Bekendmaking van 27 november 2019, nr. 2748670 van de gewijzigde inkomensgrenzen, in de Wet op de rechtsbijstand, eigen bijdragen en bedragen, bedoeld in het Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand, het Besluit vergoedingen rechtsbijstand en het Besluit toevoeging mediation over 2020, en vaststelling van het normbedrag en het bedrag van het voorschot voor advocaten als bedoeld in het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000

De Minister voor Rechtsbescherming;

Gelet op artikel 34, vierde lid, van de Wet op de rechtsbijstand, artikel 3, tweede lid, van het Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand, artikel 4, vijfde lid van het Besluit toevoeging mediation, artikel 3, tweede lid, en artikel 35, tweede en vierde lid, van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000;

Maakt bekend:

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 luiden de bedragen, zoals vermeld in artikel 34, eerste lid, van de Wet

op de rechtsbijstand: € 27.900 respectievelijk € 39.400.

Artikel 2

Met ingang van 1 januari 2020 luiden de inkomensgrenzen, zoals vermeld in het Besluit eigen

bijdrage rechtsbijstand:

  • a. in artikel 2, eerste lid

    • in onderdeel a: € 19.800;

    • in onderdeel b: € 19.800 respectievelijk € 20.500;

    • in onderdeel c: € 20.500 respectievelijk € 21.600;

    • in onderdeel d: € 21.600 respectievelijk € 23.500; en

    • in onderdeel e: € 23.500 respectievelijk € 27.900;

  • b. in artikel 2, tweede lid:

    • in onderdeel a: € 27.500;

    • in onderdeel b: € 27.500 respectievelijk € 28.500;

    • in onderdeel c: € 28.500 respectievelijk € 29.800;

    • in onderdeel d: € 29.800 respectievelijk € 33.300; en

    • in onderdeel e: € 33.300 respectievelijk € 39.400;

  • c. in artikel 2a, tweede lid:

    • in onderdeel a: € 19.800;

    • in onderdeel b: € 19.800 respectievelijk € 20.500;

    • in onderdeel c: € 20.500 respectievelijk € 21.600;

    • in onderdeel d: € 21.600 respectievelijk € 23.500; en

    • in onderdeel e: € 23.500 respectievelijk € 27.900;

  • d. in artikel 2a, derde lid:

    • in onderdeel a: € 27.500;

    • in onderdeel b: € 27.500 respectievelijk € 28.500;

    • in onderdeel c: € 28.500 respectievelijk € 29.800;

    • in onderdeel d: € 29.800 respectievelijk € 33.300; en

    • in onderdeel e: € 33.300 respectievelijk € 39.400.

  • e. In artikel 2, derde lid:

    • in onderdeel a: € 20.500 respectievelijk € 28.500; en

    • in onderdeel b: € 20.500 respectievelijk € 27.900 respectievelijk € 28.500 respectievelijk € 39.400.

  • f. In artikel 2a, vierde lid:

    • in onderdeel a: € 20.500 respectievelijk € 28.500;

    • In onderdeel b: € 20.500 respectievelijk € 27.900 respectievelijk € 28.500 respectievelijk € 39.400.

Artikel 3

Met ingang van 1 januari 2020 luiden de eigen bijdrage, zoals vermeld in het Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand:

  • a. in artikel 2, eerste lid

    • in onderdeel a: € 203;

    • in onderdeel b: € 373;

    • in onderdeel c: € 533;

    • in onderdeel d: € 694; en

    • in onderdeel e: € 853.

  • b. in artikel 2, tweede lid

    • in onderdeel a: € 203;

    • in onderdeel b: € 373;

    • in onderdeel c: € 533;

    • in onderdeel d: € 694; en

    • in onderdeel e: € 853.

  • c. in artikel 2, derde lid:

    • in onderdeel a: € 80; en

    • in onderdeel b: € 134;

  • d. in artikel 2, vijfde lid: € 853.

  • e. in artikel 2a, tweede lid:

    • in onderdeel a: € 353;

    • in onderdeel b: € 427;

    • in onderdeel c: € 587;

    • in onderdeel d: € 747; en

    • in onderdeel e: € 881;

  • f. in artikel 2a, derde lid:

    • in onderdeel a: € 353;

    • In onderdeel b: € 427;

    • in onderdeel c: € 587;

    • in onderdeel d: € 747; en

    • in onderdeel e: € 881;

  • g. in artikel 2a, vierde lid:

    • in onderdeel a: € 112; en

    • in onderdeel b: € 147.

  • h. in artikel 4, eerste lid: € 203.

  • i. in artikel 4, tweede lid: € 55.

  • j. in artikel 4, derde lid: € 55.

Artikel 4

Met ingang van 1 januari 2020 luiden de bedragen voor korting diagnose en triage, zoals vermeld in het Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand:

  • a. in artikel 2, zesde lid: € 55.

  • b. in artikel 2, zevende lid: € 55.

  • c. in artikel 2, achtste lid: € 55.

Artikel 5

Met ingang van 1 januari 2020 luiden de eigen bijdragen, zoals vermeld in het Besluit

toevoeging mediation:

  • a. in artikel 4, eerste lid: € 55;

  • b. in artikel 4, tweede lid: € 109;

  • c. in artikel 4, derde lid: € 55;

  • d. in artikel 4, vierde lid: € 109.

Artikel 6

Met ingang van 1 januari 2020 luiden de inkomensgrenzen, zoals vermeld in het Besluit toevoeging

mediation:

  • a. in artikel 4, derde lid, onderdeel a: € 19.800;

  • b. in artikel 4, derde lid, onderdeel b: € 27.500;

Artikel 7

  • 1. Met ingang van 1 januari 2020 wordt het normbedrag als bedoeld in artikel 35, tweede lid, van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 vastgesteld op € 860.

  • 2. Met ingang van 1 januari 2020 wordt het voorschot als bedoeld in artikel 35, vierde lid, van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 vastgesteld op: ten hoogste 10% van € 52.900.

Artikel 8

Met ingang van 1 januari 2020 luiden de vergoedingen voor advocaten, zoals vermeld in het Besluit Vergoedingen Rechtsbijstand:

  • a. in artikel 3, eerste lid: € 110.62.

  • b. in artikel 27, eerste lid: € 19.84.

Deze bekendmaking zal in de Staatscourant worden geplaatst en treedt in werking op 1 januari 2020.

’s-Gravenhage, 27 november 2019

De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker

TOELICHTING

Jaarlijks worden de gewijzigde bedragen overeenkomstig artikel 34, vierde lid Wet op de rechtsbijstand en artikel 3, tweede lid, van het Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand, artikel 4, vijfde lid van het Besluit toevoeging mediation, en artikel 35, tweede en vierde lid, van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000, en de eigen bijdragen en bedragen bedoeld in het Besluit eigen bijdragen rechtsbijstand en het Besluit toevoeging mediation gewijzigd. Dit betreft een jaarlijkse indexering.

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2020.

De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker

Naar boven