Verkeersbesluit, Fregatwerf gesloten voor voertuigen langer dan 9 meter, Zoetermeer

Logo Zoetermeer

Namens burgemeester en wethouders van Zoetermeer,

daartoe bevoegd op grond van:

  • -

    artikel 18, lid 1, sub d, van de Wegenverkeerswet 1994,

  • -

    het mandaatbesluit van burgemeester en wethouders waarbij die bevoegdheid is gemandateerd aan de directeur van de hoofdafdeling Stad en diens besluit tot het verlenen van ondermandaat,

de manager van de afdeling Stadsbeheer,

 

gehoord de gemeentelijke verkeerscommissie, waarin ook de verkeersadviseur van dePolitie Eenheid Den Haag zitting heeft en waarmee is gehandeld overeenkomstig de instructie zoals opgenomen in artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer;

 

gelet op hetgeen ten aanzien hiervan overigens in de Wegenverkeerswet 1994, het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer is bepaald, alsmede op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht;

 

gelet vervolgens op het gegeven dat de in dit besluit aan de orde komende wegen, straten of parkeervoorzieningen openbaar in de zin van de Wegenwet zijn en binnen de bebouwde kom van Zoetermeer als bedoeld in artikel 20a van de Wegenverkeerswet 1994 liggen;

 

BESLUIT:

 

  • 1.

    door plaatsing van bord C17 van bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, met het opschrift “9 m”, en zo nodig een of meer voorwaarschuwingsborden, het in sub 2 beschreven gedeelte van het Fregatwerf gesloten te verklaren voor voertuigen en samenstellen van voertuigen die, met inbegrip van de lading, langer zijn dan 9 meter;

 

  • 2.

    vast te stellen dat het bij het in sub 1 bedoelde gedeelte gaat om het gedeelte dat ligt tussen de aansluiting van de Fregatwerf op de Aakwerf en de aansluiting van de Pinkwerf op de Fregatwerf;

 

  • 3.

    vast te leggen dat aan dit verkeersbesluit (verder de geslotenverklaring genoemd) de volgende overwegingen ten grondslag liggen:

 

de bestaande situatie, de aanleiding en de verkeerskundige aspecten:

 

  • -

    het Fregatwerf is een relatief smalle straat met een bochtig verloop en met krappe bochten naar en vanaf een aan de Pinkwerf gelegen appartementsgebouw en een daarbij gelegen parkeerterrein;

  • -

    naar bedoeld appartementsgebouw rijden regelmatig voertuigen die langer dan 9 meter zijn;

  • -

    bedoeld appartementsgebouw en het daarbij gelegen parkeerterrein kunnen uit zuidelijke richting komend via twee routes worden bereikt en verlaten:

    • a.

      de route Aakwerf – Fregatwerf – Pinkwerf;

    • b.

      de route Aakwerf – Kempenaarwerf – Werflaan – Fregatwerf – Pinkwerf;

      

  • -

    beide routes zijn voor personenauto’s en voertuigen of samenstellen van voertuigen die korter zijn dan 9 meter goed berijdbaar;

  • -

    waarnemingen van de politie hebben opgeleverd, dat de in punt a beschreven route niet geschikt is voor voertuigen en samenstellen van voertuigen die langer dan 9 meter zijn;

  • -

    waargenomen is namelijk dat het regelmatig voorkomt dat het niet of zeer moeizaam is om met zulke lange voertuigen de bocht waar de als fietspad aangeduide Buiskade op de Aakwerf aansluit door te rijden;

  • -

    dat komt mede door het ontbreken van een berm ter plaatse;

  • -

    de weg heeft daarbij namelijk de vorm van een kade;

  • -

    de chauffeurs van zulke voertuigen zijn dan genoodzaakt over grotere afstand achteruitrijdend te rijden tot een punt waar ze hun voertuig kunnen keren;

  • -

    omdat op de weggedeelten waarop dan moet worden achteruitgereden ook fietsers rijden, zijn zulke verkeersbewegingen uit een oogpunt van verkeersveiligheid zeer ongewenst;

  • -

    het is dan ook gewenst de in punt a beschreven route te sluiten voor de voertuigen of samenstellen van voertuigen die langer dan 9 meter zijn;

  • -

    die geslotenverklaring vormt geen bezwaar omdat de andere route (de route die in punt b is beschreven) wel voor langere voertuigen of samenstellen van voertuigen goed berijdbaar is;

  • -

    er ontstaat met de in sub 1 en sub 2 beschreven geslotenverklaring dan ook geen bereikbaarheidsprobleem voor het genoemde appartementsgebouw;

  • -

    omdat ook veel goederen worden vervoerd met voertuigen of samenstellen die korter zijn dan 9 meter, worden ook geen bereikbaarheidsproblemen voorzien voor de eengezinswoningen die langs de Fregatwerf staan;

  • -

    mocht het in een bijzonder geval toch nodig zijn dat goederen met een langer voertuig of een langer samenstel van voertuigen naar die eengezinswoningen te rijden, dan kan ontheffing van de geslotenverklaring worden verleend en dan kan ook worden voorzien in begeleiding bij het achteruit rijden;  

  • -

    de gewenste begeleiding zal dan ook als een van de voorwaarden aan de te verlenen ontheffing worden verbonden;

  • -

    de gewenste geslotenverklaring is, zoals vermeld, beschreven in sub 1 en sub 2;

  • -

    aan de geslotenverklaring liggen ten grondslag de doelstellingen met betrekking tot de verkeersveiligheid, de instandhouding en bruikbaarheid van de weg en de vrijheid van het verkeer en het voorkomen van schade, zoals vermeld in artikel 2, lid 1, sub a, sub c en d van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel 2, lid 2, sub a, van die wet;

  • -

     

 

ten aanzien van de zorgvuldigheid:

 

  • -

    aan de geslotenverklaring is overleg met onder meer de leden van de verkeerscommissie voorafgegaan;

  • -

    relevant daarbij is dat die leden – vanwege hun plaatselijke bekendheid, al dan niet aangevuld met visuele waarnemingen ter plaatse – beschikken over de nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen;

  • -

    geconcludeerd kan dan ook worden, dat gehandeld is volgens de norm die darvoor in artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht is opgenomen;

  

ten aanzien van de afweging van belangen:

 

  • -

    voorafgaand aan de besluitvorming over de geslotenverklaring is veiliggesteld, dat alle relevante belangen goed zijn afgewogen en zijn behartigd;

  • -

    er zijn dan ook geen aanwijzingen dat bij vaststelling van de geslotenverklaring gesproken zou kunnen worden van een besluit met onevenredig nadelige gevolgen als bedoeld in artikel 3:4, lid 2, van de Algemene wet bestuursrecht.

 

Zoetermeer, 13 augustus 2019.

 

Namens burgemeester en wethouders van Zoetermeer,

de manager van de afdeling Stadsbeheer.

      

N.B.

 

Belanghebbenden die zich niet met dit besluit kunnen verenigen, kunnen op grond van artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na publicatie ervan een gemotiveerd bezwaar indienen bij het college van burgemeester en wethouders van Zoetermeer (postbus 15, 2700 AA Zoetermeer). Het indienen van een bezwaarschrift schorst de werking van het besluit niet. Hiertoe kan op grond van het bepaalde in artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend bij de voorzieningenrechter van de Rechtbank ’s Gravenhage (sector bestuursrecht, postbus 20302, 2500 EH Den Haag). In dat geval is het wel vereist dat de belanghebbende een bezwaarschrift tegen het besluit heeft ingediend en dat sprake is van een spoedeisend belang bij het treffen van die voorziening.

Naar boven