Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 22 november 2019, nr. 2019-0000011502, tot wijziging van de Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ in verband met de vrijlating van de compensatie toegekend in het kader van de CAF 11-zaak

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 31, tweede lid, onderdeel l, van de Participatiewet;

Besluit:

ARTIKEL I

Aan artikel 7 van de Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel o door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • p. de eenmalige compensatie toegekend in het kader van de CAF 11-zaak.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 22 november 2019

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, T. van Ark

TOELICHTING

Compensatieregeling CAF 11

Bij het stopzetten van de kinderopvangtoeslag bij ouders in de zogenoemde CAF 11-zaak is veel niet goed gegaan. Dit beeld wordt bevestigd door de conclusie van de Adviescommissie uitvoering toeslagen. Er zijn belangrijke onvolkomenheden geconstateerd bij de behandeling van de aanvragen van kinderopvangtoeslag over de jaren 2012, 2013 en/of 2014. De belangrijkste conclusie van het deeladvies is dat de Belastingdienst/Toeslagen in de CAF 11-zaak institutioneel vooringenomen heeft gehandeld, waar ouders het slachtoffer van zijn geworden. De geleden schade bij ouders rechtvaardigt een compensatie, waarvoor de Adviescommissie aanbevelingen doet en die de Staatssecretaris van Financiën heeft overgenomen (Kamerstukken II 2018/2019 31 066, nr. 538).

De compensatieregeling maakt een onderscheid tussen verschillende onderdelen die de hoogte van de compensatie bepalen. Het compensatiebedrag kan daardoor per ouder verschillen. De compensatie bestaat onder andere uit:

  • Een bedrag ter compensatie van de correctiebesluiten die genomen zijn naar aanleiding van het CAF 11-onderzoek.

  • Een forfaitair bedrag van € 500 per halfjaar tussen het eerste correctiebesluit en het moment dat de aanspraken op kinderopvangtoeslag volledig zijn vergoed of compensatie werd gegeven (tot een maximum van het bedrag van het eerste onderdeel).

  • Een forfaitair bedrag van 25% van het compensatiebedrag van het eerste onderdeel.

  • Een bedrag gelijk aan de kosten van juridische bijstand conform de reguliere forfaitaire bedragen, voor zover deze niet eerder zijn vergoed.

  • Een bedrag gelijk aan de betaalde invorderingskosten van de na het CAF-onderzoek teruggevorderde kinderopvangtoeslag, voor zover deze kosten niet eerder zijn vergoed.

Bij de compensatie wordt rekening gehouden met de niet betaalde toeslagschuld.

Vrijlating bij middelentoets bijstand

In de Participatiewet (Pw) bestaat voor gemeenten de mogelijkheid om in het individuele geval een materiële of immateriële schadevergoeding niet tot de middelen te rekenen. Daarnaast bestaat in de Pw de mogelijkheid uitkeringen en vergoedingen voor (im-)materiële schade bij ministeriële regeling niet tot de middelen te rekenen. Voor de compensatie van geleden schade in de CAF 11-zaak, die door de Belastingdienst/Toeslagen worden uitgekeerd, acht de regering het wenselijk om van deze laatste mogelijkheid gebruik te maken.

Dit leidt ertoe dat uniform met de compensatie wordt omgegaan en elke bijstandsgerechtigde die een dergelijke compensatie ontvangt door gemeenten op dezelfde wijze wordt behandeld. Ook wordt hiermee mogelijk gemaakt dat bij de aanwending van de compensatie, bijstandsgerechtigden in dezelfde positie komen te verkeren als niet-bijstandsgerechtigden.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, T. van Ark

Naar boven