingen bereden kan worden parallel aan de Rijnlanderweg, tussen de Hoeksteen en de noordelijke komgrens door het plaatsen van bord G11 met onderborden OB503 RVV 1990;

4. Het aanduiden van een fietspad dat in twee richtingen bereden kan worden parallel aan de Tufsteen door het plaatsen van bord G11 met onderborden OB505 RVV 1990;

5. Het regelen van de voorrang over de Rijnlanderweg, ter hoogte van de noordelijke komgrens, zodanig dat langzaam verkeer op de fietsoversteek voorrang verleent aan verkeer op de Rijnlanderweg door het plaatsen van borden B6 en haaientanden artikel 80 RVV 1990;

6. Het regelen van de voorrang op het kruispunt Rijnlanderweg-Tufsteen, zodanig dat het verkeer op de Tufsteen voorrang verleent aan verkeer op de Rijnlanderweg door het plaatsen van borden B4, B5 en B6 en haaientanden artikel 80 RVV 1990;

7. Het plaatsen van borden J38 RVV 1990 als waarschuwing voor het plateau op de Rijnlanderweg ter hoogte van de Tufsteen. Het plaatsen van deze borden is niet verkeersbesluitplichtig.

De aan te brengen bebording staat aangegeven op de bij dit besluit behorende tekening met het nummer 2020-050-004.

Motivering Wegenverkeerswet 1994 (Wvw 1994):

Motivatie van de maatregel geschiedt uit het oogpunt van:

• artikel 2, lid 1a van de Wegenverkeerswet (Wvw) 1994, het verzekeren van de veiligheid op de weg;

• artikel 2, lid 1b van de Wegenverkeerswet (Wvw) 1994, het beschermen van weggebruikers en passagiers;

• artikel 2, lid 1c van de Wegenverkeerswet (Wvw) 1994, het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

• artikel 2, lid 1d van de Wegenverkeerswet (Wvw) 1994, het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer;

• artikel 2, lid 2a van de Wegenverkeerswet (Wvw) 1994, het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu, bedoeld in de Wet milieubeheer;

• artikel 2, lid 2b van de Wegenverkeerswet (Wvw) 1994, het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte aantasting van het karakter of van de functie van objecten of gebieden.

Door de maatregelen wordt geen van de belangen genoemd in artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 geschaad.

Belangenafweging

Bewoners

De maatregelen zijn in het belang van bewoners. Het fietspad wordt breder en de bereikbaarheid wordt verbeterd. Een duidelijk en herkenbaar fietspad komt tevens ten goede aan de verkeersveiligheid.

(Doorgaand) gemotoriseerd verkeer

De maatregelen hebben geen gevolgen voor (doorgaand) gemotoriseerd verkeer.

Vrachtverkeer

De maatregelen hebben geen gevolgen voor vrachtverkeer.

Langzaam verkeer

De maatregelen zijn in het belang van langzaam verkeer. Het fietspad wordt breder en de bereikbaarheid wordt verbeterd. Een duidelijk en herkenbaar fietspad komt tevens ten goede aan de verkeersveiligheid.

Openbaar vervoer

De maatregelen hebben geen gevolgen voor openbaar vervoer.

Nood- en hulpdiensten

De maatregelen hebben geen gevolgen voor nood- en hulpdiensten.

Parkeerders

De maatregelen hebben geen gevolgen voor parkeerders.

Algemeen belang

De maatregelen garanderen de verkeersveiligheid en de bereikbaarheid. Dit is in het algemeen belang.

Afweging

Alles afwegende zijn burgemeester en wethouders van mening dat de maatregelen in het algemeen belang zijn en in het bijzonder in het belang van bewoners en langzaam verkeer. Er worden geen belangen geschaad met deze maatregel.

Voorbereiding en overleg

Er zijn uitsluitend belangen gediend bij deze maatregel waardoor hierover geen participatie heeft plaatsgevonden.

Om de rechtstreeks bij het verkeersbesluit betrokken belangen goed af te kunnen wegen verdient het de aanbeveling om, vooral bij complexe en omstreden maatregelen, een voorbereidingsprocedure te volgen. Hier is vanaf gezien omdat de maatregelen geen complexe maatregelen betreffen en de belangen voldoende in beeld zijn.

Overleg met de Nationale Politie heeft plaatsgevonden in de Werkgroep Verkeer, waarin de door de korpschef gemachtigde medewerker verkeersadvisering, alsmede de Brandweer en Connexxion, vertegenwoordigd zijn. Op 18-02-2020 is dit besluit behandeld in de werkgroep. De leden van de Werkgroep gaan akkoord met de voorgestelde maatregelen.

Publicatie

Het besluit wordt gepubliceerd in de Digitale Staatscourant.

Besluiten

In overeenstemming met de tekening met het nummer 2020-050-004, die een onderdeel is van dit besluit, wordt besloten tot de volgende verkeersmaatregelen:

1. Het verplaatsen van de ligging van het de oversteek van het (brom)fietspad parallel aan de Rijnlanderweg ter hoogte van de parallelle Kruisweg door het verplaatsen van bord conform model G11 met onderbord OB503 uit bijlage I van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (RVV) 1990 en het verplaatsen van bord conform model G12a met onderbord OB505 uit bijlage I van het RVV 1990;

2. Het aanduiden van een fietspad parallel aan de Rijnlanderweg, vanaf de N201 tot de parallelle Kruisweg door het plaatsen van bord conform model G11 uit bijlage I van het RVV 1990;

3. Het aanduiden van een fietspad dat in twee richtingen bereden kan worden parallel aan de Rijnlanderweg, tussen de Hoeksteen en de noordelijke komgrens door het plaatsen van bord conform model G11 met onderborden OB503 uit bijlage I van het RVV 1990;

4. Het aanduiden van een fietspad dat in twee richtingen bereden kan worden parallel aan de Tufsteen door het plaatsen van bord conform model G11 met onderborden OB505 uit bijlage I van het RVV 1990;

5. Het regelen van de voorrang over de Rijnlanderweg, ter hoogte van de noordelijke komgrens, zodanig dat langzaam verkeer op de fietsoversteek voorrang verleent aan verkeer op de Rijnlanderweg door het plaatsen van borden conform model B6 uit bijlage I RVV 1990 en haaientanden conform artikel 80 uit het RVV 1990;

6. Het regelen van de voorrang op het kruispunt Rijnlanderweg-Tufsteen, zodanig dat het verkeer op de Tufsteen voorrang verleent aan verkeer op de Rijnlanderweg door het plaatsen van borden conform model B4, B5 en B6 uit bijlage I van het RVV 1990 en haaientanden conform artikel 80 uit het RVV 1990;

 

7. Dit besluit ter openbare kennis te brengen op 5-3-2020.

Burgemeester en Wethouders van Haarlemmermeer

namens dezen,

de gemeentesecretaris,

voor deze,

de teammanager Vakdisciplines,

 

 

M. Koster

 

 

 

 

 

 

 

 

Terinzagelegging

Het besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant (overheid.nl). Het besluit en de tekening waarop de maatregelen staan aangegeven, liggen gedurende zes weken vanaf de publicatiedatum voor een ieder na een telefonische afspraak ter inzage op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur in het Informatiecentrum van het raadhuis, Raadhuisplein 1 in Hoofddorp.

 

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan iedereen wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken, binnen zes weken na publicatie van dit besluit een met redenen omkleed bezwaarschrift indienen bij het college van Burgemeester en Wethouders van Haarlemmermeer, het cluster Juridische Zaken van het team Ondersteuning, Postbus 250, 2130 AG Hoofddorp. Het indienen van een bezwaarschrift schorst de werking van dit besluit niet. Gelijktijdig met of na het indienen van een bezwaarschrift kan een verzoek om een voorlopige voorziening worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland, p/a Arrondissementsrechtbank Haarlem, sector Bestuursrecht Postbus 1621, 2003 BR Haarlem. Een dergelijk verzoek kan pas worden gedaan als het bezwaarschrift is ingediend en onverwijlde spoed, gelet op het betrokken belang, dat vereist. Voor de behandeling van het verzoek wordt een bedrag aan griffierecht geheven.

 

Naar boven