Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rijkswaterstaat | Staatscourant 2019, 67530 | Overig |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rijkswaterstaat | Staatscourant 2019, 67530 | Overig |
Datum 4 december 2019
Kenmerk RWS-2019/43460
Rijkswaterstaat Midden-Nederland
Zaaknummer RWSZ2019-00016043
DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
In deze beschikking wordt verstaan onder:
het hoofd afdeling vergunningverlening, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht;
de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, per adres Rijkswaterstaat Midden-Nederland, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht, per e-mail adres handhaving-middennederland@rws.nl;
het hoofd van de afdeling Noord-Oost van Verkeer- en Watermanagement van Rijkswaterstaat, tel. 088-7973300;
het hoofd van het district Midden-Nederland Noord, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht;
verkeer van schepen en andere vaartuigen, overeenkomstig de bepalingen in de Scheepvaartverkeerswet;
de Centrale Meldpost IJsselmeergebied van de Rijkswaterstaat te Lelystad telefoonnummer 088-7973300, email cmij@rws.nl, bereikbaar per VHF op kanaal 1;
Besluit administratieve bepalingen inzake het Scheepvaartverkeer;
Scheepvaartverkeerswet;
Binnenvaartpolitiereglement;
Algemene wet bestuursrecht.
Op 20 mei 2016 is op grond van de Scheepvaartverkeerswet een Verkeersbesluit, met kenmerk RWS-2016/21824, afgegeven aan Muiderzand B.V. te Almere voor het nemen van verkeersmaatregelen voor de scheepvaart in verband met het realiseren van een kitesurfzone in het Markermeer-IJmeer nabij Almere.
Het verzoek tot wijziñging, ontvangen op 21 oktober 2019, betreft een wijziging van de termijn wanneer deze verkeersmaatregel van kracht is. Hierbij wordt het verzoek gedaan om de verkeersmaatregel jaarrond te laten gelden.
Deze aanvraag is geregistreerd onder zaaknummer RWSZ2019-00016043.
Op grond van artikel 9.05, lid 2 van het Binnenvaartpolitiergelement (BPR) is het verboden om te varen met een door een vlieger voortbewogen plank of klein schip. In het derde lid van dat artikel staat aangegeven dat de bevoegde autoriteit vaarwegen of gedeelten daarvan aan kan wijzen waarop het verbod, bedoeld in het tweede lid, overdag niet van toepassing is.
Op grond van artikel 2 Scheepvaartverkeerswet (Svw) ben ik bevoegd een verkeersbesluit te nemen. Daarbij dien ik de in artikel 3 Svw opgenomen belangen in acht te nemen van onder meer een vlotte en veilige doorvaart en het voorkomen of beperken van schade en veiligheidsrisico’s in verband met schepen.
Op grond van artikel 5 Svw kan ik beslissen een verkeersteken aan te brengen en op grond van artikel 7 Svw kan ik besluiten, al dan niet onder voorwaarden, een ontheffing te verlenen van een verkeersbesluit.
In bijlage 7 van het Bpr zijn de verkeerstekens opgenomen. Onder A van deze bijlage de verbodstekens. In bijlage 8 van het Bpr zijn regels opgenomen ten aanzien van de markering van het vaarwater.
Op grond van artikel 2 van het Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer (BABS) mag het bevoegd gezag bij het nemen van een verkeersbesluit uitsluitend gebruik maken van verkeerstekens, die een gebod of verbod bevatten zoals is opgenomen in bijlage 7 en 8 van het Bpr.
Omdat steeds meer mensen de kitesurfsport beoefenen, is in het Markermeer-IJmeer nabij Almere een kitesurfzone gerealiseerd, zie bijlage 1. Door het aanwijzen van een kitesurfzone is het scheepvaartverkeer in het aangewezen gedeelte van het vaarwater gewaarschuwd voor snel bewegende kitesurfers. Bij het aanwijzen van de kitesurfzone is rekening gehouden met de afstand tot de scheepvaartroute, de scheiding van diverse recreatievormen zoals zwemmen en windsurfen en het houden van voldoende afstand tot de aangewezen gebieden vallende onder de Natuurbeschermingswet.
Het verkeersbesluit d.d. 20 mei 2016 is tot stand gekomen in overleg met de afdeling Natura 2000 van de Provincie Flevoland, welke de Natuurbeschermingswetvergunning ten behoeve van het kitesurfen in diezelfde zone aan Muiderzand B.V. heeft verleend.
Naar aanleiding van onderzoek is besloten dat de verkeersmaatregel van kracht is in de periode van 1 april tot en met 31 oktober. Eenzelfde voorwaarde is opgenomen in de Natuurbeschermingswetvergunning.
De provincie heeft op verzoek van Muiderzand B.V. en onderbouwd met een nieuw ecologisch onderzoek een wijziging doorgevoerd in de Natuurbeschermingswetvergunning. Naar aanleiding van dit hernieuwde ecologisch onderzoek is het toegestaan de kitesurfzone in het Markermeer-IJmeer jaarrond te gebruiken. Daarom is verzocht om ook het Verkeersbesluit jaarrond te laten gelden.
De kitesurfzone wordt gemarkeerd met betonning in het Markermeer-IJmeer. Op de betonning worden borden met aanwijzingen geplaatst.
Aangezien er sprake is van een beperkte wijziging is er dit maal geen overleg gevoerd. Alle belanghebbenden ontvangen een (digitaal) afschrift van onderhavig Verkeersbesluit.
Er kan redelijkerwijs van worden uitgegaan dat andere belanghebbenden door het nemen van dit besluit niet in hun rechten worden aangetast. Derhalve is de procedure als bedoeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht achterwege gelaten en is de procedure als bedoeld in artikel 4.1 van dezelfde wet gevolgd.
Op grond van vorenstaande overwegingen besluit ik op grond van artikelen 2, 3, 5 en 7 van de Scheepvaartverkeerswet, juncto bijlage 7 en 8 Binnenvaartpolitiereglement en juncto artikel 2 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het Scheepvaartverkeer het Verkeersbesluit van 20 mei 2016, met kenmerk RWS-2016/21824 als volgt te wijzigen:
Voorschrift 3 wordt vervangen door onderstaande voorschrift:
3. dat deze verkeersmaatregel jaarrond van kracht is.
DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, namens deze, wnd. hoofd van de afdeling Vergunningverlening Rijkswaterstaat Midden-Nederland H. Barske
Bezwaar
Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekend gemaakt, een bezwaarschrift worden ingediend. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan Rijkswaterstaat Midden-Nederland, afdeling Werkenpakket, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht.
Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:
a. de naam en adres van de indiener;
b. de dagtekening;
c. een omschrijving van het besluit, waartegen het bezwaar is gericht en
d. de gronden van het bezwaar.
Indien een bezwaarschrift is ingediend, is het mogelijk om daarnaast een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen. Een dergelijk verzoek dient te worden gericht aan de voorzieningenrechter van de rechtbank binnen het rechtsgebied, waarin de indiener van het bezwaarschrift zijn woonplaats heeft. Het verzoek dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:
a. de naam en het adres van de verzoeker;
b. de dagtekening;
c. de gronden van het verzoek (motivering).
Bij het verzoek dient voorts een afschrift van het bezwaarschrift te worden overgelegd. Zo mogelijk wordt tevens een afschrift van het besluit, waarop het geschil betrekking heeft, overgelegd. Naar aanleiding van het verzoek kan de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening treffen, indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.
Voor de behandeling van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. De griffier van de betrokken rechtbank wijst de verzoeker na indiening van diens verzoek op de verschuldigdheid van het griffierecht en bericht de verzoeker binnen welke termijn en op welke wijze het verschuldigde griffierecht moet worden voldaan.
Indien het bezwaar- en/of verzoekschrift in een vreemde taal is gesteld en een vertaling voor een goede behandeling van het verzoek noodzakelijk is, dient de indiener zorg te dragen voor een vertaling.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2019-67530.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.