Ontwerp omgevingsvergunning voor het verplaatsen van een buis voor gastransport/hogedruk aardgasleiding Zuid Schalkwijkerweg nabij nummer 51 in Haarlem

Logo Haarlem

Burgemeester en wethouders hebben op 11 juni 2019 een aanvraag omgevingsvergunning ontvangen voor het verplaatsen van een buis voor gastransport/hoge druk aardgasleiding op het perceel Zuid-Schalkwijkerweg (nabij nummer 51) in Haarlem. De aanvraag is geregistreerd onder nummer 2019-05227.

ONTWERPBESLUIT

Burgemeester en wethouders zijn, gelet op artikel 2.1, 2.11 en 2.12 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), voornemens de omgevingsvergunning te verlenen.

De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de voorschriften, overwegingen en de bij dit besluit behorende stukken als bedoeld in respectievelijk bijlage 2, 3 en 4, deel uitmaken van dit besluit. De omgevingsvergunning wordt verleend voor de volgende activiteiten:

  • -

    het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden (verder te noemen de activiteit aanleggen);

  • -

    het bouwen en/of gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan, een exploitatieplan of een voorbereidingsbesluit (verder te noemen de activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening).

Het betreft hier de activiteiten als genoemd in artikel 2.1, lid 1, onder b en c van de Wabo.

Onderdeel van het besluit vormen:

  • -

    Toepassing van artikel 2.12, lid 1, onder a, sub 3 Wabo om af te wijken van artikel van de voorschriften van het bestemmingsplan ‘Schalkwijkerweg’;

Ter inzagelegging en mogelijkheid om zienswijzen in te dienen

De ontwerp-omgevingsvergunning en de daarbij behorende relevante stukken worden, op grond van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht, vanaf vrijdag 20 december 2019 tot en met vrijdag 31 januari 2020 ter inzage gelegd.

U kunt de stukken inzien in de publiekshal in de Raakspoort, Zijlvest 39 te Haarlem. De publiekshal is geopend op werkdagen van 9.00 uur tot 16.00 uur. Op donderdag van 9.00 uur tot 20.00 uur. Gedurende de termijn van ter inzagelegging kan een ieder schriftelijk of mondeling zienswijzen indienen.

De gemeente betrekt uw zienswijzen bij het nemen van een definitief besluit.

U kunt uw zienswijzen schriftelijk indienen bij: het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem, t.a.v. de afdeling Vergunningen, Toezicht & Handhaving Postbus 511, 2003 PB Haarlem.

Uw brief moet voorzien zijn van: (1) uw naam en handtekening, (2) uw adres, (3) de datum waarop u de brief verzendt, (4) een omschrijving van het voorgenomen besluit en (5) uw inhoudelijke zienswijzen.

Daarnaast bestaat de mogelijkheid om uw zienswijzen mondeling in te dienen. Dit kan alleen op afspraak. U kunt hiervoor een afspraak maken met de behandelend ambtenaar via het algemene telefoonnummer van de gemeente Haarlem: 14 023.

Wij willen u erop attenderen dat alleen degene die tijdig zienswijzen heeft ingediend en (daarnaast) belanghebbend is, tegen het uiteindelijke besluit beroep kan aantekenen.

BIJLAGE 1: PROCEDUREEL

Gegevens aanvraag

Op 11 juni 2019 hebben wij een aanvraag omgevingsvergunning als bedoeld in de Wabo ontvangen.

Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: het verplaatsen van een buis voor gastransport/hoge druk aardgasleiding.

Gelet op bovenstaande omschrijving wordt vergunning gevraagd voor volgende in de Wabo omschreven omgevingsaspecten:

  • -

    activiteit aanleggen;

  • -

    activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening.

Het betreft hier de activiteiten als genoemd in artikel 2.1, lid 1, onder b en c van de Wabo.

Bevoegd gezag

Gelet op bovenstaande projectbeschrijving, alsmede op het bepaalde in hoofdstuk 3 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de daarbij horende bijlage zijn wij het bevoegd gezag om de omgevingsvergunning te verlenen.

Volledigheid

Artikel 2.8 van de Wabo biedt de grondslag voor het bij of krachtens algemene maatregel van bestuur stellen van regels aan de wijze van indiening van een aanvraag om omgevingsvergunning en de gegevens en bescheiden die hierbij moeten worden aangeleverd.

De regeling is uitgewerkt in het paragraaf 4.2 Bor met een nadere uitwerking in de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor).

Na ontvangst van de aanvraag hebben wij deze aan de hand van de Mor getoetst op volledigheid. Wij zijn van oordeel dat de aanvraag voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteiten op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook volledig en in behandeling genomen.

Ter inzage legging

De aanvraag en de ontwerpbeschikking met bijbehorende stukken worden op grond van de Algemene wet bestuursrecht van vrijdag 20 december 2019 tot en met vrijdag 31 januari 2020 ter inzage gelegd. Gedurende deze periode kan een ieder eventuele zienswijzen tegen de ontwerpbeschikking of de adviezen indienen bij college van burgemeester en wethouders van Haarlem, postbus 511, 2003 PB Haarlem.

Procedure

De besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 3.3 Wabo (de uitgebreide voorbereidingsprocedure). De aanvraag is beoordeeld voor de activiteit aanleggen aan artikel 2.11, voor de activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening aan artikel 2.12, Wabo.

Gebleken is dat uw aanvraag voldoet en daarom verlenen wij u de gevraagde omgevingsvergunning.

BIJLAGE 2: VOORSCHRIFTEN

Aan deze omgevingsvergunning zijn de volgende voorschriften verbonden:

Activiteit aanleggen

  • -

    De bodemverstorende werkzaamheden dienen onder archeologische begeleiding (conform KNA-protocol opgraven - variant archeologische begeleiding) plaats te vinden. Voorafgaand aan de archeologische begeleiding moet middels enkele aanvullende boringen de omvang van de `zandopduiking' binnen het plangebied nader in kaart gebracht worden. De archeologische begeleiding dient plaats te vinden ter plaatse van de `zandopduiking' binnen de op de advieskaart in het archeologisch rapport (Antea Group Archeologie 2018/118) gemarkeerde locatie voor archeologisch vervolgonderzoek;

     

  • -

    Voorafgaand aan de archeologische begeleiding dient een Programma van Eisen (PvE) te worden opgesteld door een archeologisch bedrijf. Dit PvE moet ten minste drie weken voorafgaand aan de start van de archeologische begeleiding aan het bureau Archeologie van de gemeente Haarlem ter beoordeling worden voorgelegd. De archeologische begeleiding kan pas starten nadat het PvE door het bureau Archeologie van de gemeente Haarlem is geaccordeerd;

     

  • -

    Het archeologisch onderzoek moet worden uitgevoerd door een gecertificeerd archeologisch bedrijf (BRL SIKB 4000, voor de betreffende activiteit). Het onderzoek moet naast de eisen in het betreffende PvE voldoen aan de vigerende versie van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie en de Haarlemse Richtlijnen voor archeologisch onderzoek. Voor de uitvoering van archeologisch onderzoek en het laten opstellen van het PvE is men vrij in de keuze van een archeologisch uitvoerder. Voor informatie en adresgegevens van alle archeologische bedrijven in Nederland wordt verwezen naar de website www.sikb.nl;

     

  • -

    Het concept-rapport waarin de resultaten van de archeologische begeleiding staan beschreven, dient te zijner tijd aan het bureau Archeologie van de gemeente Haarlem ter beoordeling te worden voorgelegd;

     

  • -

    De vondsten, monsters en onderzoeksdocumentatie worden aangeleverd aan het archeologisch depot van de gemeente Haarlem conform de eisen van het depot, de vigerende versie van de KNA en de Haarlemse richtlijnen voor archeologisch onderzoek;

     

  • -

    Indien bij niet archeologische of niet archeologisch begeleide bodemverstorende werkzaamheden zaken worden aangetroffen, waarvan de vinder weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat het gaat om archeologische vondsten of sporen, dan is hij volgens de Erfgoedwet (artikel 5.10) verplicht dit direct te melden bij Onze Minister. De melding dient te gebeuren bij het bureau Archeologie van de gemeente Haarlem (023-5115030 of adviesarcheologie@haarlem.nl);

     

  • -

    Indien grond van de locatie wordt afgevoerd en elders wordt hergebruikt, moet hierbij worden voldaan aan de regels van het Besluit bodemkwaliteit.

     

  • -

    Indien bij de uitvoering van de bouwwerkzaamheden een bodemverontreiniging wordt waargenomen - anders dan beschreven in de bodemonderzoekrapporten - moet de vergunninghouder dit direct melden bij het meldpunt Bodem van de gemeente Haarlem op 023-5113513 of meldpuntbodem@haarlem.nl.

BIJLAGE 3: OVERWEGINGEN

Aan dit besluit liggen de volgende inhoudelijke overwegingen ten grondslag:

Activiteit aanleggen

INLEIDING

De omgevingsvergunning moet worden geweigerd indien de activiteit als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder b Wabo niet voldoet aan de in artikel 2.11 Wabo gestelde toetsingsaspecten. Een toetsing aan deze aspecten heeft plaatsgevonden.

TOETSING

Het werk bevindt zich of de werkzaamheid vindt plaats in een gebied waarvoor het bestemmingsplan ‘Schalkwijkerweg’ (900bp001) is vastgesteld door de gemeenteraad op 28 januari 2010, onder nummer 2009/46297 en goedgekeurd door de Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland op 21 september 2010, onder nummer 2010/49532.

De opsteller van dit plan wil voorkomen dat een in dit plan begrepen grond minder geschikt wordt voor de verwezenlijking van de ter plaatse geldende of beoogde bestemming. Daarom is in de voorschriften bepaald dat het verboden is om binnen het bestemmingsplan zonder omgevingsvergunning bepaalde werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren.

Ter plaatse van de werkzaamheden heeft in het genoemde bestemmingsplan de bestemming ‘LANDSCHAPPELIJKE DOELEINDEN, WEIDE (Lw)’. Deze bestemming vindt zijn weerslag in artikel 12 van de voorschriften behorende bij het bestemmingsplan. Hierbij is een aanlegvergunningenstelsel van toepassing.

Archeologie

In het bestemmingsplan is bepaald dat binnen de bestemming voor bodem verstorende activiteiten van meer dan 2500 m2 en dieper dan 30 cm een archeologisch rapport moet worden overgelegd.

Bij het voorliggende bouwplan vinden bodem verstorende activiteiten plaats. Er moet daarom een archeologisch rapport te worden overgelegd. Dit onderzoek is ingediend.

De activiteit is door de adviseur archeologie van afdeling Omgevingsbeleid getoetst. De adviseur heeft geen bezwaar tegen het afgeven van de omgevingsvergunning, mits wordt voldaan aan de gestelde voorwaarden. Het advies luidt als volgt:

“Voor het plangebied is een archeologisch bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek d.m.v. boringen uitgevoerd (Antea Group Archeologie 2018/118). Geadviseerd wordt om de bodemverstorende werkzaamheden onder archeologische begeleiding te laten plaatsvinden. Wij kunnen instemmen met dit advies. Dit houdt in dat de bodemverstorende werkzaamheden onder archeologische begeleiding (conform KNA-protocol opgraven - variant archeologische begeleiding) dienen plaats te vinden. De exacte onderzoeksstrategie met betrekking tot de archeologische werkzaamheden moet in een Programma van Eisen worden vastgelegd.”

De voorwaarden worden als voorschriften aan de omgevingsvergunning verbonden.

Hiermee is de aanlegactiviteit niet in strijd met het bestemmingsplan.

Provinciale verordening of AMvB

Daarnaast bepaalt artikel 2.11 Wabo dat de vergunning voor dit onderdeel wordt geweigerd indien het werk of de werkzaamheid in strijd is met algemene ruimtelijke regels uit een provinciale verordening of AMvB.

De activiteit verdraagt zich wel met dit toetsingskader.

CONCLUSIE

Vanuit het toetsingskader dat betrekking heeft op het uitvoeren van een werk of werkzaamheid, zoals neergelegd in ‘Schalkwijkerweg’ zijn er ten aanzien van deze activiteit geen redenen om de omgevingsvergunning te weigeren.

Activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening

INLEIDING

De omgevingsvergunning moet worden geweigerd indien de activiteit als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder c Wabo niet voldoet aan de in artikel 2.12 Wabo gestelde toetsingsaspecten. Een toetsing aan deze aspecten heeft plaatsgevonden.

TOETSING

De activiteit vindt plaats in een gebied waarvoor het bestemmingsplan ‘Schalkwijkerweg’ is vastgesteld door de gemeenteraad op 28 januari 2010, onder nummer 2009/46297 en goedgekeurd door de Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland op 21 september 2010, onder nummer 2010/49532.

Op de verbeelding heeft het betreffende perceel de bestemming. Deze bestemming vindt zijn weerslag in artikel 12 van de voorschriften behorende bij het bestemmingsplan.

De aanvraag is getoetst aan voornoemd bestemmingsplan. De toets luidt als volgt:

“Het bouwplan ligt in dit bestemmingsplan op de gronden met de bestemming 'Landschappelijke Doeleinden, weide (Lw)’.

Uit artikel 12, lid 2 van het bestemmingsplan volgt dat het verboden is om de gronden en bouwwerken op de bestemming ‘Landschappelijke doeleinden, weide (Lw)’ te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met deze bestemming.

De op de kaart voor 'Landschappelijke doeleinden, weide (Lw)' aangewezen gronden zijn uitsluitend bestemd voor graslanden waarop vee geweid en gestald mag worden en water.

Het aanleggen van een ondergrondse hogedruk gasleiding is in strijd met deze bestemming.”

De aangevraagde activiteit is in strijd met artikel 12, lid 2 van de voorschriften behorende bij het bestemmingsplan. Deze strijdigheid kan niet worden opgelost met toepassing van de in het bestemmingsplan opgenomen regels inzake afwijking. De strijdigheid valt ook niet onder de bij algemene maatregel van bestuur (Bor) aangewezen gevallen.

Dit betekent dat wij de omgevingsvergunning in beginsel moeten weigeren, tenzij de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en de motivering van het besluit een goede ruimtelijke onderbouwing bevat.

De activiteit is voorgelegd aan de afdeling Omgevingsbeleid, team Stedenbouw en planologie. Het plan is niet in strijd met een goede ruimtelijke ordening. Het advies luidt als volgt:

“INLEIDING

De omgevingsaanvraag betreft het verleggen van een gasleiding met afsluiterschema. Gasunie wil op een aantal plaatsen het 50-jaar oude netwerk aanpassen en waar nodig vervangen. Dit met het oog op het verbeteren van het netwerk en het versterken van de betrouwbaarheid daarvan.

VIGEREND BELEID

Bestemmingsplan

Het perceel ligt in het bestemmingsplan ‘Schalkwijkerweg’ en heeft de bestemming ‘Landschappelijke doeleinden, weide (Lw)’. Deze bestemming is uitsluitend bedoeld voor graslanden waarop vee geweid en gestald mag worden en voor water. Een gasleiding is in strijd met het bestemmingsplan.

OVERWEGINGEN/MOTIVERING

Toelichting bestemmingsplan

De locatie maakt onderdeel uit van de Verenigde Polders. De openheid van het landschap is waardevol. De natuur vormt de hoofdfunctie, vooral bedoeld voor het weiden van vee.

De gasleiding heeft geen invloed op de openheid van het landschap. In de bestaande situatie ligt de gasleiding ook in dit gebied. Het betreft hier een kleine aanpassing van het tracé.

Gezien het openbaar belang van een goed functionerend gasleidingennetwerk is het wenselijk om mee te werken aan een afwijking van het bestemmingsplan.

Overige aspecten

Bij de aanvraag is een ruimtelijke onderbouwing gevoegd. Daarin worden de conclusies uit de onderzoeken beschreven die zijn uitgevoerd met betrekking tot archeologie, natuur, externe veiligheid en milieu-aspecten. Uit de onderzoeken komen geen belemmeringen naar voren voor uitvoering van het plan.

Conclusie

De openheid van het landschap is niet in het geding. Er zijn geen belemmeringen op het gebied van archeologie, natuur, externe veiligheid en milieu-aspecten.

Gezien het openbaar belang wordt positief geadviseerd.”

De integrale ruimtelijke onderbouwing is onderdeel van deze vergunning en wordt als bijlage aan deze vergunning verbonden (zie bijlage 4).

CONCLUSIE

Vanuit het toetsingskader dat betrekking heeft op het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan, zijn er ten aanzien van de activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening geen redenen om de omgevingsvergunning te weigeren.

BIJLAGE 4: STUKKEN BEHORENDE BIJ BESLUIT

De volgende stukken maken onderdeel uit van dit besluit:

  • -

    Formulier aanvraag omgevingsvergunning d.d. 11 juni 2019;

  • -

    Tekening W-532-01-LM-026-1-A18, Opstellingsplan;

  • -

    Rapport 434508, Bureauonderzoek en Inventariserend Veldonderzoek d.m.v. boringen, d.d. 21 november 2018;

  • -

    Rapport 0434508.00, Cultuurtechnisch Rapport, d.d. 14 september 2018;

  • -

    Rapport, Verkennend en nulsituatie bodemonderzoek, d.d. 14 september 2018;

  • -

    Rapport, Natuurtoets, d.d. 27 september 2018;

  • -

    Rapport, Ruimtelijke onderbouwing ‘Verleggen afsluiterschema S-5114’, d.d. juni 2019;

  • -

    Document 1806-0432, Aanmeldnotitie m.e.r.-beoordeling, d.d. 10-06-2019.

Naar boven