Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 30 september 2019, nr. IENW/BSK-2019/202197, tot wijziging van de Binnenvaartregeling in verband met de overdracht van taken van de VAMEX aan het CBR en enkele wijzigingen van de bijlagen met betrekking tot geneeskundige onderzoeken

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 26, eerste lid, van de Binnenvaartwet en de artikelen 19 en 25, tweede lid, van het Binnenvaartbesluit;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Binnenvaartregeling wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.1, eerste lid, onder 2°, wordt ‘Minister van Infrastructuur en Milieu’ vervangen door ‘Minister van Infrastructuur en Waterstaat’.

B

Artikel 6.9 komt te luiden:

De aanvrager die met toepassing van artikel 26, eerste lid, van het besluit, een eigen verklaring overlegt aan het CBR, maakt daartoe gebruik van het door het CBR vastgesteld model.

C

In artikel 7.8, derde lid, onderdeel a, wordt ‘de Stichting VAMEX’ vervangen door ‘het CBR’.

D

In artikel 10.2, onder b, wordt ‘Ministerie van Infrastructuur en Milieu’ vervangen door ‘Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat’.

E

Artikel 12.3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt ‘vóór 1 januari 2010’ vervangen door ‘tot 1 januari 2020’.

2. Het eerste lid vervalt onder vernummering van het tweede en derde lid tot eerste en tweede lid.

F

Artikel 12.5 komt te luiden:

De tot 1 juli 2009 door de Stichting Commissie Watersport Opleidingen te Nieuwegein afgegeven diploma’s CWO groot motorschip alsook het door Scouting Nederland afgegeven diploma Machtiging voor bootleiding (MBL) M3 en het tot 1 januari 2020 door de Stichting VAMEX afgegeven diploma CWO groot motorschip gelden als het in artikel 7.8, derde lid, onderdeel a, bedoelde door het CBR afgegeven diploma.

G

Bijlage 6.2 komt te luiden:

H

Bijlage 6.3 komt te luiden:

I

Bijlage 6.4 vervalt.

J

Bijlage 7.3, onder de titel Model-klein vaarbewijs/ICC voor de binnenvaart, wordt als volgt gewijzigd:

1. De eerste zin komt te luiden:

(85 mm x 54 mm)

2. Het model klein vaarbewijs/ICC voor de binnenvaart wordt vervangen door de volgende modellen:

K

Bijlage 7.4, onder de titel Model-groot pleziervaarbewijs/ICC, wordt als volgt gewijzigd:

1. De eerste zin komt te luiden:

(85 mm x 54 mm)

2. Het model groot pleziervaarbewijs/ICC voor de binnenvaart wordt vervangen door de volgende modellen:

L

Bijlage 7.5, onder de titel Model-ICC, als bedoeld in artikel 7.1, wordt als volgt gewijzigd:

1. De eerste zin komt te luiden:

(85 mm x 54 mm)

2. Het model-ICC wordt vervangen door het volgende model:

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2020.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

TOELICHTING

Bij brief van 16 mei 2014 heeft het kabinet besloten dat de taken van de Stichting Vaarbewijzen en Marifoonexamens (VAMEX) ondergebracht worden bij Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR). Dit besluit is genomen naar aanleiding van het rapport van de commissie-De Leeuw (Herpositionering zelfstandige bestuursorganen). De taken die overgenomen worden door het CBR betreffen het mogen afnemen van examens voor de recreatievaart (Klein Vaarbewijs en Groot Pleziervaartbewijs) en het internationaal certificaat van competentie als bedoeld in resolutie 40, nr. TRANS/SC.3/147, van de Working Party on Inland Transport van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties, van 16 oktober 1998 (ICC).

Deze regeling voorziet in het aanwijzen van het CBR als exameninstelling per 1 januari 2020 voor het mogen afnemen van examens voor de recreatievaart en de afgifte van bijbehorende vaarbewijzen. De aan het CBR opgedragen taken worden uitgevoerd binnen de divisie CCV en maken integraal onderdeel uit van het CBR takenpakket.

Administratieve lasten

De overgang van taken van VAMEX naar het CBR leveren geen extra administratieve lasten op voor de gebruikers. De examens blijven hetzelfde en worden binnen het bestaande examensysteem van het CBR afgenomen. Datzelfde geldt voor het aanmelden en het aanvragen van een vaarbewijs. Omdat VAMEX vanaf 1 januari 2020 geen zelfstandig bestuursorgaan (zbo) meer zal zijn, vervallen de specifieke toezichtlasten. Het toezicht op deze taken wordt onderdeel van het al bestaande toezicht op het CBR.

Het CBR doet de Minister jaarlijks een tariefvoorstel voor de aan de gebruikers in rekening te brengen tarieven.

De verantwoording van de aan het CBR opgedragen taken geschiedt via de jaarverantwoording die het CBR op grond van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen op 15 maart ter goedkeuring aanbiedt aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat.

Regeldruk

De overgang van taken van VAMEX naar het CBR heeft geen effect op de regeldruk.

Uitvoerbaarheid & handhaafbaarheid

Omdat het hier gaat over een neutrale overdracht van taken, is geen HUF-toets uitgevoerd.

Vaste verandermomenten

De regeling treedt conform de vaste verandermomenten in werking per 1 januari 2020.

Artikelsgewijs

Onderdelen A, D en H

Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt een aantal redactionele wijzigingen door te voeren als gevolg van het aantreden van het kabinet Rutte-III. Met de onderdelen A en C worden de naam van ‘Onze Minister van Infrastructuur en Milieu’ naar ‘Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat’, en ‘Ministerie van Infrastructuur en Milieu’ naar ‘Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat’ gewijzigd. Dit laatste geldt ook voor het modelformulier in bijlage 6.3, zij het dat het daar de Engelse benaming betreft.

Onderdelen B, C, E tot en met G en I tot en met L

Met de onderdelen B en I wordt vastgesteld dat een aanvrager die de mogelijkheid tot het overleggen van een eigen verklaring wil gebruiken, daarvoor gebruik maakt van een door het CBR vast te stellen modelformulier. De eigen verklaring wordt gebruikt om, ter verkrijging van een vaarbewijs, een geneeskundig onderzoek achterwege te laten. Met de overdracht van taken van de VAMEX aan het CBR komen alle vaarbewijzen waar zo’n eigen verklaring op van toepassing kan zijn bij het CBR terecht. Daardoor is er geen noodzaak meer een modelformulier in de Binnenvaartregeling te handhaven. Het CBR is verantwoordelijk voor de wijzigingen van een modelformulier, overeenkomstig de huidige werkwijze die het CBR hanteert voor rijbewijzen. Hiermee vervalt bijlage 6.4 en het daarin opgenomen modelformulier.

De wijzigingen in onderdelen C en E tot en met G zijn het directe gevolg van de overdracht van de bevoegdheden van de VAMEX naar het CBR. In de onderdelen C en G wordt VAMEX vervangen voor CBR. De onderdeel F betreft een overgangsregeling waarbij enkele reeds behaalde diploma’s geldig blijven. Met deze wijziging wordt het door de VAMEX afgegeven diploma CWO groot motorschip toegevoegd aan de lijst diploma’s die te gelden hebben als het vanaf 1 januari 2020 door het CBR afgegeven diploma. Met onderdeel G wordt bewerkstelligd dat reeds afgegeven vaarbewijzen geldig blijven, totdat hun geldigheid is verstreken.

De onderdelen J tot en met L zien op de wijzigingen van de bijlagen 7.3, 7.4 en 7.5, als gevolg van het invoeren van nieuwe modellen voor de vaarbewijzen die door het CBR worden uitgegeven. Hiermee vervallen de modellen van de VAMEX.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

Naar boven