Besluit van de Staatssecretaris van Financiën van 27 november 2019 tot instelling van een toetsingscommissie buitengewoon opsporingsambtenaar Belastingdienst (Instellingsbesluit toetsingscommissie buitengewoon opsporingsambtenaar Belastingdienst 2019)

De Staatssecretaris van Financiën,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Justitie en Veiligheid;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Er is een toetsingscommissie voor de opleiding van ambtenaren van de Belastingdienst tot buitengewoon opsporingsambtenaar als bedoeld in artikel 142 van het Wetboek van Strafvordering.

  • 2. De toetsingscommissie heeft tot taak:

    • a. erop toe te zien dat wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd in het onderdeel Semi-permanente ontheffing van bijlage H van de Beleidsregels buitengewoon opsporingsambtenaar;

    • b. het toetsen van de opleidingen en bijscholingen aan de basisbekwaamheidseisen, opgenomen in bijlage C van de Beleidsregels buitengewoon opsporingsambtenaar;

    • c. het beoordelen van de wijze van toetsing van de kandidaten, de normstelling voor de toetsing en de uitslagen van de toetsing;

    • d. het adviseren bij individuele verzoeken aan de procureur-generaal om ontheffing van het examen, bedoeld in artikel 16, eerste lid, van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar;

    • e. het beoordelen van individuele verzoeken om ontheffing van het examen of het opleidingsprogramma of onderdelen daarvan, bedoeld in artikel 16, tweede lid, van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar;

    • f. het adviseren van de directeur-generaal Belastingdienst over de taken, genoemd in de onderdelen a tot en met e.

  • 3. De toetsingscommissie brengt jaarlijks verslag uit aan de directeur-generaal Belastingdienst. De directeur-generaal Belastingdienst brengt jaarlijks verslag uit aan de hoofdofficier van justitie bij het arrondissementsparket Den Haag. Het laatstgenoemde verslag wordt eveneens toegezonden aan het Ministerie van Justitie en Veiligheid, Justis, afdeling V&T, postbus 20300, 2500 EH Den Haag.

Artikel 2

  • 1. Als leden van de toetsingscommissie kunnen worden benoemd medewerkers van de Belastingdienst en het openbaar ministerie.

  • 2. De Staatssecretaris van Financiën benoemt en ontslaat de leden die medewerkers zijn van de Belastingdienst. De Staatssecretaris van Financiën verzoekt de Minister van Justitie en Veiligheid een lid van het openbaar ministerie te benoemen als lid van de toetsingscommissie.

  • 3. De leden kiezen uit hun midden een voorzitter en een secretaris. De voorzitter is een medewerker van de Belastingdienst.

Artikel 3

  • 1. De leden worden voor vijf jaar benoemd en kunnen al dan niet op verzoek worden herbenoemd of ontslagen.

  • 2. Bij verlies van de hoedanigheid op grond waarvan de benoeming plaatsvond, wordt ontslag verleend.

Artikel 4

Ter uitvoering van haar werkzaamheden stelt de toetsingscommissie een toetsingsreglement en een instructie behandeling materiaal vast. In het toetsingsreglement worden onder andere regels gesteld over de wijze van toetsen, de normering en de vaststelling van de uitslagen, over vrijstellingen en over heroverweging van vastgestelde uitslagen. In de instructie behandeling materiaal worden richtlijnen gegeven voor de opleidingscoördinator van de desbetreffende opleiding en wordt de werkwijze van de toetsingscommissie nader uitgewerkt.

Artikel 5

Na de inwerkingtreding van dit besluit berust het Benoemingsbesluit 2016 Toetsingscommissie buitengewoon opsporingsambtenaar Belastingdienst van 2 juni 2016, nr. DGB 2016-30, op artikel 2, tweede lid, eerste zin, van dit besluit.

Artikel 6

Het Instellingsbesluit toetsingscommissie buitengewoon opsporingsambtenaar Belastingdienst 2011 wordt ingetrokken.

Artikel 7

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 december 2019.

Artikel 8

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit toetsingscommissie buitengewoon opsporingsambtenaar Belastingdienst 2019.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 27 november 2019

De Staatssecretaris van Financiën, M. Snel

TOELICHTING

Voor het verkrijgen van opsporingsbevoegdheid als buitengewoon opsporingsambtenaar geldt als vereiste het met goed gevolg afgelegd hebben van een examen waarmee de minister van Justitie en Veiligheid heeft ingestemd. Ten aanzien van de buitengewoon opsporingsambtenaren van de Belastingdienst kan onder voorwaarden een ontheffing van dit vereiste worden verleend. Toetsing hierop vindt plaats door een toetsingscommissie.

In deze regeling wordt de toetsingscommissie ingesteld en worden taken en werkwijze van deze commissie vastgelegd. Deze regeling vervangt het Instellingsbesluit toetsingscommissie buitengewoon opsporingsambtenaar Belastingdienst 2011. De onderliggende juridische uitvoeringsregelingen zijn de afgelopen jaren gewijzigd waardoor een aanpassing van het instellingsbesluit wenselijk is. De systematiek van toetsing door de toetsingscommissie is ongewijzigd.

Den Haag, 27 november 2019

De Staatssecretaris van Financiën, M. Snel

Naar boven