Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek | Staatscourant 2019, 58647 | Overig |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek | Staatscourant 2019, 58647 | Overig |
PhD Posities
Exacte en Natuurwetenschappen
2019
1 |
Inleiding |
1 |
|
1.1 |
Achtergrond |
1 |
|
1.2 |
Beschikbaar budget |
2 |
|
1.3 |
Geldigheidsduur call for proposals |
2 |
|
2 |
Doel |
2 |
|
3 |
Richtlijnen voor aanvragers |
3 |
|
3.1 |
Wie kan aanvragen |
3 |
|
3.2 |
Wat kan aangevraagd worden |
3 |
|
3.3 |
Wanneer kan aangevraagd worden |
4 |
|
3.4 |
Het opstellen van de aanvraag |
4 |
|
3.5 |
Subsidievoorwaarden |
4 |
|
3.6 |
Het indienen van een aanvraag |
5 |
|
4 |
Beoordelingsprocedure |
5 |
|
4.1 |
Procedure |
5 |
|
4.2 |
Criteria |
7 |
|
5 |
Contact en overige informatie |
8 |
|
5.1 |
Contact |
8 |
|
5.2 |
Overige informatie |
8 |
De wiskundeclusters – uniek in de wereld – zijn een succesvol Nederlands concept. De eerste clusters werden opgericht in 2005 om versnippering van het onderzoek en onderwijs tegen te gaan. De clusters geven kritische massa en focus aan het wiskunde-onderzoek en -onderwijs op die gebieden waarin Nederland het best presteert. Door deze krachtenbundeling is de Nederlandse wiskunde internationaal goed op peil gebleven. De wiskunde is ingedeeld in de volgende vier clusters: DIAMANT (Discrete, Interactive and Algorithmic Mathematics, Algebra and Number Theory), GQT (Geometry and kwantum Theory), NDNS+ (Nonlinear Dynamics in Natural Systems) en STAR (Stochastics – Theoretical and Applied Research)1.
De Wiskundeclusters zijn in 2018 in opdracht van NWO geëvalueerd door de International Scientific Evaluation Board. Hiervoor hebben alle vier de clusters een zelfevaluatierapport en een research roadmap opgesteld. De roadmaps zijn strategische documenten waarin de lange termijn toekomstplannen per cluster beschreven staan. De International Scientific Evaluation Board heeft geconcludeerd dat alle vier de wiskundeclusters de kwalificatie ‘Excellent’ verdienen en samen de Nederlandse wiskundige onderzoeksinfrastructuur vormen waarin de wiskundigen op een efficiënte en effectieve manier actief worden betrokken. Een van de aanbevelingen voortkomend uit deze evaluatie was om een call op te stellen voor alle onderzoekers van de vier clusters waarbij PhD posities aangevraagd kunnen worden. De roadmaps in de zelfevaluatierapporten kunt u hier terugvinden (https://www.nwo.nl/actueel/nieuws/2019/09/wiskundeclusters-beoordeeld-als-excellent-aankondiging-nieuwe-call.html).
In deze brochure vindt u informatie over het indienen van onderzoeksvoorstellen voor de zesde financieringsperiode van de Wiskundeclusters. De financiering van deze onderzoeksvoorstellen is ten behoeve van een PhD positie binnen een Nederlandse kennisinstelling. Het uit te voeren onderzoek dient plaats te vinden binnen één of meerdere van de vier Wiskundeclusters: DIAMANT, GQT, NDNS+ en STAR.
Voor het uitvoeren van deze call is M€ 4 subsidie beschikbaar. Dit budget is verdeeld over de vier wiskundeclusters, voor elk bovengenoemd cluster is M€ 1 beschikbaar. Alleen onderzoeksvoorstellen met de eindkwalificatie “excellent” of “zeer goed” komen voor honorering in aanmerking.
NWO heeft de besturen van de wiskundeclusters geconsulteerd over de bijdrage die vanuit de instellingen van de aanvragers geleverd dient te worden via matching voor de aanvragen. Dit heeft geresulteerd in onderstaande matchingspercentages en het daarbij behorende maximum aantal te honoreren PhD posities (mits voldoende aanvragen met de eindkwalificatie “excellent” of “zeer goed”).
Voor DIAMANT en NDNS+ is het matchingspercentage gesteld op 50%. Dit betekent dat 50% van de salariskosten van de PhD positie door de instelling van de aanvrager dient te worden bekostigd. Voor GQT is het matchingspercentage gesteld op 20%, wat betekent dat 20% van de salariskosten van de PhD positie door de instelling van de aanvrager dient te worden bekostigd. Deze matching dient gegarandeerd te worden via een brief die bijgevoegd wordt bij de aanvraag. Voor STAR is het matchingspercentage gesteld op 0%.
Wiskundecluster |
Matchingspercentage door instellingen |
Maximaal aantal te honoreren aanvragen/aantal PhD posities |
---|---|---|
DIAMANT |
50% |
8 |
GQT |
20% |
5 |
NDNS+ |
50% |
8 |
STAR |
0% |
4 |
Om de bundeling van krachten van de Nederlandse wiskunde en haar internationale positie een extra impuls te geven, wordt met deze call bijgedragen aan de consolidering van de wiskundeclusters (zie actie 4 uit het Deltaplan voor de Nederlandse wiskunde). Het doel van deze call is om extra PhD posities binnen de wiskunde te creëren. Deze call for proposals is bestemd voor aanvragen voor vernieuwend of risicovol wetenschappelijk onderzoek met een vraagstelling die van hoge kwaliteit en wetenschappelijke urgentie is binnen de vier wiskundeclusters. Het voorgestelde onderzoek moet passen binnen één of meerdere van de thema’s zoals gedefinieerd in de research roadmaps 2019-2029 van de wiskundeclusters DIAMANT, NDNS+, GQT en STAR2. Tevens moet het passend zijn binnen één of meerdere van de 7 focusgebieden van de wiskunde zoals beschreven in het sectorplan3.
Het beschikbaar stellen van deze PhD posities zorgt voor een investering in de basisvoorziening die de wiskundediscipline inneemt binnen de Nederlandse wetenschap, met als doel een bijdrage aan een (kleine) verhoging van de onderwijs- en onderzoekscapaciteit.
Hoogleraren, universitair (hoofd)docenten en andere onderzoekers4 met een vergelijkbare aanstelling kunnen een aanvraag indienen als zij:
− in dienst zijn (i.e. een bezoldigde aanstelling hebben) bij één van de onderstaande organisaties:
− Nederlandse universiteiten
− KNAW- en NWO-instituten;
− het Nederlands Kanker Instituut;
− het Max Planck Instituut voor Psycholinguïstiek te Nijmegen;
− onderzoekers van de Dubble-bundellijn bij de ESRF te Grenoble;
− NCB Naturalis;
− Advanced Research Centre for NanoLithography (ARCNL);
− Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie.
− én een dienstverband (aanstellingsduur) hebben voor ten minste de looptijd van het onderzoek waarvoor de subsidie wordt aangevraagd. Personeel met een 0-uren aanstelling is uitgesloten van indiening.
Een uitzondering op de vereiste aanstellingsduur kan gemaakt worden voor:
− Aanvragers met een “tenure track”-aanstelling, die niet de gehele looptijd van het project beslaat. De aanvragers moeten dan met een brief aantonen dat adequate begeleiding voor de volledige duur van het onderzoek gegarandeerd is voor de uitvoerder voor wie zij subsidie aanvragen.
Aanvullende voorwaarden:
− Een aanvrager mag maximaal één aanvraag in deze ronde indienen.
Voor een onderzoeksvoorstel in deze ronde kan één promovendus worden aangevraagd. De budgetmodules (inclusief de maximum bedragen) die binnen deze call for proposals beschikbaar zijn staan vermeld in de tabel hieronder. Ten behoeve van de aanvragen voor PhD posities binnen de clusters DIAMANT, NDNS+, GQT dienen de instellingen van de aanvragers hun bijdrage te leveren via matching. Voor DIAMANT en NDNS+ is het matchingspercentage gesteld op 50%. Dit betekent dat 50% van de salariskosten van de PhD positie door de instelling van de aanvrager dient te worden bekostigd. Voor GQT is het matchingspercentage gesteld op 20%, wat betekent dat 20% van de salariskosten van de PhD positie door de instelling van de aanvrager dient te worden bekostigd. Deze matching dient gegarandeerd te worden via een brief die bijgevoegd wordt bij de aanvraag.
Budgetmodule |
Maximaal bedrag |
---|---|
Promovendus |
1 positie, volgens VSNU-tarieven of NFU-tarieven1 |
Voor personeel in het buitenland worden de lokale tarieven vergoed tot maximaal de VSNU-tarieven.
Voor personeel dat een substantiële bijdrage levert aan het onderzoek kan subsidie voor de salariskosten worden aangevraagd. Subsidiëring van deze salariskosten is afhankelijk van het type aanstelling en de organisatie waar het personeel is/wordt aangesteld.
− Voor universitaire instellingen worden salariskosten gefinancierd conform de op het moment van subsidieverlening geldende VSNU-salaristabellen
− Voor universitair medisch centra worden salariskosten gefinancierd conform de op het moment van subsidieverlening geldende NFU-salaristabellen
− Voor personeel van hogescholen en andere instellingen worden salariskosten gefinancierd op basis van de cao inschaling van de betreffende medewerker, gebaseerd op de Handleiding Overheidstarieven 2017.
− Voor de Nederlandse Cariben geldt dat de rijksoverheid in Caribisch Nederland ambtenaren op de BES-eilanden onder andere voorwaarden in dienst neemt dan in Europees Nederland.
https://www.rijksdienstcn.com/werken-bij-rijksdienst-caribisch-nederland/arbeidsvoorwaarden.
Voor de budgetmodules ‘Promovendus’, ‘PDEng’ en ‘Postdoc’ komt bovenop de salariskosten een eenmalige persoonsgebonden benchfee van € 5.000 ter stimulering van de wetenschappelijke carrière van de door NWO gefinancierde projectmedewerker. Vergoedingen voor promotiestudenten/beursalen aan een Nederlandse universiteit komen niet in aanmerking voor subsidie van NWO.
Hieronder volgt een toelichting op de beschikbare budgetmodule.
Een promovendus wordt 48 maanden voor 1,0 fte aangesteld. Het equivalent van 48 voltijdsmaanden, bijvoorbeeld een aanstelling van 60 maanden voor 0,8 fte, is ook mogelijk. Indien voor de uitvoering van het voorgestelde onderzoek een afwijkende aanstellingsduur noodzakelijk wordt geacht, kan, mits goed gemotiveerd, hier van afgeweken worden. De aanstellingsduur moet wel altijd minimaal 48 maanden zijn.
De deadline voor het indienen van (verplichte) vooraanmeldingen is 7 januari 2020, om 14:00 uur CE(S)T.
De deadline voor het indienen van uitgewerkte aanvragen is 26 mei 2020, om 14:00 uur CE(S)T.
Bij het indienen van uw aanvraag in ISAAC dient u ook online nog gegevens in te voeren. Begin daarom ten minste één dag vóór de deadline van deze call for proposals met het indienen van uw aanvraag. Aanvragen die na de deadline worden ingediend, worden niet in behandeling genomen.
Iedere aanvrager kan een vooraanmelding indienen. U kunt een uitgewerkte aanvraag alleen indienen als de vooraanmelding door de eerste stap (zie de beoordelingsprocedure) is gekomen.
U stelt de aanvraag in het Engels en volgens het beschikbare aanvraagformulier op. Het formulier is te downloaden vanuit het online aanvraagsysteem ISAAC of vanaf de website van NWO (onderaan de webpagina van het betreffende financieringsinstrument). Sla het formulier op als pdf en upload het in ISAAC.
Uw vooraanmelding wordt beoordeeld binnen één of meerdere van de vier wiskundeclusters, daarom is het verplicht één of meerdere wiskundeclusters te selecteren die het best overeenkomen met het onderzoeksvoorstel. In de aanvraag geeft u aan welke van de wiskundeclusters (minimaal 1) van toepassing zijn, waarbij u voor elk wiskundecluster een percentage aangeeft (minimaal 20%, totaal 100%). U geeft tevens aan wat het hoofdcluster is. Een vooraanmelding waarbij meerdere wiskundeclusters geselecteerd zijn wordt beoordeeld in meerdere beoordelingscommissies.
Tevens geeft u in de aanvraag aan binnen welk(e) thema(’s) van de research roadmaps van de clusters en binnen welke focusgebieden van de wiskunde zoals beschreven in het sectorplan de aanvraag past.
Daarbij vraagt NWO u als aanvrager minimaal drie en maximaal vijf suggesties te doen voor mogelijk te raadplegen buitenlandse referenten. De lijst met referentensuggesties mag geen namen van mensen bevatten met wie de aanvrager in de laatste drie jaar heeft samengewerkt, momenteel samenwerkt, of verwacht samen te werken. De gesuggereerde referenten mogen niet in Nederland werkzaam zijn. De aanvrager kan daarnaast ook maximaal vijf namen van personen noemen die niet als referent mogen optreden. Dit is niet verplicht. U kunt de non-referenten en de suggesties voor referenten opgeven in ISAAC, tegelijk met het indienen van uw aanvraag. Bij elk ingediend voorstel gaat NWO ervan uit dat de aanvrager de instelling heeft geïnformeerd en dat de universiteit of het instituut de subsidievoorwaarden van dit programma aanvaardt. Aanvragers dienen tegelijk met de vooraanmelding de ingevulde en door de decaan ondertekende garantiebrief te uploaden.
Op alle aanvragen zijn de NWO Subsidieregeling 2017 en het Akkoord bekostiging wetenschappelijk onderzoek van toepassing.
Alle wetenschappelijke publicaties van onderzoek dat is gefinancierd op basis van toekenningen voortvloeiend uit deze call for proposals dienen onmiddellijk (op het moment van publicatie) wereldwijd vrij toegankelijk te zijn (Open Access). Er zijn verschillende manieren voor onderzoekers om Open Access te publiceren. Een uitgebreide toelichting hierop vindt u op www.nwo.nl/openscience.
Bij goed onderzoek hoort verantwoord datamanagement. NWO wil dat onderzoeksdata die voortkomen uit met publieke middelen gefinancierd onderzoek zo veel mogelijk ‘vrij’ en duurzaam beschikbaar komen voor hergebruik door andere onderzoekers. NWO wil bovendien het bewustzijn bij onderzoekers over het belang van verantwoord datamanagement vergroten. Aanvragen dienen daarom te voldoen aan het datamanagementprotocol van NWO. Dit protocol bestaat uit twee stappen:
1. Datamanagementparagraaf
De datamanagementparagraaf maakt deel uit van de onderzoeksaanvraag. Onderzoekers dienen vier vragen te beantwoorden over datamanagement binnen hun beoogde onderzoeksproject. Hij of zij wordt dus gevraagd reeds voor aanvang van het onderzoek te bedenken hoe de verzamelde data geordend en gecategoriseerd moeten worden zodat zij vrij beschikbaar kunnen worden gesteld. Vaak zullen al bij het tot stand komen van de data en de analyse daarvan maatregelen getroffen moeten worden om opslag en deling later mogelijk te maken.
Onderzoekers kunnen zelf aangeven welke onderzoeksdata zij voor opslag en hergebruik relevant achten.
2. Datamanagementplan
Na honorering van een aanvraag dient de onderzoeker de datamanagementparagraaf uit te werken tot een datamanagementplan. Het datamanagementplan is een concrete uitwerking van de datamanagementparagraaf. De onderzoeker beschrijft in het plan of gebruik gemaakt wordt van bestaande data of dat het om een nieuwe dataverzameling gaat en hoe de dataverzameling dan FAIR: vindbaar, toegankelijk, interoperabel en herbruikbaar gemaakt wordt. Uiterlijk 4 maanden na honorering van de aanvraag moet dat plan via ISAAC zijn ingediend bij NWO. NWO keurt het plan zo snel mogelijk goed. Goedkeuring van het datamanagementplan door NWO is voorwaarde voor de subsidieverlening. Het plan kan tijdens het onderzoek worden bijgesteld.
Meer informatie over het datamanagementprotocol van NWO staat op: www.nwo.nl/datamanagement.
Het Nagoya Protocol is op 12 oktober 2014 van kracht gegaan en zorgt voor een eerlijke en billijke verdeling van voordelen voortvloeiende uit het gebruik van genetische rijkdommen (Access and Benefit Sharing; ABS).
Onderzoekers die voor hun onderzoek gebruikmaken van genetische bronnen in/uit het buitenland dienen zich op de hoogte te stellen van het Nagoya Protocol (www.absfocalpoint.nl). NWO gaat er vanuit dat zij de noodzakelijke acties ten aanzien van het Nagoya Protocol nemen.
Het indienen van een aanvraag kan alleen via het online aanvraagsysteem ISAAC. Aanvragen die niet via ISAAC zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen.
Een hoofdaanvrager is verplicht zijn/haar aanvraag via zijn/haar eigen ISAAC-account in te dienen. Indien de hoofdaanvrager nog geen ISAAC-account heeft, dient hij/zij dat minimaal een dag voor het indienen aan te maken. Dit om eventuele aanmeldproblemen op tijd te kunnen verhelpen. Indien de hoofdaanvrager al een account bij NWO heeft, hoeft deze geen nieuw account aan te maken om een nieuwe aanvraag in te dienen.
Voor vragen van technische aard verzoeken wij u contact op te nemen met de ISAAC-helpdesk, zie paragraaf 5.1.2.
De eerste stap in de beoordelingsprocedure is een toets of de aanvraag in behandeling genomen kan worden. Het ENW-bureau beoordeelt, in opdracht van het ENW-domeinbestuur, de passendheid en de volledigheid van de aanvraag. Alleen aanvragen die aan de voorwaarden – zoals beschreven in Hoofdstuk 3 –voldoen, zijn ontvankelijk en worden in behandeling genomen. De beoordeling vindt plaats in twee stappen.
Stap 1: Verplichte Vooraanmeldingen
In de procedure wordt gewerkt met verplichte vooraanmeldingen, i.e. beperkt uitgewerkte aanvragen. Er worden voor de beoordeling van de vooraanmeldingen vier verschillende beoordelingscommissies samengesteld voor de vier verschillende wiskundeclusters. Op basis van het door de aanvragers gekozen wiskundecluster (paragraaf 3.4) worden de vooraanmeldingen beoordeeld door een beoordelingscommissie. De beoordelingscommissie beoordeelt de vooraanmeldingen aan de hand van de inhoudelijke beoordelingscriteria voor vooraanmeldingen (zie paragraaf 4.2) en prioriteert deze naar kansrijkheid, zonder gebruik te maken van externe adviseurs en legt deze voor aan het domeinbestuur.
Een vooraanmelding waarbij meerdere wiskundeclusters geselecteerd zijn wordt beoordeeld in meerdere beoordelingscommissies.
Het ENW-domeinbestuur besluit welke vooraanmeldingen mogen worden uitgewerkt. Uitgangspunt hierbij is dat het totale aangevraagde budget van de uitgewerkte aanvragen ongeveer tweemaal het beschikbare budget is. De meest kansrijke kandidaten ontvangen een uitnodiging om vóór de deadline een uitgewerkte aanvraag in te dienen. Een vooraanmelding met een positief advies van meerdere beoordelingscommissies kan slechts in één aanvraag worden uitgewerkt. Deze uitgewerkte aanvraag zal alleen in het in de vooraanmelding aangegeven hoofdcluster meedingen om subsidie (zie hierna, onder “uitgewerkte aanvragen”).
Stap 2: Uitgewerkte aanvragen
Zodra een uitgewerkte aanvraag ontvankelijk verklaard is, legt NWO deze voor advies voor aan externe referenten. Dit zijn onafhankelijke adviseurs die deskundig zijn in het vakgebied van de aanvraag. NWO streeft ernaar per aanvraag drie referenten te raadplegen, maar ten minste twee referenten beoordelen elke uitgewerkte aanvraag. De referenten beoordelen de aanvraag op de beoordelingscriteria voor volledige aanvragen, zoals uitgewerkt in paragraaf 4.2, en geven geen cijfermatig oordeel. De referentenrapporten worden, geanonimiseerd, voor schriftelijk wederhoor (weerwoord) verstuurd naar de aanvrager. Binnen deze stap in de procedure wordt er gewerkt met één (inter-)nationale beoordelingscommissie. Het is de taak van de beoordelingscommissie om op basis van de aanvraag, de referentenrapporten en het weerwoord een eigen, zelfstandige afweging te maken. De beoordelingscommissie weegt de argumenten van de referenten (ook onderling) en bekijkt of in het weerwoord een goede reactie is geformuleerd op de kritische opmerkingen uit de referentenrapporten. De beoordelingscommissie heeft bovendien, anders dan de referenten, zicht op de kwaliteit van de overige ingediende aanvragen en weerwoorden.
De beoordelingscommissie adviseert met de prioritering het domeinbestuur van ENW over de kwaliteit van de voorgelegde aanvragen. Het domeinbestuur neemt op basis van dit advies en de beschikbare financiële middelen per cluster een besluit over honorering of afwijzing van de aanvragen. Voor aanvragen waarbij meerdere clusters zijn geselecteerd is het subsidieplafond in het hoofdcluster, zoals aangegeven in de desbetreffende vooraanmelding, bepalend. Bij de besluitvorming door het domeinbestuur kunnen ook beleidsmatige aspecten een rol spelen, bijvoorbeeld diversiteit of passendheid binnen de ENW-strategie.
‘Code omgang met persoonlijke belangen’
Voor alle bij de beoordeling en/of besluitneming betrokken personen en betrokken NWO-medewerkers is de ‘Code omgang met persoonlijke belangen’ van toepassing. Zie ook: https://www.nwo.nl/algemeen/subsidies/hoe-werkt-dat/code-omgang-met-persoonlijke-belangen
Integriteit
NWO heeft in haar subsidieregeling opgenomen dat al het onderzoek dat NWO financiert, uitgevoerd moet worden in overeenstemming met de nationaal en internationaal aanvaarde normen van wetenschappelijk handelen zoals neergelegd in de Nederlandse gedragscode wetenschappelijke integriteit 2018. Meer informatie over het NWO-beleid wetenschappelijke integriteit is te vinden op de website: https://www.nwo.nl/beleid/wetenschappelijke+integriteit.
Stimulering vrouwelijke onderzoekers
Bij een ex aequo-prioritering van twee aanvragen geeft het domeinbestuur de voorkeur aan het voorstel van een vrouwelijke hoofdaanvrager.
Datamanagement
De datamanagementparagraaf in de aanvraag wordt niet beoordeeld en derhalve ook niet meegewogen in de beslissing om een aanvraag al of niet toe te kennen. Zowel de referenten als de commissie kunnen wel advies geven met betrekking tot de datamanagementparagraaf. Na honorering van een aanvraag dient de onderzoeker de paragraaf uit te werken in een datamanagementplan. Aanvragers kunnen hierbij gebruik maken van het advies van de referenten en commissie. Het project kan van start gaan zodra het datamanagementplan is goedgekeurd door NWO.
Kwalificatie
NWO voorziet alle aanvragen van een kwalificatie. Deze kwalificatie wordt aan de aanvrager bekend gemaakt bij het besluit over al dan niet toekennen van financiering. Om voor financiering in aanmerking te kunnen komen, dient een aanvraag ten minste de kwalificatie excellent/zeer goed te krijgen. Voor meer informatie over de kwalificaties zie: https://www.nwo.nl/financiering/hoe-werkt-dat/kwalificatiesysteem+nwo
Indicatief tijdpad
Vooraanmeldingen: |
|
7 januari 2020, om 14:00 uur CE(S)T |
Deadline verplichte vooraanmelding |
februari 2020 |
Eerste vergadering beoordelingscommissies vooraanmeldingen |
april 2020 |
besluit domeinbestuur ENW |
Volledige aanvragen: |
|
26 mei 2020, om 14:00 uur CE(S)T |
Deadline uitgewerkte aanvragen |
juni-juli-augustus 2020 |
Raadplegen referenten |
eind augustus-begin september 2020 |
Inwinnen wederhoor indieners |
september 2020 |
Tweede vergadering beoordelingscommissie volledige aanvragen |
oktober/november 2020 |
Besluit domeinbestuur ENW |
De beoordelingscommissie beoordeelt de ontvankelijke vooraanmeldingen aan de hand van de volgende criteria:
Criterium 1: Wetenschappelijke kwaliteit van het voorstel (Wat/Wie)
Hieronder vallen onder andere:
– helderheid van voorstel, vraagstelling en doelstellingen;
– wetenschappelijk vernieuwende en/of grensverleggende elementen van onderzoeksvoorstel;
– passende expertise van de betrokken onderzoeker(s) en passende inbedding van het onderzoek.
Criterium 2: Aansluiting van het voorstel bij de call: Wiskundeclusters – PhD positions
Hieronder vallen onder andere:
– passendheid binnen de thema’s van de research roadmaps van één of meerdere van de wiskundeclusters;
– passendheid binnen één of meerdere van de 7 focusgebieden zoals beschreven in het sectorplan van de wiskunde.
Deze criteria wegen elk 50% mee in het totaaloordeel over de vooraanmelding. De vooraanmelding dient ten aanzien van alle criteria ten minste als ‘zeer goed’ te worden beoordeeld, om te worden beschouwd als ‘kansrijk’ (besluit tot uitwerken van de aanvraag).
De ontvankelijke voorstellen worden allereerst door de referenten en daarna door de onafhankelijke beoordelingscommissie beoordeeld op grond van de volgende criteria:
Criterium 1: Wetenschappelijke kwaliteit van het voorstel (Wat/Wie)
Hieronder vallen onder andere:
– helderheid van voorstel, vraagstelling en doelstellingen;
– wetenschappelijk vernieuwende en/of grensverleggende elementen van onderzoeksvoorstel;
– wetenschappelijke benadering: (uitdaging in) de aanpak en haalbaarheid hiervan;
– doeltreffendheid qua voorgestelde methodologie;
– passende expertise van de betrokken onderzoeker(s) en passende inbedding van het onderzoek.
Criterium 2: Wetenschappelijke en/of maatschappelijke impact (Waarom)
Hieronder vallen onder andere:
– het belang van potentiële onderzoekresultaten op korte en lange termijn in het eigen vakgebied;
– kennisbenutting: mogelijk gebruik en relevantie van de gegenereerde kennis in andere wetenschapsgebieden en/of maatschappij (economisch, technisch, maatschappelijk of cultureel, bijvoorbeeld via outreach).
In de beoordeling worden de criteria als volgt gewogen:
Wetenschappelijke kwaliteit van het voorstel maakt 80% van de eindscore uit en de wetenschappelijke en/of maatschappelijke impact 20%.
Om in aanmerking te komen voor financiering moet de eindbeoordeling van een aanvraag op basis van bovenstaande criteria ‘excellent’ of ‘zeer goed’ zijn. Voor meer informatie over de kwalificaties zie: https://www.nwo.nl/financiering/hoe-werkt-dat/kwalificatiesysteem+nwo
Voor inhoudelijke vragen over Wiskundeclusters en deze call for proposals neemt u contact op met:
dr. F. (Femke) Stephan, tel.: +31 (0)70 344 05 22, e-mail: wiskundeclusters@nwo.nl
Bij technische vragen over het gebruik van ISAAC kunt u contact opnemen met de ISAAC-helpdesk. Raadpleeg eerst de handleiding voordat u de helpdesk om advies vraagt. De ISAAC-helpdesk is bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur op telefoonnummer +31 (0)20 346 71 79. U kunt uw vraag ook per e-mail stellen via isaac.helpdesk@nwo.nl. U ontvangt dan binnen twee werkdagen een reactie.
Voor meer informatie over de wiskundeclusters zie:
DIAMANT: http://websites.math.leidenuniv.nl/diamant/
GQT: http://www.gqt.nl/
NDNS+: http://www.ndns.nl/
De research roadmaps zijn hier te vinden via de volgende link: https://www.nwo.nl/actueel/nieuws/2019/09/wiskundeclusters-beoordeeld-als-excellent-aankondiging-nieuwe-call.html). De roadmap van DIAMANT (vanaf pagina 24), GQT (vanaf pagina 51), NDNS+ (vanaf pagina 76), en STAR (vanaf pagina 106).
Het sectorbeeld van de wiskunde is te vinden in het Sectorbeeld Bèta Wetenschappen. Focusgebieden vanaf pagina 49: https://www.nwo.nl/actueel/nieuws/2018/12/onderzoeksprioriteiten-vastgesteld-in-sectorbeelden.html
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2019-58647.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.