ARTIKEL I
De Regeling handel levende dieren en levende producten wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. De volgende begripsbepalingen vervallen:
2. In de begripsbepaling van ‘punt van uitgang’ vervalt ‘, of in een lid-staat gelegen
plaats als bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdeel a, van beschikking 93/444/EEG,’.
3. De begripsbepaling van ‘inspectiepost’ wordt vervangen door de volgende begripsbepaling:
- grenscontrolepost:
-
grenscontrolepost als bedoeld in artikel 3, onderdeel 38, van verordening 2017/625;.
4. Onder vervanging van de punt aan het slot van de begripsbepaling van ‘werkelijke
kosten’ door een puntkomma worden de volgende begripsbepalingen toegevoegd:
- richtlijn 64/432/EEG:
-
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 1964 inzake veterinairrechtelijke
vraagstukken op het gebied van het intracommunautaire handelsverkeer in runderen en
varkens (PbEG L 121);
- verordening (EU) 2017/625:
-
verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017
betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd
om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften
inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen
te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005,
(EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU)
2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen
(EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG,
2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen
(EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen
89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van
de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PbEU
L 95);
- uitvoeringsverordening (EU) 2019/1013:
-
uitvoeringsverordening (EU) 2019/1013 van de Commissie van 16 april 2019 betreffende
de voorafgaande kennisgeving van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen
die de Unie binnenkomen (PbEU L 165);
- gedelegeerde verordening (EU) 2019/1602:
-
gedelegeerde verordening (EU) 2019/1602 van de Commissie van 23 april 2019 tot aanvulling
van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het
gemeenschappelijk gezondheidsdocument van binnenkomst dat zendingen van dieren en
goederen tot hun bestemming vergezelt (PbEU L 250);
- gedelegeerde verordening (EU) 2019/1666:
-
gedelegeerde verordening (EU) 2019/1666 van de Commissie van 24 juni 2019 tot aanvulling
van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de
voorwaarden voor de monitoring van het vervoer en de aankomst van zendingen van bepaalde
goederen van de grenscontrolepost van aankomst tot de inrichting op de plaats van
bestemming in de Unie (PbEU L 255).
B
In artikel 1.2 vervalt het derde lid en wordt het vierde lid vernummerd tot derde
lid.
C
Het opschrift van hoofdstuk 2 komt te luiden:
HOOFDSTUK 2. ALGEMENE BEPALINGEN.
D
In artikel 2.5, aanhef, wordt ‘indien op grond van een van Rijkswege ingesteld onderzoek
is gebleken dat voldaan wordt aan, voor zover van toepassing, de artikelen 2.6 tot
en met 2.15’ vervangen door ‘indien op grond van een van Rijkswege ingesteld onderzoek
overeenkomstig verordening (EU) 2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen
en uitvoeringshandelingen van de Europese Commissie, is gebleken dat voldaan wordt
aan, voor zover van toepassing, artikel 2.11’.
E
De artikelen 2.6, 2.7, 2.8, 2.9, 2.10, 2.12 en 2.13 vervallen.
F
Artikel 2.16, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede onderdeel wordt ‘bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel e, subonderdeel
iv, van richtlijn 90/425/EEG’ vervangen door ‘bedoeld in artikel 9 van richtlijn 64/432/EEG’.
2. In het vijfde onderdeel vervalt ‘, als bedoeld in artikel 4, tweede gedachtenstreepje,
van beschikking 93/444/EEG’.
G
In artikel 2.17, aanhef, wordt ‘voldaan wordt aan de artikelen 2.19, 2.20, tweede
lid, en 2.21’ vervangen door ‘voldaan aan de artikelen 2.20 en 2.21’.
H
In artikel 2.18, aanhef, wordt ‘de artikelen 2.19, 2.20, 2.21’ vervangen door ‘de
artikelen 2.20 en 2.21’.
J
In artikel 2.20 vervalt de aanduiding ‘1’ voor het eerste lid, alsmede het tweede
lid.
K
In het opschrift van afdeling 4 van hoofdstuk 2 wordt ‘(artikelen 2.22 tot en met
2.32)’ vervangen door ‘(artikelen 2.22 tot en met 2.30)’.
L
Artikel 2.22 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘het tweede tot en met het vierde lid, en de artikelen 2.23
tot en met 2.31’ vervangen door ‘het tweede en derde lid, de artikelen 2.23, 2.24
en 2.30 en verordening (EU) 2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen
en uitvoeringshandelingen van de Europese Commissie’.
2. Het vierde lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In de aanhef vervalt ‘gaat de partij vergezeld van:’.
b. De onderdelen a en b vervallen.
c. De aanduiding ‘c.’ voor onderdeel c vervalt.
d. ‘indien het producten bestemd voor een derde land betreft’ wordt vervangen door ‘en
indien het producten voor een derde land betreft, gaat de partij vergezeld van’.
e. ‘welke grensinspectiepost’ wordt vervangen door ‘welk punt van uitgang’.
M
In het opschrift van paragraaf 2 van afdeling 4 van hoofdstuk 2 wordt ‘(artikelen
2.23 tot en met 2.31)’ vervangen door ‘(artikelen 2.23 tot en met 2.30)’.
N
Artikel 2.23 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘alsmede de certificaten of documenten, bedoeld in artikel
2.22, tweede lid, onderdeel a, derde en vierde lid, zijn, met uitzondering van de
documenten, bedoeld in artikel 7, eerste lid, eerste gedachtenstreepje, van richtlijn
91/496/EEG, originelen’ vervangen door ‘alsmede de certificaten of documenten, bedoeld
in artikel 2.22, tweede lid, onderdeel a, en derde lid, zijn originelen’.
2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In het eerste onderdeel wordt ‘bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel e, subonderdeel
IV, van richtlijn 90/425/EEG’ vervangen door ‘bedoeld in artikel 9 van richtlijn 64/432/EEG’.
b. In het vierde onderdeel vervalt ‘, bedoeld in artikel 4, tweede gedachtenstreepje,
van beschikking 93/444/EEG’.
O
Artikel 2.24 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste en het tweede lid vervallen.
2. De aanduiding ‘3’ voor het derde lid vervalt.
3. ‘de documenten, artikel 2.22, vierde lid, onderdeel c’ wordt vervangen door ‘de documenten,
bedoeld in artikel 2.22, vierde lid’.
P
De artikelen 2.25, 2.26, 2.27, 2.28, 2.29 en 2.31 vervallen.
Q
In hoofdstuk 2, afdeling 4, vervalt de aanduiding ‘§3.’ en het daarbij horende opschrift.
S
Het opschrift van afdeling 5 van hoofdstuk 2 komt te luiden:
Afdeling 5. Het brengen in Nederland van dieren uit derde landen (artikelen 2.33 tot
en met 2.36).
T
Artikel 2.33, aanhef, wordt als volgt gewijzigd:
1. ‘verordening 282/2004/EG’ wordt vervangen door ‘verordening (EU) 2017/625 en de daarop
gebaseerde gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen van de Europese Commissie’.
2. ‘en de artikelen 2.35 tot en met 2.41’ wordt vervangen door ‘en de artikelen 2.35
en 2.36’.
U
In artikel 2.34, slot, vervalt ‘en, voor zover van toepassing, voldaan wordt aan de
artikelen 2.39 en 2.40’.
V
In hoofdstuk 2, afdeling 5, wordt in het opschrift van paragraaf 2 ‘: aankomst en
onderzoek op de inspectiepost, vervoer na onderzoek op de erkende inspectiepost (artikelen
2.35 tot en met 2.41)’ vervangen door ‘(artikel 2.35)’.
W
Artikel 2.35 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste, derde en vierde lid vervallen.
2. Het tweede lid wordt vernummerd tot het eerste lid.
3. In het eerste lid (nieuw) wordt ‘overeenkomstig artikel 1, eerste tot en met derde
lid,’ vervangen door ‘met gebruikmaking van het gemeenschappelijk veterinair document
van binnenkomst, bedoeld in artikel 1, eerste lid,’.
4. Het volgende lid wordt toegevoegd:
2. Een partij runderen of varkens worden door de ontvanger eerst aan het beslag op
zijn bedrijf toegevoegd, nadat de dierenarts, verantwoordelijk voor de toevoeging
aan dit beslag, heeft geconstateerd dat de dieren de gezondheidsstatus van dit beslag
niet in gevaar kunnen brengen.
X
De artikelen 2.35a, 2.37, 2.38, 2.39, 2.40 en 2.41 vervallen.
Y
In hoofdstuk 2, afdeling 5, vervalt de aanduiding ‘§3.’ en het daarbij horende opschrift.
AA
Het opschrift van afdeling 6 van hoofdstuk 2 komt te luiden:
Afdeling 6. Het brengen in Nederland van producten uit derde landen; uitzonderingen
van het verbod (artikel 2.43).
AB
Artikel 2.43 wordt als volgt gewijzigd:
1. De aanduiding ‘1’ voor het eerste lid vervalt, alsmede het tweede lid.
2. De aanduiding ‘a.’ voor onderdeel a vervalt, alsmede onderdeel b.
3. ‘, voor zover van toepassing, de artikelen 2.44 tot en met 2.50b’ wordt vervangen
door ‘verordening (EU) 2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen en
uitvoeringshandelingen van de Europese Commissie’.
AC
In het opschrift van paragraaf 2 van hoofdstuk 2, afdeling 6, wordt ‘: aankomst en
onderzoek op de inspectiepost en vervoer na onderzoek op de erkende (artikelen 2.44
tot en met 2.49)’ vervangen door ‘(artikelen 2.44 en 2.47)’.
AD
Artikel 2.44 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste, derde, vierde, vijfde, zesde en achtste lid vervallen.
2. Het tweede, zevende, negende, tiende, elfde en twaalfde lid worden vernummerd tot
eerste, tweede, derde, vierde, vijfde en zesde lid.
3. In het eerste lid (nieuw) wordt ‘overeenkomstig artikel 2, eerste tot en met derde
lid,’ vervangen door ‘met gebruikmaking van het gemeenschappelijk veterinair document
van binnenkomst, bedoeld in artikel 2, eerste lid,’.
4. Het tweede lid (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:
a. ‘De controles, bedoeld in het zesde lid’ wordt vervangen door ‘De controles, bedoeld
in artikel 49, eerste lid, van verordening (EU) 2017/625’.
b. ‘een grensinspectiepost als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel g, van richtlijn
97/78/EG’ wordt vervangen door ‘een grenscontrolepost’.
5. In het derde lid (nieuw) vervalt ‘overeenkomstig artikel 4, derde en vierde lid,
van richtlijn 97/78/EG’.
6. In het vierde lid (nieuw) wordt ‘de controles, bedoeld in het negende lid’ vervangen
door ‘de controles, bedoeld in het derde lid’.
7. In het vijfde lid (nieuw) wordt ‘het zesde en negende lid’ vervangen door ‘het derde
lid’.
8. Het zesde lid (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:
a. ‘het zesde tot en met elfde lid’ wordt vervangen door ‘het derde tot en met vijfde
lid’.
b. ‘of in de artikelen 14, eerste lid, en 20, eerste lid, van richtlijn 97/78/EG bedoelde
gevallen’ vervalt.
AE
Artikel 2.44a vervalt.
AF
In artikel 2.45, eerste lid, onder c en d, wordt ‘inspectiepost’ vervangen door ‘grenscontrolepost’.
AG
De artikelen 2.45a en 2.46 vervallen.
AH
In artikel 2.47, eerste, tweede en derde lid, wordt ‘het originele document, bedoeld
in artikel 2.43, eerste lid, onderdeel b’ vervangen door ‘het originele document’.
AI
De artikelen 2.48 en 2.49 vervallen.
AJ
In het opschrift van paragraaf 2a van hoofdstuk 2, afdeling 6, wordt ‘(artikelen 2.50
tot en met 2.50f)’ vervangen door ‘(artikelen 2.50a tot en met 2.50d)’.
AL
In artikel 2.50c, tweede lid, onder a, vierde lid, onder a, en vijfde lid, onder b,
wordt ‘bedoeld in artikel 2.46, eerste lid’ vervangen door ‘bedoeld in artikel 56
van verordening (EU) 2017/625’.
AM
De artikelen 2.50e en 2.50f vervallen.
AN
In hoofdstuk 2, afdeling 6, vervalt de aanduiding ‘§3.’ en het daarbij horende opschrift.
AP
In artikel 2.53, aanhef, wordt ‘een van Rijkswege ingesteld onderzoek’ vervangen door
‘een van Rijkswege ingesteld onderzoek overeenkomstig verordening (EU) 2017/625 en
de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen van de Europese
Commissie,’.
AQ
Artikel 2.56 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘artikel 2.57’ vervangen door ‘artikel 2.57, verordening
(EU) 2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen
van de Europese Commissie’.
2. In het tweede lid, aanhef, vervalt ‘voldaan wordt aan de artikelen 2.39 en 2.40 en’.
AR
Artikel 2.57 komt te luiden:
Artikel 2.57
-
1. Er wordt voldaan aan de artikelen 2.35 en 2.36.
-
2. Voor de toepassing van de artikelen, genoemd in het eerste lid, en van verordening
(EU) 2017/625 en daarop gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen van de
Europese Commissie worden de staten, niet-zijnde lidstaten, die partij zijn bij het
EER-verdrag, aangemerkt als derde landen.
AS
In artikel 2.58 wordt ‘artikel 2.59’ vervangen door ‘artikel 2.59, verordening (EU)
2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen
van de Europese Commissie’.
AT
Artikel 2.59 komt te luiden:
Artikel 2.59
-
1. Er wordt voldaan aan de artikelen 2.44 tot en met 2.50d.
-
2. Voor de toepassing van de artikelen, bedoeld in het eerste lid, van verordening (EU)
2017/625 en daarop gebaseerde EU-verordeningen of EU-besluiten worden de staten, niet-zijnde
lidstaten, die partij zijn bij het EER-verdrag, aangemerkt als derde landen.
AU
In het opschrift van afdeling 8 van hoofdstuk 2 wordt ‘(de artikelen 2.60 tot en met
2.64)’ vervangen door ‘(de artikelen 2.63 en 2.64)’.
AV
In hoofdstuk 2, afdeling 8, vervalt de aanduiding ‘§1.’ en het daarbij horende opschrift.
AW
De artikelen 2.60, 2.60a en 2.61 vervallen.
AX
In hoofdstuk 2, afdeling 8, vervalt de aanduiding ‘§2.’ en het daarbij horende opschrift.
AZ
Aan hoofdstuk 2, afdeling 8, wordt de volgende paragraaf toegevoegd:
§ 5. Verplichtingen verordening (EU) 2017/625 en daarop gebaseerde verordeningen
Artikel 2.65
Deze paragraaf heeft betrekking op het brengen in Nederland van dieren en levende
producten als bedoeld in artikel 3, onder 9 en 20, van verordening (EU) 2017/625,
met uitzondering van aquacultuurdieren als bedoeld in richtlijn 2006/88/EG van de
Raad van 24 oktober 2006 betreffende veterinairrechtelijke voorschriften voor aquacultuurdieren
en de producten daarvan en betreffende de preventie en bestrijding van bepaalde ziekten
bij waterdieren (Pb L 328).
Artikel 2.66
Als voorschriften als bedoeld in artikel 4 van het Besluit uitvoering verordening
officiële controles diergezondheid worden aangewezen:
-
a. de artikelen 15, eerste, tweede, derde en vijfde lid, 47, vijfde lid, 50, eerste en
derde lid, 56, eerste en vierde lid, 57, eerste lid, en 69, eerste lid, van verordening
(EU) 2017/625;
-
b. artikel 1, eerste lid, van uitvoeringsverordening (EU) 2019/2013;
-
c. de artikelen 4, onderdelen a en b, 5, eerste lid, onderdelen a, b, d en e, en tweede
lid, onderdeel a en c, en 6, onderdelen a en b, van gedelegeerde verordening (EU)
2019/1602;
-
d. de artikelen 2, tweede lid, onderdeel b en c, en 3, eerste lid, van gedelegeerde verordening
(EU) 2019/1666.
Artikel 2.67
De minister wijst grenscontroleposten aan als bedoeld in artikel 59, eerste lid, van
verordening (EU) 2017/625, en kan ter uitvoering van de artikelen 62 en 63 van die
verordening een aanwijzing respectievelijk intrekken en schorsen.
BA
In artikel 3.1, eerste lid, vervalt de begripsbepaling van ‘richtlijn 64/432/EEG’.
BB
In artikel 3.7a, derde lid, wordt ‘het onderzoek, bedoeld in artikel 2.26, vierde
lid’ vervangen door ‘onderzoek, voorgeschreven in verordening (EU) 2017/625 of daarop
gebaseerde EU-verordeningen of EU-besluiten’.
BC
In artikel 4.1 vervalt de begripsbepaling van ‘richtlijn 64/432/EEG’.
BD
In artikel 4.7c vervalt ‘en van artikel 2.26, eerste lid, van de Regeling handel levende
dieren en levende producten’.
BE
In artikel 6.9, derde lid, wordt ‘erkende inspectiepost’ vervangen door ‘grenscontrolepost’.
BF
In artikel 8.9, eerste lid, onder c, wordt ‘overeenkomstig artikel 10, eerste lid,
derde gedachtenstreepje, van richtlijn 91/496/EEG en met inachtneming van de bijzondere
waarborgen, bedoeld in artikel 10, eerste lid, tweede alinea, van richtlijn 91/496/EEG’
vervangen door ‘overeenkomstig de door de Europese Commissie gestelde regels als bedoeld
in artikel 66, tweede lid, van verordening (EU) 2017/625’.
BH
In artikel 9.8, eerste lid, vervalt ‘, dan wel, indien het sperma is verzonden vanuit
een derde land en via het grondgebied van een lidstaat in Nederland wordt gebracht,
van een certificaat als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van richtlijn 97/78/EG en
van een gewaarmerkt afschrift als bedoeld in artikel 7, vierde lid, van richtlijn
97/78/EG’.
BI
Artikel 9.9, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. ‘Onverminderd artikel 2.32 worden, indien’ wordt vervangen door ‘Indien’.
2. ‘teneinde met zekerheid vast te stellen’ wordt vervangen door ‘worden teneinde met
zekerheid vast te stellen’.
BJ
In artikel 10.8, eerste lid, vervalt ‘dan wel, indien de embryo’s zijn verzonden vanuit
een derde land en via het grondgebied van een lidstaat in Nederland worden gebracht,
een certificaat als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van richtlijn 97/78/EG en van
een gewaarmerkt afschrift als bedoeld in artikel 7, vierde lid, van richtlijn 97/78/EG’.
BK
In artikel 11.7, eerste lid, vervalt ‘, dan wel, indien de eicellen zijn verzonden
vanuit een derde land en via het grondgebied van een lidstaat in Nederland worden
gebracht, een certificaat als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van richtlijn 97/78/EG
en van een gewaarmerkt afschrift als bedoeld in artikel 7, vierde lid, van richtlijn
97/78/EG’.
BL
In artikel 11a.1 wordt ‘vastgesteld krachtens artikel 18 van richtlijn nr. 91/496/EEG,
artikel 22 van richtlijn nr. 97/78/EG of artikel 36 van verordening (EU) nr. 576/2013’
vervangen door ‘met betrekking tot dieren of levende dierlijke producten’.
BM
Artikel 11a.2 wordt als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt ‘een derde land’ vervangen door ‘een lidstaat of een derde land’.
2. In de onderdelen a en b wordt ‘invoer’ vervangen door ‘het binnenbrengen’.
BN
In artikel 11c.3, tweede lid, wordt ‘inspectiepost’ vervangen door ‘grenscontrolepost’.
BO
In artikel 13.1a wordt na ‘Gezondheids- en welzijnswet voor dieren’ ingevoegd ‘en
de artikelen 4 en 5 van het Besluit uitvoering verordening officiële controles diergezondheid’.
ARTIKEL II
De Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel dierlijke producten wordt als
volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1.1 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. De onderdelen a, b en j vervallen.
b. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel l door een puntkomma worden
de volgende onderdelen toegevoegd:
- m. verordening (EU) 2017/625:
-
verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017
betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd
om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften
inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen
te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005,
(EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU)
2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen
(EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG,
2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen
(EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen
89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van
de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PbEU
L 95);
- n. uitvoeringsverordening (EU) 2019/1013:
-
uitvoeringsverordening (EU) 2019/1013 van de Commissie van 16 april 2019 betreffende
de voorafgaande kennisgeving van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen
die de Unie binnenkomen (PbEU L 165);
- o. gedelegeerde verordening (EU) 2019/1602:
-
gedelegeerde verordening (EU) 2019/1602 van de Commissie van 23 april 2019 tot aanvulling
van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het
gemeenschappelijk gezondheidsdocument van binnenkomst dat zendingen van dieren en
goederen tot hun bestemming vergezelt (PbEU L 250);
- p. gedelegeerde verordening (EU) 2019/1666:
-
gedelegeerde verordening (EU) 2019/1666 van de Commissie van 24 juni 2019 tot aanvulling
van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de
voorwaarden voor de monitoring van het vervoer en de aankomst van zendingen van bepaalde
goederen van de grenscontrolepost van aankomst tot de inrichting op de plaats van
bestemming in de Unie (PbEU L 255).
2. In het tweede lid wordt na ‘Besluit uitvoer dieren en produkten van dierlijke oorsprong’
ingevoegd ‘en de artikelen 4 en 5 van het Besluit uitvoering verordening officiële
controles diergezondheid’.
B
Artikel 1.2.1, derde lid, vervalt.
C
In titel 3 vervalt hoofdstuk 3.1.
D
Artikel 3.2.1.1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘een dierlijk product als bedoeld in artikel 2, tweede lid,
onderdeel a, van richtlijn nr. 97/78/EG’ vervangen door ‘een product van dierlijke
oorsprong of een dierlijk bijproduct als bedoeld in verordening (EU) 2017/625, met
uitzondering van producten van aquacultuurdieren’.
2. In het tweede lid wordt ‘een plantaardig product dat is geplaatst op de lijst, vastgesteld
bij een communautaire uitvoeringsmaatregel krachtens artikel 19, eerste lid, van richtlijn
nr. 97/78/EG’ vervangen door ‘hooi en stro, en levensmiddelen die zowel producten
van plantaardige oorsprong als verwerkte producten van dierlijke oorsprong bevatten,
als bedoeld in verordening (EU) 2017/625’.
3. In het derde lid wordt ‘aan dit hoofdstuk’ vervangen door ‘aan dit hoofdstuk en aan
verordening (EU) 2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen
van de Europese Commissie’.
E
In artikel 3.2.1.2 vervalt ‘en artikel 25 van verordening (EG) nr. 882/2004’.
F
Artikel 3.2.2.1 vervalt.
G
De artikelen 3.2.2.3, 3.2.2.4 en 3.2.2.6 vervallen.
H
In artikel 3.2.3.1, onderdeel e, wordt ‘de grensinspectiepost’ vervangen door ‘grenscontrolecontrolepost
als bedoeld in artikel 3, onderdeel 38, van verordening (EU) 2017/625’.
I
De artikelen 3.2.3.2, 3.2.4.2, 3.2.4.3 en 3.2.4.4 vervallen.
J
Aan titel 3 wordt het volgende hoofdstuk toegevoegd:
HOOFDSTUK 3.3. VOORSCHRIFTEN TER UITVOERING VAN VERORDENING (EU) 2017/625 EN DAAROP
GEBASEERDE VERORDENINGEN
Artikel 3.3.1
Dit hoofdstuk heeft betrekking op het brengen in Nederland van:
-
a. dierlijke bijproducten als bedoeld in artikel 3, onder 14, van verordening (EU) 2017/625;
-
b. producten van dierlijke oorsprong als bedoeld in artikel 3, onder 19, van verordening
(EU) 2017/625, met uitzondering van producten van aquacultuurdieren als bedoeld in
richtlijn 2006/88/EG van de Raad van 24 oktober 2006 betreffende veterinairrechtelijke
voorschriften voor aquacultuurdieren en de producten daarvan en betreffende de preventie
en bestrijding van bepaalde ziekten bij waterdieren (Pb L 328);
-
c. hooi en stro, en levensmiddelen die zowel producten van plantaardige oorsprong als
verwerkte producten van dierlijke oorsprong bevatten als bedoeld in artikel 47, eerste
lid, onder b, van verordening (EU) 2017/625.
Artikel 3.3.2
Als voorschriften als bedoeld in artikel 4 van het Besluit uitvoering verordening
officiële controles diergezondheid worden aangewezen:
-
a. de artikelen 15, eerste, tweede, derde en vijfde lid, 47, vijfde lid, 50, eerste en
derde lid, 56, eerste en vierde lid, 57, eerste lid, en 69, eerste lid, van verordening
(EU) 2017/625;
-
b. artikel 1, eerste lid, van uitvoeringsverordening (EU) 2019/2013;
-
c. de artikelen 4, onderdelen a en b, 5, eerste lid, onderdelen a, b, d en e, en tweede
lid, onderdeel a en c, en 6, onderdelen a en b, van gedelegeerde verordening (EU)
2019/1602;
-
d. de artikelen 2, tweede lid, onderdeel b en c, en 3, eerste lid, van gedelegeerde verordening
(EU) 2019/1666.
Artikel 3.3.3
De minister wijst grenscontroleposten aan als bedoeld in artikel 59, eerste lid, van
verordening (EU) 2017/625, en kan ter uitvoering van de artikelen 62 en 63 van die
verordening een aanwijzing respectievelijk intrekken en schorsen.
L
Aan paragraaf 4.2 wordt het volgende artikel toegevoegd:
Artikel 4.2.3
Het is verboden dierlijke producten waarop een of meer bepalingen van hoofdstuk 2
van toepassing zijn, vanuit een derde land in Nederland te brengen ingeval een communautaire
maatregel lidstaten ertoe verplicht:
-
a. het binnenbrengen van deze producten te verbieden;
-
b. voorwaarden aan het binnenbrengen van deze producten te stellen en ten aanzien van
een desbetreffend dierlijk product niet aan een of meer van die voorwaarden is voldaan.
ARTIKEL III
De Regeling aquacultuur wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1.1 wordt als volgt gewijzigd:
1. De onderdelen a, b, c en j vervallen.
2. Onder de vervanging van de punt aan het slot van onderdeel l door een puntkomma wordt
het volgende onderdeel toegevoegd:
- m. verordening (EU) 2017/625:
-
verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017
betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd
om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften
inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen
te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005,
(EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU)
2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen
(EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG,
2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen
(EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen
89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van
de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PbEU
L 95);
- n. uitvoeringsverordening 2019/1013:
-
uitvoeringsverordening (EU) 2019/1013 van de Commissie van 16 april 2019 betreffende
de voorafgaande kennisgeving van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen
die de Unie binnenkomen (PbEU L 165);
- o. gedelegeerde verordening (EU) 2019/1602:
-
gedelegeerde verordening (EU) 2019/1602 van de Commissie van 23 april 2019 tot aanvulling
van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het
gemeenschappelijk gezondheidsdocument van binnenkomst dat zendingen van dieren en
goederen tot hun bestemming vergezelt (PbEU L 250);
- p. gedelegeerde verordening (EU) 2019/1666:
-
gedelegeerde verordening (EU) 2019/1666 van de Commissie van 24 juni 2019 tot aanvulling
van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de
voorwaarden voor de monitoring van het vervoer en de aankomst van zendingen van bepaalde
goederen van de grenscontrolepost van aankomst tot de inrichting op de plaats van
bestemming in de Unie (PbEU L 255).
B
Artikel 1.1.2 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel y komt te luiden:
- y. grenscontrolepost:
-
grenscontrolepost als bedoeld in artikel 3, onderdeel 38, van verordening (EU) 2017/625;.
2. In onderdeel z wordt ‘erkende inspectiepost’ vervangen door ‘grenscontrolepost’.
C
Artikel 1.2.1, derde lid, vervalt.
E
In artikel 5.1.1, tweede lid, onderdeel c, vervalt ‘en artikel 10, derde en vierde
lid, van richtlijn nr. 91/496/EEG’.
F
In artikel 6.2.1 wordt ‘wordt voldaan aan de artikelen 6.2.2 tot en met 6.2.8’ vervangen
door ‘wordt voldaan aan verordening (EU) 2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde
handelingen en uitvoeringshandelingen van de Europese Commissie, en aan artikel 6.2.7’.
G
De artikelen 6.2.2, 6.2.3, 6.2.4, 6.2.5 en 6.2.6 vervallen.
H
Artikel 6.2.7 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel d, onder 3°, vervalt ‘, bedoeld in artikel 4, tweede gedachtenstreepje,
van beschikking 93/444/EEG’.
2. Aan het slot van onderdeel e wordt de puntkomma vervangen door ‘, en’.
4. Onderdeel g wordt verletterd tot f.
J
Artikel 6.3.1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘aan verordening nr. 282/2004 en aan de artikelen 6.3.2,
6.3.4 en 6.3.7 tot en met 6.3.10’ vervangen door ‘aan verordening (EU) 2017/625 en
de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen van de Europese
Commissie, verordening nr. 282/2004 en aan de artikelen 6.3.2 en 6.3.9’.
2. In het tweede lid wordt ‘verordening nr. 282/2004 en de artikelen 6.3.2, 6.3.4, 6.3.7
en 6.3.10’ vervangen door ‘verordening nr. 282/2004 en artikel 6.3.2’.
3. In het derde lid wordt ‘is voldaan aan verordening nr. 282/2004 en de artikelen 6.3.2
tot en met 6.3.10’ vervangen door ‘is voldaan aan verordening nr. 282/2004 en de artikelen
6.3.2, 6.3.6 en 6.3.9’.
K
Artikel 6.3.2 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste, tweede, derde, vierde en vijfde lid vervallen.
2. De aanduiding ‘6.’ voor het zesde lid vervalt.
3. In de aanhef en in de onderdelen a en b wordt ‘een partij aquacultuurdieren’ vervangen
door ‘een partij aquacultuurdieren of een partij producten van aquacultuurdieren’.
L
De artikelen 6.3.3, 6.3.4 en 6.3.5 vervallen.
M
In artikel 6.3.6 wordt ‘het in artikel 6.3.2, vierde lid, bedoelde document’ vervangen
door ‘het in artikel 5.1.1, tweede lid, onder b, bedoelde document’.
N
De artikelen 6.3.7 en 6.3.8 vervallen.
O
Artikel 6.3.9 komt te luiden:
Artikel 6.3.9
De ingevoerde aquacultuurdieren die voor een derde land zijn bestemd, gaan tijdens
het vervoer vanaf een grenscontrolepost, per partij, vergezeld van het document, bedoeld
in artikel 5.1.1, tweede lid, onderdeel b.
P
Artikel 6.3.10 vervalt.
Q
In artikel 7.2.1 wordt ‘voldaan wordt aan het bepaalde in de artikelen 7.2.2 en 7.2.3’
vervangen door ‘voldaan is aan verordening (EU) 2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde
handelingen en uitvoeringshandelingen van de Europese Commissie en aan de artikelen
7.2.2 en 7.2.3’.
R
Artikel 7.2.2 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste en vierde lid vervallen.
2. Het tweede, derde, vijfde en zesde lid worden vernummerd tot eerste, tweede, derde
en vierde lid.
3. In het eerste lid (nieuw) vervalt ‘en van een gewaarmerkt afschrift als bedoeld in
artikel 7, vierde lid, van richtlijn nr. 97/78/EG’.
4. Het tweede lid (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel a vervalt ‘als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel g, van richtlijn
nr. 97/78/EG’.
b. In onderdeel b wordt ‘als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van richtlijn nr. 97/78EG’
vervangen door ‘als bedoeld in artikel 49 van verordening (EU) 2017/625’.
c. In onderdeel c wordt ‘deze richtlijn’ vervangen door ‘richtlijn nr. 97/78/EG’.
5. In het derde lid (nieuw) wordt ‘derde lid’ vervangen door ‘tweede lid’.
6. In het vierde lid (nieuw) wordt ‘vijfde lid’ vervangen door ‘derde lid’.
S
De artikelen 7.2.3 en 7.2.4 vervallen.
T
Artikel 7.3.1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, slot, wordt ‘voldaan aan verordening nr. 136/2004 en aan de artikelen
7.3.2, 7.3.5 en 7.3.7. tot en met 7.3.9’ vervangen door ‘voldaan aan verordening (EU)
2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen
van de Europese Commissie, verordening nr. 136/2004 en aan de artikelen 7.3.2 en 7.3.8’.
2. In het tweede lid, slot, wordt ‘voldaan aan verordening nr. 136/2004 en de artikelen
7.3.2, 7.3.5 en 7.3.7 tot en met 7.3.9’ vervangen door ‘voldaan aan verordening (EU)
2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen
van de Europese Commissie, verordening nr. 136/2004 en de artikelen 7.3.2 en 7.3.8’.
3. In het derde lid, slot, wordt ‘voldaan wordt aan verordening nr. 136/2004 en de artikelen
7.3.2 tot en met 7.3.9’ vervangen door ‘voldaan wordt aan verordening (EU) 2017/625
en de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen van de
Europese Commissie, verordening nr. 136/2004 en de artikelen 7.3.2 tot en met 7.3.8’.
U
Artikel 7.3.2 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste tot en met het vierde lid en het zesde lid vervallen.
2. Het vijfde, zevende, achtste en negende lid worden vernummerd tot het eerste, tweede,
derde en vierde lid.
3. Het eerste lid (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:
a. ‘erkende grensinspectiepost’ wordt vervangen door ‘grenscontrolepost’.
b. ‘de op de inspectiepost aanwezige ambtenaar’ wordt vervangen door ‘de op de grenscontrolepost
aanwezige ambtenaar’.
4. In het tweede lid (nieuw) wordt ‘artikelen 3.2.2.4, tweede lid, en 3.2.2.5 tot en
met 3.2.4.4 van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel dierlijke producten’
vervangen door ‘artikelen 3.2.2.5, 3.2.3.1 en 3.2.4.1 van de Regeling veterinairrechtelijke
voorschriften handel dierlijke producten’.
5. In het derde lid (nieuw) wordt ‘zevende lid’ vervangen door ‘tweede lid’.
6. In het vierde lid (nieuw) vervalt ‘in afwijking van het vierde lid,’.
W
In artikel 7.3.4, eerste, tweede, derde, vierde en vijfde lid, wordt ‘artikel 7.3.2,
vijfde lid’ vervangen door ‘artikel 7.3.2, eerste lid’.
X
De artikelen 7.3.5, 7.3.6 en 7.3.7 vervallen.
Y
Artikel 7.3.8 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘De artikelen 7.3.2, 7.3.3 tot en met 7.3.6’ vervangen door
‘de artikelen 7.3.2 en 7.3.4’.
2. In het tweede lid wordt ‘erkende inspectiepost’ vervangen door ‘grenscontrolepost’.
3. Het derde lid vervalt.
AA
In artikel 8.2.2 vervalt het eerste lid, alsmede de aanduiding ‘2’ voor het tweede
lid.
AB
In artikel 8.2.3, onder c, onder c, vervalt ‘, bedoeld in artikel 4, tweede gedachtenstreepje,
van beschikking 93/444/EEG’.
AC
Artikel 8.2.4 vervalt.
AD
In artikel 8.3.1, tweede lid, wordt ‘, zijn ten aanzien van die partij artikel 8.2.3,
onderdelen a en e, van overeenkomstige toepassing’ vervangen door ‘:
a. blijft het vervoer van de betreffende partij, indien zijn onder douanetoezicht is
geplaatst, onder dat toezicht tot de plaats waar het Nederlands grondgebied wordt
verlaten;
b. is het vervoer daarvan, indien de aquacultuurdieren niet voldoen aan de voorwaarden
van richtlijn nr. 2006/88/EG, slechts toegestaan indien de Minister daartoe vooraf
toestemming heeft verleend’.
AE
Artikel 8.3.2 vervalt.
AF
Na titel 8 wordt de volgende titel ingevoegd:
Titel 8A. Voorschriften ter uitvoering van verordening (EU) 2017/625 en daarop gebaseerde
verordeningen
Artikel 8A.1
Dit hoofdstuk heeft betrekking op het brengen in Nederland van aquacultuurdieren en
producten daarvan.
Artikel 8A.2
Als voorschriften als bedoeld in artikel 4 van het Besluit uitvoering verordening
officiële controles diergezondheid worden aangewezen:
-
a. de artikelen 15, eerste, tweede, derde en vijfde lid, 47, vijfde lid, 50, eerste en
derde lid, 56, eerste en vierde lid, 57, eerste lid, en 69, eerste lid, van verordening
(EU) 2017/625;
-
b. artikel 1, eerste lid, van uitvoeringsverordening (EU) 2019/2013;
-
c. de artikelen 4, onderdelen a en b, 5, eerste lid, onderdelen a, b, d en e, en tweede
lid, onderdeel a en c, en 6, onderdelen a en b, van gedelegeerde verordening (EU)
2019/1602;
-
d. de artikelen 2, tweede lid, onderdeel b en c, en 3, eerste lid, van gedelegeerde verordening
(EU) 2019/1666.
Artikel 8A.3
De minister wijst grenscontroleposten aan als bedoeld in artikel 59, eerste lid, van
verordening (EU) 2017/625, en kan ter uitvoering van de artikelen 62 en 63 van die
verordening een aanwijzing respectievelijk intrekken en schorsen.
AG
In artikel 9.1.1, eerste lid, wordt ‘titels 4 tot en met 8’ vervangen door ‘de titels
4 en 5’.
AH
De artikelen 9.1.3 en 9.1.4 vervallen.
ARTIKEL IV
De Regeling NVWA-tarieven wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1, eerste lid, onder e, vervalt ‘, bedoeld in sectie IV, hoofdstuk I, hoofdstuk
II, hoofdstuk II en hoofdstuk IV, onderdeel B, van bijlage I bij verordening (EG)
nr. 854/2004’.
B
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. De onderdelen a, b, f, g, l, m, t en u vervallen.
2. De onderdelen a tot en met ff worden verletterd tot a tot en met x.
3. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel x (nieuw) door een puntkomma
wordt het volgende onderdeel toegevoegd:
- y. verordening (EU) 2017/625:
-
verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017
betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd
om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften
inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen
te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005,
(EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU)
2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen
(EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG,
2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen
(EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen
89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van
de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PbEU
L 95).
C
In artikel 9, tweede lid, wordt ‘een bedrijf dat overeenkomstig artikel 8.11, eerste
lid, van die regeling onder officieel toezicht is geplaatst’ vervangen door ‘een bedrijf
ten aanzien waarvan maatregelen als bedoeld in artikel 138 van verordening (EU) 2017/625
zijn genomen’.
D
In artikel 10, aanhef, wordt ‘Voor de post mortem keuringswerkzaamheden, bedoeld in
sectie IV, hoofdstuk II, hoofdstuk III en hoofdstuk IV, onderdeel B, van Bijlage I
bij verordening (EG) nr. 854/2004’ vervangen door ‘voor de post mortem keuringswerkzaamheden,
bedoeld in artikel 18 van verordening (EU) 2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde
handelingen en uitvoeringshandelingen van de Europese Commissie.
E
In artikel 11, eerste lid, wordt ‘artikel 5 van richtlijn nr. 96/23/EG’ vervangen
door ‘artikel 109, eerste lid, van verordening (EU) 2017/625’.
F
In artikel 13, eerste lid, onder c, wordt na ‘een aanvraag tot toestemming als bedoeld
in artikel 16, eerste lid, onder e, van richtlijn 97/78/EG’ ingevoegd ‘dan wel een
aanvraag tot toestemming, vereist op grond van een communautaire maatregel krachtens
artikel 48, onder a, van verordening (EU) 2017/625’.
G
Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1’ geplaatst.
2. In het eerste lid (nieuw), onder b, wordt ‘de artikelen 2.62, eerste lid, en’ vervangen
door ‘artikel’.
4. Het volgende lid wordt toegevoegd:
2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de verstrekking van gegevens
als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van verordening (EU) 2017/625.
H
Artikel 19 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel c wordt ‘als bedoeld in artikel 15 van richtlijn nr. 97/78/EG’ vervangen
door ‘ter uitvoering van de op artikel 77, eerste lid, onder h, van verordening (EU)
2017/625 gebaseerde gedelegeerde handelingen van de Europese Commissie’.
2. In onderdeel d wordt ‘als bedoeld in de artikelen 18, 19, 20 of 21 van verordening
(EG) 882/2004’ vervangen door ‘als bedoeld in de artikelen 65, 66, 67, 68, 69, 70,
71 of 72 van verordening (EU) 2017/625 of de op één of meer van die artikelen gebaseerde
gedelegeerde handelingen of uitvoeringshandelingen van de Europese Commissie’.
3. In onderdeel e wordt ‘artikelen 2.32, eerste en tweede lid, en 2.42, eerste en tweede
lid, van de Regeling handel levende dieren en levende producten’ vervangen door ‘artikel
138, eerste of tweede lid, van verordening (EU) 2017/625’.
I
Bijlage A wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel d wordt ‘artikel 4, tweede lid, en artikel 5, eerste lid, van verordening
(EG) nr. 854/2004’ vervangen door ‘artikel 18 van verordening (EU) 2017/625 en de
daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen van de Europese
Commissie’.
2. In onderdeel h wordt ‘als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder a, van richtlijn
(EG) nr. 97/78/EG’ vervangen door ‘, vereist op grond van op artikel 77, eerste lid,
onder c, van verordening (EU) 2017/625 gebaseerde gedelegeerde handelingen van de
Europese Commissie’.
3. In onderdeel i wordt ‘als bedoeld in artikel 12, vierde lid, van richtlijn (EG) nr.
97/78/EG’ vervangen door ‘vereist op grond van op artikel 77, eerste lid, onder k,
van verordening (EU) 2017/625 gebaseerde gedelegeerde handelingen van de Europese
Commissie’.
4. In onderdeel j wordt ‘als bedoeld in artikel 13, tweede lid, onder a, van richtlijn
(EG) nr. 97/78/EG’ vervangen door ‘vereist op grond van op artikel 77, eerste lid,
onder c, van verordening (EU) 2017/625 gebaseerde gedelegeerde handelingen van de
Europese Commissie’.
5. In onderdeel k wordt ‘om te worden voorgedragen voor erkenning door de Europese Commissie
als grensinspectiepost, overeenkomstig artikel 6, tweede lid, van richtlijn (EG) nr.
97/78/EG en beschikking nr. 2001/812/EG’ vervangen door ‘om te worden aangewezen als
grensinspectiepost op grond van artikel 59 van verordening (EU) 2017/625’.
6. In onderdeel o wordt ‘als bedoeld in artikel 28 van verordening (EG) nr. 882/2004’
vervangen door ‘als bedoeld in artikel 79, tweede lid, onder c, van verordening (EU)
2017/625’.
J
Bijlage B wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel m wordt als volgt gewijzigd:
a. ‘2.50a, eerste lid, 2.50b,’ vervalt.
b. na ‘Besluit eisen dierlijk sperma en spermawincentra’’ ingevoegd ‘, of vereist op
grond van op artikel 77, eerste lid, onder d, van verordening (EU) 2017/625 gebaseerde
gedelegeerde handelingen van de Europese Commissie’.
2. In onderdeel p wordt ‘als bedoeld in artikel 28 van verordening (EG) nr. 882/2004’
vervangen door ‘als bedoeld in artikel 79, tweede lid, onder c, van verordening (EU)
2017/625’.
K
Onderdeel C wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel I wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel a wordt na ‘richtlijn nr. 97/78/EG’ ingevoegd ‘, of vereist op grond
van op artikel 77, eerste lid, onder b of c, van verordening (EU) 2017/625 gebaseerde
gedelegeerde handelingen van de Europese Commissie’.
b. In onderdeel b wordt ‘als bedoeld in artikel 12, vijfde lid, tweede, derde en vierde
gedachtestreep, van richtlijn nr. 97/78/EG’ vervangen door ‘vereist op grond van op
artikel 77, eerste lid, onder k, van verordening (EU) 2017/625 gebaseerde gedelegeerde
handelingen van de Europese Commissie’.
c. In onderdeel c wordt ‘als bedoeld in artikel 2.50f van de Regeling handel levende
dieren en levende producten’ vervangen door ‘vereist op grond van op artikel 77, eerste
lid, onder k, van verordening (EU) 2017/625 gebaseerde gedelegeerde handelingen van
de Europese Commissie’.
d. In onderdeel d wordt ‘als bedoeld in artikel 28 van verordening (EG) nr. 882/2004’
vervangen door ‘als bedoeld in artikel 79, tweede lid, onder c, van verordening (EU)
2017/625’.
2. Onderdeel II wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel a wordt ‘artikel 4 van richtlijn nr. 97/78/EG en artikel 3.2.2.4 van
de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel dierlijke producten’ vervangen
door ‘als bedoeld in artikel 49 van verordening (EU) 2017/625’.
b. In onderdeel b wordt na ‘richtlijn nr. 97/78/EG’ ingevoegd: ‘, of vereist op grond
van op artikel 51, eerste lid, onder d, van verordening (EU) 2017/625 gebaseerde gedelegeerde
handelingen van de Europese Commissie’.
c. Onderdeel c, aanhef, wordt als volgt gewijzigd:
2°. Na ‘Regeling handel levende dieren en levende producten’ ingevoegd ‘, en in op grond
van op artikel 47, vijfde lid, 49, 51, eerste lid, onder b, c of d, 52, 56, eerste
of derde lid, onder a, of 58, onder b, van verordening (EU) 2017/625 gebaseerde gedelegeerde
handelingen van de Europese Commissie’.
L
Onderdeel E wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel a wordt als volgt gewijzigd:
a. ‘richtlijn nr. 89/662/EEG’, ‘richtlijn nr. 90/425/EG’ en ‘verordening (EG) nr. 882/2004’
vervallen.
b. na ‘richtlijn nr. 2202/99/EG of’ wordt ingevoegd ‘verordening (EU) 2017/625’.
2. In onderdeel b wordt ‘op grond van artikel 2.39, tweede lid, en artikel 2.48, tweede
lid, van de Regeling handel levende dieren en levende producten’ vervangen door ‘ter
uitvoering van artikel 66 of 67 van verordening (EU) 2017/625 of de op grond van op
artikel 66, tweede lid, van verordening (EU) 2017/625 gebaseerde uitvoeringshandelingen
van de Europese Commissie’.
3. Onderdeel d wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel 3 wordt ‘zoals bedoeld in richtlijnnr. 96/23/EG’ vervangen door ‘ter
uitvoering van artikel 109, eerste lid, van verordening (EU) 2017/625’.
b. In het slot wordt ‘als bedoeld in bijlage I, sectie I, hoofdstuk II, onderdeel F,
onder 1, bij verordening (EG) nr. 854/2004’ vervangen door ‘zoals vereist in artikel
18 van verordening (EU) 2017/625 en de daarop gebaseerde gedelegeerde handelingen
en uitvoeringshandelingen van de Europese Commissie’.
ARTIKEL V
De Regeling diergeneesmiddelen wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1.1 vervalt de begripsbepaling ‘officieel toezicht’.
B
In artikel 1.1a wordt na ‘berust mede op’ ingevoegd ‘artikel 10.2, eerste lid, van
de Wet dieren en’.
C
In het opschrift van hoofdstuk 8, paragraaf 3 vervalt: ‘en substanties als bedoeld
in artikel 3 van richtlijn 96/23/EG’.
E
Artikel 8.10 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. ‘Met het oog op de uitvoering van artikel 9 van richtlijn nr. 96/23/EG voeren de’
wordt vervangen door ‘De’.
b. Na ‘veehouderijsector’ wordt ingevoegd ‘voeren’.
c. Na ‘uit’ wordt ingevoegd ‘, gericht op de naleving van artikel 2.2, vijfde lid, van
de Wet dieren, artikel 2.8 van het Besluit houders van dieren en artikel 8.8’.
2. Het tweede lid, onderdeel b, wordt als volgt gewijzigd:
a. ‘een bedrijf dat overeenkomstig artikel 8.11 onder toezicht is geplaatst’ wordt vervangen
door ‘een bedrijf ten aanzien waarvan vanwege niet-naleving van regels als bedoeld
in het eerste lid, maatregelen als bedoeld in artikel 138, eerste lid, van verordening
(EU) 2017/625 of artikel 5.10, 5.11 of 5.12 van de wet maatregelen zijn getroffen’.
b. ‘dat de ondertoezichtplaatsing van het bedrijf is opgeheven’ wordt vervangen door
‘vanaf de datum dat deze maatregelen zijn opgeheven’.
F
De artikelen 8.11 tot en met 8.18 vervallen.
ARTIKEL VI
De Regeling dierlijke producten wordt als volgt gewijzigd:
A
Onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot van het laatste onderdeel
in artikel 2.1, worden aan artikel 2.1 de volgende onderdelen toegevoegd:
- verordening (EU) nr. 2017/625:
-
verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017
betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd
om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoeder-wetgeving en van de voorschriften
inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plant-gezondheid en gewasbeschermingsmiddelen
te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005,
(EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU)
2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen
(EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG,
2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen
(EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen
89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van
de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PbEU
2017 L 95);
- gedelegeerde verordening (EU) nr. 2019/624:
-
gedelegeerde verordening (EU) 2019/624 van de Commissie van 8 februari 2019 betreffende
specifieke voorschriften voor de uitvoering van officiële controles van de productie
van vlees en voor de productie- en de heruitzettingsgebieden van levende tweekleppige
weekdieren overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en
de Raad (PbEU L 131).
C
Artikel 2.4, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
2. Onderdeel g wordt verletterd tot f.
D
Artikel 2.6, onderdeel c komt te luiden:
-
c. artikel 18, derde lid, van verordening (EG) nr. 2017/625 en artikel 14 van gedelegeerde
verordening (EU) nr. 2019/624, dat personeel van een slachthuis bijstand verleent
bij de officiële controles.
E
In artikel 2.25a, eerste lid, onderdeel a, wordt ‘in een databank die op grond van
artikel 38hh van de Regeling identificatie en registratie van dieren door de minister
is aangewezen als databank’ vervangen door ‘via een elektronisch portaal dat op grond
van artikel 38hh van de Regeling identificatie en registratie van dieren door de minister
is aangewezen als elektronisch portaal’.
ARTIKEL VII
De Regeling diervoeders 2012 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. De onderdelen c, d en h vervallen.
2. De onderdelen e tot en met g worden verletterd tot c tot en met e en de onderdelen
i en j worden verletterd tot f en g.
B
In artikel 29, onderdeel g, wordt ‘ verordening (EG) nr. 882/2004 of verordening (EG)
nr. 669/2009’ vervangen door: ‘verordening (EU) nr. 2017/625’.
C
De artikelen 31 tot en met 34 vervallen.
D
Artikel 56 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt ‘artikel 11, eerste lid, van verordening (EG) nr.
882/2004’ vervangen door: ‘artikel 34, eerste en tweede lid, van verordening (EU)
nr. 2017/625’.
2. De aanduiding ‘1.’ voor het eerste lid vervalt.
3. Het tweede lid vervalt.
E
In artikel 62, aanhef, vervalt de zinsnede: ‘en artikel 10, vierde alinea, van richtlijn
96/23’.
F
In artikel 63 vervalt de zinsnede: ‘en artikel 10, vierde alinea, van richtlijn 96/23’.
ARTIKEL VIII
De Regeling houders van dieren wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 4.6 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid vervalt.
2. De aanduiding ‘2.’ voor het tweede lid vervalt.
B
In artikel 6.2, vierde lid, wordt ‘voor zover deze gegevens zijn opgenomen in een
databank die ingevolge artikel 38hh, eerste lid, van de Regeling identificatie en
registratie van dieren is aangewezen als databank waarin de registratie, bedoeld in
artikel 38dd, eerste in samenhang met het tweede en derde lid, van de Regeling identificatie
en registratie van dieren plaatsvindt’ vervangen door ‘voor zover deze gegevens zijn
gemeld via een elektronisch portaal dat ingevolge artikel 38hh, eerste lid, van de
Regeling identificatie en registratie van dieren is aangewezen als elektronisch portaal
door middel waarvan de registratie, bedoeld in artikel 38dd, eerste in samenhang met
het tweede en derde lid, van de Regeling identificatie en registratie van dieren plaatsvindt’.
C
In artikel 7a.1, eerste lid, onderdeel a, wordt ‘in een databank die op grond van
artikel 38hh van de Regeling identificatie en registratie van dieren door de minister
is aangewezen als databank voor de registratie van die gegevens’ vervangen door ‘via
een elektronisch portaal dat op grond van artikel 38hh van de Regeling identificatie
en registratie van dieren door de minister is aangewezen als elektronisch portaal
voor de registratie van die gegevens’.
ARTIKEL IX
De Regeling handhaving en overige zaken Wet dieren wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1 komt te luiden:
Artikel 1.1
In deze regeling wordt onder:
- besluit:
-
Besluit handhaving en overige zaken Wet dieren;
- verordening (EU) nr. 2017/625:
-
verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017
betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd
om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoeder-wetgeving en van de voorschriften
inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plant-gezondheid en gewasbeschermingsmiddelen
te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005,
(EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU)
2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen
(EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG,
2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen
(EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen
89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van
de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PbEU
2017 L 95);
- verordening (EU) nr. 2019/1013:
-
verordening 2019/1013 (EU) van de Commissie van 16 april 2019 betreffende de voorafgaande
kennisgeving van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen die de Unie
binnenkomen (PbEU 2019 L 165);
- gedelegeerde verordening (EU) 2019/1602:
-
gedelegeerde verordening (EU) 2019/1602 van de Commissie van 23 april 2019 tot aanvulling
van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het
gemeenschappelijk gezondheidsdocument van binnenkomst dat zendingen van dieren en
goederen tot hun bestemming vergezelt (PbEU L 250);
- gedelegeerde verordening (EU) 2019/1666:
-
gedelegeerde verordening (EU) 2019/1666 van de Commissie van 24 juni 2019 tot aanvulling
van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de
voorwaarden voor de monitoring van het vervoer en de aankomst van zendingen van bepaalde
goederen van de grenscontrolepost van aankomst tot de inrichting op de plaats van
bestemming in de Unie (PbEU L 255).
B
Na hoofdstuk 1a wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK 1B. OVERTREDINGEN EUROPESE VERORDENINGEN
Artikel 1.14
Voorschriften van EU-verordeningen als bedoeld in artikel 6.2, eerste lid, van de
wet zijn:
-
a. de artikelen 15, eerste, tweede, derde en vijfde lid, 47, vijfde lid, 50, eerste en
derde lid, 56, eerste en vierde lid, 57, eerste lid, en 69, eerste lid, van verordening
(EU) 2017/625;
-
b. artikel 1, eerste lid, van uitvoeringsverordening (EU) 2019/2013;
-
c. de artikelen 4, onderdelen a en b, 5, eerste lid, onderdelen a, b, d en e, en tweede
lid, onderdeel a en c, en 6, onderdelen a en b, van gedelegeerde verordening (EU)
2019/1602;
-
d. de artikelen 2, tweede lid, onderdeel b en c, en 3, eerste lid, van gedelegeerde verordening
(EU) 2019/1666.
C
De tabel in de bijlage wordt als volgt gewijzigd:
1. In het onderdeel over de Regeling diergeneesmiddelen vervallen de rijen over artikel
8.9 en artikel 8.12.
2. In het onderdeel over de Regeling diervoeders vervallen de rijen over artikel 3,
artikel 32, eerste lid, en artikel 32, tweede en derde lid.
ARTIKEL X
De Regeling identificatie en registratie van dieren wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 32 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid wordt ‘in een databank’ vervangen door ‘via een elektronisch portaal’
en wordt ‘als databank’ vervangen door ‘als elektronisch portaal’.
2. In het zesde lid wordt ‘databanken’ vervangen door ‘elektronisch portalen’.
3. In het zevende lid wordt ‘databank’ vervangen door ‘elektronisch portaal’.
B
Artikel 32a, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. ‘in een databank’ wordt vervangen door ‘via een elektronisch portaal’.
2. ‘geen databank’ wordt vervangen door ‘geen elektronisch portaal’.
C
Artikel 38ee wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. ‘in een databank’ wordt vervangen door ‘via een elektronisch portaal’.
b. ‘als databank’ wordt vervangen door ‘als elektronisch portaal’.
2. In het tweede lid wordt ‘databanken’ vervangen door ‘elektronisch portalen’.
3. In het derde lid wordt ‘databank’ vervangen door ‘elektronisch portaal.
D
Het opschrift van paragraaf 7d komt te luiden:
§ 7d. Aanwijzing elektronische portalen.
E
Onderdeel a van artikel 38gg komt te luiden:
F
Artikel 38hh wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘databanken aanwijzen waarin de melding’ vervangen door ‘elektronische
portalen aanwijzen door middel waarvan’.
2. In het derde en zesde lid wordt ‘de databank’ vervangen door ‘het elektronisch portaal’.
3. In het vierde en vijfde lid wordt ‘een databank’ vervangen door ‘een elektronisch
portaal’.
G
In artikel 38ii, onderdelen a, b, c, d en e, wordt ‘de databank’ vervangen door ‘het
elektronisch portaal’.
H
Artikel 38jj wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘de databank’ vervangen door ‘het elektronisch
portaal’.
2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘bewerkersovereenkomst’ vervangen door ‘verwerkersovereenkomst’.
3. In het derde lid wordt ‘artikel 38gg, eerste lid’ vervangen door ‘artikel 38hh, eerste
lid’.
I
Artikel 38kk wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, aanhef en onderdeel c, wordt ‘databank’ vervangen door ‘elektronisch
portaal’.
2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:
a. ‘de databank’ wordt vervangen door ‘het elektronisch portaal’.
b. na ‘de datum waarop’ wordt ingevoegd ‘de varkens zijn afgevoerd van het bedrijf,
onderscheidenlijk’.
3. In het derde, vierde en vijfde lid wordt ‘databank’ vervangen door ‘elektronisch
portaal’.
J
Artikel 38ll wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘artikel 38hh’ vervangen door ‘artikel 38hh, eerste lid,’.
2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In de aanhef wordt ‘databank’ vervangen door ‘elektronisch portaal’.
b. In onderdeel a wordt ‘de databank’ vervangen door ‘het elektronisch portaal’ en wordt
‘een databank’ vervangen door ‘een elektronisch portaal’.
c. In onderdeel b wordt ‘de databank’ vervangen door ‘elektronisch portaal’ en wordt
‘aangewezen databank’ vervangen door ‘aangewezen elektronisch portaal’.
K
Het opschrift van paragraaf 8a.3c komt te luiden:
§ 8a.3c. Aangewezen elektronische portalen.
L
In artikel 43jc, eerste lid, wordt ‘databank’ vervangen door ‘elektronisch portaal’.
ARTIKEL XI
In de tabel van bijlage 3 bij de Regeling bestuurlijke boetes GWWD wordt in de vierde
kolom van de rij met betrekking tot artikel 38ee, eerste lid, van de Regeling identificatie
en registratie van dieren ‘bij een databank,’ vervangen door ‘via een elektronisch
portaal als’.
ARTIKEL XII
De Regeling nationale EZ-subsidies wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 2.9.2, tweede lid, wordt ‘in een op grond van artikel 38hh van de Regeling
identificatie en registratie dieren aangewezen databank voor identificatie en registratie
van pluimvee’ vervangen door ‘via een op grond van artikel 38hh van de Regeling identificatie
en registratie dieren aangewezen elektronisch portaal’.
B
In artikel 2.9.4, onderdeel b, wordt ‘in een op grond van artikel 38hh van de Regeling
identificatie en registratie dieren aangewezen databank voor identificatie en registratie
van pluimvee’ vervangen door ‘via een op grond van artikel 38hh van de Regeling identificatie
en registratie dieren aangewezen elektronisch portaal’.
ARTIKEL XIII
In artikel 40l, tweede lid, van de Regeling preventie, bestrijding en monitoring van
besmettelijke dierziekten en zoönosen en TSE’s wordt ‘bij een databank die op grond
van artikel 38hh van de Regeling identificatie en registratie van dieren door de minister
is aangewezen als databank’ vervangen door ‘via een elektronisch portaal dat op grond
van artikel 38hh van de Regeling identificatie en registratie van dieren door de minister
is aangewezen als elektronisch portaal’.
ARTIKEL XIV
Deze regeling treedt in werking met ingang van 14 december 2019.
TOELICHTING
§ 1. Inleiding
Met ingang van 14 december 2019 is verordening 2017/625 (hierna: OCR)1 van toepassing. Zij bevat rechtstreeks werkende regels over de wijze waarop lidstaten
officiële controles en andere officiële activiteiten uitvoeren op het vlak van onder
meer diergezondheid, dierenwelzijn en diervoeders.
De OCR vervangt de Europese verordening inzake officiële controles op levensmiddelen
en diervoeders, Europese richtlijnen over de uitvoering van veterinaire controles
van dieren en dierlijke producten die binnen de Europese Unie worden verhandeld en
die binnen de Europese Unie worden gebracht, de richtlijn over controles op verboden
stoffen en de verordening over vleeskeuring.
Bij deze regeling zijn ter uitvoering van de OCR diverse regelingen gewijzigd die
zijn gebaseerd op de Gezondheid- en welzijnswet voor dieren (hierna: GWWD) en de Wet
dieren.
In paragraaf 2 wordt ingegaan op de OCR en de wijze hieraan op grond van de GWWD en
de Wet dieren uitvoering aan wordt gegeven. In paragraaf 3 komen de wijzigingen aan
de orde van de regelgeving over de handel in levende dieren en dierlijke producten.
In paragraaf 4 worden de wijzigingen van andere regelingen besproken.
§ 2. OCR
2.1. Inhoud OCR
De OCR voorziet in rechtstreeks werkende voorschriften voor de overheid en voor burgers
en bedrijven over de uitvoering van controles op de naleving van regels. De meeste
regels richten zich tot de lidstaten en de bevoegde autoriteiten. Enkele bepalingen
zijn gericht tot burgers en bedrijven.
Op de intracommunautaire handel van dieren en dierlijke producten is artikel 9 van
de OCR van toepassing. Dat schrijft in het eerste lid voor dat de bevoegde autoriteiten
regelmatig met passende frequentie risicogebaseerde officiële controles uitvoert.
Wanneer de materiële regelgeving voorschrijft dat voor het in de handel brengen van
dieren of goederen een officieel certificaat of een officiële verklaring is vereist,
worden de officiële controles daaraan voorafgaand uitgevoerd overeenkomstig die materiële
regelgeving en in voorkomend geval de door de Europese Commissie vastgestelde regelgeving
op grond van de artikelen 18 (vleeskeuring), 19 (relevante stoffen in levensmiddelen
en diervoeders) en 20 (dieren en dierlijke producten) van de OCR.
Voor dieren, dierlijke producten en in voorkomend geval planten, plantaardige producten
en andere materialen die voor het eerst op het Europese grondgebied worden gebracht,
voorzien de artikelen 47 tot en met 64 van de OCR in voorschriften. Zij moeten worden
onderworpen aan een officiële controle aan grenscontroleposten (artikel 47, eerste
lid, onder a en b, van de OCR). Daartoe zijn de voor de zending verantwoordelijke
exploitanten verplicht om ervoor zorg te dragen dat de dieren en producten voor een
officiële controle worden aangeboden aan de grenscontrolepost van eerste binnenkomst
in de Unie (artikel 47, vijfde lid, OCR). De Europese Commissie stelt bij verordening
regels over de gevallen waarin de verplichte controle niet van toepassing is (artikel
48 OCR), hoe de controles aan de grenscontroleposten plaatsvinden (artikelen 51 en
52 OCR) en onder welke voorwaarden controles op een andere plaats dan aan de grenscontroleposten
worden verricht (artikel 53 OCR). Voor elke zending is, in aanvulling op het door
de materiële regelgeving vereiste officiële certificaat, een gemeenschappelijk gezondheidsdocument
van binnenkomst (artikel 56 OCR) verplicht.
De verordening voorziet verder in de bevoegdheid van bevoegde autoriteiten om maatregelen
te treffen in gevallen waarin regels niet zijn nageleefd (artikelen 137 en 138 OCR
ten algemene; artikelen 65 tot en met 72 OCR voor dieren en goederen die de Europese
Unie binnenkomen).
De OCR voorziet niet in regels over het buiten de Europese Unie brengen van dieren
en dierlijke producten. Wel wordt de bevoegde autoriteiten opgedragen om bij officiële
controles op dezelfde wijze te verrichten, ongeacht of de dieren of goederen uit de
Unie zullen worden uitgevoerd (artikel 9, zesde lid, onder a, OCR). Ook zijn de regels
over de ondertekening en afgifte van officiële certificaten, waarin de garantie wordt
gegeven dat is voldaan aan de regels van de Europese Unie, van toepassing als die
noodzakelijk zijn voor de uitvoering van zendingen naar derde landen (artikelen 87
tot en met 90 OCR).
Van belang is tot slot dat op grond van artikel 149 OCR enkele onderdelen van de controlerichtlijnen
over de invoer van dieren en dierlijke producten uit derde landen vooralsnog zullen
blijven gelden in plaats van de desbetreffende bepalingen van de OCR. Dit tot uiterlijk
14 december 2022 of zoveel eerder als de Europese Commissie daartoe besluit. Voor
zover hier van belang gaat het om de regels over vrijstelling van controles bij grensinspectieposten
(artikelen 12 en 16 van richtlijn 97/78 en artikel 1, tweede lid, van richtlijn 91/946;
artikel 48 OCR), regels over controles van dieren en goederen die over zee of door
de lucht uit een derde land binnenkomen, vervolgens worden overgeladen in een ander
vaartuig of vliegtuig en weer verder worden vervoerd per zee of door de lucht (artikel
11, eerste lid van richtlijn 97/78; artikel 51, eerste lid, onder b, OCR), de gevallen
waarin controles op een andere grensinspectiepost mogen plaatsvinden dan de grensinspectiepost
waar zij binnen de Europese Unie zijn gebracht (artikel 4, derde lid, van richtlijn
91/496, artikel 9, eerste lid, van richtlijn 97/78; artikel 51, eerste lid, onder
c, OCR), regels over doorvoer, inclusief de opslag in douane-entrepots of in vrije
zones (artikelen 11 en 12 van richtlijn 97/78, artikel 9 van richtlijn 91/496; artikel
51, eerste lid, onderdeel d, OCR), en de vorm van het verplicht te gebruiken gemeenschappelijk
gezondheidsdocument van binnenkomst (verordeningen 282/2004 en 136/2004; artikel 58,
onder a, OCR).
2.2. Uitvoering via de GWWD en de Wet dieren
Aangezien Europese verordeningen rechtstreeks werkend zijn, hoeven de aan bedrijven
en burgers gerichte voorschriften niet te worden geïmplementeerd in de Nederlandse
regelgeving. Wel is nodig dat overtredingen van deze voorschriften strafbaar worden
gesteld, zodat handhaving mogelijk is. Verder moet, omdat de verordening zelf voorziet
in toedeling van bevoegdheden aan de bevoegde autoriteit, zijn voorzien in de aanwijzing
van de Nederlandse bevoegde autoriteit. Tot slot moeten, waar de verordening de lidstaten
daartoe opdraagt, op nationaal niveau aanvullende uitvoeringsregels worden gesteld.
Een verordening kan ook voorzien in de mogelijkheid voor lidstaten om al dan niet
op nationaal niveau aanvullende regels te stellen.
De uitvoering van de OCR op het vlak van de diergezondheidsregelgeving gebeurt tot
21 april 2021 op basis van de GWWD.1 Tot dat moment zijn de in paragraaf 3.1.2 genoemde materiële veterinaire Europese
richtlijnen over diergezondheid van toepassing. In het Besluit uitvoering verordening
officiële controles diergezondheid (hierna: besluit) is voorzien in grondslagen om
op grond van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren uitvoering te geven aan de
OCR.
De Wet dieren biedt de basis voor de regelgeving over dierenwelzijn, diervoeders,
verboden stoffen, vleeskeuring, dierlijke bijproducten, biologische productiemethoden
van dierlijke producten en beschermde oorsprongsbenamingen, beschermde geografische
aanduidingen en gegarandeerde traditionele specialiteiten van producten van dierlijke
oorsprong. De uitvoering van de OCR geschiedt voor die terreinen op grond van hoofdstuk
6 van die wet.
Voor de uitvoering van de OCR zijn de volgende bepalingen van belang. De Minister
van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit wijst de rechtstreeks werkende bepalingen
aan van de verordeningen waarvan de overtredingen strafbaar zijn (artikel 4 van het
besluit en artikel 6.2 van de Wet dieren). Deze minister is aangewezen als bevoegde
autoriteit (artikel 3 van het besluit en artikel 6.3, tweede lid, van de Wet dieren)
en is bevoegd regels te treffen waartoe de OCR de opdracht geeft (artikel 5 van het
besluit en artikel 6.4 van de Wet dieren).
§ 3. Regelgeving veterinaire controles
3.1. Oude regeling
3.1.1. Europese regelgeving
De Europese veterinaire regels over het intracommunautaire verkeer van dieren en planten
en het brengen van dieren en planten uit derde landen in de Europese Unie bestaan
uit inhoudelijke regels, gericht op de bescherming van de diergezondheid, en uit controleregels,
gericht op de controle op de naleving van de inhoudelijke regels. De inhoudelijke
regels zijn opgenomen in diverse richtlijnen.1
De Europese veterinaire controleregels waren opgenomen in vier richtlijnen:
-
– richtlijn 90/425 over de intracommunautaire handel van levende dieren en levende dierlijke
producten;
-
– richtlijn 89/662 over de intracommunautaire handel van niet-levende dierlijke producten,
-
– richtlijn 91/496 over de invoer uit een derde land van dieren, en
-
– richtlijn 97/78 over de invoer uit een derde land van levende en niet-levende dierlijke
producten.
Verder bevatte verordening 882/2004 algemene regels over de uitvoering van officiële
controles op de naleving van onder meer de Europese voorschriften inzake diergezondheid.
Voor de intracommunautaire handel is het uitgangspunt van de controlerichtlijnen dat
de lidstaat van verzending erop toeziet dat alleen dieren en producten in de handel
worden gebracht die voldoen aan de Europese diergezondheidsregelgeving. De lidstaat
van bestemming controleert steekproefsgewijs op haar grondgebied, en dus niet stelselmatig
bij de grens. De richtlijnen schrijven voor dat de bevoegde autoriteit van de lidstaat
van bestemming bepaalde bestuurlijke maatregelen treft wanneer er sprake is van niet-naleving
of als er ziekteverwekkers aanwezig zijn die een ernstig gevaar voor mens of dier
kunnen opleveren.
Voor de invoer vanuit derde landen is het uitgangspunt van de controlerichtlijnen
dat dieren en dierlijke producten alleen op het Europees grondgebied worden binnengebracht
als zij een veterinaire controle hebben ondergaan. Verder moeten de dieren en producten
via een door de Europese Commissie aangewezen grensinspectiepost worden binnengebracht.
De richtlijnen schrijven voor dat de bevoegde autoriteit van een lidstaat bepaalde
bestuurlijke maatregelen treft wanneer er sprake is van niet-naleving van Europese
of nationale voorschriften.
Er gelden geen Europese veterinaire regels over dieren en dierlijke producten die
buiten het grondgebied van de Europese Unie worden gebracht. Veelal zal het derde
land van bestemming zelf regels stellen. De Europese Unie stelt ook geen regels over
de uitvoering van die controles.
3.1.2. Implementatie in Nederlandse regelgeving
De controlerichtlijnen waren geïmplementeerd op grond van de Gezondheids- en welzijnswet
voor dieren, via een verbod op het binnen en buiten Nederlands grondgebied brengen
van dieren en dierlijke producten.4 Wanneer is voldaan aan de regels ter implementatie van de richtlijnen, is het verbod
niet van toepassing. Deze regels zijn opgenomen in de Regeling handel levende dieren
en levende dierlijke producten, de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel
dierlijke producten en de Regeling aquacultuur.
a. Regeling handel levende dieren en dierlijke producten
In de Regeling handel levende dieren en dierlijke producten is een onderscheid gemaakt
tussen de controleregels (hoofdstuk 2) en de inhoudelijke regels, waarbinnen is onderscheiden
naar diersoorten en levende dierlijke producten (hoofdstuk 3 en verder). Voorzien
is in regels voor de volgende situaties:
-
– het buiten Nederland brengen van dieren of levende dierlijke producten naar een lidstaat
(anders dan in doorvoer): hiervoor gelden de controleregels en inhoudelijke regels
voor het intracommunautaire verkeer, zoals voorgeschreven door de Europese Unie;
-
– het buiten Nederland brengen van dieren of levende dierlijke producten naar een derde
land (anders dan in doorvoer); hiervoor gelden geen Europese regels. De hoofdregel
is deze dieren en producten aan de eisen voor de intracommunautaire handel voldoen.
-
– het in Nederland brengen van dieren of levende dierlijke producten uit een lidstaat:
hiervoor gelden de controleregels en inhoudelijke regels voor het intracommunautaire
verkeer, zoals voorgeschreven door de Europese Unie;
-
– het in Nederland brengen van dieren of levende dierlijke producten uit een derde land:
hiervoor gelden de controleregels en inhoudelijke regels voor de invoer vanuit een
derde land, zoals voorgeschreven door de Europese Unie;
-
– het buiten Nederland brengen van dieren of levende dierlijke producten naar een land
dat partij is bij het EER-verdrag, maar geen lidstaat is: hiervoor gelden de controleregels
en inhoudelijke regels over het intracommunautaire verkeer, zoals voorgeschreven door
de Europese Unie;
-
– het in Nederland brengen van dieren of levende dierlijke producten uit een land dat
partij is bij het EER-verdrag, maar geen lidstaat is: hiervoor gelden de controleregels
voor de invoer vanuit een derde land, en de inhoudelijke regels over het intracommunautaire
verkeer, zoals voorgeschreven door de Europese Unie.
Het systeem van de controleregels komt er voor alle situaties op neer dat het verbod
om een dier of product binnen dan wel buiten Nederland te brengen, niet geldt als
voor de dieren of producten door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
het bewijsstuk is afgegeven zoals voorgeschreven door de inhoudelijke regels. Dat
bewijsstuk wordt slechts afgegeven als op grond van een door de overheid uitgevoerd
onderzoek is gebleken dat is voldaan aan de van toepassing zijnde inhoudelijke regels
en aan de in hoofdstuk 2 opgenomen controleregels (artikelen 2.4, 2.5, 2.16, 2.17,
2.18, 2.22, 2.33, 2.43, 2.52, 2.53, 2.56 en 2.57 van de regeling).
b. Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel dierlijke producten
Titel 3 van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel dierlijke producten
bevat regels over de controles op dierlijke producten ter implementatie van de ingetrokken
controlerichtlijnen (89/662, 91/496 en 97/78). Titel 4 van deze regeling bevat ter
implementatie van artikel 22 van richtlijn 97/78 regels over vrijwaringsmaatregelen
(artikel 4.3.1).
c. Regeling aquacultuur
De titels 6, 7, 8 en 9 van de Regeling aquacultuur bevatten de voorschriften ter uitvoering
van de controlerichtlijnen (90/425, 91/496 en 97/78).
3.2. Nieuwe regelgeving
a. Regeling handel levende dieren en levende producten (artikel I van de wijzigingsregeling)
De meeste bepalingen in hoofdstuk 2 van de Regeling handel levende dieren en levende
dierlijke producten zijn vervallen, omdat de controlerichtlijnen die met deze bepalingen
werden geïmplementeerd, vervallen op de datum waarop de OCR van toepassing wordt.
Sommige bepalingen zijn, al dan niet gewijzigd, behouden om één van de volgende redenen:
-
1. Hoofdstuk 2 bevat enkele bepalingen die zijn aan te merken als zogeheten ‘systeembepalingen’.
Dit zijn de algemene verboden en de bepalingen over de voorwaarden waaronder deze
verboden niet van toepassing zijn. Deze verboden zijn, hoewel opgenomen in hoofdstuk
2 van de regeling, ook essentieel voor de implementatie van de materiële richtlijnen.
-
2. Hoofdstuk 2 bevat enkele materiële regels, die los staan van de regels over controle.
-
3. Een aantal regels ter implementatie van de richtlijnen 91/496 en 97/78 blijft vooralsnog
gelden vanwege artikel 149 van de OCR (zie paragraaf 2.1 van deze toelichting).
-
4. De regels over het buiten Nederland brengen van dieren en levende producten naar derde
landen blijven gelden, omdat de OCR niet voorziet in regels hierover.
In tabel 1 van de bijlage bij deze toelichting is ten aanzien van de bepalingen van
hoofdstuk 1 en 2 van de Regeling handel levende dieren en levende dierlijke producten,
zoals die luidde voor de inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling, beschreven
wat de relatie is met de controlerichtlijnen en de OCR, of de artikelen of onderdelen
daarvan zijn vervallen of behouden, en de reden daarvoor.
Verder is in hoofdstuk 2, afdeling 8, van de Regeling handel dieren en levende producten
voorzien in een nieuwe paragraaf 5 waarin voorzien is in de strafbaarstelling van
overtredingen van rechtstreeks werkende bepalingen van de OCR en de daarop gebaseerde
verordeningen van de Europese Commissie (artikel 2.66).
Aangezien de regels over handel van dieren en dierlijke producten zijn verdeeld over
drie regelingen, is het wenselijk elk van de drie regelingen te voorzien van bepalingen
ter uitvoering van de OCR. Dat brengt mee dat in artikel 2.65 de reikwijdte van de
bepalingen ter uitvoering van de OCR zijn beperkt tot de reikwijdte van deze regeling,
in dit geval levende dieren en levende producten met uitzondering van aquacultuurdieren.
Anders dan in de oude controlerichtlijnen dienen de lidstaten zelf de grenscontroleposten
aan te wijzen, waar dieren en goederen moeten binnenkomen (artikelen 59 en 47 van
de OCR). Hetzelfde geldt voor het in voorkomend geval intrekken of schorsen van de
aanwijzing. Artikel 2.67 voorziet ter uitvoering van deze verplichting in een bevoegdheid
van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. In de praktijk zal de aanwijzing
geschieden door de NVWA bij mandaat.
De verwijzingen naar bepalingen van hoofdstuk 2 van de regeling of naar een controlerichtlijn
in de materiële regels over diergezondheid in hoofdstuk 3 tot en met 11a zijn aangepast.
De nieuwe artikelen 2.65 en 2.66 zijn gebaseerd op artikelen 4 en 5 van het Besluit
uitvoering verordening officiële controles diergezondheid. Dit is tot uitdrukking
gebracht in het gewijzigde artikel 13a.1.
b. Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel dierlijke producten (artikel
II van de wijzigingsregeling)
De oorspronkelijke bepalingen van titel 3 van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften
handel dierlijke producten bevatten de regels ter implementatie van de controlerichtlijnen.
Anders dan in de Regeling handel levende dieren en dierlijke producten, is er geen
sprake van verwevenheid tussen de regels ter implementatie van de materiële Europese
diergezondheidsregelgeving (hoofdstuk 2 van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften
handel dierlijke producten) en de controlerichtlijnen. Dat maakt dat de meeste bepalingen
kunnen vervallen. Alleen de controleregels regels ter uitvoering van richtlijn 97/78
die op grond van artikel 149 OCR vooralsnog blijven gelden, vervallen niet.
In tabel 2 van de bijlage is ten aanzien van de hoofdstukken 1 en 3 van de Regeling
handel veterinairrechtelijke voorschriften handel dierlijke producten, zoals die luidde
voor de inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling, beschreven wat de relatie is
met de controlerichtlijnen en de OCR, of de artikelen of onderdelen daarvan zijn vervallen
of behouden, en de reden daarvoor.
In titel 3.3 van de regeling is voorzien in een nieuw hoofdstuk 3.3 met voorschriften
ter uitvoering van de rechtstreeks werkende bepalingen van de OCR en de daarop gebaseerde
verordeningen van de Europese Commissie. In artikel 3.3.1 is de reikwijdte van deze
bepaling beperkt tot de reikwijdte van deze regeling, in dit geval levensmiddelen
van dierlijke oorsprong, dierlijke bijproducten en hooi, stro en producten die zowel
dierlijke als plantaardig materiaal bevatten, met uitzondering van producten van aquacultuurdieren.
Verwezen wordt verder naar de toelichting op de nieuwe paragraaf 5 van hoofdstuk 2,
afdeling 8, van de Regeling handel dieren en levende producten (hiervoor onder a).
De artikelen 65 tot en met 71 en 138 van de OCR voorzien in de bevoegdheid van de
bevoegde autoriteit om bestuurlijke maatregelen te treffen. De bevoegde autoriteit
is in dit geval de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit op grond van
artikel 3 van het Besluit uitvoering verordening officiële controles diergezondheid.
Daarom zijn artikel 4.2.1 en titel 5 van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften
dierlijke producten vervallen.
c. Regeling aquacultuur (artikel III van de wijzigingsregeling)
De oorspronkelijke titels 6, 7 en 8 bevatten regels ter uitvoering van de controlerichtlijnen,
respectievelijk over het in Nederland brengen van aquacultuurdieren, van producten
van aquacultuurdieren, en het buiten Nederland brengen van aquacultuurdieren en producten
daarvan. Net als bij de twee hiervoor behandelde regelingen zijn veel bepalingen vervallen
vanwege de OCR. Verwezen wordt naar hetgeen hierover in paragraaf 2.2.1, onderdeel
a, is vermeld.
In de bijlage is in tabel 3 ten aanzien van onderdelen de Regeling aquacultuur zoals
die luidde voor de inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling, voor zover hier van
belang, beschreven wat de relatie is met de controlerichtlijnen en de OCR, of de artikelen
of onderdelen daarvan zijn vervallen of behouden, en de reden daarvoor.
In de nieuwe titel 8A van de regeling is voorzien in voorschriften ter uitvoering
van de rechtstreeks werkende bepalingen van de OCR en de daarop gebaseerde verordeningen
van de Europese Commissie. De reikwijdte van deze bepaling beperkt tot de reikwijdte
van deze regeling, in dit geval levensmiddelen aquacultuurdieren en producten daarvan.
Verwezen wordt verder naar de toelichting op de nieuwe paragraaf 5 van hoofdstuk 2,
afdeling 8, van de Regeling handel dieren en levende producten (hiervoor onder a).
§ 4. Overige wijzigingen
4.1. Regeling NVWA-tarieven (artikel IV van de wijzigingsregeling)
De wijziging van de Regeling NVWA-tarieven voorziet in aanpassingen van verwijzingen
naar de oude Europese regelgeving in verwijzingen naar de nieuwe Europese regelgeving.
4.2. Ministeriële regelingen Wet dieren (artikelen V, VI, VII, VIII en IX van de wijzigingsregeling)
Op grond van de artikelen V, VI, VII en VIII van de onderhavige regeling vervallen
in de Regeling diergeneesmiddelen, de Regeling dierlijke producten, de Regeling diervoeders
2012 en de Regeling houders van dieren de bepalingen die als gevolg van de OCR overbodig
zijn geworden, en zijn verwijzingen in deze regelingen naar de oude controleverordening
gewijzigd in verwijzingen naar de nieuwe controleverordening of de daarop gebaseerde
regelgeving van de Europese Commissie.
In de tabellen 4, 5, 6 en 7 van de bijlage bij deze toelichting zijn de wijzigingen
gedetailleerd toegelicht.
De aanwijzing van de rechtstreeks werkende bepalingen van de nieuwe verordeningen,
met het oog op strafbaarstelling van overtredingen ervan, is geregeld in een nieuw
hoofdstuk 1b van de Regeling handhaving en overige zaken Wet dieren. In de bijlage
bij die regeling, waarin de hoogte van de bestuurlijke boete voor overtredingen van
daarbij genoemde bepalingen is vastgesteld, zijn de verwijzingen naar de bepalingen
die op grond van deze wijzigingsregelingen zijn vervallen, geschrapt (artikel IX van
de wijzigingsregeling).
4.3. Artikel 8.10 Regeling diergeneesmiddelen (artikel V, onderdeel D, van de wijzigingsregeling)
Tot 14 december 2019 voorzag artikel 9, onder B, van richtlijn 96/23 in een opdracht
aan lidstaten om in hun wetgeving het beginsel op te nemen dat de verschillende betrokken
partners zelf kwaliteitstoezicht uitoefenen in de sector, gericht op de naleving van
regels over verboden stoffen en producten in de voedselketen. Daarbij ging het om:
-
– een verbod op het houden en verhandelen van voedselproducerende dieren die zijn behandeld
met bepaalde stoffen met hormonale werking of met een thyreostatische werking of met
β-agonisten het verhandelen van vlees, afkomstig van die dieren en het verwerken van
dat vlees (artikel 3 van richtlijn 96/22);
-
– een verbod op het verhandelen van voedselproducerende dieren waaraan een diergeneesmiddel
is toegediend zolang de zogeheten wachttijd niet is verstreken, van dieren met een
hoger residu aan farmacologisch werkzame stoffen dan op grond van Europese regelgeving
is toegestaan (verordening 37/20100, en van dieren met residuen van farmacologisch
werkzame stoffen die op grond van Europese regelgeving niet zijn toegestaan (artikel
14, tweede lid, onderdeel d, van verordening 470/2009), en het verhandelen van producten
van die dieren (zie artikel 9, deel A, van richtlijn 96/23).
In artikel 8.10 van de Regeling diergeneesmiddelen was artikel 9, onderdeel B, van
richtlijn 96/23 geïmplementeerd. De OCR voorziet in intrekking van richtlijn 96/23.
Dat betekent dat de toenmalige Europese grondslag voor het stellen van regels over
kwaliteitscontrolesystemen op grond van de Wet dieren, alsdan vervalt. Het is evenwel
onwenselijk als deze bepaling over kwaliteitscontrole zou komen te vervallen. Zoals
in brief van de Minister voor Medische Zorg en Sport en de Minister van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit aan de Tweede Kamer is gemeld, is één van de acties die
naar aanleiding van de aanbevelingen van de Commissie Sorgdrager in het rapport 'Onderzoek
fipronil in eieren’, dat zelfregulering wordt versterkt door de eiersector en waar
nodig ook door de plantaardige en andere dierlijke sectoren (Kamerstukken II 2018/19,
26 991, nr. 536, blz. 2). Tegen die achtergrond is het van belang dat de huidige bepaling over zelfcontrole
in elk geval wordt gecontinueerd.
Artikel 17, tweede lid, tweede alinea, van verordening 178/2002 verplicht lidstaten
ertoe een systeem van officiële controles van levensmiddelenregelgeving en andere
op de situatie afgestemde activiteiten te onderhouden. Aangezien de bestaande kwaliteitscontrolesystemen
activiteiten zijn die de officiële controles kunnen ondersteunen, geeft Nederland
met regels over kwaliteitscontrolesystemen ook uitvoering aan de verplichting van
voornoemd artikel 17, tweede lid. Daarom kunnen deze regels worden gecontinueerd bij
ministeriële regeling op grond van artikel 10.2, eerste lid, in samenhang met artikel
6.4, eerste lid, van de Wet dieren.
Ten opzichte van de vroegere redactie van artikel 8.10 is verduidelijkt op welke regels
van de Wet dieren en de daarop gebaseerde bepalingen de kwaliteitscontrolesystemen
betrekking hebben. Het gaat om artikel 2.2, vijfde lid, van de Wet dieren, waarin
het verbod is opgenomen om dieren te houden waarbij verboden substanties zijn toegepast,
en artikel 8.8 van de Regeling diergeneesmiddelen, dat voorziet in een verbod op het
in de handel brengen van dieren waarbij een verboden groeibevorderaar is toegepast,
of ten aanzien waarvan in strijd met de diergeneesmiddelenregelgeving is gehandeld
(overschrijding grenswaarden farmacologische stoffen, strijd met het verbod op toediening
van bepaalde farmacologisch werkzame stoffen, strijd met de regels over de wachttijd).
Ook voorziet artikel 8.8 in een verbod op het in de handel brengen van verwerkte producten
en vlees van dieren ten aanzien waarvan voornoemde verboden zijn overtreden.
4.4. Regeling identificatie en registratie van dieren (artikel X van de wijzigingsregeling)
De Regeling identificatie en registratie van dieren schreef tot dusverre voor dat
houders van varkens of gevogelte melding maken van de verplaatsing van hun dieren
in een door de minister aangewezen databank. De eigenaar van de databank gaf deze
gegevens door aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl), die deze gegevens
vastlegt in de centrale databank voor de identificatie en registratie van dieren.
De Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) gebruikt deze informatie voor de
toezicht en handhaving.
In de praktijk fungeren de aangewezen databanken voor gevogelte en varkens als een
elektronisch portaal. De betreffende portalen melden de gegevens die zij verzamelen
in het kader van de identificatie en registratie aan de minister. Zij geven deze gegevens
één-op-eén door aan RVO.nl, die namens de minister de daadwerkelijke databank in beheer
heeft. Het is wenselijk om, in het licht van de eisen die de OCR stelt aan de uitvoering
van ‘andere officiële activiteiten’, duidelijk te maken dat het beheer van deze gegevens
ter uitvoering van Europese regelgeving door de overheid zelf plaatsvindt en niet
door een private instantie. Daarom is de regeling aangepast: waar ten aanzien van
de gegevens over varkens en gevogelte eerst over databanken werd gesproken, wordt
nu over elektronische portalen gesproken. Voor de praktijk heeft deze wijziging geen
gevolgen.
In aanvulling hierop is in artikel 38jj, tweede lid, onderdeel b, het begrip ‘bewerkersovereenkomst’
vervangen door ‘verwerkersovereenkomst’. Dit sluit aan op de terminologie van de algemene
verordening gegevensbescherming. Ook is artikel 38kk, tweede lid, aangepast. Abusievelijk
was in dit artikel alleen verwezen naar gevogelte, terwijl de bepaling op zowel op
gevogelte als varkens van toepassing is, aangezien is verwezen naar artikel 38kk,
eerste lid, onderdeel a. Voor de praktijk heeft deze wijziging geen gevolgen.
In de artikelen 2.25a, eerste lid, onderdeel a, van de Regeling dierlijke producten
(artikel VI, onderdeel E), de artikelen 6.2, vierde lid, en 7a.1, eerste lid, van
de Regeling houders van dieren (artikel VIII, onder B en C), in de tabel van bijlage
III bij de Regeling bestuurlijke boetes GWWD (artikel XI), de artikelen 2.9.2, tweede
lid, en 2.9.4, onderdeel b, van de Regeling nationale EZ-subsidies (artikel XII) en
in artikel 40 van de Regeling preventie, bestrijding en monitoring van besmettelijke
dierziekten en zoönosen en TSE’s (artikel VIII) wordt het begrip ‘databank’ vanwege
deze wijziging aangepast in ‘elektronisch portaal’. Het gaat hier alleen om een technische
wijziging zonder inhoudelijke gevolge
§ 5. Regeldruk, uitvoering en handhaving
De bepalingen van de OCR waaraan in deze regeling uitvoering is gegeven, voorzien
ten opzichte van de huidige Europese controleregelgeving niet in nieuwe verplichtingen
voor bedrijven of burgers. Er zijn dan ook geen gevolgen voor de regeldruk, de uitvoering
en de handhaving. Een ontwerp van deze regeling is daarom niet voorgelegd aan het
Adviescollege Toetsing Regeldruk. De NVWA heeft afgezien van het uitvoeren van een
uitvoerings- en handhavingstoets.
§ 6. Inwerkingtreding
Afgeweken is van het beleid inzake vaste verandermomenten omdat het hier gaat om de
uitvoering van EU-regelgeving.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten