Besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 13 december 2019, nr. WJZ/ 19261492, tot wijziging van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging LNV 2019, het Besluit mandaat en machtiging directeur CIBG inzake toelating, registratie en doorhaling van de uitoefening van de diergeneeskunde, en het Besluit mandaat en machtiging directeur Agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 3, tweede lid, van het Coördinatiebesluit organisatie en bedrijfsvoering rijksdienst 2011;

Gezien de schriftelijke instemming van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van de directeur van het Agentschap Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg, en van de directeur van het Agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen;

Besluit:

ARTIKEL I

Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging LNV 2019 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel d wordt, onder vernummering van de subonderdelen 3° tot en met 6° tot 4° tot en met 7°, een subonderdeel ingevoegd, luidende:

  • 3°. de programmadirecteur-generaal Stikstof;

2. Onderdeel f komt te luiden:

f. de CAO Rijk:

de laatstelijk afgesloten collectieve arbeidsovereenkomst voor ambtenaren, werkzaam binnen de sector Rijk.

3. Onderdeel g vervalt, onder vervanging van de puntkomma aan het slot van onderdeel f door een punt.

B

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel c wordt na ‘het vaststellen van’ ingevoegd ‘personeelsreglementen als bedoeld in paragraaf 1.1 van de CAO Rijk en’, en wordt na ‘met uitzondering van circulaires’ ingevoegd ‘en personeelsreglementen’.

b. In onderdeel q wordt ‘artikel 51, eerste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement’ vervangen door ‘artikel 5, eerste lid, onderdeel c, van de Ambtenarenwet 2017.

2. In het tweede lid, onderdeel a, wordt, onder vernummering van de subonderdelen 3° tot en met 6° tot 4° tot en met 7°, een subonderdeel ingevoegd, luidende:

  • 3°. Het programmadirectoraat-generaal Stikstof;

3. Het tweede lid, onderdeel f, wordt als volgt gewijzigd:

a. In de aanhef wordt ‘bijlage B van het BBRA’ vervangen door ‘paragraaf 6.3 van de CAO Rijk’ en wordt na ‘besluiten’ ingevoegd ‘en beslissingen’.

b. Subonderdelen 1° en 2° komen te luiden:

  • 1°. het aanbieden van een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht voor onbepaalde of bepaalde tijd en het beëindigen van een arbeidsovereenkomst;

  • 2°. het toekennen van een hogere salarisschaal;

c. In subonderdeel 3°, wordt ‘op grond van artikel 34 van het ARAR’ vervangen door ‘, bedoeld in hoofdstuk 4 van de CAO Rijk’.

d. In subonderdeel 4° vervalt: op basis van artikel 57 van het ARAR.

e. In subonderdeel 5° vervalt: op basis van artikel 58 van het ARAR.

f. De subonderdelen 8° tot en met 12° komen te luiden:

  • 8°. het toekennen van schadeloosstellingen, vergoedingen en overige geldelijke tegemoetkomingen boven een bedrag van € 10.000;

  • 9°. het opleggen van ordemaatregelen en straffen als bedoeld in hoofdstuk 15 van de CAO Rijk;

  • 10°. het met wederzijds goedvinden beëindigen van een arbeidsovereenkomst, voor zover dit gepaard gaat met een financiële regeling waarin een geldelijke tegemoetkoming wordt verstrekt, anders of hoger dan die, bedoeld in artikel 7:673, tweede lid, en 7:671b, achtste lid, van het Burgerlijk Wetboek;

  • 11°. het sluiten van tijdelijke arbeidsovereenkomsten in zeer bijzondere situaties, waarbij wordt afgeweken van hetgeen is geregeld in de CAO Rijk;

  • 12°. het opzeggen van een arbeidsovereenkomst om een dringende reden als bedoeld in artikel 7:677, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek.

4. Aan het tweede lid worden, onder vervanging van de punt aan het slot van onder f door een puntkomma, onderdelen toegevoegd, luidende:

  • g. het aangaan van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met en het inlenen op basis van een uitzendovereenkomst van een persoon die de AOW-leeftijd heeft bereikt;

  • h. het toepassen van de hardheidsclausules, genoemd in paragraaf 7.1 en 7.2 van het personeelsreglement LNV.

C

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel o wordt na ‘voor zover niet behorend tot een hoofd van dienst’ ingevoegd ‘of de directeur van het Agentschap CIBG’.

2. In onderdeel p, wordt ‘artikel 51, eerste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement’ vervangen door ‘artikel 5, eerste lid, onderdeel c, van de Ambtenarenwet 2017’.

D

In artikel 6, zesde lid wordt ‘artikel 51, eerste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement’ vervangen door ‘artikel 5, eerste lid, onderdeel c, van de Ambtenarenwet 2017’.

E

Artikel 10, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel a komt te luiden:

  • a. het aanbieden en het beëindigen van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde of bepaalde tijd;

2. In onderdeel b, wordt ‘op grond van artikel 34 van het ARAR’ vervangen door ‘als bedoeld in paragraaf 4.6 van de CAO Rijk’.

3. In onderdeel c, vervalt ‘op basis van artikel 57 van het ARAR’.

4. In onderdeel d, vervalt ‘op basis van artikel 58 van het ARAR’.

5. Onderdeel e komt te luiden:

  • e. het toekennen van een hogere salarisschaal;

6. De onderdelen g en h komen te luiden:

  • g. het toekennen van verplichte en onverplichte schadeloosstellingen, vergoedingen en overige geldelijke tegemoetkomingen;

  • h. het schorsen als bedoeld in hoofdstuk 15 van de CAO Rijk;

F

In artikel 15 wordt ‘artikel 51, eerste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement’ vervangen door ‘artikel 5, eerste lid, onderdeel c, van de Ambtenarenwet 2017’.

G

Artikel 18 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel aa, wordt na ‘het directoraat-generaal Natuur, Visserij en Landelijk Gebied’ ingevoegd ‘het programmadirectoraat-generaal Stikstof’.

2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In de aanhef, wordt na ‘besluiten’ ingevoegd ‘en beslissingen’ en wordt ‘bijlage B van het BBRA’ vervangen door ‘paragraaf 6.3 van de CAO Rijk’.

b. In onderdeel b wordt ‘op grond van artikel 34 van het ARAR’ vervangen door ‘als bedoeld in paragraaf 4.6 van de CAO Rijk’.

c. De onderdelen e, f, g en h komen te luiden:

  • e. het toekennen van verplichte en onverplichte schadeloosstellingen, vergoedingen en overige geldelijke tegemoetkomingen boven een bedrag van € 10.000;

  • f. het opleggen van ordemaatregelen en straffen als bedoeld in hoofdstuk 15 van de CAO Rijk;

  • g. het met wederzijds goedvinden beëindigen van een arbeidsovereenkomst, voor zover dit gepaard gaat met een financiële regeling waarin een geldelijke tegemoetkoming wordt verstrekt, anders of hoger dan die, bedoeld in artikel 7:673, tweede lid, en 7:671b, achtste lid, van het Burgerlijk Wetboek;

  • h. het sluiten van tijdelijke arbeidsovereenkomsten in zeer bijzondere situaties, waarbij wordt afgeweken van hetgeen is geregeld in de CAO Rijk;

d. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • i. het opzeggen van een arbeidsovereenkomst om een dringende reden als bedoeld in artikel 7:677, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek.

H

Artikel 32a vervalt.

I

De Bijlage Organisatie van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit wordt als volgt gewijzigd:

1. Paragraaf I, tweede lid, onderdeel b komt te luiden:

  • b. de beleidsonderdelen: het directoraat-generaal Agro, het directoraat-generaal Natuur, Visserij en Landelijk Gebied, en het programmadirectoraat-generaal Stikstof;

2. Na paragraaf IV wordt, onder vernummering van paragrafen V tot en met VIII tot VI tot en met IX, een paragraaf ingevoegd, luidende:

V. Het programmadirectoraat-generaal Stikstof

  • 1. Het programmadirectoraat-generaal staat onder leiding van een programmadirecteur-generaal.

  • 2. Het programmadirectoraat-generaal Stikstof heeft, onverminderd de departemenstspecifieke sectorale verantwoordelijkheden, als taken:

    • a. werken aan de rijksbrede opgave om te komen tot het reduceren van de totale hoeveelheid stikstofdepositie in Nederland en herstel en versterking van natuur, zodat de Natura2000 gebieden in Nederland een gunstige staat van instandhouding bereiken en er ruimte vrijkomt voor economische en maatschappelijke ontwikkelingen in Nederland;

    • b. ervoor zorgen dat het weer mogelijk is om te komen tot een verantwoorde toestemmingsverlening voor economische en maatschappelijke ontwikkelingen in Nederland op de korte termijn;

    • c. zorg dragen voor de aanpak rond stikstof op de lange termijn;

    • d. zorg dragen voor de beleidsvorming en het bestuurlijke besluitvormingsproces, voor stakeholdersmanagement en afstemming;

    • e. zorg dragen voor coördinatie en de afstemming van de rijksinbreng in de gebiedsgerichte processen;

    • f. zorg dragen voor de sturing op kwaliteit en tijd van de opdrachten die worden uitgezet bij de collega-departementen, collega-overheden, kennisinstituten, de eigen organisatie en eventueel in te huren derden. Het programmadirectoraat-generaal Stikstof is eindverantwoordelijk voor de kwaliteit en de afstemming van de betrokken partijen;

    • g. sturen op integrale beheersing van het rijksbrede programma Stikstof.

3. In paragraaf VIII (nieuw), tweede lid, onderdeel m, wordt na ‘het directoraat-generaal Natuur, Visserij en Landelijk Gebied,’ ingevoegd ‘het programmadirectoraat-generaal Stikstof,’.

ARTIKEL II

Het Besluit mandaat en machtiging directeur CIBG inzake toelating, registratie en doorhaling van de uitoefening van de diergeneeskunde wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 1 wordt na onderdeel d, onder vervanging van de punt aan het eind van dat onderdeel door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • e. het opmaken van een verklaring van de vernietiging, vervanging of vervreemding van archiefbescheiden als bedoeld in artikel 8 Archiefbesluit voor zover deze betrekking hebben op de in de onderdelen a tot en met d genoemde taken.

ARTIKEL III

Het Besluit mandaat en machtiging directeur Agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen wordt als volgt gewijzigd:

Aan artikel 2 wordt, onder vervanging van de punt aan het eind van het tweede lid door een puntkomma, een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Aan de directeur wordt voorts mandaat, volmacht en machtiging verleend voor het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen ten aanzien aangelegenheden:

    • a. op het gebied van de Wet hergebruik van overheidsinformatie, waaronder begrepen het nemen van beslissingen op bezwaarschriften voor zover deze vallen onder het werkterrein, en het instellen en het voeren van beroep, hoger beroep en voorlopige voorziening procedures;

    • b. op het gebied van de Algemene verordening gegevensbescherming, waaronder begrepen het nemen van beslissingen op bezwaarschriften, voor zover deze vallen onder het werkterrein, en het instellen en het voeren van beroep, hoger beroep en voorlopige voorziening procedures;

    • c. op het gebied van de Wet openbaarheid van bestuur, waaronder begrepen het nemen van beslissingen op bezwaarschriften, voor zover deze vallen onder het werkterrein, en het instellen en het voeren van beroep, hoger beroep en voorlopige voorziening procedures.

ARTIKEL IV

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 2. Artikel I, onderdelen A, eerste lid, B, tweede lid, G, eerste lid, en I werken terug tot en met 11 november 2019.

  • 3. Artikel III werkt terug tot en met 1 december 2019.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 13 december 2019

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen zes weken na de dag van dagtekening van deze Staatscourant een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK ’s-Gravenhage.

Naar boven