Besluit van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 13 augustus 2019, nr. MBO/14534400, houdende benoeming van de voorzitter en (plaatsvervangende) leden van de Landelijke Commissie voor Geschillen Medezeggenschap deelnemers en ouders MBO 2019–2023 (Benoemingsbesluit Landelijke Commissie voor Geschillen Medezeggenschap deelnemers en ouders MBO 2019–2023)

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 8a.4.1, tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs en artikel 2 van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies;

Besluit:

Artikel 1. Leden

  • 1. Tot lid van de Landelijke Commissie voor Geschillen Medezeggenschap deelnemers en ouders MBO, als bedoeld in artikel 8a.4.1, eerste lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs, worden benoemd:

    • a. mevrouw prof. mr. M.T.A.B. Laemers, tevens voorzitter;

    • b. de heer drs. mr. G.W. van der Brugge, voorgedragen door de MBO Raad; en

    • c. de heer L.M.H. Brouwers, voorgedragen door de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs.

  • 2. De benoemingen gelden voor het tijdvak van 1 maart 2019 tot en met 28 februari 2023.

  • 3. Bij tussentijds vertrek van een lid kan de Minister een ander lid benoemen.

Artikel 2. Vergoeding

  • 1. De voorzitter en de andere leden van de commissie ontvangen per vergadering een vergoeding, voor zover zij niet vallen onder de uitzondering van artikel 2, derde lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies en hiermee niet het in artikel 6, eerste lid, van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies bedoelde maximumbedrag overschrijden.

  • 2. De vergoeding per vergadering van de leden van de commissie bedraagt 3% van het maximum van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.

  • 3. De vergoeding per vergadering van de voorzitter van de commissie bedraagt 130% van de hoogte van de vergoeding per vergadering die aan de andere leden van de commissie is toegekend, bedoeld in het tweede lid.

  • 4. De leden van de commissie ontvangen een vergoeding van reis- en verblijfkosten op de voet van het Reisbesluit binnenland.

  • 5. Twee of meer vergaderingen op dezelfde dag worden als één vergadering aangemerkt.

Artikel 3. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant, waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 maart 2019.

Artikel 4. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Benoemingsbesluit Landelijke Commissie voor Geschillen Medezeggenschap deelnemers en ouders MBO 2019-2023.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst. Een afschrift zal worden gezonden aan de in het besluit genoemde leden.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

TOELICHTING

In artikel 8a.4.1 van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) is bepaald dat er een landelijke geschillencommissie medezeggenschap voor de mbo-sector is, waarbij alle mbo-instellingen van rechtswege zijn aangesloten.1 Deze Commissie voor Geschillen Medezeggenschap deelnemers en ouders MBO (hierna: Commissie) is ondergebracht bij de Stichting Onderwijsgeschillen te Utrecht.

In 2011 en 2015 zijn de voorzitters en de leden van de Commissie benoemd bij besluit. Deze besluiten zijn gepubliceerd in de Staatscourant (Stcrt. 2011, 6069 en 2016, 1807). Inmiddels zijn deze benoemingstermijnen verstreken en vinden met dit ministeriële benoemingsbesluit nieuwe benoemingen plaats. In de afgelopen acht jaar is er nog geen enkel geschil voorgelegd aan de Commissie.

De MBO Raad en de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs (JOB) kunnen namens respectievelijk de bevoegde gezagsorganen en de deelnemersraden een bindende voordracht doen voor twee leden en twee plaatsvervangende leden. De leden van de Commissie doen gezamenlijk een bindende voordracht voor een voorzitter.2

Met voorliggende besluit worden de voorzitter en de leden van de Commissie voor de periode van 1 maart 2019 tot en met 28 februari 2023 benoemd. De plaatsvervangende leden worden op een later moment benoemd.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven


X Noot
1

Stb. 2010, 8; Kamerstukken II 2007/08, 31 266, nr. 3, p. 18.

X Noot
2

Kamerstukken II 2007/08, 31 266, nr. 3, p. 18.

Naar boven