Besluit van de Staatssecretaris van Financiën van 16 december 2019, kenmerk 2019-213003, houdende instelling van een commissie ter uitvoering van het interim-advies Adviescommissie uitvoering toeslagen (Instellingsbesluit Commissie van onafhankelijke deskundigen CAF/toeslagen)

De Staatssecretaris van Financiën,

Gelet op artikel 2 van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. Minister:

de Minister van Financiën

b. Staatssecretaris:

de Staatssecretaris van Financiën;

c. Commissie:

de commissie bedoeld in artikel 2.

Artikel 2. Instelling en taak

• 1. Er is een commissie van onafhankelijke deskundigen ter uitvoering van het interim-advies van de Adviescommissie uitvoering toeslagen.

• 2. De commissie heeft tot taak te beoordelen of de Belastingdienst/Toeslagen terecht het standpunt heeft ingenomen dat een ouder geen recht heeft op compensatie op basis van de Compensatieregeling CAF11. De commissie rapporteert haar bevindingen aan de Belastingdienst/Toeslagen.

• 3. De Staatssecretaris kan ook andere, soortgelijke, taken aan de commissie opgedragen die samenhangen met de uitvoering van inkomstensafhankelijke regelingen door de Belastingdienst/Toeslagen.

Artikel 3. Samenstelling, benoeming, ontslag

• 1. De commissie bestaat uit drie leden.

• 2. De leden hebben zitting op persoonlijke titel en oefenen hun functie uit zonder last of ruggespraak.

Artikel 4. Leden

De commissie bestaat uit:

• 1. Mevrouw prof. mr. dr. M.B.A. van Hout;

• 2. De heer mr. dr. L.J.A. Pieterse;

• 3. De heer mr. C. Schaap.

Artikel 5. Instellingsduur

De commissie is ingesteld met ingang van 1 december 2019.

Artikel 6. Ondersteuning

De Minister voorziet in de ondersteuning van de commissie.

Artikel 7. Werkwijze en geheimhouding

• 1. De commissie stelt haar eigen werkwijze vast.

• 2. De leden van de commissie zijn verplicht tot geheimhouding op basis van artikel 2:5 Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 8. Vergoeding

• 1. Aan de leden van de commissie wordt een vaste vergoeding per maand toegekend, waarbij de salarisschaal wordt vastgesteld op schaal 18 van Bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984, en de arbeidsduurfactor wordt bepaald op basis van het gerealiseerde tijdsbeslag.

• 2. De leden ontvangen een vergoeding voor reiskosten gebaseerd op de Reisregeling binnenland.

Artikel 9. Archiefbescheiden

De archiefbescheiden van de commissie worden na haar opheffing of, zo de omstandigheden daartoe eerder aanleiding geven, zoveel eerder, overgebracht naar het archief van het ministerie van Financiën.

Artikel 10. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 december 2019.

Artikel 11. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Commissie van onafhankelijke deskundigen CAF/toeslagen.

Dit besluit zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan de betrokkenen.

De Staatssecretaris van Financiën, M. Snel

TOELICHTING

In overeenstemming met het interim-rapport van de Adviescommissie uitvoering toeslagen (‘Commissie-Donner’) wordt geen compensatie verstrekt aan een onder het zogenoemde CAF11-onderzoek vallende ouder als sprake is van een ernstige onregelmatigheid. De Adviescommissie doet hierbij de aanbeveling om een afwijzing van een verzoek om compensatie te laten toetsen door onafhankelijke deskundigen. In lijn hiermee voorziet de Compensatieregeling CAF11 in de instelling van een commissie van drie onafhankelijke deskundigen die wordt geraadpleegd als de Belastingdienst/Toeslagen voornemens is geen compensatie te verstrekken. Het oordeel van deze commissie zal (beleidsmatig) steeds door de Belastingdienst/Toeslagen worden gevolgd.

De commissie van onafhankelijke deskundigen is inmiddels aangesteld en deze heeft ook al de potentieel voor afwijzing in aanmerking komende dossiers beoordeeld. Daarom voorziet dit instellingsbesluit in terugwerkende kracht tot en met 1 december 2019. De commissie bestaat uit de leden mevrouw prof. dr. mr. M.B.A. van Hout, de heer mr. dr. L.J.A. Pieterse en de heer mr. C. Schaap.

In het instellingsbesluit wordt verder de mogelijkheid opengehouden om ook andere (toekomstige) taken in het kader van de afhandeling van lopende ‘kinderopvangdossiers’ bij de commissie te beleggen. Er is in dit besluit dus niet voorzien in een einddatum. De – uitdrukkelijk als tijdelijk bedoelde – commissie zal worden opgeheven als er naar het oordeel van de Staatssecretaris van Financiën geen werkzaamheden meer zijn waarbij de commissie een rol kan vervullen.