Besluit van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 4 februari 2019, nr. WJZ/ 19027261, tot wijziging van het Instellingsbesluit Arbiters Bodembeweging in verband met een wijzing van de taken van de Arbiters Bodembeweging

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,

Besluit:

ARTIKEL I

Het Instellingsbesluit Arbiters Bodembeweging wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2, tweede lid, komt te luiden:

  • 2. De Raad heeft tot taak het geven van een advies, inclusief het geven van een oordeel over de vraag of de schade door bodembeweging is ontstaan, naar aanleiding van een geschil over:

    • a. door een eigenaar van een gebouw bij de uitvoeringsorganisatie gemelde schade als gevolg van bodembeweging door gaswinning uit het Groningenveld, indien het geschil:

      • i. voor 20 maart 2018 aanhangig is gemaakt bij de Raad, of

      • ii. gaat over een schademelding die voor 31 maart 2017, 12:00 uur is voorgelegd aan het Centrum Veilig Wonen en op 19 maart 2018 bij het Centrum in behandeling is, of

    • b. door een eigenaar van een gebouw voor 10 april 2018 bij NAM gemelde schade als gevolg van de beving door gaswinning uit het Emmen gasveld op 30 september 2015 of de beving door gaswinning uit het Annerveen gasveld op 23 december 2016, indien het geschil op of voor 1 september 2018 aanhangig is gemaakt bij de Raad.

B

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. De Raad werkt volgens de wijze zoals vastgelegd in:

    • a. het Reglement Arbiters Bodembeweging in het geval van geschillen als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel a, of

    • b. het Reglement Arbiters Bodembeweging Kleine Velden in het geval van geschillen als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel b.

2. In het tweede lid wordt na ‘reglement Arbiters Bodembeweging’ ingevoegd: ‘of het reglement Arbiters Bodembeweging Kleine Velden’.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 30 september 2015.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 4 februari 2019

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

TOELICHTING

Met dit besluit wordt de taak van de Raad Arbiters Bodembeweging uitgebreid met de beslechting van geschillen over de afhandeling van schade als gevolg van de beving door gaswinning uit het Emmen gasveld op 30 september 2015 (hierna: Emmen beving) en de beving door gaswinning uit het Annerveen gasveld op 23 december 2016 (hierna: Zuidlaren beving). Deze uitbreiding van de taak van de Arbiter vloeit voort uit de samenwerkingsafspraken van 29 januari 2019 die tussen de Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. (hierna: NAM) en het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, mede in overleg met vertegenwoordigers van de provincie Drenthe, en gemeenten Tynaarlo en Emmen, zijn gemaakt over de verbetering van de afhandeling van deze schades met behulp van laagdrempelige geschilbeslechting door een onafhankelijke partij. Partijen hebben verkend hoe zij de laagdrempelige geschilbeslechting de afhandeling van schade als gevolg van de Emmen beving en de Zuidlaren door een onafhankelijke partij kunnen vormgeven. Hiertoe is aansluiting gezocht bij de afspraken die in de samenwerkingsafspraken van 29 april 2016 tussen NAM, EZK en de Nationaal Coördinator Groningen zijn gemaakt over geschilbeslechting door de Arbiter Bodembeweging met betrekking tot de afhandeling van schade door bodembeweging als gevolg van aanleg en exploitatie van een mijnbouwwerk ten behoeve van gaswinning uit het Groningenveld.

Op grond van de wijziging van de taak van de Raad Arbiters Bodembeweging in artikel 2, eerste lid, (artikel I, onderdeel A van dit wijzigingsbesluit) kan de Raad Arbiters Bodembeweging advies geven naar aanleiding van een geschil over door een eigenaar van een gebouw vóór 10 april 2018 gemelde schade als gevolg van de beving door gaswinning uit het Emmen gasveld op 30 september 2015 of de beving door gaswinning uit het Annerveen gasveld op 23 december 2016. De Raad Arbiters Bodembeweging werkt daarbij op grond van artikel 5, eerste en tweede lid, (artikel I, onderdeel B, van dit wijzigingsbesluit) volgens de wijze zoals vastgelegd in het reglement Arbiters Bodembeweging Kleine Velden.

Omdat de gedupeerde eigenaren de geschillen omtrent de afhandeling van schade als gevolg van de beving door gaswinning uit het Emmen gasveld op 30 september 2015 of de beving door gaswinning uit het Annerveen gasveld op 23 december 2016 reeds bij de Arbiter Bodembeweging aanhangig hebben gemaakt werkt deze wijziging terug tot en met de dag waarop de beving door gaswinning uit het Emmen gasveld heeft plaatsgevonden.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

Naar boven