TOELICHTING
Algemeen
Deze regeling tot wijziging van de Subsidieregeling AMIF en ISF 2014–2020 bevat onder
andere:
-
– de allocatie van additioneel AMIF-budget voor de doelstellingen Asiel en opvang, legale
migratie en Terugkeer via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning,
-
– een verduidelijking met betrekking tot de welke instanties auditbevoegdheden hebben,
en
-
– een ophoging van de maximaal beschikbare bedragen voor het verlenen van subsidie voor
de projecten MedCOI en ERRIN vallend onder de specifieke maartregelen opgenomen in
bijlage Ha.
Artikelsgewijs
Artikel I
Onderdelen A, B en E (artikelen 4, onderdelen n en o en 6, derde lid en bijlagen Hg,
Hh en Hi)
Verordening (EU) 2018/2000 van het Europees parlement en de Raad, van 12 december
2018, heeft het mogelijk gemaakt om niet gebruikte relocatiemiddelen deels opnieuw
te alloceren in het Nationaal Programma AMIF. Nederland heeft hierdoor de mogelijkheid
gekregen € 21.700.000 in te zetten voor activiteiten onder de specifieke doelstellingen
Asiel en Opvang, legale migratie en Terugkeer. In artikel 4 zijn hiertoe nieuwe acties
vastgelegd die in bijlagen Hg, Hh en Hi nader zijn uitgewerkt.
Bijlage Hg
Bijlage Hg ziet op de implementatie van 3 projecten gericht op het behouden en verbeteren
van de kwaliteit van het opvang- en asielstelsel. Deze projecten worden toegewezen
via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning.
Het project Veiligheid, Weerbaarheid, Overlast
Het project Veiligheid, Weerbaarheid, Overlast (VWO) wordt aangevraagd door het Centraal
Orgaan opvang asielzoekers (COA). Het project ziet op ondersteuning en scholing van
COA-medewerkers die zich bezig houden met de weerbaarheid en veiligheid van bewoners.
Omdat de binnen- en buitenwereld continu in beweging zijn, vergt dit doorlopend van
medewerkers dat zij zich kunnen aanpassen aan de gewijzigde omstandigheden. Het project
ziet zowel op uitbreiden van (veiligheids)kennis, als ook op het delen en borgen van
kennis.
Het project zal de uitvoeringsunits extra ondersteuning bieden in het organiseren
van weerbaarheidstrainingen voor bewoners. Het COA is zich door eerdere ervaring met
het aanbieden van weerbaarheidstrainingen bewust dat weerbaarheid een positief en
blijvend effect heeft op bewoners en daarbij ook op de (gevoelde) veiligheid, sfeer
en het contact op locatie. Het project zal daarnaast extra ondersteuning bieden als
het gaat om afstemming, versteviging en borging van actuele veiligheidsvraagstukken,
te beginnen met het veiligheidsvraagstuk rondom overlastgevers. Het coördineren EN
samenbrengen van alle initiatieven, het in Europees verband op zoek gaan naar en verkennen
van succesvolle voorbeelden en het borgen van aansluiting van landelijke maatregelen
op regionale EN lokale werkwijze zullen integraal vanuit het project ten uitvoer worden
gebracht.
Ondersteuning en scholing zijn vereisten om (veiligheids)risico’s te minimaliseren
en te borgen dat juiste maatregelen worden getroffen. Het project biedt een breed
palet aan activiteiten zoals trainingen, vakdagen, kennisuitwisselingen, begeleiding
en ondersteuning door het Ketenbreed Calamiteiten Team. Zo zal er een COA-brede ‘Dag
van de Veiligheid’ worden georganiseerd alsook bijeenkomsten voor de contactpersonen
Veiligheid of bijeenkomsten voor aandachtsfunctionarissen met betrekking tot een bepaald
thema. Deze kennisuitwisselingsdagen dragen bij aan het delen van expertise en kennis
(tussen COA-medewerkers onderling als ook met externen), de implementatie van beleid
en de uitbreiding van kennis, kunde en vaardigheden van de COA-medewerkers.
Het project valt onder de Specifieke doelstelling 1 – Asiel, nationale doelstelling
1 – Opvang/asiel, van het Nationaal Programma AMIF en is gericht op de volgende (subsidiabele)
activiteiten: Het doorlopend opleiden van medewerkers die betrokken zijn bij het opvang-
en asielstelsel, het creëren of uitbreiden van opvanglocaties en voorzieningen in
de opvang, zodat deze (nog beter) geschikt zijn voor kwetsbare groepen, het verbeteren
van het welzijn van asielzoekers en internationale samenwerking versterken en uitbouwen
door uitwisselingsprogramma’s, expertmeetings, workshops en seminars. De AMIF-financiering
voor dit project wordt toegekend via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning
aan het COA. Deze overheidsorganisatie heeft administratieve bevoegdheid op het gebied
van de uitvoering van het migratiebeleid en daarnaast bezit de organisatie, omdat
zij deze administratieve bevoegdheid heeft, ook de benodigde deskundigheid om het
project uit te kunnen voeren. Er is geen andere keus dan het project door deze organisatie
uit te laten voeren.
Het project participatie en taal
Het project ‘participatie en taal’ wordt aangevraagd door het COA. Het COA stimuleert
bewoners om vanaf de eerste dag bezig te zijn met hun toekomst door kennis, vaardigheden
en ervaring op te doen en een netwerk op te bouwen. De inzet van de additionele AMIF-middelen
richt zich op verschillende vormen van activering: een zinvolle dagbesteding, laagdrempelig
leren van de Nederlandse taal, zelfwerkzaamheid, het opbouwen van een sociaal netwerk
en wennen aan (gewoonten in) Nederland, vrijwilligerswerk en mogelijke toeleiding
naar werk. Het bevordert het welzijn en de gezondheid van azc-bewoners. En de ontmoetingen
tussen nieuwkomers en Nederlanders zorgen voor meer draagvlak voor nieuwkomers in
de samenleving.
Het project valt onder de Specifieke doelstelling 1 – Asiel, nationale doelstelling
1 – Opvang/asiel, van het Nationaal Programma AMIF en is gericht op de activiteiten:
Het onderzoeken, testen en implementeren van maatregelen gericht op het activeren
van asielzoekers in de opvang en het verbeteren van de opvang- en asielprocedure en
het verbeteren van het welzijn van asielzoekers. De AMIF-financiering voor dit project
wordt toegekend via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning aan het COA. Deze
overheidsorganisatie heeft administratieve bevoegdheid op het gebied van de uitvoering
van het migratiebeleid en daarnaast bezit de organisatie, omdat zij deze administratieve
bevoegdheid heeft, ook de benodigde deskundigheid om het project uit te kunnen voeren.
Er is geen andere keus dan het project door deze organisatie uit te laten voeren.
Het project externe inhuur
Het project externe inhuur wordt aangevraagd door de Immigratie- en Naturalisatiedienst
(IND). De doorlooptijden voor asielaanvragen liggen boven de gestelde norm. De IND
wil onder andere door middel van het (tijdelijk) inhuren van externe personeel werken
aan het verkorten van de doorlooptijden naar de gestelde norm.
Het project valt onder de Specifieke doelstelling 1 – Asiel, nationale doelstelling
1 – Opvang/asiel, van het Nationaal Programma AMIF en is gericht op de activiteit:
Het aanpassen van de opvang en asielprocedure aan (inter)nationale vereisten. De AMIF-financiering
voor dit project wordt toegekend via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning
aan de IND. Deze overheidsorganisatie heeft administratieve bevoegdheid op het gebied
van de uitvoering van het migratiebeleid en daarnaast bezit de organisatie, omdat
zij deze administratieve bevoegdheid heeft, ook de benodigde deskundigheid om het
project uit te kunnen voeren. Er is geen andere keus dan het project door deze organisatie
uit te laten voeren.
Bijlage Hh
Bijlage Hh ziet op de implementatie van 3 projecten gericht op de bevordering van
terugkeer van vreemdelingen die geen recht op verblijf in Nederland hebben, dan wel
van vreemdelingen die nog in afwachting zijn van een beslissing op hun verzoek tot
verblijf, dan wel van vreemdelingen met een tijdelijk verblijfsrecht. Deze projecten
worden toegewezen via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning.
Het project Landelijke vreemdelingenvoorziening
Het project richt zich op terugkeerbegeleiding van vreemdelingen zonder verblijfsrecht
in Nederland als onderdeel van de Landelijke vreemdelingenvoorziening (LVV). De begeleidingstrajecten
worden uitgevoerd in samenwerking met de, binnen de LVV actieve, pilotgemeenten Amsterdam,
Rotterdam, Utrecht, Eindhoven en Groningen.
Op termijn zullen er circa acht gemeenten komen waar migranten zonder recht op verblijf
of rijksopvang terecht kunnen voor onderdak en begeleiding. In een beoogd netwerk
van de LVV werken Rijk en gemeenten intensief samen om met behulp van de migratieketen
en betrokken maatschappelijke organisaties duurzame oplossingen voor illegaal verblijf
te vinden: per geval zal worden gekeken wat dit zal zijn, maar vaak gaat het om terugkeer.
Om het geambieerde LVV-netwerk te ontwikkelen werkt de rijksoverheid samen met gemeenten
in een programma onder gedeeld opdrachtgeverschap van ministerie, gemeenten en migratieketen
om de beoogde LVV stap voor stap te ontwikkelen. Ter ondersteuning daarvan is op landelijk
niveau een programmabureau ingericht. In een gefaseerde aanpak wil het LVV-programma
een gezamenlijke ontwikkelperiode doorlopen waarin de partijen in de praktijk de bedoelde
voorzieningen realiseren. Onafhankelijke monitoring draagt hierin bij aan het identificeren
van werkzame oplossingen waarmee het uiteindelijk gewenste bestuursakkoord kan worden
gesloten en het LVV-netwerk landelijk kan worden geïmplementeerd. Met dit netwerk
wordt de noodzaak voor gemeenten om eigen bed-bad-broodvoorzieningen te bieden weggenomen.
Het project valt onder de Specifieke doelstelling 3 – Terugkeer, nationale doelstelling
2 – Maatregelen voor terugkeer, van het Nationaal Programma AMIF en is gericht op
de activiteit: Het stimuleren van de derdelander om gebruik te maken van terugkeerfaciliteiten
en zal worden aangevraagd door het ‘Programma Landelijke vreemdelingenvoorziening’,
onderdeel van het Ministerie van Justitie en Veiligheid. De AMIF-financiering zal
worden toegekend via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning. Vanwege de specifieke
aard van het project en de deskundigheid die binnen het programma bij elkaar wordt
gebracht is er geen andere keuze dan het project door het programma te laten uitvoeren.
Het project versterking Dienst Vervoer en Ondersteuning
De Dienst Vervoer en Ondersteuning (DV&O) is een landelijke dienst van de Dienst Justitiële
Inrichtingen (DJI) en verzorgt het vervoer van arrestanten, gedetineerden en vreemdelingen.
Voor de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) worden vreemdelingen vervoerd door middel
van speciaal ingericht vervoer naar verschillende detentiecentra en bij uitzettingen
naar het vliegveld.
Het project valt onder de Specifieke doelstelling 3 – Terugkeer, nationale doelstelling
1- Begeleidende maatregelen, van het Nationaal Programma AMIF en is gericht op de
activiteit: Het versterken van de het logistiek van het terugkeerproces door inzet
van transportmiddelen. De AMIF-financiering voor dit project wordt toegekend via de
methode van rechtstreekse subsidietoekenning aan de DT&V. Deze overheidsorganisatie
heeft administratieve bevoegdheid op het gebied van de uitvoering van het migratiebeleid
en daarnaast bezit de organisatie, omdat zij deze administratieve bevoegdheid heeft,
ook de benodigde deskundigheid om het project uit te kunnen voeren. Er is geen andere
keus dan het project door deze organisatie uit te laten voeren.
Het project Veldzicht
In Nederland krijgen het COA en gemeenten te maken met vreemdelingen die te kampen
hebben met ernstig verward gedrag of psychische problematiek. Voor deze personen is
opvang in de reguliere asielopvang of in gemeentelijke opvang (eigenlijk) niet geschikt.
Het Centrum voor Transculturele Psychiatrie Veldzicht, onderdeel van de DJI is gespecialiseerd
in het opvangen en begeleiden van deze vreemdelingen. Echter het aantal plekken in
Veldzicht is beperkt waardoor niet iedereen die dat nodig heeft ook direct kan worden
opgevangen en behandeld. Door Veldzicht uit te breiden met extra plekken wordt additionele
fysieke capaciteit gecreëerd. Hierdoor kunnen meer vreemdelingen een plek krijgen
in Veldzicht waardoor de wachtlijsten kunnen worden weggewerkt en een oplossing kan
worden geboden voor een belangrijk maatschappelijk probleem voor COA en lokale overheden.
Het project valt onder de Specifieke doelstelling 3 – Terugkeer, nationale doelstelling
1 – Begeleidende maatregelen, van het Nationaal Programma AMIF en is gericht op de
activiteit: Het bevorderen van het welbevinden van afgewezen asielzoeker. De AMIF-financiering
voor dit project wordt toegekend via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning
aan DJI. Deze overheidsorganisatie heeft administratieve bevoegdheid op het gebied
van de forensische zorg en daarnaast bezit de organisatie, omdat zij deze administratieve
bevoegdheid heeft, ook de benodigde deskundigheid om het project uit te kunnen voeren.
Er is geen andere keus dan het project door deze organisatie uit te laten voeren.
Bijlage Hi
Bijlage Hi ziet op de implementatie van een project gericht op de inzet van additionele
AMIF-middelen gericht op legale migratie, het project Brexit. Dit project wordt toegewezen
via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning.
Het project Brexit wordt aangevraagd door de IND. In het kader van de aankomende Brexit
zullen circa 45.000 onderdanen van het Verenigd Koninkrijk een aanvraag voor een verblijfsstatus
in moeten dienen. De IND zal (tijdelijk) extern personeel inhuren voor het beoordelen
van deze aanvragen.
Het project valt onder de Specifieke doelstelling 2 – Integratie/wettelijke migratie,
nationale doelstelling 1 – Legale migratie, van het Nationaal Programma AMIF. De AMIF-financiering
voor dit project wordt toegekend via de methode van rechtstreekse subsidietoekenning
aan de IND. Deze overheidsorganisatie heeft administratieve bevoegdheid op het gebied
van de uitvoering van het migratiebeleid en daarnaast bezit de organisatie, omdat
zij deze administratieve bevoegdheid heeft, ook de benodigde deskundigheid om het
project uit te kunnen voeren. Er is geen andere keus dan het project door deze organisatie
uit te laten voeren.
Artikelen Hg6, Hh6 en Hi6
Door de specifieke aard van de projecten is gekozen voor de mogelijk om gebruik te
maken van een forfaitair bedrag, uitgedrukt als percentage van het totaalbedrag van
de subsidiabele kosten, met een maximum van 7%, ter dekking van de indirecte kosten.
Onderdeel C (artikel 15, zevende lid)
Door de toevoeging wordt verduidelijkt dat ook de door de minister dan wel door de
Europese Commissie aangewezen instanties over auditbevoegdheden beschikken. Door opname
van de toevoeging wordt een aanbeveling van de auditautoriteit opgevolgd.
Onderdeel D (bijlage Ha, artikel Ha3)
Op 18 oktober 2017 heeft de Europese Commissie € 1.800.000 additionele middelen toegekend
aan de Specifieke maatregel Eurint vallend onder de Specifieke doelstelling 3 – Terugkeer,
van het Nationaal Programma AMIF. Door wijzigingen in de uitvoering van deze Specifieke
maatregel bleken de additionele middelen voor Eurint niet nodig. In overleg met de
Commissie is besloten deze middelen in te zetten voor de Specifieke maatregelen MedCOI
en ERRIN, tevens vallend onder de Specifieke doelstelling 3 – Terugkeer, van het Nationaal
Programma AMIF.
Artikel II
Voor de projecten genoemd in de bijlagen Hg, Hh en Hi geldt dat deze zijn gestart
met ingang van 1 juni 2019 zodat er voldoende tijd is om de activiteiten ten uitvoer
te brengen. In het tweede lid van artikel II wordt dit tot uitdrukking gebracht.
De invoeringstermijn bedraagt minder dan twee maanden en de inwerkingtreding valt
niet op een vast verandermoment. Daarmee wijkt de inwerkingtreding af van het systeem
van vaste verandermomenten. Deze regeling betreft een aantal gunstige aanpassingen,
waarvoor afwijking is toegestaan, omdat de betreffende doelgroep daarbij gebaat is.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
A. Broekers-Knol
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
W. Koolmees