Gemeente Den Haag, verkeersbesluit: aanwijzen parkeerplaatsen als oplaadpunt voor elektrische voertuigen (81e serie, diverse locaties) BWT-00106VKZ19

Logo 's-Gravenhage

[BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DEN HAAG,

gelezen het op 28 juni 2019 ingekomen verzoek van mevrouw I. Bot van het Ingenieursbureau

Den Haag, ingediend namens DSB/Opdrachtgeving van de gemeente Den Haag, tot het nemen

van een verkeersbesluit voor het aanwijzen van diverse parkeerplaatsen als oplaadpunt voor

elektrische voertuigen (door middel van plaatsing van het bord E08 met onderbord met de tekst

“opladen elektrische voertuigen”) op diverse locaties in de gemeente Den Haag;

gelezen de op 8 juli 2019 ontvangen brief van de Politie Den Haag, Dienst Regionale

Operationele Samenwerking, Afdeling Infrastructuur, Team Verkeer, kenmerk 2019/-;

overwegende,

dat de gemeente Den Haag (coalitieakkoord 2014-2018) het gebruik van elektrische voertuigen

wil stimuleren en dat in 2012 reeds is gestart met het plaatsen van openbare oplaadpunten;

dat de oplaadpalen worden geplaatst op basis van twee soorten initiatieven: enerzijds vraaggestuurd

door verzoeken/meldingen van particulieren en bedrijven die in het bezit zijn van een elektrisch

voertuig of dat binnenkort zullen zijn; anderzijds door de gemeente Den Haag zelf, mede op basis

van gebruiksdata, dit met inachtneming van een voldoende spreiding daarvan over de stad waarbij

de gemeente Den Haag alleen openbare oplaadpunten plaatst;

dat de gemeente deze verzoeken/meldingen toetst aan de criteria voor plaatsing van oplaad-

punten en daarbij heeft vastgesteld dat de onderhavige locaties in ieder geval voldoen aan het afstandscriterium van een maximale loopafstand van 200 meter van het woonadres van de verzoeker/melder naar het oplaadpunt;

dat ook de parkeerdruk ter plaatse bij de afweging van belangen wordt betrokken en dat indien

sprake is van een hoge parkeerdruk (meer dan 90%) een venstertijd (10.00 – 22.00 uur) aan de

parkeervoorziening kan worden verbonden, hetgeen dan hierna bij de betreffende adressen

wordt aangegeven, te weten bij de hierna onder I. genoemde locaties;

dat voor vrijwel elk van deze oplaadpunten reeds nu twee parkeerplaatsen worden aangewezen

maar dat niet voor al deze locaties ook al twee parkeerplaatsen worden ingericht aangezien

daarvoor sprake moet zijn van ten minste twee aanvragers/gebruikers binnen een straal van 200

meter van het oplaadpunt;

dat gezien de steeds sneller groeiende behoefte aan elektrisch laden in de openbare ruimte de

oplaadpalen wel al met twee laad-aansluitingen worden uitgevoerd;

dat de oplaadpunten worden ingericht door middel van een kruismarkering en de plaatsing van

het bord E08 met zowel een onderbord met de tekst “opladen elektrische voertuigen” als een

onderbord voorzien van een symbool voor een elektrisch oplaadpunt;

dat gezien het gestelde in artikel 21 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het

wegverkeer juncto artikel 2 Wegenverkeerswet kan worden opgemerkt dat met het nemen

van de onderhavige verkeersmaatregel(en) het volgende wordt nagestreefd:

- het instandhouden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

- het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade

voor de woonomgeving;

dat het voornemen om deze verkeersmaatregel(en) in te stellen op de voorgeschreven wijze

is gepubliceerd en gedurende een periode van vier weken ter inzage heeft gelegen teneinde

belanghebbenden in de gelegenheid te stellen een zienswijze daarop kenbaar te maken;

dat wel/geen reactie is ingekomen;

dat ten aanzien van de onderhavige verkeersmaatregel(en) het overleg als bedoeld in artikel 24

van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer heeft plaatsgevonden;

dat de betreffende weggedeelten in beheer zijn bij de gemeente Den Haag en zijn gelegen

binnen de bebouwde kom van die gemeente;

gelet op de mandaatregeling van burgemeester en wethouders van Den Haag en het daarop

gebaseerde ondermandaatbesluit;

gelet op artikel 18 eerste lid onder d van de Wegenverkeerswet 1994, juncto artikel 1, artikel 4

eerste lid, artikel 12 onder a en b, artikel 18, artikel 21 en 24 van het Besluit administratieve

bepalingen inzake het wegverkeer (Stb. 460, 1990);

BESLUITEN:

I. door het plaatsen van een bord volgens model E08 van Bijlage 1 van het Reglement

verkeersregels en verkeerstekens 1990 (Stb. 459, 1990) met een onderbord met de tekst:

“opladen elektrische voertuigen”, een onderbord voorzien van een symbool voor een

elektrisch oplaadpunt en een onderbord met de tekst “10.00 – 22.00 uur”, alsmede het

aanbrengen van een kruismarkering, het onderstaande weggedeelte aan te wijzen als een

parkeergelegenheid alleen bestemd voor de voertuigcategorie of groep die op het bord is

aangegeven (tevens inhoudende een parkeerverbod voor andere voertuigcategorieen), dit

gedurende de genoemde uren en zoals aangegeven op de hierna genoemde situatietekening:

I.01: Middachtenweg to 173 (2 parkeervakken)/Escamp;

I.02: Jonkheer van Riemsdijklaan nabij 29 (2 parkeervakken)/Leidschenveen-Ypenburg;

I.03: Noorderbeekdwarsstraat to 31 (2 parkeervakken)/Segbroek;

I.04: Saenredamstraat to 11 (2 parkeervakken)/Centrum;

I.05: Gloriantstraat to 4 (2 parkeervakken)/Escamp;

I.06: Abraham van Beyerenstraat nabij Parallelweg 330 (2 parkeervakken)/Centrum,

betreft het verbinden/toevoegen van venstertijden aan de bestaande parkeervoorziening;

I.07: Markensestraat nabij 151 (2 parkeervakken)/Centrum,

betreft het verplaatsen (1 vak opschuiven) van de bestaande parkeervoorziening;

II. door het plaatsen van een bord volgens model E08 van Bijlage 1 van het Reglement

verkeersregels en verkeerstekens 1990 (Stb. 459, 1990) met een onderbord met de tekst:

“opladen elektrische voertuigen” en een onderbord voorzien van een symbool voor een

elektrisch oplaadpunt, alsmede het aanbrengen van een kruismarkering, de onderstaande

weggedeelten aan te wijzen als parkeergelegenheid alleen bestemd voor de voertuig- 

categorie of groep die op het bord is aangegeven (tevens inhoudende een parkeerverbod

voor andere voertuigcategorieen), dit zoals aangegeven op de hierna genoemde

situatietekeningen:

II.01: Zeestraat to 84, 2e paal (2 parkeervakken)/Centrum;

II.02: Alikruiksingel nabij 2 (2 parkeervakken)/Leidschenveen-Ypenburg;

II.03: Van Drieststraat to 1 (2 parkeervakken)/Loosduinen;

II.04: Kleine Nobelstraat to 1 (2 parkeervakken)/Centrum;

II.05: Gentsestraat nabij 183 (2 parkeervakken)/Scheveningen;

II.06: Weteringplein to 28 (2 parkeervakken)/Centrum;

II.07: Narcislaan nabij 293 (2 parkeervakken)/Loosduinen;

II.08: Oostduinlaan to 179 (2 parkeervakken)/Haagse Hout;

II.09: Tesselsestraat to 43 (2 parkeervakken)/Scheveningen;

II.10: Jan Blankenstraat to 59 (2 parkeervakken)/Centrum;

II.11: Catharinaland nabij 189 (2 parkeervakken)/Haagse Hout;

II.12: Loosduinse Uitleg nabij 51 (2 parkeervakken)/Loosduinen;

II.13: Goudriaankade (2 parkeervakken)/Laak,

betreft het vervallen van de venstertijden van de bestaande parkeervoorziening;

III. in te trekken/te verwijderen een bord volgens model E08 van Bijlage 1 van het Reglement

verkeersregels en verkeerstekens 1990 (Stb. 459, 1990) met een onderbord met de tekst:

“opladen elektrische voertuigen” en een onderbord voorzien van een symbool voor een

elektrisch oplaadpunt, alsmede het aanbrengen van een kruismarkering, de onderstaande

weggedeelten aan te wijzen als parkeergelegenheid alleen bestemd voor de voertuig- 

categorie of groep die op het bord is aangegeven (tevens inhoudende een parkeerverbod

voor andere voertuigcategorieen), dit zoals aangegeven op de hierna genoemde

situatietekeningen:

III.01: Zamenhofstraat nabij 44b (2 parkeervakken)/Segbroek:

in verband met aanwijzing als parkeerplaats voor deelauto;

III. dat als gevolg van de bovenomschreven verkeersmaatregel(en) alle eerder genomen

verkeersmaatregelen/-besluiten die hierop betrekking hebben, worden ingetrokken

(en de daarmee samenhangende verkeerstekens worden verwijderd) en wel voor

zover het gestelde daarin direct betrekking heeft op hetgeen thans opnieuw wordt

geregeld;

IV. dat bovengenoemde verkeersmaatregel(en) gelden op de wijze als aangegeven op de bij

dit besluit behorende en daar onlosmakelijk deel van uitmakende situatietekening, die kan

worden ingezien bij het Haags Informatiecentrum, Spui 70, Den Haag

Burgemeester en wethouders van Den Haag,

namens deze: Senior medewerker Vergunningen, M.D. Shamlal 

Afdruk aan:

1* DPZ / Wegbeheer Stadsdeel Loosduinen1* DPZ / Wegbeheer Stadsdeel Escamp1* DPZ / Wegbeheer Stadsdeel Segbroek1* DPZ / Wegbeheer Stadsdeel Scheveningen1* DPZ / Wegbeheer Stadsdeel Centrum1* DPZ / Wegbeheer Stadsdeel Laak1* DPZ / Wegbeheer Stadsdeel Haagse Hout1* DPZ / Wegbeheer Stadsdeel Leidschenveen-Ypenburg1* Politie Haaglanden, Team Verkeer (DHG.Infra.ABC@politie.nl)1* DSB/IBDH (VOV@denhaag.nl)1* DSO Mobiliteit1* Elektrische oplaadpunten (denhaagelektrisch@denhaag.nl)  BEZWAARSCHRIFTBent u het niet eens met dit besluit? En bent u belanghebbende? Dan kunt u een bezwaarschrift indienen.Stuur dit uiterlijk binnen zes weken na de datum bekendmaking van het besluit in. Maakt u gebruik van internet? Dien uw bezwaarschrift dan in via www.denhaag.nl/bezwaar. U heeft hiervoor DigiD nodig. Op www.denhaag.nl/bezwaar vindt u meer informatie. E-mailen kan niet. Beschikt u niet over internet, dan kunt u het bezwaarschrift ook opsturen naar het volgende adres: Burgemeester en wethouders van Den Haag, AWB / bezwaar.Postbus 12 600 2500 DJ DEN HAAG Vermeld in uw bezwaarschrift:naam, adres, telefoonnummer (waar wij u overdag kunnen bereiken) en e-mailadres;de datum en handtekening;een duidelijke omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt. Stuur een kopie van het besluit mee en noem het kenmerk;de argumenten voor bezwaar. Dient u namens iemand anders het bezwaar in? Stuur dan een schriftelijke en ondertekende verklaring (volmacht) mee waaruit blijkt dat u namens die persoon het bezwaar mag indienen. Bij een spoedeisend belang kunt u na het indienen van een bezwaarschrift een verzoek om voorlopige voorziening indienen bij Rechtbank Den Haag.  

Naar boven