Samenwerkingsafspraken NVWA – Skal

6 juni 2019

Inhoudsopgave

1 Inleiding

1

2 Convenant NVWA-Skal

2

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

3

Artikel 2 Inspanningsverplichtingen Skal

3

Artikel 3 Inspanningsverplichtingen NVWA

3

Artikel 4 Gegevensverwerking

3

Artikel 5 Wettelijke taak

3

Artikel 6 Beveiliging

3

Artikel 7 Archiefwet

4

Artikel 8 Verhouding met andere afspraken en andere wettelijke bepalingen

4

Artikel 9 Geschillenbeslechting

4

Artikel 10 Kostenneutraliteit

4

Artikel 11 Inwerkingtreding, overleg en evaluatie

4

BIJLAGE I, OVERLEGSTRUCTUUR

5

BIJLAGE II, PASSENDE TECHNISCHE EN ORGANISATORISCHE MAATREGELEN

6

BIJLAGE III, AFSPRAKEN BETREFFENDE INBREUK IN VERBAND MET PERSOONSGEGEVENS

7

BIJLAGE IV, MELDEN DATALEKKEN

8

1 Inleiding

De stichting Skal Bio Controle, hierna Skal, is belast met het toezicht op de biologische productie en het certificeren van marktdeelnemers binnen de biologische sector. Skal is een privaatrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan (ZBO) en valt onder de verantwoordelijkheid van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en is aangewezen als controlerende instantie als bedoeld in de Europese verordening 834/2007. Het Ministerie van LNV fungeert als bevoegde autoriteit als bedoeld in deze verordening. Op grond van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 is Skal belast met het toezicht op biologische productiemethoden in de landbouw en de uitvoering van de registratie van marktdeelnemers die biologische producten produceren, verwerken of opslaan. Naast dit toezicht op landbouwproducten valt ook de controle op de biologische productie van dierlijke producten en diervoeders onder de taken van Skal.

Skal valt sinds 1 januari 2010 onder de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen. Het functioneren van Skal dient periodiek te worden geëvalueerd op doelmatigheid en doeltreffendheid. Eind 2017 is daarom door LNV opdracht gegeven aan Bureau Kwink om dit evaluatieonderzoek uit te voeren. De evaluatie beslaat de periode 2010 – 2016. De evaluatie heeft ook een reflectie gegeven over het achterliggende doel van de Europese verordening: eerlijke handel en consumentenvertrouwen.

Een van de belangrijkste uitkomsten van deze evaluatie is dat Skal meer aandacht moet besteden aan de effectiviteit van de samenwerking met de NVWA. Het interventiebeleid van Skal moet verder worden ontwikkeld door het beter benutten van de beschikbare handhavings- en sanctiemogelijkheden en een effectievere samenwerking met de NVWA.

Naast deze evaluatie wordt Skal ook genoemd in het rapport van de commissie onderzoek fipronil in eieren, onder leiding van Mr. W. Sorgdrager. Een van de aanbevelingen hier is dat het toezicht op de eierketen efficiënter en effectiever kan worden georganiseerd.

Met een intensivering van de samenwerking tussen de NVWA en Skal wordt invulling gegeven aan de kaderbrieven van LNV en VWS. Specifiek is in beide kaderbrieven genoemd dat de NVWA extra zal inzetten op aanvullende werkzaamheden als gevolg van de aanbevelingen uit het rapport van de commissie Sorgdrager, naar aanleiding van de fipronil affaire.

De kaderbrief van VWS vraagt om prioriteit te geven aan meldingen bij volksgezondheidsrisico’s. Het aantal meldingen uit de Europese informatienetwerken (RASFF) is de afgelopen tijd toegenomen. Inzake biologische producten worden hierbij regelmatig te hoge mrl’s aangetroffen op bijvoorbeeld gewasbeschermingsmiddelen. Deze voedselveiligheidsrisico’s vragen om een goede afstemming tussen NVWA en Skal.

De afstemming is in dit document beschreven en gecommitteerd door beide partijen.

2 Samenwerkingsafspraken NVWA-Skal

De ondergetekenden:

  • 1. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, te dezen vertegenwoordigd door de Inspecteur Generaal van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, de heer drs. R.J.T. van Lint, hierna te noemen NVWA; en

  • 2. Stichting Skal, gevestigd te Zwolle, te dezen vertegenwoordigd door de heer dr. Ir. R.J. Dortland, in zijn hoedanigheid van voorzitter, hierna te noemen Skal;

IN AANMERKING NEMENDE DAT:

  • 1. de NVWA, belast met het toezicht op de voedsel- en productveiligheid in Nederland, namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

  • 2. Skal in Nederland is aangewezen als controle instelling in de zin van artikel 15 van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007;

  • 3. Skal belast is met het toezicht op de naleving door de bij haar geregistreerden van het bij of krachtens de Landbouwkwaliteitswet omtrent de biologische productiemethode bepaalde en zij in dat kader ten aanzien van de biologische productiemethode bepaalde taken van de bevoegde autoriteit in de zin van artikel 2, vierde lid, van Verordening (EG) nr. 882/2004 uitvoert;

  • 4. de NVWA de inspectiedienst is van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit; De NVWA is verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van wet- en regelgeving op het gebied van voedsel- en productveiligheid in Nederland.

  • 5. de NVWA ten aanzien van de biologische productiemethode belast is met strafrechtelijke opsporing. Dit betreft onder meer zaken over het gebruik van niet toegelaten middelen (zoals gewasbeschermingsmiddelen en biociden) en (het vermoeden van) fraude;

  • 6. samenwerking tussen NVWA en Skal noodzakelijk is voor een effectiever toezicht op voedselveiligheid en biologische kwaliteit van producten;

  • 7. deze samenwerking gestalte zal krijgen door middel van gegevensuitwisseling met betrekking tot uitgevoerde inspecties, monsteranalyses, resultaten van (strafrechtelijk) onderzoek en overleg over jaarplannen;

  • 8. beide partijen zich verbinden om deze samenwerkingsafspraken na te leven en belast zijn met de controle op deze afspraken. Zij nemen maatregelen om de naleving ervan bij hun interne organisaties te bevorderen;

  • 9. het doel van de verstrekking van gegevens is ten eerste om de NVWA te kunnen laten beschikken over die gegevens die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van de publiekrechtelijke toezichtstaken van de NVWA. Ten tweede om Skal te kunnen laten beschikken over die gegevens die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van de publiekrechtelijke toezichtstaken in het kader van de biologische productiemethode;

  • 10. de informatie die NVWA en Skal op basis van deze samenwerkingsovereenkomst van elkaar verkrijgen wordt gebruikt om de toezichthoudende taak van NVWA en Skal uit te voeren. Zij houden elkaar op de hoogte van het gebruik van deze informatie;

  • 11. aan de hand van de door NVWA en Skal opgestelde risicoanalyses prioriteiten ten aanzien van de inspecties worden bepaald en uitgevoerd, rekening houdend met beschikbare capaciteit;

  • 12. binnen de NVWA registratie plaatsvindt van de werkzaamheden voortvloeiend uit deze samenwerkingsovereenkomst, om input te leveren aan het NVWA jaarplan en om de kosten in beeld te brengen.

KOMEN OVEREEN:

Artikel 1 (Begripsomschrijvingen)

In deze samenwerkingsafspraken wordt verstaan onder:

a. Inspectie:

een bezoek aan een inspectielocatie (bijvoorbeeld landbouw- en levensmiddelenbedrijven) met als doel controle op de naleving van wettelijke voorschriften;

b. Biologische productie:

Het gebruik van productiemethoden die in overeenstemming zijn met de in Verordening (EG) nr. 834/2007 vastgestelde voorschriften, in alle stadia van de productie, bereiding en distributie;

c. Betrokkene:

Diegene op wie de gegevens betrekking hebben;

d. FEK-coördinator:

De Fraude Expertise Knooppunt coördinator.

Artikel 2 (Inspanningsverplichtingen Skal)

  • a. Skal verschaft de NVWA de analyse uitslagen van biologische producten die onder de publiekrechtelijke toezichtstaken van de NVWA vallen en een overtreding vormen van de bestaande normen, zoals die voor niet biologische productie gelden, inclusief de NAW gegevens van betrokken Skal geregistreerden;

  • b. Skal informeert de NVWA over niet Skal geregistreerden gevestigd in Nederland die ten onrechte verwijzen naar de biologische productiemethode en zich weigeren te registreren bij Skal;

  • c. Risicoanalyse: Skal levert desgewenst informatie aan de NVWA die voor het opstellen van een risicoanalyse nuttig kan zijn;

  • d. Skal informeert de NVWA in algemene zin actief over afwijkingen die zijn vastgesteld tijdens inspecties op biologische bedrijven die kunnen leiden tot een bestuursrechtelijke afhandeling met in achtneming van eventueel lopende juridische procedures;

  • e. Skal informeert de NVWA over vermeende fraude met biologische producten. De melding vindt plaats door de contactpersoon NVWA – Skal en de FEK coördinator NVWA te informeren;

  • f. Skal verschaft de NVWA jaarlijks een prognose van aanlevering welke vallen onder a, b, d en e. Met deze prognose wordt rekening gehouden bij het opstellen van de jaarplanning van de NVWA;

  • g. Skal meldt de zaken genoemd onder a, b en d met behulp van het daarvoor bestemde online formulier aan het Klantcontactcentrum (KCC) NVWA.

Artikel 3 (Inspanningsverplichtingen NVWA)

  • a. De NVWA verschaft Skal de analyse uitslagen van biologische producten en de NAW-gegevens van Skal geregistreerden;

  • b. Meldingen als genoemd in artikel 2, onder b, worden door de NVWA beoordeeld op aard en ernst en beschouwd als een economisch delict (WED, artikel 1 4˚);

  • c. Meldingen als genoemd in artikel 2, onder d, worden door de NVWA gewogen op aard en ernst. Vervolgens zorgt de NVWA voor een passende aanpak;

  • d. De NVWA zal op redelijke termijn voorafgaand aan externe berichtgeving Skal informeren over de voorgenomen berichtgeving indien deze betrekking heeft op biologische producten;

  • e. De NVWA informeert Skal in algemene zin actief over afwijkingen tijdens inspecties bij biologische bedrijven die van invloed kunnen zijn op de biologische status van bedrijven met in achtneming van eventueel lopende juridische procedures;

  • f. De NVWA informeert Skal actief over het gebruik van biologische aanduidingen door bedrijven die niet bij Skal geregistreerd zijn.

Artikel 4 (Gegevensverwerking)

De gegevens als bedoeld in van artikel 2 en artikel 3 worden voor geen andere doeleinden verwerkt dan is opgenomen in deze samenwerkingsovereenkomst tenzij dit voortvloeit uit wettelijke verplichtingen.

Artikel 5 (Wettelijke taak)

De informatie die de NVWA van Skal heeft verkregen, wordt door de NVWA uitsluitend aangewend binnen de NVWA en het kern Ministerie, ten behoeve van de uitvoering van wettelijke taken. De informatie die Skal van de NVWA heeft verkregen wordt uitsluitend aangewend binnen Skal, het kern Ministerie, ten behoeve van de uitvoering van wettelijke taken.

Artikel 6. (Beveiliging)

  • 1. Skal en NVWA hebben beveiligingsmaatregelen genomen die zijn genoemd in de bijlage 2 die bij deze samenwerkingsovereenkomst hoort. Bij het nemen van de beveiligingsmaatregelen is rekening gehouden met de te mitigeren risico’s, de stand van de techniek en de kosten van de beveiligingsmaatregelen. Deze beveiligingsmaatregelen omvatten in ieder geval:

    • a. de encryptie/pseudonimisering (versleuteling) van Persoonsgegevens;

    • b. het vermogen om op permanente basis de vertrouwelijkheid, integriteit, beschikbaarheid en veerkracht van de verwerkingssystemen en diensten te garanderen;

    • c. het vermogen om bij een fysiek of technisch incident de beschikbaarheid van en de toegang tot de Persoonsgegevens tijdig te herstellen;

    • d. een procedure voor het op gezette tijdstippen testen, beoordelen en evalueren van de doeltreffendheid van de technische en organisatorische maatregelen ter beveiliging van de verwerking van Persoonsgegevens.

  • 2. Skal en de NVWA hebben zich goed geïnformeerd over de beveiligingsmaatregelen die zijn genomen en partijen zijn van mening dat deze maatregelen een beveiligingsniveau hebben dat past bij de aard van de Persoonsgegevens en de omvang, context, doeleinden en risico’s van de verwerking.

  • 3. Partijen erkennen dat het waarborgen van een passend beveiligingsniveau voortdurend kan dwingen tot het treffen van aanvullende beveiligingsmaatregelen.

  • 4. Partijen bieden passende waarborgen voor de toepassing van de technische en organisatorische beveiligingsmaatregelen met betrekking tot de te verrichten persoonsgegevensverwerkingen.

Artikel 7. (Archiefwet)

  • 1. Op de zorg voor en de bewaring van de onder deze samenwerkingsafspraken vallende gegevens is ook de Archiefwet 1995 van toepassing;

  • 2. De onder deze samenwerkingsafspraken vallende gegevens worden niet langer bewaard dan de hiervoor krachtens de Archiefwet 1995 geldende termijn.

Artikel 8. (Verhouding met andere afspraken en andere wettelijke bepalingen)

  • 1. Verstrekking van gegevens en openbaarmaking van gegevens vindt plaats met inachtneming van de relevante regelgeving (zie met name artikel 31 van Verordening (EG) Nr. 834/2007, de AVG en de Wet openbaarheid van bestuur);

  • 2. De afspraken in deze samenwerking hebben geen invloed op bestaande afspraken die door de NVWA of Skal met derden zijn gemaakt.

Artikel 9 (Geschillenbeslechting)

  • 1. De afspraken en inspanningsverplichtingen in deze samenwerking binden de betrokken partijen doch zijn niet in rechte afdwingbaar;

  • 2. In geval de partijen tijdens de duur van deze samenwerking van mening verschillen omtrent de interpretatie of de uitvoering van de gemaakte afspraken zullen zij trachten door middel van onderling overleg tot een regeling dan wel een oplossing te komen;

  • 3. Indien partijen ondanks de inspanningen genoemd in het voorgaande lid er niet in slagen om een gedragen oplossing te vinden, zullen zij zich met hun op schrift gestelde versie van hun visie en oplossingsrichting wenden tot het Beleidsmatig overleg genoemd in Bijlage I tussen de partijen.

  • 4. Dit Beleidsmatig overleg, waar zowel Skal als NVWA zitting in neemt, neemt dan vervolgens een besluit over het ontstane geschil en de wijze van communicatie en legt de uitkomst ervan vast.

Artikel 10 (Kostenneutraliteit)

Er vindt nog geen onderlinge kostenverrekening plaats; partijen dragen hun eigen kosten.

Artikel 11 (Inwerkingtreding, overleg en evaluatie)

  • 1. Deze samenwerkingsafspraken treden in werking op het moment van ondertekening en, gelden daarna voor drie jaar;

  • 2. Deze samenwerkingsafspraken zijn met een opzegtermijn van zes maanden opzegbaar, nadat is afgesproken en schriftelijk vastgelegd met wederzijds goedvinden hoe de lopende zaken worden afgerond;

  • 3. De NVWA en Skal stellen een overlegstructuur op zodat op verschillende niveaus overleg plaatsvindt over de uitvoering van deze samenwerkingsafspraken (Bijlage I);

  • 4. Partijen wijzigen deze afspraken uitsluitend schriftelijk en met onderlinge instemming.

Getekend te Utrecht op 24 juni 2019

Namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,de Inspecteur-generaal van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit R.J.T. van Lint

Namens Stichting Skal, de Voorzitter R.J. Dortland

BIJLAGE I, OVERLEGSTRUCTUUR

Bestuurlijk overleg

Eenmaal per jaar, bij voorkeur in januari, vindt er tussen het hoofd van de directie Handhaven NVWA en de voorzitter van het bestuur van Skal Biocontrole een overleg plaats. Het doel hiervan is om op hoofdlijnen de ontwikkelingen in de keten van biologische producten te bespreken en de gevolgen voor de samenwerking in het toezicht van Skal en van NVWA.

Eventuele besluiten vanuit dit overleg worden schriftelijk vastgelegd.

Leden: Directeur Handhaven NVWA; voorzitter bestuur Skal

Beleidsmatig overleg

Tweemaal per jaar, bij voorkeur in maart en in september, vindt er tussen het hoofd van de divisie R&E NVWA en de directeur van Skal bio controle een overleg plaats. Het doel hiervan is om toezichtontwikkeling, ondersteuning/afstemming bij incidenten, kwaliteit van het toezicht te bespreken.

Agendapunten bijvoorbeeld:

  • Vaststellen samenwerkingsovereenkomst

  • Jaarplan en Financiering

  • Evaluatie voorgaande jaar

  • Beleidsontwikkelingen

  • Integrale risico analyses (IRA’s)

Dit beleidsmatig overleg wordt voorbereid door de accounthouders van NVWA en Skal. Eventuele besluiten vanuit dit overleg worden schriftelijk vastgelegd.

Leden: hoofd divisie R&E, hoofd afdeling Regie, Front NVWA, directeur Skal, manager Toezicht en Ontwikkeling Skal.

Inhoudelijk overleg

Naar behoefte, circa 3x per jaar vindt er inhoudelijk overleg plaats. Het doel is om uitvoeringskwesties af te stemmen, zoals de aanpak gebruik van biociden of de aanpak attenderingen, maar ook kan het proces van vragen en meldingen aan de orde komen. Daarnaast zal tevens maatwerkoverleg plaatsvinden met de coördinator van het FEK bij vermoeden van fraude met biologische producten.

De coördinatie van dit overleg ligt bij team Front. Relevante punten worden teruggekoppeld aan team Front. Eventuele besluiten vanuit dit overleg worden schriftelijk vastgelegd.

Leden: senior inspecteur NVWA, manager Toezicht en Ontwikkeling Skal

BIJLAGE II, PASSENDE TECHNISCHE EN ORGANISATORISCHE MAATREGELEN

Skal en NVWA verklaren onder andere de volgende technische en/of organisatorische maatregelen te hebben getroffen om te kunnen voldoen aan hetgeen is bepaald in artikel 6. (Beveiliging) van deze set aan samenwerkingsafspraken.

Technische beveiligingsmaatregelen:

  • Up-to-date firewall.

  • Up-to-date anti-virus software.

  • Unieke inlogcode en wachtwoord (die we regelmatig aanpassen).

  • Waar mogelijk dubbele autorisaties bij toegang tot systeem en applicaties.

  • Waar mogelijk inzetten van beveiligde klantportals.

  • Accurate beveiliging medewerkerstelefoon.

  • Geen gebruik van onbeveiligde externe harde schijven.

  • Geen gebruik van USB-Sticks.

Organisatorische beveiligingsmaatregelen

  • Alle medewerkers tekenen een geheimhoudingsovereenkomst.

  • Medewerkers hebben alleen toegang tot applicatie die noodzakelijk is voor uitvoering werkzaamheden.

  • Locken van desktop en laptop bij inactiviteit.

  • Laptop niet onbemand achterlaten.

  • Laptop nooit achterlaten in de auto.

  • We testen en evalueren onze beveiligingsmaatregelen regelmatig.

  • Oude documenten, data en hardware op veilige manier vernietigen.

BIJLAGE III, AFSPRAKEN BETREFFENDE INBREUK IN VERBAND MET PERSOONSGEGEVENS

In geval van een door de partijen geconstateerde inbreuk op de beveiliging van Persoonsgegevens of van een verlies of aantasting van Persoonsgegevens zal hiervan binnen 48 (achtenveertig) uur na de ontdekking op de hoogte stellen door middel van het verzenden van een e-mail naar het bekende e-mailadres van partijen.

In deze e-mail zal de partij die verantwoordelijk is voor de inbreuk op de beveiliging van Persoonsgegevens in ieder geval aangeven dat sprake is geweest van een Inbreuk in verband met Persoonsgegeven, wat de (vermeende) oorzaak is daarvan het de Inbreuk in verband met Persoonsgegevens, wat het (vooralsnog bekende en/of te verwachten) gevolg is, wat de (voorgestelde) oplossing is en wie reeds geïnformeerd is.

BIJLAGE IV, MELDEN DATALEKKEN

Afspraken betreffende Inbreuken in verband met Persoonsgegevens

Het doel van deze bijlage is dat NVWA en Skal als verantwoordelijken elkaar goed informeren in verband met inbreuken van persoonsgegevens.

Melding

A). Direct nadat een inbreuk op de beveiliging van door de door de NVWA verstrekte (persoons)gegevens is ontdekt of een datalek wordt vermoed, wordt dit onverwijld schriftelijk (doch uiterlijk binnen 24 uur) aan de privacyfunctionaris van de NVWA, via: beveiligingsincidentmeldingen@nvwa.nl gemeld.

Ook vraagt de NVWA dat uw contactpersoon bij het team Openbaarmaking en Privacy van de NVWA op de hoogte te brengen van het (vermoedelijke) datalek, via: privacy@nvwa.nl.

B). Direct nadat een inbreuk op de beveiliging van door de door Skal Bio Controle verstrekte (persoons)gegevens is ontdekt of een datalek wordt vermoed, wordt dit onverwijld schriftelijk (doch uiterlijk binnen 24 uur) aan de privacyfunctionaris van Skal Bio Controle, via: jurist@skal.nl

Aan de hand van de verstrekte informatie wordt door de privacyfunctionaris besloten of er een melding van het datalek moet worden gedaan bij de Autoriteit Persoonsgegevens (AP).

De verantwoordelijkheid voor het melden bij de AP en het informeren van de betrokkenen ligt bij de NVWA en bij Skal Bio Controle. Beide partijen beslissen verder over de wijze waarop de betrokkene in voorkomende gevallen geïnformeerd moet gaan worden. Het kan zijn dat de betrokkene(n) betrokken wordt. Het doel van de meldplicht datalekken is immers gericht op de beperking van schade voor een betrokkene.

Naar boven