Wijzigingsregeling Regeling Talent in de regio

Het bestuur van stichting Fonds voor Cultuurparticipatie,

gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid,

gelet op artikel 4:23, eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht,

gelet op het Algemeen Subsidiereglement van Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie;

met goedkeuring van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 14 januari 2020;

besluit:

vast te stellen de Wijzigingsregeling Regeling Talent in de regio.

ARTIKEL I

De Regeling Talent in de regio wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

In onderdeel c wordt ‘€ 720.000’ vervangen door ‘€ 1.130.000’.

B

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt als volgt te luiden:

  • 1. Voor wat betreft de aanvraagrondes in 2018 en 2019 geldt: de subsidie wordt aan ten hoogste één aanvrager per provincie verleend, en bedraagt maximaal € 55.000 voor de aanvraagronde in het jaar 2018 en maximaal € 60.000 voor de aanvraagronde in het jaar 2019.

2. Onder vernummering van het tweede en het derde lid tot derde en vierde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 2. Voor wat betreft de aanvraagronde in 2020 geldt:

    • a. Per provincie kunnen er maximaal twee aanvragen worden ingediend. Het maximale bedrag per aanvraag is € 60.000, en het maximale totaalbedrag per provincie is € 94.000.

    • b. Het maximaal beschikbare budget per provincie van € 94.000 kan worden verhoogd indien na de beoordeling van de aanvragen blijkt, dat het totaalbedrag van de gehonoreerde aanvragen lager is dan het in artikel 5, onder c, genoemde subsidieplafond.

    • c. Indien er per provincie twee aanvragen worden ingediend en het totaalbedrag van de twee aanvragen de € 94.000 overstijgt, dan worden de twee aanvragen op volgorde van binnenkomst behandeld.

    • d. Indien sprake is van een gedeeltelijk toegewezen subsidie, dan dient de aanvrager met een aangepast projectplan aan te tonen dat het toegewezen bedrag voldoende bijdraagt aan het realiseren van het projectplan.

C

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt als volgt te luiden:

  • 1. Subsidie wordt geweigerd indien voor dezelfde activiteiten:

    • al subsidie is verleend door het Fonds,

    • subsidie is of zal worden verleend door een van de andere rijkscultuurfondsen,

    • subsidie is of zal worden verleend op grond van de Regeling op het specifiek cultuurbeleid (BIS / Basis infrastructuur).

2. Er wordt een vijfde lid toegevoegd, luidende:

  • 5. Subsidie wordt geweigerd indien de aanvrager subsidie aanvraagt voor dezelfde activiteiten als waarvoor hij eerder subsidie heeft ontvangen vanuit deze regeling.

D

Artikel 10, onderdeel c, wordt als volgt gewijzigd:

‘8 mei 2020’ wordt vervangen door ’22 mei 2020’.

E

Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de huidige tekst wordt de aanduiding ‘1’ geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Het aangepaste projectplan zoals bedoeld in artikel 2, onderdeel d, wordt ter advisering voorgelegd aan een interne adviescommissie.

F

Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de huidige tekst wordt de aanduiding ‘1’ geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Indien een aangepast projectplan is ingediend, zoals bedoeld in artikel 2, onderdeel d, dan kan de beslistermijn worden verlengd.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag nadat deze in de Staatscourant is gepubliceerd.

ARTIKEL III

Deze regeling wordt aangehaald als: de Wijzigingsregeling Regeling Talent in de regio.

Deze wijziging zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Het bestuur van stichting Fonds voor Cultuurparticipatie, namens deze, H.G.G.M. Verhoeven directeur-bestuurder

TOELICHTING

Algemeen

Vanwege het overblijven van middelen in de tweede subsidieronde in 2018 van deze regeling, heeft het Fonds besloten deze middelen toe te voegen aan de derde en laatste subsidieronde. Dit heeft tot gevolg dat de regeling aangepast is.

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdelen A en B

Voor aanvraagronde 2020 gaat een afwijkend regime gelden. Zo gaat het subsidieplafond omhoog van € 720.000 naar € 1.130.000. Verder is afstand gedaan van de eis dat er slechts één aanvrager per provincie mogelijk is. In 2020 is het mogelijk om twee aanvragen per provincie te honoreren.

Met een subsidieplafond van € 1.130.000 en een totaal van 12 provincies, is er per provincie een bedrag van maximaal € 94.000 beschikbaar. Het project dat als eerste wordt ingediend, maakt als eerste aanspraak op het maximumbedrag van € 60.000. Indien dat bedrag volledig wordt aangevraagd en gehonoreerd, resteert een bedrag van maximaal € 34.000 dat beschikbaar kan worden gesteld voor de tweede ingediende aanvraag uit diezelfde provincie.

Ten aanzien van het maximale bedrag dat per provincie kan worden verstrekt, is een voorbehoud gemaakt. In beginsel kan per provincie maximaal € 94.000 aan subsidie worden besteed. Indien blijkt dat in een of meerdere provincies minder dan € 94.000,- wordt aangevraagd of gehonoreerd, dan wordt het resterende bedrag beschikbaar gesteld aan en evenredig verdeeld over de (gehonoreerde) aanvragen die nog niet het volledig toegekende bedrag konden worden verleend.

Waar een ingediende begroting van een tweede aanvraag het bedrag van € 34.000 overstijgt maar er niet meer dan € 34.000 beschikbaar is, dan dient een aangepast projectplan te worden opgesteld en ingediend waarmee de aanvrager aantoont dat het toegekende bedrag voldoende bijdraagt aan het realiseren van het projectplan.

Onderdeel C

De nieuwe tekst van het eerste lid geeft nu duidelijker weer welke weigeringsgronden worden bedoeld.

Onderdeel D

De sluitingsdatum is gewijzigd in verband met de meivakantie en om zo aanvragers meer tijd te geven voor hun aanvraag.

Onderdeel F

Wanneer de aanvrager een aangepast projectplan indient, zal het Fonds enige tijd nodig hebben om dat plan te toetsen. Het is dan wellicht niet meer mogelijk om de behandeltermijn (van 13 weken) die aan de oorspronkelijk ingediende aanvraag verbonden zat, te halen. Het Fonds zal dan een nieuwe, redelijke termijn bekendmaken waarbinnen de aanvrager de beslissing op de aanvraag tegemoet kan zien.

Naar boven