Regeling van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 16 december 2019, nummer 2762502, houdende wijziging van de Subsidieregeling AMIF en ISF 2014–2020

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 3, eerste lid, 5 en 8, eerste lid, van de Kaderwet SZW-subsidies en de artikelen 48a, 48s en 48t van de Wet Justitie-subsidies;

Besluiten:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling AMIF en ISF 2014–2020 wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 12 worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 12. Onverminderd de subsidievormen, genoemd in het eerste lid, komen de volgende kostensoorten tevens voor subsidiëring in aanmerking:

    • a. standaardschalen van eenheidskosten;

    • b. lump sums;

    • c. forfaitaire financiering, bepaald door een percentage toe te passen op een of meer gedefinieerde categorieën kosten.

  • 13. De minister stelt ambtshalve vast welke subsidievorm, bedoeld in het eerste of twaalfde lid, wordt toegepast, alsmede in hoeverre een eventuele combinatie van deze subsidievormen mogelijk is.

B

In bijlage D, artikel D2 wordt ’12 mei 2015, 09.00 uur, tot en met 31 december 2018, 17.00 uur’ vervangen door ‘12 mei 2015, 09.00 uur, tot en met 31 december 2020, 17.00 uur’.

C

In bijlage D, artikel D3 wordt ‘€ 9.921.161,50’ vervangen door ‘€ 10.245.074’.

D

Onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het einde van bijlage D, artikel D4, onderdeel c, wordt een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende:

  • d. de ontwikkeling, implementatie en operationalisering van een UBO-register.

E

In bijlage F, artikel F3 wordt ‘€ 7.937.000’ vervangen door ‘€ 8.902.998’.

F

In bijlage G, artikel G3, wordt ‘€ 9.921.161,50’ vervangen door ‘€ 10.921.161’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 31 mei 2019.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

‘s-Gravenhage, 16 december 2019

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, A. Broekers-Knol

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

TOELICHTING

ALGEMEEN

Deze regeling tot wijziging van de Subsidieregeling AMIF en ISF 2014–2020 bevat onder andere een verhoging van de subsidieplafonds van de bijlagen D Financieel Rechercheren, F Slachtofferhulp en G Risico- en crisisbeheersing waardoor niet bestede middelen uit het Intern Veiligheidsfonds (Politie) opnieuw beschikbaar kunnen worden gesteld aan projecten gericht op de in de bijlagen genoemde subsidiabele activiteiten, een verlenging van het aanvraagtijdvak van bijlage D Financieel Rechercheren zodat een subsidieaanvraag kan worden ingediend, en de toevoeging van een subsidiabele activiteit bij bijlage D Financieel Rechercheren.

ARTIKELSGEWIJS

Artikel I

Onderdeel A (artikel 12, twaalfde en dertiende lid)

Artikel 12 is uitgebreid met twee leden. Het nieuwe twaalfde en dertiende lid maken het mogelijk om gebruik te maken van alle Simplified Cost Options (SCO’s) die genoemd worden in artikel 18, eerste lid, onderdeel b tot en met c, van de Verordening (EU) Nr. 514/2014. De Europese Commissie stimuleert het gebruik van SCO’s door lidstaten. Het gebruik van SCO’s draagt bij aan een EU-begroting gericht op resultaten en aan de doelstelling om de Europese fondsen te vereenvoudigen. SCO's kunnen op de volgende manieren een belangrijke rol spelen:

  • Financiering richten op het behalen van resultaten;

  • Verminderen van de administratieve lasten voor begunstigden en nationale autoriteiten;

  • Verlagen van het risico bij de implementatie en daarmee de auditvereisten;

  • Verlagen van foutenpercentages;

  • Bespoediging van de terugbetaling van uitgaven aan begunstigden.

Uit het dertiende lid volgt dat het gebruik van een SCO vooraf met de verantwoordelijke instantie dient te worden afgestemd. Deze uitbreiding van artikel 12 komt overeen met artikel 12, twaalfde en dertiende lid, van de Subsidieregeling ESF 2014–2020.

Onderdelen B, C en D (Bijlage D, artikelen D2, D3 en D4)

Er is geconstateerd dat er sprake is van onderbesteding van het Intern Veiligheidsfonds (Politie). Om onderbesteding zoveel mogelijk te voorkomen wordt, na positieve advisering door het Monitorcomité AMIF en ISF, het subsidieplafond voor bijlage D Financieel Rechercheren verhoogd zodat het project ‘UBO-register’ kan worden gefinancierd. Door uitvoering van dit project wordt voldaan aan artikel 31 van de richtlijn (EU) 2018/843 van 30 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2015/849 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, en tot wijziging van de Richtlijnen 2009/138/EG en 2013/36/EU (de gewijzigde vierde anti-witwasrichtlijn). Met ingang van 10 maart 2020 moeten namelijk op grond van de gewijzigde vierde anti-witwasrichtlijn trusts en soortgelijke juridische constructies de gegevens van hun uiteindelijke belanghebbende registreren. Deze registratieverplichting geldt voor in Nederland gevestigde beheerder(s) van trusts en soortgelijke juridische constructies en buiten de EU gevestigde beheerder(s)) van trusts en soortgelijke juridische constructies als deze beheerder(s) een zakelijke relatie aangaat of onroerend goed verwerft namens de trust of de soortgelijke juridische constructie in Nederland. Hiervoor moet een zogenaamd UBO-register worden bijgehouden waarin deze gegevens kunnen worden geraadpleegd.

Het project past binnen het huidige nationaal programma (versie 4.2 goedgekeurd op 11 december 2018) onder Specifieke Doelstelling 5 Voorkomen en bestrijden van criminaliteit, Nationale Doelstelling 1 (criminaliteit) Preventie en bestrijding en onder de bijlage D Financieel Rechercheren.

De ISF-financiering voor dit project zal worden toegekend via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning aan het directoraat-generaal Rechtshandhaving en Rechtspleging. Het directoraat-generaal Rechtshandhaving en Rechtspleging heeft onder andere de administratieve bevoegdheid met betrekking tot het ontwikkelen van visie, beleid en samenwerkingsvormen op het terrein van de rechtshandhaving, de criminaliteitsbestrijding en het waarborgen van de veiligheid. Onder de verantwoordelijkheid van het directoraat-generaal Rechtshandhaving en Rechtspleging zal een project worden ingericht ten behoeve van de ontwikkeling, implementatie en operationalisering van het UBO-register waarin trusts en soortgelijke juridische constructies de gegevens van hun uiteindelijk belanghebbenden kunnen registreren en waarin deze gegevens worden bijgehouden en kunnen worden geraadpleegd en waarmee wordt voldaan aan de gewijzigde vierde anti-witwasrichtlijn. Vanwege de specifieke aard van het project en de deskundigheid die door het directoraat-generaal Rechtshandhaving en Rechtspleging binnen het project bij elkaar wordt gebracht is er geen andere keuze dan het project door het directoraat-generaal Rechtshandhaving en Rechtspleging te laten uitvoeren.

Om mogelijk te maken dat daadwerkelijk een subsidie aanvraag kan worden ingediend is het aanvraagtijdvak van bijlage D verlengd en het subsidieplafond aangepast zodat er € 1.000.000 voor het project beschikbaar is. Om te verduidelijken dat dit project onder deze bijlage wordt gefinancierd is een beschrijving toegevoegd onder de subsidiabele activiteiten.

Het subsidieplafond is gewijzigd van € 9.921.161,50 naar € 10.245.074. De berekening is als volgt: er is € 9.245.074 toegekend aan projecten onder bijlage D. Er komt € 1.000.000 bij. Het nieuwe subsidieplafond is dan € 10.245.074.

Onderdeel E (Bijlage F, artikel F3)

Om voorts onderbesteding van het Intern Veiligheidsfonds (Politie) zoveel mogelijk te voorkomen wordt, na positieve advisering door het Monitorcomité AMIF en ISF, het subsidieplafond voor bijlage F Slachtofferhulp met € 1.000.000 verhoogd zodat dit kan worden toegevoegd aan het project ‘Recht doen aan slachtoffers’ waarmee de Richtlijn tot vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten (richtlijn 2012/29/EU) bij de politie wordt geïmplementeerd. Dit project maakt meer subsidiabele kosten dan oorspronkelijk begroot en kan bijdragen aan het voorkomen van onderbesteding van het Fonds.

De ISF-financiering voor het project ‘Recht doen aan slachtoffers’ is toegekend via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning aan de Nationale Politie. De Politie heeft de administratieve bevoegdheid over het uitvoeren van de politietaak. Daartoe behoort ook het implementeren van de slachtofferrichtlijn. Daarnaast bezit de organisatie, omdat zij deze administratieve bevoegdheid heeft, ook de benodigde deskundigheid om het project uit te kunnen voeren. Het implementeren van de slachtofferrichtlijn is in Nederland bij de Politie belegd. Er is geen andere keus dan het project door deze organisatie uit te laten voeren.

Het subsidieplafond is gewijzigd van € 7.937.000 naar € 8.902.998. De berekening is als volgt: er is € 7.902.998 toegekend aan het project ‘Recht doen aan Slachtoffers’ onder bijlage F. Er komt € 1.000.000 bij. Het nieuwe subsidieplafond is dan € 8.902.998.

Onderdeel F (Bijlage G, artikel G3)

Om onderbesteding van het Intern Veiligheidsfonds (Politie) zoveel mogelijk te voorkomen wordt, na positieve advisering door het Monitorcomité AMIF en ISF, het subsidieplafond voor bijlage G Risico- en crisisbeheersing met € 1.000.000 verhoogd zodat dit kan worden toegevoegd aan het project ‘Pi-NL TRIP - PIU NL’. Dit project maakt meer subsidiabele kosten dan oorspronkelijk begroot en kan bijdragen aan het voorkomen van onderbesteding van het Fonds.

De ISF-financiering voor het project ‘Pi-NL TRIP - PIU NL’ is toegekend via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning aan de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid. De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid heeft de administratieve bevoegdheid over het versterken van de nationale veiligheid en het voorkomen van maatschappelijke ontwrichting door dreigingen voor de vitale belangen van de samenleving te identificeren en de weerbaarheid en bescherming van die vitale belangen te versterken. Het project is gericht op het inrichten van een nationale passagiersinformatie-eenheid (Pi-NL) volgens de EU PNR-richtlijn 2016/681. In Nederland is de implementatie van de PNR Richtlijn belegd bij de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid. Er is geen andere keus dan het project door deze organisatie uit te laten voeren.

Het subsidieplafond is gewijzigd van € 9.921.161,50 naar € 10.921.161. De berekening is als volgt: er is € 9.921.161 toegekend aan projecten onder bijlage G. Er komt € 1.000.000 bij. Het nieuwe subsidieplafond is dan € 10.921.161.

Artikel II

Deze regeling werkt terug tot en met 31 mei 2019 zodat er zoveel mogelijk subsidiabele kosten kunnen worden opgevoerd door de lopende projecten om onderbesteding van het Intern Veiligheidsfonds (ISF) zoveel mogelijk te voorkomen.

De invoeringstermijn bedraagt minder dan twee maanden en de inwerkingtreding valt niet op een vast verandermoment. Daarmee wijkt de inwerkingtreding af van het systeem van vaste verandermomenten. Deze regeling betreft een aantal gunstige aanpassingen, waarvoor afwijking is toegestaan, waarvoor afwijking is toegestaan, omdat de betreffende doelgroep daarbij gebaat is.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, A. Broekers-Knol

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

Naar boven