Informatieverstrekking aanmelding en wijzigingen Wlz-uitvoerderschap

Vastgesteld op 13 augustus 2019

REGELING TH/NR-015

Grondslag

De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) houdt op grond van artikel 16, onderdeel d, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) toezicht op de rechtmatige en doelmatige uitvoering van de Wet langdurige zorg (Wlz).

Op grond van artikel 4.1.1, vierde lid, van de Wlz mag een rechtspersoon de Wlz niet eerder uitvoeren dan nadat de NZa heeft vastgesteld dat die rechtspersoon in voldoende mate is voorbereid op de uitvoering van de wet. Ten behoeve van deze beoordeling gaat de NZa ten minste na of de rechtspersoon die de wet wenst te gaan uitvoeren voldoet aan de in artikel 4.1.1, eerste lid, Besluit langdurige zorg (Blz) gestelde eisen. Ter beoordeling van de eisen uit artikel 4.1.1, eerste lid, Blz laat de NZa zich door de rechtspersoon zijn statuten alsmede een programma van werkzaamheden overleggen. Op grond van artikel 4.1.1, vierde lid, van het Blz is de NZa bevoegd om nadere regels te stellen omtrent de inhoud van het programma van werkzaamheden.

Na aanmelding is de rechtspersoon op grond van artikel 4.1.1, tweede lid, Wlz verplicht te voldoen aan de voorschriften die bij of krachtens deze wet aan Wlz-uitvoerders zijn opgelegd. De Wlz-uitvoerder dient op basis van artikel 4.1.1, vijfde lid, van de Wlz er ook zorg voor te dragen dat het dagelijks beleid wordt bepaald of mede wordt bepaald door personen die geschikt zijn in verband met de uitvoering van de wettelijke taken en daaruit voorvloeiende werkzaamheden, en wier betrouwbaarheid buiten twijfel staat. De NZa stelt op grond van artikel 4.1.2, eerste lid, van het Blz vast of de Wlz-uitvoerder er zorg voor heeft gedragen dat de geschiktheid en de betrouwbaarheid van voornoemde personen buiten twijfel staat.

Ingevolge artikel 62 en artikel 68 van de Wmg is de NZa bevoegd tot het stellen van regels op het gebied van informatieverstrekking door Wlz-uitvoerders om vast te kunnen stellen of de Wlz-uitvoerders voldoen aan de eisen bij of krachtens de Wlz gesteld, waaronder de voornoemde eisen.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt, tenzij anders vermeld, verstaan onder:

Aanmelding:

Aanmelding van de Wlz-uitvoerder conform artikel 4.1.1, eerste lid, van de Wlz.

Beleidsbepalers:

Personen die het dagelijks beleid van de Wlz-uitvoerder bepalen. Hieronder zijn ieder geval te verstaan de statutair bestuurders.

BW:

Burgerlijk Wetboek.

Blz:

Besluit langdurige zorg.

Compliancefunctie:

Onafhankelijke functie bestaande uit het totaal aan activiteiten om erop toe te zien dat de rechtspersoon wettelijke voorschriften en interne afspraken en procedures naleeft.

Functie:

Beschreven hoedanigheid, dan wel samenstel van positionering, taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden, ingericht ten behoeve van een eveneens beschreven doel, c.q. resultaat.

Interne auditfunctie:

Onafhankelijke functie bestaande uit het totaal aan periodieke controleactiviteiten om te waarborgen dat de organisatie-inrichting en de processen, procedures en maatregelen van de rechtspersoon effectief zijn.

Interne toezichthouders:

De personen die statutair zijn belast met toezicht op het beleid van het bestuur en op de algemene gang van zaken in de rechtspersoon en de daarmee verbonden onderneming.

Medebeleidsbepalers:

Personen die het dagelijks beleid mede bepalen dan wel een (leidinggevende) functie vervullen direct onder het echelon van de beleidsbepalers (en verantwoordelijk zijn voor natuurlijke personen) wier werkzaamheden het risicoprofiel van de onderneming wezenlijk kunnen beïnvloeden.

Risicobeheerfunctie:

Onafhankelijke functie bestaande uit het totaal aan risicobeheeractiviteiten en -processen die erop gericht zijn om de risico’s binnen vooraf gestelde aanvaardbare grenzen te houden.

Sleutelfunctiehouder:

Persoon, zijnde een medebeleidsbepaler, die eindverantwoordelijk is voor één van de functies van compliance, interne audit of risicobeheer.

Wlz:

Wet langdurige zorg.

Wlz-uitvoerder:

Wlz-uitvoerder als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Wlz.

Wmg:

Wet markordening gezondheidszorg.

Zorgverzekeraar:

Zorgverzekeraar als bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van de Zvw.

Zvw:

Zorgverzekeringswet.

Artikel 2 Doel van de regeling

Deze regeling beoogt regels te stellen ten aanzien van de informatie die een Wlz-uitvoerder moet indienen bij de NZa ten tijde van de aanmelding en, ten aanzien van reeds aangemelde Wlz-uitvoerders waarvan eerder is vastgesteld dat zij voldoende zijn voorbereid op uitvoering van de Wlz, bij wijzigingen in die feiten en omstandigheden zoals die bij aanmelding zijn getoetst door de NZa.

Voornoemde informatie gebruikt de NZa in de beoordeling of (nog steeds) wordt voldaan aan de eisen die bij en krachtens de Wlz worden gesteld aan Wlz-uitvoerders.

Artikel 3 Reikwijdte

Deze regeling is van toepassing op Wlz-uitvoerders als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Wlz.

Artikel 4 Aanmelding

  • 1. De Wlz-uitvoerder meldt zich aan bij de NZa, uiterlijk 1 juli in het jaar voorafgaande aan het jaar waarin hij voornemens is de Wlz uit te gaan voeren.

  • 2. De aanmelding bevat de naam van de Wlz-uitvoerder, de contactpersoon, statutaire vestiging, het vestigingsadres, het telefoonnummer en het e-mailadres.

  • 3. De Wlz-uitvoerder levert de aanmelding inclusief de informatie conform artikel 6 tot en met artikel 15 van deze regeling schriftelijk aan via het Uitwisselportaal van de NZa. De aanmelding dient te worden geadresseerd aan div@nza.nl onder vermelding van het kenmerk ‘Aanmelding en wijzigingen Wlz-uitvoerder TH/NR-015’ in de onderwerpregel.

    Indien de Wlz-uitvoerder geen toegang heeft tot het Uitwisselportaal van de NZa, dan kan toegang worden aangevraagd per e-mail (info@nza.nl). Hierbij dient de Wlz-uitvoerder de volgende gegevens ten aanzien van de beoogde gebruiker aan te leveren:

    • Naam organisatie;

    • Voornaam;

    • Achternaam;

    • E-mailadres;

    • Mobiele telefoonnummer.

Artikel 5 Het melden van wijzigingen

  • 1. De Wlz-uitvoerder meldt relevante wijzigingen met betrekking tot artikel 6 tot en met artikel 12 en artikel 14 en artikel 15 van deze regeling en die van invloed kunnen zijn op het blijven voldoen aan artikel 4.1.1 en artikel 4.1.2 van het Blz aan de NZa. Deze wijzigingen dienen minimaal zes weken voorafgaand aan de beoogde dag van effectuering te worden gemeld. De Wlz-uitvoerder maakt de inhoud van de wijziging inzichtelijk en stuurt informatie mee op basis van artikel 6 tot en met artikel 12 en artikel 14 en artikel 15 van deze regeling ten aanzien van de betreffende wijziging, ter beoordeling van het blijven voldoen aan artikel 4.1.1 en artikel 4.1.2 van het Blz.

  • 2. Als tijdelijk niet kan worden voldaan aan de eisen uit artikel 4.1.1 van het Blz, dan dient dit onverwijld te worden gemeld bij de NZa, waarbij wordt aangetoond op welke wijze de doeleinden die de eisen beogen te bereiken anderszins worden bereikt.

  • 3. De Wlz-uitvoerder meldt benoemingen, herbenoemingen en wijzigingen van functies van personen als bedoeld in artikel 4.1.1, vijfde lid, van de Wlz aan de NZa, minimaal zes weken voorafgaand aan de dag waarop de (her)benoeming of wijziging is beoogd.

  • 4. De Wlz-uitvoerder meldt het terugtreden van personen als bedoeld in artikel 4.1.1, vijfde lid, van de Wlz aan de NZa, minimaal zes weken voorafgaand aan de dag waarop de betreffende functieuitoefening wordt beëindigd. Bij deze melding wordt de reden voor terugtreden toegelicht.

  • 5. Van het niet of niet tijdig aanleveren is sprake wanneer wijzigingen zijn doorgevoerd zonder aanlevering van de in de artikel 6 tot en met artikel 12 en artikel 14 en artikel 15 genoemde informatie, of zonder dat bij die aanlevering de in artikel 5, eerste tot en met het vierde lid, genoemde termijn in acht is genomen.

  • 6. De Wlz-uitvoerder levert de melding inclusief de informatie als bedoeld in de voorgaande leden schriftelijk aan via het Uitwisselportaal van de NZa. De melding dient te worden geadresseerd aan div@nza.nl onder vermelding van het kenmerk ‘Aanmelding en wijzigingen Wlz-uitvoerder TH/NR-015’ in de onderwerpregel.

    Indien de Wlz-uitvoerder geen toegang heeft tot het Uitwisselportaal van de NZa, dan kan toegang worden aangevraagd per e-mail (info@nza.nl). Hierbij dient de Wlz-uitvoerder de volgende gegevens ten aanzien van de beoogde gebruiker aan te leveren:

    • Naam organisatie;

    • Voornaam;

    • Achternaam;

    • E-mailadres;

    • Mobiele telefoonnummer.

Te verstrekken informatie

Artikel 6 Onderdeel van groep

Om te beoordelen of de Wlz-uitvoerder voldoet aan de in artikel 4.1.1, eerste lid, onderdeel a, van het Blz genoemde eis dat de rechtspersoon behoort tot een groep als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het BW waarvan ten minste één zorgverzekeraar deel uitmaakt levert de Wlz-uitvoerder ten minste aan:

  • i. een organogram en beschrijving van de groep, inclusief positionering van de Wlz-uitvoerder en de aandeelhoudersstructuur;

  • ii. bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel.

Artikel 7 Statuten

Om te beoordelen of de statuten van de rechtspersoon voldoen aan het bij en krachtens artikel 4.1.2 van de Wlz gestelde levert de Wlz-uitvoerder ten minste aan:

  • i. de meest actuele statuten van de Wlz-uitvoerder.

Artikel 8 Organisatiestructuur

Om te beoordelen of de Wlz-uitvoerder voldoet aan de in artikel 4.1.1, eerste lid, onderdeel c, van het Blz genoemde eis dat de rechtspersoon een duidelijke, evenwichtige en adequate organisatiestructuur heeft, levert de Wlz-uitvoerder ten minste aan:

  • i. een organogram van de Wlz-uitvoerder;

  • ii. een overzicht met de namen van de (mede)beleidsbepalers en interne toezichthouders;

  • iii. een beschrijving van de organisatiestructuur, waaronder governancestructuur omvattende de (mede)beleidsbepalers en de interne toezichthouders;

  • iv. een beschrijving van de positionering van (mede)beleidsbepalers en interne toezichthouders binnen de Wlz-uitvoerder;

  • v. een beschrijving van de positionering van de functies van compliance, interne audit en risicobeheer binnen de Wlz-uitvoerder of de groep;

  • vi. een beschrijving van de inrichting van de functies van compliance, interne audit en risicobeheer, inclusief eventuele daaraan ten grondslag liggende overeenkomst(en);

  • vii. de gehanteerde procedures voor werving en toetsing van de geschiktheid en betrouwbaarheid van de (mede)beleidsbepalers en de interne toezichthouders;

  • viii. het opleidingsplan voor alle medewerkers.

Artikel 9 Verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden

Om te beoordelen of de Wlz-uitvoerder voldoet aan de in artikel 4.1.1, eerste lid, onderdeel d, van het Blz genoemde eis dat de rechtspersoon een duidelijke, evenwichtige en adequate verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden heeft, levert de Wlz-uitvoerder ten minste aan;

  • i. een beschrijving van het orgaan ter borging van verzekerdeninvloed en de wijze van samenstelling van dit orgaan;

  • ii. een beschrijving van de besluitvormingsprocessen en frequentie van vergaderen van de gremia waarin de (mede)beleidsbepalers, interne toezichthouders en de functies van compliance, interne audit en risicobeheer zijn georganiseerd;

  • iii. een beschrijving van de verdeling van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de (mede)beleidsbepalers, interne toezichthouders en de functies van compliance, interne audit en risicobeheer, waarbij aandacht wordt besteed aan onafhankelijke uitvoering;

  • iv. de functieprofielen van de (mede)beleidsbepalers en de interne toezichthouders;

  • v. de interne reglementen van de gremia waarin de (mede)beleidsbepalers, interne toezichthouders en de functies van compliance, interne audit en risicobeheer zijn georganiseerd en van het orgaan ter borging van verzekerdeninvloed.

Artikel 10 Rechten en verplichtingen

Om te beoordelen of de Wlz-uitvoerder voldoet aan de in artikel 4.1.1, eerste lid, onderdeel e, van het Blz genoemde eis dat de rechten en verplichtingen binnen de rechtspersoon adequaat zijn vastgelegd, levert de Wlz-uitvoerder ten minste aan;

  • i. de informatie die beschikbaar wordt gesteld aan verzekerden over hun rechten en verplichtingen;

  • ii. een beschrijving van de wijze waarop verzekerden worden geïnformeerd over hun rechten en verplichtingen;

  • iii. een beschrijving van de wijze waarop rechten en verplichtingen die door de organisatie worden aangegaan, worden vastgelegd.

Artikel 11 Bedrijfsvoering vastgelegd en afgestemd

Om te beoordelen of de Wlz-uitvoerder voldoet aan de in artikel 4.1.1, eerste lid, onderdeel g, van het Blz genoemde eis dat de bedrijfsvoering van de rechtspersoon op een inzichtelijke wijze is vastgelegd en is afgestemd op de werkzaamheden die de rechtspersoon als Wlz-uitvoerder zal uitvoeren of laten uitvoeren, levert de Wlz-uitvoerder ten minste aan:

  • i. een beschrijving van de werkzaamheden van de Wlz-uitvoerder en de wijze waarop deze zijn ingericht in de organisatie;

  • ii. indien van toepassing, een beschrijving van het voorgenomen gebruik van volmacht/uitbesteding, inclusief de daaraan ten grondslag liggende overeenkomst(en);

  • iii. het handboek Administratieve Organisatie;

  • iv. het Intern Controleplan, inclusief risicoanalyse;

  • v. het beleid ten aanzien van het risicobeheersysteem.

Artikel 12 Rapportagelijnen, informatievoorziening en communicatie

Om te beoordelen of de Wlz-uitvoerder voldoet aan de in artikel 4.1.1, eerste lid, onderdeel f, van het Blz genoemde eis dat de rechtspersoon beschikt over adequate rapportagelijnen en over een adequaat systeem van informatievoorziening en communicatie, levert de Wlz-uitvoerder ten minste aan:

  • i. een beschrijving van de wijze waarop en wanneer de functies compliance, interne audit en risicobeheer rapporteren aan de (mede)beleidsbepalers en interne toezichthouders;

  • ii. een beschrijving van de wijze waarop en wanneer de (mede)beleidsbepalers en interne toezichthouders aan elkaar rapporteren;

  • iii. een beschrijving van het informatiesysteem dat wordt gebruikt voor de Wlz en op welke wijze dit is gescheiden van het informatiesysteem van de overige onderdelen van de groep;

  • iv. een beschrijving van procedures en maatregelen om de continuïteit, integriteit, voortdurende beschikbaarheid en beveiliging van geautomatiseerde gegevensverwerking te waarborgen;

  • v. een beschrijving van de systematiek van het opstellen en onderhouden van procesbeschrijvingen;

  • vi. het beleid en de richtlijnen van ieder van de functies van compliance, interne audit en risicobeheer.

Artikel 13 Verwachte beheerskosten

Om te beoordelen of de Wlz-uitvoerder voldoet aan de in artikel 4.1.1, eerste lid, onderdeel h, van het Blz genoemde eis dat, gegeven de verwachte beheerskosten die de rechtspersoon als Wlz-uitvoerder zal maken, zal kunnen worden voorzien in een recht- en doelmatige uitvoering van de wet, levert de Wlz-uitvoerder bij aanmelding ten minste aan;

  • i. een beschrijving en onderbouwing van de verwachte beheerskosten voor de eerste 3 jaar.

Artikel 14 Geschiktheid

Om vast te stellen of de Wlz-uitvoerder er zorg voor heeft gedragen dat de geschiktheid van personen als bedoeld in artikel 4.1.1, vijfde lid, van de Wlz buiten twijfel staat:

  • i. levert de Wlz-uitvoerder bij benoeming ten minste aan:

    • a. de gehanteerde procedure voor werving en toetsing van de geschiktheid van de (mede)beleidsbepalers en de interne toezichthouders voor de functie bij de Wlz-uitvoerder, tenzij deze procedure al eerder is aangeleverd en ongewijzigd is gebleven;

    • b. het functieprofiel van de betreffende (mede)beleidsbepaler(s) en/of interne toezichthouder(s) voor de functie bij de Wlz-uitvoerder;

    • c. een beschrijving van de besluitvorming en overwegingen ten aanzien van de geschiktheid bij de benoeming van de (mede)beleidsbepaler(s) en/of de interne toezichthouder(s) voor de functie bij de Wlz-uitvoerder, inclusief tijdsbesteding welke is gerelateerd aan de tijdsbesteding voor andere functies die de (mede)beleidsbepaler en/of interne toezichthouder uitvoert;

    • d. indien een toetsing van geschiktheid heeft plaatsgevonden door andere toezichthouders met uitzondering van DNB en AFM, de beschikking inhoudende de uitkomst van deze beoordeling;

    • e. een toelichting op de voorbereiding van de functie door de (mede)beleidsbepaler(s) en/of de interne toezichthouder(s) voor de functie bij de Wlz-uitvoerder;

    • f. de ingevulde geschiktheidsmatrices van de beleidsbepalers en de interne toezichthouders (zie bijlagen 1 en 2) voor de functie bij de Wlz-uitvoerder;

    • g. de persoonsgegevens van de te benoemen (mede)beleidsbepaler(s) en/of interne toezichthouder(s):

      • 1. naam (achternaam, voorletter(s), titel(s));

      • 2. geboortedatum en geboorteplaats;

      • 3. nationaliteit;

      • 4. privé-adres;

      • 5. functie(s);

      • 6. beoogde ingangsdatum functie;

      • 7. curriculum vitae;

      • 8. relevante geldige diploma’s voor de functie bij de Wlz-uitvoerder.

  • ii. levert de Wlz-uitvoerder bij herbenoeming in dezelfde functie aan:

    • a. de relevante wijzigingen in feiten en omstandigheden met betrekking tot de geschiktheid ten opzichte van de voorgaande (her)benoeming(en) in de betreffende functie;

    • b. de gehanteerde procedure voor hertoetsing van de continue geschiktheid van de (mede)beleidsbepalers en de interne toezichthouders, tenzij deze procedure al eerder is aangeleverd bij de NZa en ongewijzigd is gebleven;

    • c. indien een hertoetsing van geschiktheid heeft plaatsgevonden door andere toezichthouders met uitzondering van DNB en AFM, de beschikking inhoudende de uitkomst van deze beoordeling;

    • d. de persoonsgegevens van de te herbenoemen (mede)beleidsbepaler(s) en/of interne toezichthouder(s):

      • 1. naam (achternaam, voorletter(s), titel(s));

      • 2. geboortedatum en geboorteplaats;

      • 3. nationaliteit;

      • 4. privé-adres;

      • 5. functie(s);

      • 6. beoogde ingangsdatum herbenoeming.

  • iii. levert de Wlz-uitvoerder bij een wijziging van functie van een (mede)beleidsbepaler en/of interne toezichthouder(s) ten minste aan:

    • a. de relevante wijzigingen in feiten en omstandigheden ten opzichte van de voorgaande functie;

    • b. de relevante wijzigingen in feiten en omstandigheden met betrekking tot de geschiktheid ten opzichte van de voorgaande functie;

    • c. indien een hertoetsing van geschiktheid heeft plaatsgevonden door andere toezichthouders met uitzondering van DNB en AFM, de beschikking inhoudende de uitkomst van deze beoordeling;

    • d. de persoonsgegevens van de (mede)beleidsbepaler en/of interne toezichthouder(s) van wie de functie wijzigt:

      • 1. naam (achternaam, voorletter(s), titel(s));

      • 2. geboortedatum en geboorteplaats;

      • 3. nationaliteit;

      • 4. privé-adres;

      • 5. functie(s);

      • 6. beoogde ingangsdatum functiewijziging.

Artikel 15 Betrouwbaarheid

Om vast te stellen of de Wlz-uitvoerder er zorg voor heeft gedragen dat de betrouwbaarheid van personen als bedoeld in artikel 4.1.1, vijfde lid, van de Wlz buiten twijfel staat:

  • i. levert de Wlz-uitvoerder bij benoeming en indien DNB en/of AFM de betrokkene niet heeft getoetst ten minste aan:

    • a. de gehanteerde procedure voor werving en toetsing van de betrouwbaarheid van de (mede)beleidsbepalers en de interne toezichthouders, tenzij deze procedure al eerder is aangeleverd en ongewijzigd is gebleven;

    • b. een beschrijving van de besluitvorming en overwegingen ten aanzien van de betrouwbaarheid bij de benoeming van de (mede)beleidsbepaler(s) en de interne toezichthouder(s);

    • c. indien een toetsing van betrouwbaarheid heeft plaatsgevonden door andere toezichthouders dan DNB en AFM, de beschikking inhoudende de uitkomst van deze beoordeling;

    • d. indien geen toetsing van betrouwbaarheid heeft plaatsgevonden door andere toezichthouders dan DNB en AFM:

      • 1. een verklaring omtrent gedrag (VOG);

      • 2. andere bewijsstukken, waaronder in ieder geval de aan de te benoemen persoon voorgelegde vragen, bevindingen uit openbare bronnen en ingeschakelde referenties.

  • ii. Bij herbenoeming van een (mede)beleidsbepaler(s) en/of interne toezichthouder(s) in dezelfde functie levert de Wlz-uitvoerder aan:

    • a. de relevante wijzigingen in feiten en omstandigheden met betrekking tot betrouwbaarheid ten opzichte van de voorgaande (her)benoeming(en) in de betreffende functie;

    • b. de gehanteerde procedure voor hertoetsing van de betrouwbaarheid van de (mede)beleidsbepalers en de interne toezichthouders, tenzij DNB en/of AFM de betrokkene eerder heeft getoetst of deze procedure al eerder is aangeleverd bij de NZa en ongewijzigd is gebleven;

    • c. indien een hertoetsing van betrouwbaarheid heeft plaatsgevonden door andere toezichthouders met uitzondering van DNB en AFM, de beschikking inhoudende de uitkomst van deze beoordeling;

  • iii. Bij een wijziging van functie van (een) (mede)beleidsbepaler(s) en/of interne toezichthouder(s) levert de Wlz-uitvoerder aan:

    • a. de relevante wijzigingen in feiten en omstandigheden met betrekking tot de betrouwbaarheid ten opzichte van de voorgaande functie;

    • b. indien een hertoetsing van betrouwbaarheid heeft plaatsgevonden door andere toezichthouders met uitzondering van DNB en AFM, de beschikking inhoudende de uitkomst van deze beoordeling.

Artikel 16 Intrekken oude regeling

Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze regeling wordt de Regeling informatieverstrekking statuten en toetsing (mede)beleidsbepalers Wlz-uitvoerder, met kenmerk TH/NR-003, ingetrokken.

Artikel 17 Toepasselijkheid voorafgaande regeling, bekendmaking, inwerkingtreding, en citeertitel

  • 1. De Regeling informatieverstrekking statuten en toetsing (mede)beleidsbepalers Wlz-uitvoerder, met kenmerk TH/NR-003, blijft van toepassing op besluiten en aangelegenheden die hun grondslag vinden in die regeling en die betrekking hebben op de periode waarvoor die regeling gold.

  • 2. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin de regeling ingevolge artikel 20, tweede lid, onderdeel a, van de Wmg wordt geplaatst.

  • 3. Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling informatieverstrekking aanmelding en wijzigingen Wlz-uitvoerderschap.

De Nederlandse Zorgautoriteit, M.J. Kaljouw voorzitter Raad van Bestuur

TOELICHTING

Algemeen

In deze regeling is opgenomen welke informatie moet worden aangeleverd bij aanmelding als Wlz-uitvoerder. Daarnaast is in deze regeling nader geduid welke wijzigingen door Wlz-uitvoerders moeten worden gemeld bij de NZa en welke informatie ten aanzien van dergelijke meldingen moet worden aangeleverd bij de NZa.

Deze regeling vervangt Regeling informatieverstrekking statuten en toetsing (mede) beleidsbepalers Wlz-uitvoerder, TH/NR-003. Laatstgenoemde regeling voldeed niet langer aangezien daar geen nadere regels waren opgenomen over de aan te leveren informatie bij aanmelding. Daarnaast is ervoor gekozen om in de nieuwe regeling zowel regels te geven voor de aan te leveren informatie bij aanmelding, de wijzigingen die door reeds bestaande Wlz-uitvoerders moeten worden gemeld, en welke informatie ten aanzien van dergelijke wijzigingen moet worden aangeleverd. Tegelijkertijd wordt Beleidsregel Aanmelding als Wlz-uitvoerder, met kenmerk TH/BR-019, ingetrokken. In artikel 4.1.1 van de Wlz en artikel 4.1.1 en artikel 4.1.2 van het Blz zijn verschillende eisen voor Wlz-uitvoerders opgenomen waaraan zij vanaf aanmelding moeten voldoen. De NZa heeft in de nieuwe Beleidsregel Toetsing eisen Wlz-uitvoerderschap (kenmerk TH/NR-027) opgenomen hoe zij omgaat met de bevoegdheid om vast te stellen of een rechtspersoon voldoende is voorbereid op uitvoering van de Wlz en of de Wlz-uitvoerder de toetsing van geschiktheid en betrouwbaarheid van (mede)beleidsbepalers en intern toezichthouders goed verricht.

Artikelsgewijs

Artikel 1 Begripsbepalingen

In de eerdere Beleidsregel aanmelding als Wlz-uitvoerder (TH/BR-019) en de Regeling informatieverstrekking statuten en toetsing (mede) beleidsbepalers Wlz-uitvoerder (TH/NR-003), werden andere definities voor (mede)beleidsbepalers gehanteerd dan in deze nieuwe regeling en in de nieuwe beleidsregel (TH/BR-027). Voorheen werden als medebeleidsbepalers gedefinieerd personen die formeel de positie bekleden van toezichthouder op het bestuur van de Wlz-uitvoerder. Dit was conform de systematiek van de Wet op het financieël toezicht (Wft). Voor de beantwoording van de vraag wie als (mede)beleidsbepalende personen kunnen worden geduid, zoekt de NZa aansluiting bij de toelichting bij de Wft. Daarin is beschreven dat bij personen die het beleid mede bepalen onder meer kan worden gedacht aan leden van raden van commissarissen. Echter vaak bestaat er toch onduidelijkheid wie onder personen die het beleid mede bepalen vallen en dan met name of daar de leden van de raden van commissarissen of leden van de raden van toezicht onder vallen. Met het oog hierop en in verband met afstemming op het vennootschaprecht, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen het bestuur en degenen die toezicht houden op het beleid van het bestuur, wordt voorgesteld de leden van eventueel aanwezige toezichthoudende organen expliciet te noemen en deze niet langer te laten vallen onder de term «mede beleidsbepalers.1 Duidelijk is dat commissarissen als medebeleidsbepalende personen werden beschouwd. Voor de duidelijkheid is ervoor gekozen hen apart te benoemen in de toetsingssystematiek van de Wft.

In deze regeling is daarom, met het oog op eenduidigheid, ervoor gekozen om intern toezichthouders apart te benoemen, zoals dit thans ook in de Wft is gebeurd.

In de eerdere Beleidsregel Aanmelding als Wlz-uitvoerder (TH/BR-019) waren sleutelfunctiehouders niet expliciet opgenomen. Daarnaast werden sleutelfunctiehouders in de eerdere Regeling informatieverstrekking statuten en toetsing (mede)beleidsbepalers Wlz-uitvoerder (TH/NR-003) niet onder (mede)beleidsbepalers geschaard. In de memorie van toelichting bij de Wlz wordt echter verwezen naar sleutelfunctionarissen die geschikt en betrouwbaar moeten zijn.2 In deze regeling TH/NR-015 en beleidsregel TH/BR-027 is dit hersteld. In deze regeling en beleidsregel is, met het oog op eenduidigheid, ervoor gekozen om ten aanzien van dergelijke functies aansluiting te zoeken bij de terminologie uit het financiële toezicht en dergelijke functies aan te duiden als sleutelfunctiehouders. Omdat sleutelfunctiehouders eindverantwoordelijk zijn voor het bepalen van beleid voor die functie, worden zij onder medebeleidsbepalers geschaard. Onder medebeleidsbepalers vallen daarnaast personen direct onder het echelon van de beleidsbepalers die dagelijks beleid mede bepalen.

Ten aanzien van de term ‘Wlz-uitvoerder’ wordt de definitie van Wlz-uitvoerder uit artikel 1.1.1 Wlz gevolgd. Omdat in artikel 1.1.1 Wlz wordt verwezen naar de rechtspersoon die geen zorgverzekeraar is en die zich overeenkomstig artikel 4.1.1 Wlz heeft aangemeld voor de uitvoering van deze wet, wordt hieronder verstaan 1) de rechtspersoon die zich aanmeldt om de Wlz uit te voeren, én 2) de rechtspersoon die, na vaststelling van de NZa dat deze voldoende is voorbereid om de Wlz uit te voeren, de Wlz daadwerkelijk uitvoert.

Artikel 2 Doel van de regeling

Bij eerste aanmelding van een nieuwe Wlz-uitvoerder moet de NZa vaststellen of deze rechtspersoon voldoende is voorbereid op het uitvoeren van de Wlz (artikel 4.1.1, vierde lid, Wlz). Bij bestaande Wlz-uitvoerders kunnen veranderingen optreden in de feiten of omstandigheden aangaande die uitvoerder. Vastgesteld moet kunnen worden of die Wlz-uitvoerder na die wijzigingen nog steeds in staat zal zijn de Wlz volgens de daarvoor geldende eisen uit te voeren. Dat betekent dat alle wijzigingen die daarop van invloed kunnen zijn, tijdig moeten worden gemeld bij de NZa. De NZa zal vervolgens toetsen of de Wlz-uitvoerder na die wijzigingen nog steeds in staat zal zijn de Wlz binnen de daarvoor geldende eisen uit te voeren. De NZa is bevoegd (formele) maatregelen te nemen met betrekking tot die wijziging. De meest vergaande daarvan kan zijn dat de Wlz-uitvoerder niet langer geacht kan worden te voldoen aan de voorschriften die de Wlz stelt.

Artikel 3 Reikwijdte

De verwijzing in deze bepaling naar artikel 1.1.1 van de Wlz leidt ertoe dat ook een rechtspersoon wiens aanmelding nog niet is beoordeeld al wel als Wlz-uitvoerder wordt beschouwd. Op grond van artikel 4.1.1, tweede lid, van de Wlz is de rechtspersoon na aanmelding als Wlz-uitvoerder verplicht te voldoen aan de voorschriften die bij of krachtens de Wlz aan Wlz-uitvoerders zijn opgelegd. Daardoor zal een dergelijke rechtspersoon vanaf het moment dat de NZa vaststelt dat zij voldoende is voorbereid op uitvoering van de Wlz, aan alle daarvoor geldende voorwaarden moeten voldoen. Zij is immers vanaf datzelfde moment verantwoordelijk voor de uitvoering van de wet voor de verzekerden.

Tegelijk ligt in het verlengde van een toetsing aan de minimumeisen gesteld in artikel 4.1.1 van het Blz door de NZa bij aanmelding dat ook nadien aan deze eisen blijft worden voldaan. Op grond van artikel 4.1.1, tweede lid, van de Wlz is de rechtspersoon na aanmelding als Wlz-uitvoerder immers verplicht te voldoen aan de voorschriften die bij of krachtens de Wlz zijn opgelegd aan Wlz-uitvoerders.

Artikel 4 Aanmelding

Op grond van artikel 4.1.1, eerste lid, Wlz moet een rechtspersoon die behoort tot een groep als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het BW waarvan ook een zorgverzekeraar deel uitmaakt en die de Wlz ten aanzien van de verzekerden wenst uit te voeren, zich daartoe als Wlz-uitvoerder aanmelden bij de NZa, onder vermelding van de dag met ingang waarvan hij voornemens is zulks te gaan doen. Omdat de beoordeling van de vraag of de rechtspersoon voldoende is voorbereid om de Wlz uit te voeren tijd in beslag neemt, wordt er, op grond van artikel 68 Wmg, een uiterlijke datum voor indienen van de aanmelding gesteld.

Artikel 5 Het melden van wijzigingen

Op grond van artikel 62 en artikel 68 van de Wmg is de NZa bevoegd tot het stellen van regels op het gebied van informatieverstrekking door Wlz-uitvoerders om vast te kunnen stellen of de Wlz-uitvoerders voldoen aan de eisen bij of krachtens de Wlz gesteld. Zoals dit ook geldt voor verzekeraars onder de Wft (zie onder meer artikel 17 Besluit prudentiële regels Wft), dient een Wlz-uitvoerder bij aanvang, maar ook bij wijzigingen, te blijven voldoen aan de eisen uit artikel 4.1.1, eerste lid, en artikel 4.1.2 van het Blz. Dit volgt uit artikel 4.1.1, tweede lid, Wlz. De NZa acht het noodzakelijk dat wijzigingen die aan deze eisen raken, worden gemeld bij de NZa om vast te stellen dat ook na wijziging wordt voldaan aan de betreffende eisen. Relevante wijzigingen in de zin van dit artikel zijn die wijzigingen, die kunnen leiden tot een ander oordeel ten aanzien van het blijven voldoen aan genoemde eisen. In het navolgende zullen daarnaast bij een aantal artikelen niet-uitputtende voorbeelden van te melden wijzigingen worden gegeven.

Het is allereerst aan de Wlz-uitvoerder om af te wegen of een wijziging relevant is voor het blijven voldoen aan de eisen uit art. 4.1.1 en art. 4.1.2 Blz. Vastgesteld moet kunnen worden of die Wlz-uitvoerder na die wijzigingen nog steeds in staat zal zijn de Wlz volgens de daarvoor geldende eisen, welke nader zijn geduid in Beleidsregel toetsing eisen Wlz-uitvoerderschap, uit te voeren. Dat betekent dat alle wijzigingen die daarop van invloed kunnen zijn, tijdig moeten worden gemeld bij de NZa zodat hierop een toets kan worden uitgevoerd of het voldoen aan de eis blijft geborgd. Bij het bepalen van te melden wijzigingen zijn de eisen uit de artikelen 4.1.1 en 4.1.2 Blz en de nadere duiding in voornoemde beleidsregel bepalend. Taken, verantwoordelijkheden en/of bevoegdheden kunnen bijvoorbeeld van de ene functionaris naar de andere functionaris overgaan (zie artikel 9 van de regeling), wat bijvoorbeeld kan wringen met een adequate functiescheiding. Verwacht wordt dat de Wlz-uitvoerders afwegen of dit invloed heeft op het kunnen voldoen aan de eisen en indien dit het geval kan zijn, dit wordt gemeld bij de NZa.

Wanneer tijdelijk niet kan worden voldaan aan de eisen, dan dient dit te worden gemeld. Het gaat bijvoorbeeld om het tijdelijk niet voldoen aan de eis van een minimaal tweehoofdige leiding of het tijdelijk niet voldoen aan een RvC van drie leden. De NZa kan daarbij aansluiten bij een door DNB afgegeven tijdelijke ontheffing, mits het bij de Wlz-uitvoerder hetzelfde gremium en dezelfde personen betreffen als waarvoor DNB tijdelijk ontheffing heeft verleend. Daarbij moet inzichtelijk worden gemaakt wat de reden is van het tijdelijk niet kunnen voldoen en de waarborgen die zijn ingericht met het oog op continuïteit, waarborgen van een adequate interne controle, ondervangen van bedrijfsblindheid en onevenwichtig beleid en het waarborgen van een goede governance structuur.

Alle relevante wijzigingen ten aanzien van (mede)beleidsbepalers en interne toezichthouders moeten worden gemeld bij de NZa. Het gaat dan in ieder geval om voorgenomen benoemingen, herbenoemingen, functiewijzigingen en de terugtreding van personen die voornoemde functies uitoefenen. Indien zich tussentijds wijzigingen voordoen die van belang zijn voor de toets op geschiktheid en betrouwbaarheid, dan dienen deze te worden gemeld bij de NZa.

Bij een regulier terugtreden uit een functie kan met een beknopte toelichting worden volstaan, zoals wanneer het maximaal aantal termijnen in een functie is bereikt. Als het terugtreden samenhangt met relevante nieuwe feiten of omstandigheden rondom geschiktheid en betrouwbaarheid dienen die te worden gemeld.

Ter voorkoming van onnodige adminstratieve lasten kan de Wlz-uitvoerder bij het melden van wijzigingen in eerste instantie volstaan met documenten en informatie die relateren aan de onderdelen van artikel 6 tot en met artikel 12 en artikel 14 en artikel 15 van deze regeling, waarop de wijziging betrekking heeft. De NZa blijft bevoegd om aanvullende informatie en documenten te verlangen.

Artikel 6 Onderdeel van groep

Gelet op het tijdstip van aanmelding en de beoogde datum om te starten met uitvoering van de Wlz hoeft de inschrijving bij de Kamer van Koophandel niet reeds bij de start van de aanmeldingsprocedure te worden overgelegd. De inschrijving bij de Kamer van Koophandel moet in ieder geval voor daadwerkelijke goedkeuring van de aanmelding door de NZa zijn overgelegd aan de NZa.

Een voorbeeld van een relevante wijziging die moet worden gemeld is een wijziging in de aandeelhoudersstructuur en/of zeggenschap door het plaatsen of verwijderen van een tussenholding.

Artikel 7 Statuten

Het is denkbaar dat ten tijde van de aanmelding de rechtspersoon waarin de Wlz-uitvoerder wordt ondergebracht nog niet is opgericht. Dan kan de aanmeldingsprocedure op basis van conceptstatuten worden gestart. Echter, zoals bij de toelichting bij artikel 6 gesteld, ten tijde van het besluit van de NZa op de aanmelding dient deze rechtspersoon te zijn opgericht en ingeschreven. Dan zullen de alsdan geldende statuten dienen te worden overgelegd.

Gezien het belang van statuten als juridische basis van een rechtspersoon zullen wijzigingen daarin altijd relevant zijn voor de toezichthouder. Alle wijzigingen zullen daarom gemeld moeten worden, voorzien van een doorlopende tekst na wijziging.

Artikel 8 Organisatiestructuur

Voor een relevante wijziging in of ten aanzien van de organisatiestructuur moet bijvoorbeeld worden gedacht aan het verplaatsen van de in artikel 8 genoemde (sleutel)functies tussen groepsentiteiten, dus ook het binnen de Wlz-uitvoerder brengen van eerder uitbestede activiteiten. Verder gaat het om wijzigingen in de zeggenschapsstructuur (binnen de groep), zoals door andere indelingen in divisies of business lines of het laten vervallen van (management)lagen. Andere voorbeelden van relevante wijzigingen die moeten worden gemeld zijn een wijziging van een vestigingsadres, statutaire zetel, statutaire naam, handelsnaam, rechtsvorm, of nummer van inschrijving in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel.

Artikel 9 Verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden

Binnen de Wlz-uitvoerder dient voor een adequate uitvoering van de Wlz een aantal taken en verantwoordelijkheden te zijn belegd. Een daarvan betreft het borgen van redelijke invloed van verzekerden op het beleid, zoals dat ook binnen een zorgverzekeraar hoort te zijn belegd. Wanneer voor een vorm wordt gekozen waarin dat niet al van rechtswege bestaat, dient hiervoor een statutair geborgde voorziening te worden getroffen.

Wijzigingen in (de inrichting van) de verzekerdeninvloed dienen derhalve te worden gemeld. Ook wijzigingen in de positionering en bevoegdheden van interne gremia en organen, die bepalend zijn ten aanzien van de beoordeling van het voldoen aan de normen die aan dit artikel ten grondslag liggen dienen te worden gemeld, zoals bijvoorbeeld wijzigingen in benoemingsprocedures voor statutair geborgde functies en gremia.

Artikel 11 Bedrijfsvoering vastgelegd en afgestemd

De inrichting van de bedrijfsvoering van de Wlz-uitvoerder dient passend te zijn bij zijn gekozen missie, visie en strategie, alsmede bij zijn omvang en samenstelling van de groep. Dat betekent dat bij de inrichting van de organisatie het risicoprofiel van de organisatie wordt bepaald en dat keuzes worden gemaakt ten aanzien van risicobereidheid en de wijze van beheersing van geïdentificeerde risico’s. Deze strategische keuzes dienen bij aanvang van het uitvoeren van de Wlz te zijn bepaald.

De hier te melden wijzigingen zullen daarom bijvoorbeeld wijzigingen op strategisch niveau kunnen zijn, zoals het buiten de groep uitbesteden van primaire processen of sleutelfuncties. Wijzigingen in de opbouw van de groep, zoals bij artikel 8 aangeduid, kunnen ook relevant zijn voor de beoordeling van het voldoen aan dit artikel.

Artikel 12 Rapportagelijnen, informatievoorziening en communicatie

De onder artikel 12 aangeduide keuzes worden vervolgens uitgewerkt in de wijze waarop binnen de gekozen inrichting wordt samengewerkt om de gestelde doelen te bereiken, c.q. de daaraan verbonden risico’s te beheersen. Het betreft hier deels feitelijk uitgewerkte ketens en processen, deels bestaat het uit beleid van de sleutelfuncties compliance, interne audit en risicobeheer ter uitvoering van de onder artikel 12 aangeduide keuzes.

Artikel 14 Geschiktheid

De Wlz-uitvoerder moet zelf toetsen op geschiktheid voor de functie bij de Wlz-uitvoerder. De NZa moet vaststellen of de Wlz-uitvoerder deze toets goed verricht. De vaststelling of de Wlz-uitvoerder deze toets goed uitvoert, is daarmee een randvoorwaarde voor de (her)benoeming van de betrokkene.

Bij aanmelding als Wlz-uitvoerder moeten alle (mede)beleidsbepalers en interne toezichthouders worden getoetst op geschiktheid voor de functie bij de Wlz-uitvoerder. Bij Wlz-uitvoerders waarvan eerder is vastgesteld dat zij voldoende zijn voorbereid op uitvoering van de Wlz, moet de geschiktheid van voornoemde functies bij een nieuwe benoeming, herbenoeming en wijziging van functie (zoals van lid van de RvB naar voorzitter van de RvB) worden geborgd. De NZa moet vaststellen dat de Wlz-uitvoerder dit heeft geborgd.

Het Blz verlangt van Wlz-uitvoerders dat zij bij de benoeming van (mede)beleidsbepalers en interne toezichthouders de maatschappelijke functies van de Wlz-uitvoerder en de risico’s die daarbij worden gelopen in aanmerking neemt, naast opleiding, ervaring en competenties, als bedoeld in artikel 4.1.2 van het Blz.

De in de bijlage opgenomen matrices zijn gebaseerd op de matrices die DNB hanteert bij de toetsing van (mede)beleidsbepalers, aangevuld met/toegepitst op specifieke eisen die relevant zijn voor de Wlz (bijvoorbeeld wetgeving).

Omdat (uitvoering van) de Wlz buiten de reikwijdte van de Wft blijft, zullen de bijzondere kenmerken en eisen van de Wlz door de Wlz-uitvoerder in zijn toetsing moeten worden opgenomen.

Bij herbenoemingen dient de Wlz-uitvoerder zich aantoonbaar te buigen over de vraag of de betreffende persoon nog steeds geschikt is voor zijn/haar functie.

Bij herbenoemingen en functiewijzigingen (zoals van lid van de RvB naar voorzitter van de RvB) kan voor de te verstrekken informatie worden volstaan met de relevante wijzigingen met betrekking tot de geschiktheid en betrouwbaarheid sinds de eerdere (her)benoeming, respectievelijk de relevante wijzigingen met betrekking tot de voorgaande functie. Waar die er niet zijn, wordt verwacht dat die constatering wordt gemeld.

Wijzigingen in de procedures ten behoeve van werving, selectie, (her)benoeming en beoordelingen dienen in ieder geval te worden gemeld.

Artikel 15 Betrouwbaarheid

De Wlz-uitvoerder moet zelf toetsen op betrouwbaarheid voor de functie bij de Wlz-uitvoerder. De NZa moet vaststellen of de Wlz-uitvoerder deze toets goed verricht. De vaststelling of de Wlz-uitvoerder deze toets goed uitvoert, is daarmee een randvoorwaarde voor de (her)benoeming van de betrokkene.

Bij aanmelding als Wlz-uitvoerder moeten alle (mede)beleidsbepalers en interne toezichthouders worden getoetst op betrouwbaarheid voor de functie bij de Wlz-uitvoerder. Bij Wlz-uitvoerders waarvan eerder is vastgesteld dat zij voldoende zijn voorbereid op uitvoering van de Wlz, moet de betrouwbaarheid van voornoemde functies bij nieuwe benoeming, herbenoeming en wijziging van functie (zoals van lid van de RvB naar voorzitter van de RvB) worden geborgd. De NZa moet vaststellen dat de Wlz-uitvoerder dit heeft geborgd.

Het is mogelijk dat (mede)beleidsbepalende personen en interne toezichthouders ook elders in de groep in dezelfde rol optreden. Voor dergelijke situaties is het mogelijk voor de toetsing van de betrouwbaarheid van deze personen gebruik te maken van toetsingen door De Nederlandsche Bank (DNB) (of de Autoriteit Financiële Markten, AFM). De NZa zal daarvoor afstemmen met de betrokken partij. De Wlz-uitvoerder hoeft, indien DNB heeft getoetst, geen aanvullende gegevens met betrekking tot betrouwbaarheid aan te leveren.

Daarnaast is het mogelijk dat er (mede)beleidsbepalers of interne toezichthouders worden voorgesteld die door buitenlandse toezichthouders zijn getoetst. Dit kan zich voordoen wanneer de Wlz-uitvoerder hoort bij een groep die via een Europese vergunning toegang heeft tot de Nederlandse markt. De Wlz-uitvoerder zal dan dienen te onderbouwen in hoeverre de toetsing door een buitenlandse toezichthouder zodanig vergelijkbaar is aan de toetsing door DNB of AFM, dat van die buitenlandse toetsing gebruik kan worden gemaakt. Van toetsingen door een toezichthouder buiten de EU kan geen gebruik worden gemaakt.

Ad ii., onderdeel a en ad iii., onderdeel b.

Bij herbenoemingen en wijziging van functie dient de Wlz-uitvoerder zich aantoonbaar te buigen over de vraag of de betreffende persoon nog steeds betrouwbaar te achten is. Relevante wijzigingen en omstandigheden moeten daarbij worden gemeld aan de NZa.

Wijzigingen in de procedures ter beoordeling van de betrouwbaarheid dienen ook te worden gemeld.

BIJLAGE 1 GESCHIKTHEIDSMATRIX BELEIDSBEPALERS

Geschiktheidsmatrix beleidsbepalers

Graag voor elke beleidsbepaler als volgt een score in te vullen:

L = Laag = heeft op z'n hoogst weet van het onderwerp

M = Midden = heeft goed inzicht in het onderwerp (maar is geen expert)

H = Hoog = kan zelfstandig afgewogen oordeel vormen over het onderwerp (expert)

Naam

Naam

1. Bestuur, organisatie en communicatie

Heeft kennis van en ervaring met het aansturen van processen en taken

   

Heeft kennis van en ervaring met het besturen van een organisatie

   

Heeft kennis op het gebied van de sociale, ethische en professionele normen, zoals neergelegd in (gedrags)codes

   

Heeft ervaring met het naleven en handhaven van bovenstaande codes en interne reglementen en toepasselijke wet- en regelgeving

   

Heeft kennis van en ervaring met het inschakelen van externe deskundigen om zijn/haar taak goed uit te kunnen oefenen en heeft daar ervaring mee

   

Weet wanneer stakeholders (waaronder toezichthouders, verzekerden, externe accountant) geïnformeerd moeten worden

   

Overige relevante kennis en ervaringsgebieden op dit onderdeel:

in te vullen indien en voor zover aanwezig*

   

*

   

*

   

B. Producten, diensten en markten waarop de onderneming actief is

Heeft kennis van en ervaring met relevante wet- en regelgeving, waaronder tenminste de Wlz, alsook de relevante toezichthouderregelingen en beleidsregels

   

Heeft kennis van en ervaring met de markt waarop de onderneming actief is en de relevante ontwikkelingen die daarop spelen

   

Heeft kennis van en ervaring met strategie en bedrijfsmodellen van de onderneming

   

Heeft kennis van en ervaring met financiële aspecten van producten en diensten van de onderneming

   

Heeft zicht op de interne deskundigheid van de onderneming op het gebied van passendheid van producten voor specifieke doelgroepen

   

Is in staat om de producten, diensten en markten waarop de onderneming actief is te benoemen en daarnaar te handelen

   

Heeft productkennis bestaand uit:

in te vullen en waar relevant te scoren

   

*

   

*

   

C. Beheerste en integere bedrijfsvoering

Is in staat om de inrichting en werking van de administratieve organisatie en interne controle te beoordelen (AO en IC)

   

Is in staat de opzet, werking en resultaten van de compliancefunctie te beoordelen

   

Is in staat de opzet, werking en resultaten van de interne audit functie te beoordelen

   

Is het in staat het beloningsbeleid te beoordelen en hier kritisch over te zijn

   

Is in staat om het beleid ten aanzien van risicobeheer en de bijbehorende procedures en maatregelen te begrijpen en hierover kritische vragen te stellen

   

Heeft zicht op de meest relevante risico’s van de onderneming, gespreid in de tijd en in de onderneming

   

Is in staat om het beleid voor uitbesteding te begrijpen en hierover kritische vragen te stellen

   

Is in staat te beoordelen of de zorgvuldige behandeling van verzekerden is geborgd

   

Overige relevante kennis en ervaringsgebieden op dit onderdeel:

in te vullen indien en voor zover aanwezig

   

*

   

*

   

D. Evenwichtige en consistente besluitvorming

Weet hoe het interne besluitvormingsproces verloopt

   

Weet wanneer ontbrekende informatie opgevraagd moet worden om zijn/haar taak goed uit te kunnen oefenen

   

Weet hoe in een besluitvormingsproces voldoende alternatieven mee worden gewogen en heeft daar ervaring mee

   

Weet hoe in een besluitvormingsproces de belangen van alle stakeholders mee worden gewogen en heeft daar ervaring mee

   

Heeft kennis van en ervaring met het onderkennen van en het bespreekbaar maken van belangenverstrengeling in het besluitvormingsproces

   

Kan voldoende beoordelen of besluiten in lijn met de ondernemingsstrategie zijn genomen

   

Weet hoe besluitvorming zorgvuldig vast wordt gelegd en heeft daar ervaring mee

   

Overige relevante kennis en ervaringsgebieden op dit onderdeel:

in te vullen indien en voor zover aanwezig

   

*

   

*

   

Toelichting op geschiktheid collectief als geheel

Collectieve geschiktheid(1)

*

Meerwaarde kandidaat voor het collectief(2)

*

 

Overig

Matrix is ingevuld door

[naam], [functie], [datum]

Heeft kandidaat kennis genomen van de ingevulde matrix?

[ja/nee]

Zijn de scores collectief besproken?

[ja/nee]

Toelichting:

  • 1. Op welk onderdeel scoort het collectief het best? Waar het minst? Waar ligt dat aan? Hoe zullen de minder sterke geschiktheidsgebieden binnen het collectief worden gecompenseerd?

  • 2. Welke competenties en ervaring brengt de kandidaat mee als versterking van het collectief?

Overig

Matrix is ingevuld door

[naam], [functie], [datum]

Heeft kandidaat kennis genomen van de ingevulde matrix?

[ja/nee]

Zijn de scores collectief besproken?

[ja/nee]

BIJLAGE 2 GESCHIKTHEIDSMATRIX INTERNE TOEZICHTHOUDERS

Geschiktheidsmatrix interne toezichthouders

Graag voor elke interne toezichthouder een score in te vullen:

L = Laag = heeft op z'n hoogst weet van het onderwerp

M = Midden = heeft goed inzicht in het onderwerp (maar is geen expert)

H = Hoog = kan zelfstandig afgewogen oordeel vormen over het onderwerp (expert)

Naam

Naam

Naam

A. Bestuur, organisatie en communicatie

Heeft kennis van en ervaring met het aansturen van processen en taken

     

Heeft kennis van en ervaring met het toezicht houden op het bestuur

     

Heeft kennis op het gebied van de sociale, ethische en professionele normen, zoals neergelegd in (gedrags)codes

     

Heeft ervaring met het naleven en handhaven van bovenstaande codes en interne reglementen en toepasselijke wet- en regelgeving

     

Heeft kennis van en ervaring met het inschakelen van externe deskundigen om zijn/haar taak goed uit te kunnen oefenen en heeft daar ervaring mee

     

Weet wanneer stakeholders (waaronder toezichthouders, aandeelhouders, klanten, externe accountant) geïnformeerd moeten worden

     

Overige relevante kennis en ervaringsgebieden op dit onderdeel:

in te vullen indien en voor zover aanwezig

     

*

     

*

     

B. Producten, diensten en markten waarop de onderneming actief is

Heeft kennis van en ervaring met relevante wet- en regelgeving, waaronder tenminste de Wlz, alsook de relevante toezichthouderregelingen en beleidsregels

     

Heeft kennis van en ervaring met de markt waarop de onderneming actief is en de relevante ontwikkelingen die daarop spelen

     

Heeft kennis van en ervaring met strategie en bedrijfsmodellen van de onderneming

     

Heeft kennis van en ervaring met financiële aspecten van producten en diensten van de onderneming

     

Heeft zicht op de interne deskundigheid van de onderneming (binnen bestuur en interne audit) op het gebied van passendheid van producten voor specifieke doelgroepen

     

Is in staat om bij het beoordelen van producten, diensten en markten waarop de onderneming actief is langetermijnbelangen van de onderneming te benoemen en daarnaar te handelen

     

Heeft productkennis bestaand uit:

in te vullen en waar relevant te scoren

     

*

     

*

     

C. Beheerste en integere bedrijfsvoering

Is in staat om de inrichting en werking van de administratieve organisatie en interne controle te beoordelen (AO en IC)

     

Is in staat de opzet, werking en resultaten van de compliancefunctie te beoordelen

     

Is in staat de opzet, werking en resultaten van de interne audit functie te beoordelen

     

Is in staat het beloningsbeleid te beoordelen en voor bestuurders uit te voeren

     

Is in staat om het beleid ten aanzien van risicobeheer en de bijbehorende procedures en maatregelen te begrijpen en het bestuur hierop kritisch te bevragen

     

Heeft zicht op de meest relevante risico's van de onderneming, gespreid in de tijd en in de onderneming

     

Is in staat om het beleid voor uitbesteding te begrijpen en het bestuur hierop kritisch te bevragen

     

Is in staat te beoordelen of de zorgvuldige behandeling van verzekerden is geborgd

     

Overige relevante kennis en ervaringsgebieden op dit onderdeel:

in te vullen indien en voor zover aanwezig

     

*

     

*

     

D. Evenwichtige en consistente besluitvorming

Weet hoe het interne besluitvormingsproces verloopt

     

Weet wanneer ontbrekende informatie opgevraagd moet worden om zijn/haar taak goed uit te kunnen oefenen

     

Weet hoe in een besluitvormingsproces voldoende alternatieven mee worden gewogen en heeft daar ervaring mee

     

Weet hoe in een besluitvormingsproces de belangen van alle stakeholders mee worden gewogen en heeft daar ervaring mee

     

Heeft kennis van en ervaring met het onderkennen van en het bespreekbaar maken van belangenverstrengeling in het besluitvormingsproces

     

Kan voldoende beoordelen of besluiten in lijn met de ondernemingsstrategie zijn genomen

     

Weet hoe besluitvorming zorgvuldig vast wordt gelegd en heeft daar ervaring mee

     

Overige relevante kennis en ervaringsgebieden op dit onderdeel:

in te vullen indien en voor zover aanwezig

     

*

     

*

     

Toelichting op geschiktheid collectief als geheel

Collectieve geschiktheid(1)

*

Meerwaarde kandidaat voor het collectief(2)

*

Toelichting:

  • 1. Op welk onderdeel scoort het collectief het best? Waar het minst? Waar ligt dat aan? Hoe zullen de minder sterke geschiktheidsgebieden binnen het collectief worden gecompenseerd?

  • 2. Welke competenties en ervaring brengt de kandidaat mee als versterking van het collectief?

Overig

Matrix is ingevuld door

[naam], [functie], [datum]

Heeft kandidaat kennis genomen van de ingevulde matrix?

[ja/nee]

Zijn de scores collectief besproken?

[ja/nee]


X Noot
1

Kamerstukken II 2005/06, 29 708, nr. 19, p. 482.

X Noot
2

Kamerstukken II 2013/14, 33 891, nr. 3, p. 163.

Naar boven