De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat en de Minister van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit;
Gelet op artikel 3 van de Kaderwet EZK- en LNV-subsidies;
Besluiten:
ARTIKEL I
De Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek, zoals deze luidde van 6 april
2019 tot en met 22 juli 2019, wordt als volgt gewijzigd:
A
Bijlage 2 komt te luiden:
Bijlage 2. behorende bij artikel 9, tweede lid (subsidieplafonds instituuts-subsidie)
Subsidieplafonds voor instituutssubsidie voor het boekjaar 2019
In onderstaande tabel bevinden zich de subsidieplafonds voor de instituutssubsidie
voor het boekjaar 2019.
|
Instituut
|
Subsidieplafond
|
|
MARIN
|
€ 6.700.000
|
|
Deltares
|
€ 18.586.000
|
|
NLR
|
€ 24.011.000
|
|
Wageningen Research
|
€ 27.434.000
|
B
Bijlage 3, onderdeel 2, komt te luiden:
2. Subsidieplafonds programmasubsidie voor het boekjaar 2019
Het subsidieplafond voor de programmasubsidie voor het boekjaar 2019 wordt als volgt
verdeeld.
|
Instituut
|
Onderzoeksthema
|
Soort onderzoek
|
Subsidieplafond
|
|
NLR
|
Veilige samenleving als bedoeld in tabel 1.1 van deze bijlage
|
Defensie onderzoek
|
€ 1.874.000
|
|
Wageningen Research
|
Uitvoering wettelijke onderzoekstaak (WOT)
|
WOT Besmettelijke dierziekten als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling
|
€ 14.193.000
|
|
WOT Voedselveiligheid als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling, met uitzondering
van ondersteuning van de NVWA
|
€ 15.366.000
|
|
WOT Voedselveiligheid als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling, gericht op de ondersteuning
van de NVWA
|
€ 16.100.000
|
|
WOT Economische informatievoorziening als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling
|
€ 7.634.000
|
|
WOT Natuur en milieu als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling
|
€ 9.263.000
|
|
WOT Visserijonderzoek als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling
|
€ 6.970.000
|
|
WOT Genetische bronnen als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling
|
€ 1.965.000
|
|
Onderzoeksthema’s als bedoeld in tabel 1.2 van deze bijlage, met uitzondering van
de wettelijke onderzoekstaak, genoemd in bijlage 1 van deze regeling
|
Diverse onderzoeksprojecten, met uitzondering van onderzoeksprojecten ter ondersteuning
van de Topsector Agri en Food en de Topsector tuinbouw en Uitgangsmaterialen, en missiegedreven
Kennis- en Innovatieprogramma's
|
€ 45.235.000
|
|
Onderzoeksprojecten in het kader van de Klimaatenveloppe
|
€ 24.000.000
|
|
Onderzoeksprojecten ter ondersteuning van de Topsector Agri en Food
|
€ 34.934.000
|
|
Onderzoeksprojecten ter ondersteuning van de Topsector tuinbouw en Uitgangsmaterialen
|
€ 15.133.000
|
| |
|
Missiegedreven Kennis- en Innovatieprogramma’s
|
€ 4.600.000
|
ARTIKEL II
In de Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek, zoals deze luidt met ingang
van 23 juli 2019 tot en met heden, wordt in bijlage 3, onderdeel 2, aan het begin
van de tabel een rij ingevoegd, luidende:
|
MARIN
|
Veilige en duurzame scheepvaart
|
Defensie onderzoek
|
€ 1.700.000
|
ARTIKEL III
De Regeling nationale EZ-subsidies wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 3.2.9. eerste lid, onderdeel b, komt te luiden:
B
In artikel 3.2.11, eerste lid, onderdeel h, wordt ‘artikel 3.2.9, tweede lid’ vervangen
door ‘artikel 3.2.9, eerste lid, onderdeel b’.
ARTIKEL IV
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt ten aanzien van artikel II terug
tot en met 1 augustus 2019.
’s-Gravenhage, 16 november 2019
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten
TOELICHTING
Deze wijzigingsregeling voorziet in de herziening van de subsidieplafonds voor de
jaarlijkse instituutssubsidie, programmasubsidie en infrastructuursubsidie die worden
verstrekt op grond van de Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek (hierna:
Subsidieregeling TO2).
Op grond van de artikelen 9, 12 en 17, tweede lid, van de Subsidieregeling TO2 wordt
jaarlijks in de bijlagen 2, 3 en 4 van de Subsidieregeling TO2 bekendgemaakt welk
bedrag aan instituutssubsidie voor een instituut beschikbaar wordt gesteld, welke
subsidieplafonds voor de programmasubsidies voor onderzoeksthema’s in het aankomende
boekjaar van toepassing zijn en welk subsidieplafond per instituut voor infrastructuursubsidie
in het aankomende boekjaar van toepassing is.
In deze wijzigingsregeling worden deze bijlagen voor het jaar 2019 aangepast, als
gevolg van het beschikbaar komen van additioneel budget voor de instituutssubsidie
voor de instellingen Deltares, het Koninklijk Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum
(NLR) en het Maritiem Research Instituut Nederland (MARIN). Tevens ontvangen de instellingen
NLR en Wageningen Research aanvullende programmafinanciering. Wat betreft NLR, is
deze subsidie bestemd voor defensieonderzoek. In het geval van Wageningen Research
wordt deze financiering gebruikt voor de uitvoering van additioneel onderzoek op het
terrein van de wettelijke onderzoekstaken (WOT) Natuur en Milieu en een additioneel
onderzoek op de thema’s, bedoeld in tabel 1.2 van bijlage 3 bij de Subsidieregeling
TO2, met uitzondering van de wettelijke onderzoekstaak, genoemd in bijlage 1 van die
regeling. Via deze wijzigingsregeling wordt tevens aan de instelling MARIN voor het
jaar 2020 programmasubsidie beschikbaar gesteld voor de uitvoering van onderzoek op
het terrein van veilige en duurzame scheepvaart.
Deze regeling strekt eveneens tot wijziging van de Regeling nationale EZ-subsidies
(PPS-toeslag, module 3.2). Het gaat hier om een zuiver technische aanpassing, waarbij
een bepaling wordt verduidelijkt en een verwijzing wordt gecorrigeerd.
Aan deze regeling zijn geen administratieve lasten verbonden.
Met de inwerkingtredingsdatum van deze regeling wordt afgeweken van de systematiek
van de vaste verandermomenten, inhoudende dat ministeriële regelingen met ingang van
de eerste dag van elk kwartaal in werking treden en minimaal twee maanden voordien
worden bekendgemaakt. Dat kan in dit geval worden gerechtvaardigd, omdat de doelgroep
gebaat is bij spoedige inwerkingtreding.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten