Aardappelen, Groenten en Fruit, Detailhandel in, 2019/2020

Verbindendverklaring CAO-bepalingen

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Besluit van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 27 augustus 2019 tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor de Detailhandel in Aardappelen, Groenten en Fruit

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

Gelezen het verzoek van AGF Detailhandel Nederland mede namens de overige partijen bij bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst, strekkende tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst;

Partijen ter ener zijde: AGF Detailhandel Nederland (ADN) en de Centrale Vereniging voor de Ambulante Handel (CVAH);

Partijen ter andere zijde: FNV en CNV Vakmensen.

Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten;

Besluit:

Dictum I

Verklaart algemeen verbindend de navolgende bepalingen van bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst, zulks met inachtneming van hetgeen in de dicta II, III en IV is bepaald:

Algemene Bepaling

Waar in deze cao de mannelijke vorm van voornaamwoorden of zelfstandige naamwoorden wordt gebruikt, gebeurt dat steeds in strikt neutrale zin, steeds eveneens omvattend de vrouwelijke vorm.

Artikel 1 Definities

  • 1. Algemeen erkende feestdagen

    • a. Christelijke feestdagen: Nieuwjaarsdag, Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Tweede Pinksterdag en de beide Kerstdagen.

    • b. Koningsdag: 27 april, en andere door de overheid aangewezen nationale feestdagen.

    • c. Met betrekking tot Bevrijdingsdag, 5 mei, hebben CAO partijen bepaald dit eens in de 5 jaar als een vrije dag aan te merken met behoud van loon. Voor de eerste keer gold 5 mei 2000 als zo’n erkende feestdag.

  • 2. Normale arbeidstijd

    De tussen werkgever en werknemer overeengekomen tijd waarop de werknemer werkt of waarop hij volgens het arbeidsrooster te werk kan worden gesteld.

  • 3. Onderneming

    Een onderneming of een deel daarvan, uitgeoefend in besloten ruimtes (winkel of hallen) alsmede markten standplaatsen, wijkrijders en concessionairs waar of van waaruit bedrijfsmatig uitsluitend of in hoofdzaak groenten, fruit en/of aardappelen worden verkocht, niet zijnde een groothandel.

  • 4. Oproepkracht

    Een werknemer die op basis van een arbeidsovereenkomst zich verbindt om arbeid te verrichten na ontvangst van een oproep.

  • 5. Overuren

    • a. door of namens de werkgever opgedragen arbeid voor zover de werkuren de 40 uren per week overschrijden,

    • b. uren buiten de normale dagelijkse arbeidstijd, verhoogd met het ‘afhelpkwartiertje’, met uitzondering van de werknemers werkzaam in de ambulante handel.

  • 6. Werkgever

    De werkgever is de natuurlijke of rechtspersoon die de onderneming drijft

  • 7. Werknemer

    De werknemer is de man of vrouw die in dienst van de werkgever werkzaamheden verricht.

  • 8. Loon

    Het loon is het tussen werkgever en werknemer overeengekomen bruto loon plus eventuele provisie en toeslagen voor het werken op bijzondere uren. Niet onder loon vallen:

    • jaarlijkse uitkeringen, waaronder gratificaties;

    • kosten- en overwerkvergoedingen.

Artikel 2 Verplichtingen werkgever en werknemer

  • 1. De werkgever is verplicht al datgene te doen en na te laten wat een goed werkgever in gelijke omstandigheden behoort te doen en na te laten.

  • 2. De werknemer is verplicht de hem opgedragen werkzaamheden, voortvloeiend uit zijn functie naar beste vermogen en op ordelijke wijze te verrichten.

  • 3. De werknemer is verplicht indien, in bijzondere gevallen, zijn werkgever hem daartoe opdracht geeft, andere dan zijn gebruikelijke arbeid te verrichten, voor zover deze arbeid in verband houdt met de arbeid in de onderneming van de werkgever en de werknemer geacht kan worden tot de arbeid in staat te zijn en voor zover, de omstandigheden in aanmerking genomen, de opgedragen arbeid van de desbetreffende werknemer redelijkerwijs kan worden geëist.

  • 4. Het is de werknemer verboden gedurende het dienstverband zonder schriftelijke toestemming van de werkgever loonarbeid voor derden te verrichten of in de branche zelf handel te drijven, tenzij de werknemer gemiddeld per week 19 uur of minder arbeid verricht. Werkgever zal geen toestemming verlenen indien dit direct of indirect nadelige gevolgen voor de eigen bedrijfsvoering heeft of kan hebben.

Artikel 3 Proeftijd

  • 2. De proeftijd wordt schriftelijk overeengekomen.

Artikel 4 Dienstbetrekking voor (on)bepaalde tijd

  • 1. De werkgever moet de werknemer van het aangaan van een arbeidsovereenkomst een schriftelijke versie of bevestiging uitreiken. In deze schriftelijke versie dienen ten minste de volgende gegevens te worden opgenomen:

    • naam en woonplaats van werkgever en werknemer;

    • plaats waar de arbeid wordt verricht;

    • de functie van de werknemer;

    • het tijdstip van indiensttreding;

    • indien een overeenkomst voor bepaalde tijd is afgesloten: de tijdsduur of de einddatum van de overeenkomst;

    • de periode van de proeftijd, indien een proeftijd wordt overeengekomen,

    • de opbouw van vakantierechten of vakantiedagen of de manier van berekening daarvan,

    • het loon en de uitbetalingperiode,

    • de overeengekomen arbeidsduur per week,

  • 2. Het is de werkgever verboden arbeidsovereenkomsten af te sluiten in strijd met de bepalingen van deze cao, tenzij en voor zover (onverminderd wettelijke bepalingen) in voor de werknemer gunstige zin van de bepalingen van deze cao wordt afgeweken.

Artikel 5 Arbeidstijd

  • 1. De arbeidsweek loopt van maandag tot en met zaterdag.

  • 2. Geen arbeid wordt verricht op zondag en algemeen erkende feestdagen.

  • 3. Van het bepaalde in lid 2 kan worden afgeweken indien bijzondere omstandigheden zulks noodzakelijk maken, de desbetreffende wettelijke bepalingen zich daartegen niet verzetten en alleen met instemming van de werknemer.

  • 4. De normale arbeidsduur bedraagt ten hoogste gemiddeld 36 uur, verdeeld over 5 dagen per week, berekend over 3 kalendermaanden.

  • 5. Bij de vaststelling van de tussen werkgever en werknemer overeengekomen arbeidstijd geldt het volgende.

    De werknemer heeft recht op een werkweek van maximaal 5 dagen. In overleg tussen werkgever en werknemer kan op vrijwillige basis de 4-daagse werkweek gehanteerd worden.

  • 6. De werkgever houdt bij het vaststellen van het arbeidsrooster rekening met de persoonlijke omstandigheden van de werknemer, voor zover dat in redelijkheid van de werkgever gevergd kan worden. Onder persoonlijke omstandigheden wordt onder andere verstaan: zorgtaken voor kinderen, afhankelijke familieleden en naasten, religieuze dagen, alsmede maatschappelijke verantwoordelijkheden door de werknemer gedragen.

  • 7. De dagelijkse arbeid is in de regel gelegen tussen 06.00 uur en 21.00 uur van maandag tot en met vrijdag en van 06.00 uur tot 18.00 uur op zaterdag.

  • 8. De tijd die nodig is voor het opruimen, het ‘afhelp-kwartiertje’ wordt niet tot de arbeidstijd gerekend.

  • 9. De arbeidstijden worden op de volgende wijze onderbroken door rusttijden:

    • a. bij een werkdag van meer dan 5½ uur: tenminste een ½ uur;

    • b. bij een werkdag van meer dan 8 uur: tenminste ¾ uur, eventueel op te splitsen in een ½ uur en een kwartier:

    • c. rusttijden van minder dan een kwartier (koffie- en theepauzes) worden tot de arbeidstijd gerekend.

    • d. De werkgever organiseert de arbeid van een jeugdige werknemer (onder de 18 jaar) zodanig dat, indien hij meer dan 4,5 uren arbeid per dienst verricht, zijn arbeid tijdens de dienst wordt onderbroken door een pauze. De pauze bedraagt ten minste 30 minuten, die zo nodig kan worden gesplitst in pauzes van elk ten minste 15 minuten.

  • 10. Werknemers jonger dan 18 jaar mogen geen arbeid verrichten na 21.00 uur.

  • 11. Werknemers van 55 jaar en ouder kunnen niet tot het werken op koopavonden en tot het verrichten van overwerk worden verplicht.

  • 12. De werkgever is verplicht de werknemer ononderbroken zijn werkzaamheden te laten verrichten. Werkgever en werknemer kunnen op verzoek van de werknemer beslissen dat van deze verplichting wordt afgeweken. Een koffie- of theepauze van 15 minuten of langer, geldt niet als onderbreking en evenmin als arbeidstijd.

Artikel 6 Compensaties voor het werken op bijzondere uren

  • 1. Voor elk op maandag tot en met vrijdag gewerkt uur tussen 18.00 en 21.00 uur wordt een toeslag gegeven van 33 1/3% voor elk gewerkt uur. Op maandag tot en met vrijdag tussen 21.00 uur en 06.00 uur wordt een toeslag gegeven van 50% voor elk gewerkt uur.

    Op zaterdagen tussen 14.00 uur en 18.00 uur wordt een toeslag gegeven van 33 1/3% voor elk gewerkt uur. Zaterdag na 18.00 uur en op zon- en feestdagen wordt een toeslag gegeven van 100% voor elk gewerkt uur.

  • 2. De toeslagen bedoeld in het vorige lid gelden voor fulltimers en parttimers die 12 uur per week of meer werken.

    Toeslagen voor het werken op zon- en feestdagen gelden echter voor alle werknemers, zonder onderscheid naar het aantal uur dat zij per week werken. De toeslagen kunnen in geld of in vrije tijd vastgesteld worden. De extra vrije tijd kan eventueel in combinatie met aan werknemers uit andere hoofde toekomende vrije tijd worden gegeven, zodat werknemer in de gelegenheid wordt gesteld een hele vrije dag op te nemen. Indien toeslagen in geld worden uitbetaald dienen deze separaat op de loonspecificatie vermeld te worden.

  • 3. Indien een werknemer zijn werkzaamheden voor 13.00 uur aanvangt en de werktijd voortduurt na 18.00 uur:

    • a. wordt de werknemer in de gelegenheid gesteld thuis een warme maaltijd te gebruiken;

    • b. dan wel verstrekt de werkgever een warme maaltijd;

    • c. dan wel ontvangt de werknemer een maaltijdvergoeding van € 7,00.

  • 4. Werknemers die gebruik maken van een kinderopvangregeling kunnen niet verplicht worden om op maandag t/m vrijdag na 18.00 uur en voor 06.00 uur en op zaterdag na 14.00 uur te werken.

  • 5. Werknemers kunnen niet verplicht worden om meer dan 3 avonden per week na 18.00 uur te werken.

  • 6. De compensatie voor het werken op bijzondere uren voor een werknemer in volledige dienst kan in tijd worden ingeroosterd ter verwezenlijking van een vierdaagse werkweek.

Artikel 7 Overwerk

  • 1. Overwerk wordt zoveel mogelijk voorkomen doch is, behoudens het bepaalde in artikel 5 lid 11 verplicht indien het door de werkgever wettig wordt geëist.

  • 2. Onder overuren wordt verstaan:

    • a. door of namens de werkgever opgedragen arbeid voor zover de werkuren de 40 uur per week overschrijden;

    • b. onder overuren wordt eveneens verstaan uren buiten de normale dagelijkse arbeidstijd, met uitzondering van de werknemers werkzaam in de ambulante handel.

  • 3. Voor overwerk wordt het uurloon uitbetaald, vermeerderd met de volgende toeslagen:

    • a. voor overuren tussen 06.00 uur en 18.00 uur 25%

    • b. voor overuren tussen 21.00 uur en 06.00 uur 50%

    Het uurloon wordt berekend door deling van het weekloon door 36, bij een 36 urige werkweek, anders naar rato van het aantal contracturen.

  • 4. Loon plus toeslag voor overwerk wordt door de werkgever, na overleg met de werknemer, bij voorkeur uitgekeerd in vrije tijd.

Artikel 8 Reiskostenvergoeding Ambulante handel

Segmentbepaling voor medewerkers in de ambulante handel,

  • 1. Enkel voor ondernemers in de ambulante handel zijn lid 2 t/m 4 van toepassing. En daarmee dus geldend voor werknemers in de ambulante handel.

  • 2. Voor reisuren wordt het normale voor de werknemer geldende uurloon betaald.

  • 3. Als reisuren worden beschouwd de uren die de werknemer direct voorafgaand of direct aansluitend aan de dienst reist van de vestigingsplaats van de werkgever naar het object waar de werkzaamheden moeten worden verricht of visa versa, indien en voor zover dit geschiedt met het door de werkgever beschikbaar gestelde vervoermiddel. Dit vervoermiddel dient geschikt te zijn voor het vervoeren van personen en / of eventueel materiaal en in de regel als zodanig wordt benut. Reisuren worden niet beschouwd als arbeidstijd.

  • 4. Het aantal reisuren voor de werknemer die het voertuig, zoals bedoeld in lid 3, bestuurt, wordt vastgesteld op basis van onderstaande tabel.

    Aantal km enkele reis

    Aantal reisuren per dag

    0 t/m 30

    0,5

    31 t/m 60

    1,0

    61 t/m 100

    1,5

    101 t/m 150

    2,0

    151 t/m 200

    2,5

    Meer dan 200

    3,0

Artikel 9 Loondoorbetaling en vakantieopbouw in een week waarin een of meer algemeen erkende feestdagen vallen

  • 1. De werknemer met een fulltime of parttime arbeidsovereenkomst die op vaste dagen per week werkzaam is, heeft voor elke algemeen erkende feestdag, als bedoeld in art. 1, recht op een vrije dag met behoud van loon en opbouw van vakantierechten indien deze feestdag op zijn vaste werkdag valt.

  • 2. Indien de vaste werkdag niet is overeengekomen, is er recht op een vrije dag met behoud van loon en opbouw van vakantierechten, indien de betreffende werknemer zijn reguliere arbeidspatroon in ogenschouw nemend, op de dag waarop de feestdag valt, normaliter wel had moeten werken.

  • 3. Indien vaste werkdagen niet tussen werkgever en werknemer overeengekomen zijn, is er geen recht op een vrije dag met behoud van loon en opbouw van vakantierechten, indien de betreffende werknemer, zijn reguliere arbeidspatroon in ogenschouw nemend op de dag waarop de feestdag valt, normaliter niet had moeten werken.

  • 4. De werkgever is verplicht, bij het beoordelen van het reguliere arbeidspatroon van de werknemer, zich te gedragen zoals een goed werkgever betaamt.

Artikel 10 Vakantie

  • 1. Vakantiedagen worden opgebouwd in de periode van 1 januari tot en met 31 december.

  • 2. Fulltime werknemers die gedurende het gehele vakantiejaar in dienst zijn van werkgever hebben recht op 172.8 vakantie-uren met behoud van loon, als bedoeld in het BW 7:610 en artikel 7:639.

    Voorbeeld inzake berekening vakantie-uren:

    Werkgever A heeft de volgende werknemers in dienst:

    Werknemer X op basis van een arbeidsovereenkomst voor 38 uur per week;

    Werknemer Y op basis van een arbeidsovereenkomst voor 36 uur per week;

    Werknemer Z op basis van een arbeidsovereenkomst voor 19 uur per week.

    X heeft recht op 38/36 x 172.8 vakantie-uren = 182.4 vakantie-uren;

    Y heeft recht op 172.8 vakantie-uren;

    Z heeft recht op 19/36 x 172.8 vakantie-uren = 91.2 vakantie-uren.

  • 3. De vakantie wordt voor iedere werknemer door de werkgever, in overleg met de werknemer vastgesteld. Het heeft de voorkeur dit vroegtijdig in het jaar te doen.

  • 4. Werknemers worden in de gelegenheid gesteld ten minste 2 weken vakantie aaneengesloten te genieten in de periode 1 mei tot 1 oktober. De overige vakantiedagen worden als snipperuren aangemerkt.

  • 5. CAO partijen hebben een aanvullende afspraak gemaakt met betrekking tot het recht van het opnemen van de wettelijke vakantiedagen. Werknemer heeft tot 12 maanden na het verstrijken van het jaar recht op behoud en opnemen van de wettelijke vakantiedagen van het voorgaande jaar.

  • 6. Voor iedere maand dat een werknemer na 1 januari in dienst is getreden wordt de vakantie met 1/12 deel van de vakantie-aanspraken verminderd.

  • 7. Bij beëindiging van het dienstverband zal, gerekend vanaf 1 januari van het vorige kalenderjaar over de periode tot aan de beëindiging van de arbeidsovereenkomst per maand dienstverband een vergoeding worden betaald voor opgebouwde, niet genoten vakantierechten.

    Indien de werknemer bij beëindiging van het dienstverband meer vakantie- en/of snipperdagen heeft genoten dan waarop hij krachtens zijn normale arbeidstijd recht had, zal de werkgever voor iedere te veel genoten vakantie- en/of snipperdag het daarmee overeenkomende loon inhouden, als bedoeld in het BW 7:629. Conform definitie uurloon (weekloon gedeeld door aantal overeengekomen uren in contract)

  • 8. Aan werknemers die 26 jaar of langer in dienst zijn van de werkgever wordt boven de vakantie ingevolge lid 2 van dit artikel per jaar 2 dagen, dat wil zeggen 14,4 uren extra vakantie toegekend.

  • 9. In het kader van het fysiek ontlasten is bij CAO bepaald dat werknemers die bij aanvang van het vakantiejaar de 45-jarige leeftijd hebben bereikt wordt één extra vakantiedag per jaar, dat wil zeggen 7,2 uur toegekend; bij 50 jaar twee dagen, dat wil zeggen 14,4 uur; bij 55 jaar drie dagen, dat wil zeggen 21,6 uur en bij 60 jaar vier dagen, dat wil zeggen 28,8 uur. Cumulatie met lid 7 van dit artikel is uitgesloten. Aangegeven vakantiedagen/vakantie-uren zijn gebaseerd op een 36-urige werkweek.

  • 10. Arbeidsongeschikte werknemers bouwen nog vakantiedagen op, deze CAO volgt hierin de wettelijke bepaling.

Artikel 11 Vakantiebijslag

  • 1. Iedere werknemer heeft recht op een vakantiebijslag van 8% van het totale jaarloon, als bedoeld in het BW 7:629, berekend over de periode van 1 juni tot en met 31 mei, uiterlijk te betalen in de maand juni.1

  • 2. De werknemer die op 1 juni van enig jaar nog niet gedurende een vol jaar bij dezelfde werkgever in dienst is of van wie het dienstverband tussentijds is beëindigd, heeft recht op een tijdsevenredig deel van de vakantiebijslag, zoals bedoeld in dit artikel.

Artikel 12 Arbeidsongeschiktheid

  • 1. Werknemers die door ziekte of ongeval niet in staat zijn hun arbeid te verrichten, dragen er zorg voor dat dit op de eerste dag van hun arbeidsongeschiktheid voor aanvang van de normale werktijd aan hun werkgever wordt gemeld.

  • 2. Werkgever heeft het recht om bij de 4e, de 5e en de 6e ziekmelding, gedurende een kalenderjaar, telkens ten hoogste één wachtdag in te houden.

    De werknemer die de arbeid gedurende enig vakantiejaar niet wegens arbeidsongeschiktheid heeft verzuimd, krijgt na afloop van dat jaar recht op een extra vakantiedag, dat wil zeggen 7,2 extra vakantie uren.

  • 3. Indien de werknemer ten gevolge van ziekte of ongeval geheel of gedeeltelijk verhinderd is zijn werkzaamheden te verrichten, is de werkgever verplicht gedurende 52 weken aan de werknemer het voor betrokkene geldende loon, als bedoeld in het BW 7:629 door te betalen. In de hierop volgende 52 weken van ziekte is de werkgever verplicht 70% van het voor betrokkene geldende loon, als bedoeld in het BW 7:629 door te betalen.

  • 4. De in dit artikel genoemde aanspraken zijn niet verschuldigd indien en voor zover:

    • a. de werknemer zijn aanspraak op mogelijke wettelijke uitkeringen als bedoeld in de vorige leden, niet heeft of verliest ten gevolge van eigen opzet of schuld.

    • b. de werknemer ter zake van zijn arbeidsongeschiktheid dan wel uit hoofde van een hem overkomen ongeval, een vordering tot schadevergoeding kan doen gelden jegens derden. In dat geval zal de werkgever het in lid 3 bedoelde nettosalaris, respectievelijk de in lid 4 bedoelde aanvulling betalen bij wijze van voorschot op de schadevergoeding. De werknemer is verplicht op een daartoe strekkend verzoek van de werkgever zijn recht op schadevergoeding ten bedrage van het voorschot aan de werkgever over te dragen door tekening van een akte van cessie. Na de in de vorige volzin bedoelde cessie kunnen de voorschotten niet meer worden teruggevorderd.

  • 6. Eventuele wettelijke uitkeringen in verband met de arbeidsongeschiktheid worden in mindering gebracht op het loon.

Artikel 13 Uitkering bij overlijden

  • 1. De werkgever is verplicht aan de nagelaten betrekkingen van de werknemer over de periode vanaf de dag van overlijden tot en met de laatste dag van de tweede maand na de maand waarin het overlijden plaatsvond, een uitkering te verlenen ten bedrage van het loon, dat de werknemer laatstelijk rechtens toekwam.

  • 2. Voor de toepassing van dit artikel worden onder nagelaten betrekkingen verstaan de langstlevende der echtgenoten van wie de werknemer niet duurzaam gescheiden leefde, dan wel de daarmee op grond van een wettelijk voorgeschreven ziekte- of arbeidsongeschiktheidsverzekering ter zake van de uitkering bij overlijden gelijkgestelde persoon, of bij ontstentenis van deze de minderjarige wettige of natuurlijke kinderen.

    Als echtgenoten worden mede aangemerkt niet gehuwde personen van verschillend of gelijk geslacht, die duurzaam een gezamenlijke huishouding voeren, tenzij het betreft personen tussen wie bloedverwantschap in de eerste of tweede graad bestaat. Voorts is bepaald dat van een gezamenlijke huishouding slechts sprake kan zijn, indien twee ongehuwde personen gezamenlijk voorzien in de kosten van de huishouding, dan wel op andere wijze in elkaars verzorging voorzien.

Artikel 14 Loon bij vervanging

  • 1. Een werknemer heeft bij tijdelijke vervanging van een werknemer, nadat de vervanging 2 maanden heeft geduurd en zolang de vervanging duurt, recht op een vervangingstoeslag.

  • 2. De vervangingstoeslag is gelijk aan het verschil tussen het CAO-garantieloon voor 21-jarigen dat geldt voor de waar te nemen functie en het CAO-garantieloon voor 21-jarigen dat geldt voor de huidige functiegroep van de vervangende werknemer.

Artikel 15 Buitengewoon verlof

  • 1. In geval van verzuim wordt, mits hiervan tijdig mededeling is gedaan, aan werknemers het loon doorbetaald in de hierna te noemen gevallen en tot de daarbij vermelde maximum duur, mits wat begrafenissen, huwelijken en dergelijke betreft de plechtigheid wordt bijgewoond en op die dagen gewoonlijk arbeid wordt verricht.

    • a. bij ondertrouw van de werknemer gedurende een dag;

    • b. bij huwelijk van de werknemer en bij overlijden van niet inwonende buiten de plaats van vestiging van de werknemer woonachtige kinderen, gedurende twee dagen;

    • c. De werknemer heeft recht op verlof met behoud van loon voor een korte, naar billijkheid te berekenen tijd, wanneer hij zijn arbeid niet kan verrichten wegens het overlijden van de echtgeno(o)t(e) of van een inwonend kind van de werknemer;

    • d. bij het overlijden van kinderen, voor zover niet bedoeld onder b. en c. van dit lid, de ouders, schoonouders of grootouders van de werknemer, aangehuwde kinderen, broers en zusters, zwagers of schoonzusters van de werknemer, gedurende een dag;

    • e. bij huwelijk van eigen-, pleeg- of stiefkinderen, ouders en schoonouders, broers en zusters, zwagers en schoonzusters, grootouders en kleinkinderen, gedurende een dag;

    • f. bij bevalling van de echtgenote, geldt vanaf 1 januari 2019 de Wet WIEG. De partner heeft recht op eenmaal het aantal werkuren per week geboorteverlof;

    • g. voor het afleggen van examens van bedrijfsgebonden cursussen: tenminste de tijd die hiervoor nodig is;

    • h. ingeval van noodzakelijke medische behandeling, gedurende de werkelijke benodigde tijd tot ten hoogste een dag, voor zover de behandeling niet buiten de werktijd kan geschieden. De noodzakelijke medische behandeling dient zoveel mogelijk buiten werktijd te geschieden;

    • i. voor het zoeken naar een nieuwe werkgever na opzegging van de dienstbetrekking door de werkgever, indien de werknemer tenminste gedurende zes weken onmiddellijk aan de opzegging voorafgaand onafgebroken bij de onderneming in dienst is geweest, 5 uren opeenvolgend of bij gedeelten;

    • j. bij vervulling van een van overheidswege zonder geldelijke vergoeding opgelegde persoonlijke verplichting (tenzij het een taakstraf betreft), de werkelijke benodigde tijd tot ten hoogste 4,5 uur;

    • k. bij een 25-jarig huwelijk en een 25-jarig dienstjubileum, gedurende 2 werkdagen;

    • l. bij een 40-jarig huwelijk en een 40-jarig dienstjubileum, gedurende 2 dagen;

    • m. bij een 25-, 40-, 50-jarig huwelijksjubileum van ouders of schoonouders, gedurende een dag;

    • n. voor het regelen van eerste opvang bij ziekte van eigen-, pleeg- of stiefkinderen tot en met de 12-jarige leeftijd, gedurende maximaal 2 dagen per jaar.

    • o. na overleg van de officiële documenten kan de werknemer bij de werkgever een aanvraag indienen voor adoptieverlof. De voorwaarden zoals in de wet aangegeven dienen daarbij als leidraad. Adoptieverlof met behoud van loon via de UWV kan voor een periode van maximaal 4 weken worden aangevraagd.

    • p. Met betrekking tot zorgverlof hebben CAO partijen afgesproken de wettelijke loondoorbetalingnorm van 70% te hanteren.

  • 2. Voor het bijwonen van algemene vergaderingen, indien de werknemer deel uitmaakt van een der hogere bondsorganen of afgevaardigde is van een afdeling, zal tot een maximum van drie dagen in een kalenderjaar en voor zover de eisen van de onderneming dit toelaten, bijzonder verlof met behoud van loon worden verleend.

  • 3. Een werknemer heeft recht op verlof zonder behoud van loon voor de bijwoning van vergaderingen van organen en commissies van publiekrechtelijke lichamen, indien hij van zulk een orgaan of commissie deel uitmaakt.

  • 4. Voor het bijwonen van vormings- en scholingscursussen van werknemersorganisaties, tenzij de eisen van de onderneming zich hiertegen verzet, zal aan de werknemer met behoud van loon maximaal 5 dagen, waarvan 3 maximaal aaneengesloten, verzuim worden toegestaan, indien het verzoek van de werknemer wordt ondersteund door een schriftelijke verklaring van eerdergenoemde werknemersorganisaties dat deelname van de werknemer aan de cursus wenselijk moet worden geacht.

  • 5. Voor toepassing van het bepaalde in lid 1 wordt huwelijk gelijkgesteld aan duurzame samenlevingsvormen die van tevoren aan de werkgever kenbaar zijn gemaakt.

  • 5. Calamiteitenverlof – In geval van een calamiteit, waaronder acuut levensgevaar of plotseling optredende ernstige ziekte van de echtgeno(o)t(e), ouders, stiefouders, schoonouders, kinderen, stief-, pleeg- of aangehuwde kinderen, heeft de werknemer recht op doorbetaling van het loon

  • 7. Palliatief verlof - Werknemer heeft recht op palliatief verlof, hetgeen betekent 10 dagen betaald verlof voor de zorg voor familie in de eerste graad (echtgenoot, echtgenote, ouders, kinderen, broers en zussen) in zijn/haar laatste levensfase. De wettelijke loondoorbetalingnorm van 70% wordt hierbij gehanteerd.

Artikel 16 Functieprofielen, lonen en loontabellen

  • 1. De CAO lonen en de feitelijk betaalde lonen worden met ingang van 1 januari 2019 verhoogd met 2%.

    De CAO lonen en de feitelijk betaalde lonen worden met ingang van 1 januari 2020 verhoogd met 2%.

  • 2. Medewerkers hebben jaarlijks recht op het volgen van twee scholingsdagen vanuit het branche-opleidingsprogramma, welke voor 100% worden doorbetaald door de werkgever.

  • 3. Voor medewerkers die gemiddeld 12 uur per week of minder werken is het toegestaan een all-in uurloon af te spreken.

  • 4. De in lid 10 omschreven functieprofielen, en de daaraan gekoppelde vereisten met betrekking tot taakgebieden en de daarbij behorende lonen zijn van toepassing. Werkgevers en werknemers dienen schriftelijk te zijn overeengekomen in welk functieprofiel zij, gezien hun ervaring en opleiding, worden geplaatst en het daarbij behorende loon. Voorwaarde is dat een werknemer niet teruggaat in loon naar aanleiding van de functieprofielplaatsing.

  • 5. Werkgever is verplicht minimaal 1 maal per jaar met zijn medewerkers een functioneringsgesprek te houden. In dit gesprek is naast het bespreken van het functioneren en de indeling van de medewerker in een functiegroep ook het bespreken van een persoonlijk opleidingsplan een verplicht onderwerp.

  • 6. Aan doorstroming in functieprofielen zijn verplichte ontwikkeltrajecten verbonden.

  • 7. Indien een werknemer wordt geplaatst in een functieprofiel waarvan hij/zij de daarbij vereiste competenties nog niet (allemaal) beheerst, plannen werkgever en werknemer in onderling overleg de termijn waarbinnen en hoe werknemer dit op het vereiste niveau kan brengen. Alle afspraken hieromtrent dienen schriftelijk te worden vastgelegd.

  • 8. Indien binnen de onderneming geen mogelijkheid bestaat een eerste AGF versleidinggevende of AGF versmanager te plaatsen, vindt geen doorstroming plaats in deze functies.

  • 9. Indien partijen niet tot overeenstemming kunnen komen, dienen zij zich te wenden tot de commissie Arbeidsvoorwaarden voor een onafhankelijk advies. Zowel werkgever als werknemer heeft het recht zich tot de commissie te wenden.

  • 10. Functieprofielen

    Een extra aanvulling op de omschrijving van de functie en een opsomming van de bijbehorende competenties is opgenomen in de bijlage. Tevens is in deze bijlage terug te lezen welke cursusmogelijkheden er zijn om aan de vereiste competenties (kennisvaardigheden) te kunnen voldoen.

    Aanloopschaal

    De aanloopschaal is bedoeld voor nieuwe medewerkers in de branche, zonder enige ervaring of branchekennis. Nieuwe medewerkers verblijven maximaal 3 maanden in deze functieschaal. In deze periode dienen de competenties verworven te worden welke doorstroom naar functiegroep A mogelijk maakt.

    Verkoopassistent (A):

    De verkoopassistent is in opleiding, voert een beperkt aantal activiteiten uit in de winkel alsmede productiewerkzaamheden, en heeft contact met de klant. Zijn/haar taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn operationeel van aard.

    De verkoopassistent wordt ingedeeld in functiegroep A en gaat na maximaal 12 maanden over naar functiegroep B, indien aan de daartoe behorende competenties voor 80% wordt voldaan.

    AGF versadviseur (B):

    De AGF versadviseur heeft een breed, meest uitvoerend, takenpakket in de winkel. Het contact met de klant is erg belangrijk. Zijn/haar taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn operationeel van aard. Voor het uitvoeren van de werkzaamheden is een bepaalde mate van vakkennis nodig en vaardigheden op het gebied van snijkeuken en kookkeuken. De AGF versadviseur wordt ingedeeld in functiegroep B.

    AGF versspecialist (C):

    De AGF versspecialist is een medewerker met veel ervaring in de winkelpraktijk. Zijn/haar taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn voornamelijk operationeel van aard op het gebied van het verkoop- en productieproces. De AGF versspecialist verricht werkzaamheden waarvoor een hoge graad van vakbekwaamheid nodig is op het gebied van maaltijdadvisering.

    AGF versleidinggevende (D):

    De AGF versleidinggevende voert het bedrijfsbeleid uit en geeft leiding aan medewerkers. Hij/zij voert ook zelfstandig verkooptaken uit. Haar/zijn taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden zijn zowel tactisch als operationeel van aard. Voor het uitvoeren van de werkzaamheden worden eisen gesteld ten aanzien van uitgebreide vakkennis en leidinggeven. De uiteindelijke verantwoordelijkheid ten aanzien van managementtaken ligt bij een naast hogere in functie.

    AGF versmanager (E):

    Een AGF versmanager voert het beheer over een klein- of middelgroot onderdeel (vestiging) van een filiaalbedrijf. Hij/zij voert het ondernemingsbeleid uit, geeft leiding aan de medewerkers en voert ook verkoopteken uit. Haar/zijn taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn voornamelijk tactisch, strategisch en operationeel van aard.

  • 11. Functiejaren

    Met betrekking tot de functiejaren hebben CAO partijen een aanpassing afgesproken. Voor medewerkers, die in dienst zijn getreden vanaf 1 januari 2011, gelden de nieuwe functiejaren.

    Let op: Vanaf 1 juli 2019 is de leeftijd van het volwassenloon, bij wet, aangepast. Dit is eerder al gedaan per 1 juli 2017. Daarbij is het volwassenloon toegekend aan 22-jarigen. Vanaf 1 juli 2019 geldt het volwassenloon voor 21-jarigen. Er gelden vanaf dat moment nieuwe loontabellen. De bovenstaande loontabel vanaf 1 juli 2019 is hierop aangepast.

    De afgesproken loonsverhoging van 2% per 1 januari 2020 is in onderstaande tabel doorgevoerd.

Artikel 17 Werkkostenregeling

Sociale Partners hebben afgesproken om de fiscale mogelijkheden rondom de werkkostenregeling binnen de branche, positief, onder de aandacht te brengen. De werkkostenregeling betekent voor werknemers per saldo dat de werkkosten uit het brutoloon worden betaald. Het betreft dan een bedrag van maximaal € 300 per werknemer (met een maximum van 1,4% van het totale fiscale loon) als onbelaste vergoeding/verstrekking.

Deze onbelaste vergoeding kan voor meerdere doeleinden worden aangewend, onder andere:

  • reiskostenvergoeding;

  • fietsenplan (of elektrische scooter);

  • fitness;

  • vakbondscontributie.

Artikel 18 Beëindiging dienstverband

  • 1. Het opzeggen van een dienstverband voor bepaalde tijd heeft met ingang 1 januari 2015 andere voorwaarden gekregen. Deze CAO volgt hierin de wettelijke bepalingen.

  • 2. Bij opzegging van het dienstverband door werkgever of werknemer dienen de geldende wettelijke bepalingen in het Burgerlijk Wetboek ter zake van opzegging en beëindiging van het dienstverband in acht te worden genomen.

  • 3. Opzegging geschiedt wederzijds schriftelijk.

  • 4. De opzegging mag niet plaatsvinden als gevolg van het enkele feit dat de werknemer als (kader) lid van een werknemersorganisatie staat ingeschreven.

Artikel 19 Commissie Arbeidsvoorwaarden

  • 1.

    • a. partijen stellen een Commissie Arbeidsvoorwaarden in, bestaande uit 4 leden en 4 plaatsvervangende leden, waarvan 2 leden en 2 plaatsvervangende leden te benoemen door de in deze overeenkomst participerende werkgeversorganisaties en 2 leden en 2 plaatsvervangende leden door de in deze overeenkomst participerende werknemersorganisaties.

  • 2. De commissie kiest uit haar midden een voorzitter en een secretaris, zodanig dat deze functies over beide partijen worden verdeeld.

  • 3. De taak van de commissie bestaat uit:

    • a. het op verzoek van een werkgever en/of werknemer verlenen van dispensatie van het in deze CAO bepaalde, mits een dergelijk verzoek schriftelijk en gemotiveerd wordt ingediend. Cao-partijen zullen bij een ontheffingsverzoek in ieder geval de navolgende punten toetsen:

      • De redenen waarom ontheffing wordt gevraagd dienen voldoende gegrond te zijn;

      • De arbeidsvoorwaarden voor de werknemers dienen voldoende gewaarborgd te zijn;

      • De door de werkgever voorgestelde arbeidsvoorwaardenregeling(en) mag (mogen) niet in strijd zijn met wettelijke bepalingen.

    • b. het geven van advies over alle zaken die haar in deze CAO ter behandeling zijn of zullen worden opgedragen;

    • c. het desgewenst geven van advies omtrent de uitleg en/of de toepassing van deze CAO aan participerende organisaties, alsmede aan iedere werkgever of werknemer als bedoeld in artikel 1. Een verzoek om advies dient schriftelijk bij de commissie te worden gedaan;

    • d. het behandelen bij wijze van advies van geschillen omtrent de uitleg en/of de toepassing van deze CAO, indien partijen betrokken bij het geschil daarom schriftelijk verzoeken.

  • 4. Tot de taak van de Commissie Arbeidsvoorwaarden behoort mede het in behandeling nemen van geschillen over de indeling in functies, zoals geregeld in artikel 16 lid 4, indien een of beide partijen, betrokken bij het geval, daarom schriftelijk verzoekt. Geschillen kunnen worden voorgelegd door zowel betrokkenen als door hen vertegenwoordigende organisaties.

  • 5. Indien slechts één partij zich richt tot de Commissie met een vraag en/of probleemstelling, zal de wederpartij hiervan op de hoogte worden gebracht. Deze wordt in de gelegenheid gesteld te reageren alvorens de Commissie uitspraak doet.

  • 6.

    • a. De beslissing van de Commissieleden dient unaniem te zijn alvorens een advies kan worden uitgebracht. Indien de beslissing niet unaniem is, zal deze uitkomst schriftelijk en gemotiveerd worden uitgebracht naar betreffende partijen. De Commissie Arbeidsvoorwaarden zal binnen een termijn van vier weken de beslissing kenbaar maken. Indien meer tijd nodig is om tot een beslissing te komen, zullen partijen binnen de termijn van vier weken hiervan op de hoogte worden gebracht door middel van een duidelijke toelichting. Deze procedure wordt ook aangehouden voor de in artikel 19 lid 3a genoemde dispensatieverzoeken.

    • b. Partijen verplichten zich geen gerechtelijke procedure aan te spannen betreffende geschillen als vermeld in dit artikel, alvorens van de Commissie Arbeidsvoorwaarden een advies te hebben gevraagd.

  • 7. De Commissie Arbeidsvoorwaarden is gevestigd aan het Prins Mauritsplein 1a, 2582 NA te Den Haag.

Artikel 21 Overgangsbepaling

Bestaande afspraken en rechtens geldende regelingen blijven, voor zover zij in gunstige zin van het bepaalde in deze collectieve arbeidsovereenkomst afwijken, gehandhaafd voor de werknemers die op de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst in dienst van de werkgever te zijn.

Artikel 23 Sociaal Fonds

Ten aanzien van het Sociaal Fonds hebben partijen een aparte collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten.

BIJLAGE 3 ARBOBELEID

Een goed personeelsbeleid en arbobeleid levert veel op. In de eerste plaats werkplezier, in de tweede plaats een veilig gevoel en veilige omgeving. Hierdoor zal het ziekteverzuim dalen, de productiviteit stijgen. Een goede werksfeer wordt overgebracht op de consument. Kortom het biedt tal van pluspunten, hetgeen is te bereiken door bewust bezig te zijn met dit thema.

Een goede start hiertoe is het invullen van de Risico-invenatrisatie & Evaluatie (RIE). Niet alleen omdat dit een wettelijke verplichting is, maar ook omdat het u een goede blik op uw bedrijf geeft. Voor de AGF Detailhandel is een speciaal digitaal instrument ontwikkeld om te voldoen aan deze wettelijke verplichting. Te downloaden via de website: www.agfdetailhandel.nl.

De afgelopen jaren is er veel aandacht besteed aan personeels- en arbobeleid. Gezamenlijk met de werknemersorganisaties (FNV en CNV) is er gewerkt aan het opstellen van een Arbocatalogus voor de branche. Deze is ontwikkeld, getoetst door het Ministerie en goedgekeurd. De Arbocatalogus beschrijft (minimaal) de twee belangrijkste risicofactoren in de groentewinkel. Voor de AGF branche gaat het dan om fysieke belasting en snijrisico’s.

De Arbocatalogus is gedigitaliseerd en dus ook via internet te raadplegen. Het adres is: http://adn.dearbocatalogus.nl

Voor vragen met betrekking tot de Arbocatalogus kunt u terecht bij een van de Werkgeversorganisaties:

  • Voor de gevestigde groentewinkels is dat AGF Detailhandel Nederland

  • Voor de Markthandel is dat de Centrale Vereniging voor de Ambulante Handel (CVAH)

Functienaam: Verkoopassistent

Functiegroep A

Profiel van de functie verkoopassistent

De verkoopassistent is in opleiding, voert een beperkt aantal activiteiten uit in de winkel (alsmede productiewerkzaamheden) en heeft contact met de klant. Zijn/haar taken en bevoegdheden zijn operationeel van aard.

De verkoopassistent wordt ingedeeld in functiegroep A en gaat na maximaal 12 maanden over naar functiegroep B, indien aan de daartoe behorende competenties voor 80% wordt voldaan.

De verkoopassistent moet ten minste beschikken over:

  • Representatief gedrag in de verkoopsituatie;

  • Behulpzaamheid en klantvriendelijkheid;

  • Pro-activiteit (dat wil zeggen werk zien en dingen vanzelf doen);

  • Besef van veiligheid en hygiënisch werken.

Een AGF verkoopassistent voert de werkzaamheden onder leiding uit.

Functiegroep A – Winkel én Productie

Taakgebied/kerncompetentie

   

Verkoop

voldoet

voldoet niet

Spreekt de klant aan

   

Kan hierbij de juiste beroepshouding aannemen

   

Kan de klant correct aanspreken in de Nederlandse taal

   

Herkent de meest voorkomende producten en de herkomst ervan

   

Kent de wettelijke aanduidingsverplichtingen voor de AGF producten in de verkoop

   

Informeert de klant over artikelen

   

Kan daarbij een attitude aannemen van meedenken met de consument

   

Wijst de klant op acties en aanbiedingen

   

Verwijst de klant naar een artikel/schap

   

Kan bijverkoop toepassen

   

Verpakt aangekochte artikelen

   

Bedient de kassa

   

Neemt betaalmiddelen aan

   

Vult kassalade aan

   

Vervangt kassarollen

   

Neemt waardebonnen in

   

Houdt de voorraad van wisselgeld bij

   

Is in staat volgens richtlijnen de geldmiddelen te beheren

   

Voert correctiehandelingen uit op kassa

   

Kan op basis van kengetallen een schappenplan ontwikkelen

   

Is in staat de telefoon aan te pakken en te beantwoorden

   

Is in staat een faxbericht te verzenden

   

Is in staat een e-mail bericht te verzenden

   
     

Vaktechniek

   

Reinigt de winkel

   

Reinigt de winkelinventaris en machines

   

Reinigt overige ruimten

   

Is daarbij in staat volgens ARBO richtlijnen te werken

   

Houdt artikelpresentaties op orde

   

Verzorgt zichzelf dusdanig dat samenhang met verse producten is gewaarborgd

   

Plaatst artikelen in de vitrine

   

Plaatst prijskaarten en tekstkaarten

   

Maakt artikelen verkoopklaar (verpakken)

   

Draagt hierbij verzorgde kleding in combinatie met beroepskleding

   

Vult en spiegelt vakken

   

Prijst artikelen

   

Kan producten snijden en be-/verwerken

   

Kan rauwkost en salades maken

   

Kent de smaakeigenschappen van de meest voorkomende AGF

   

producten

   

Is op de hoogte van service en garantiemogelijkheden

   
     

Technologie

   

Bedient snij apparatuur

   

Kan volgens voorschriften op het gebied van hygiëne te werken

   

Kan een snijplan lezen

   

Kan veilig werken voor zichzelf en anderen bij het bedienen van snij apparatuur

   

Leest receptuur

   

Kan recepten meegeven aan de klant

   

Bedient weegschalen

   

Vervaardigt prijskaarten

   

Signaleert diefstal en andere derving

   

Brengt promotiemateriaal aan

   

Kan de regels op het gebied van afvalstromen toepassen

   
Functiegroep A – Winkel

Taakgebied/kerncompetentie

   

Verkoop

Voldoet

Voldoet niet

Spreekt de klant aan

   

Kan hierbij de juiste beroepshouding aannemen

   

Kan de klant correct aanspreken in de Nederlandse taal

   

Herkent de meest voorkomende producten en de herkomst ervan

   

Kent de wettelijke aanduidingsverplichtingen voor de AGF producten in de verkoop

   

Informeert de klant over artikelen

   

Kan daarbij een attitude aannemen van meedenken met de consument

   

Wijst de klant op acties en aanbiedingen

   

Verwijst de klant naar een artikel/schap

   

Kan bijverkoop toepassen

   

Verpakt aangekochte artikelen

   

Bedient de kassa

   

Neemt betaalmiddelen aan

   

Vult kassalade aan

   

Vervangt kassarollen

   

Neemt waardebonnen in

   

Houdt de voorraad van wisselgeld bij

   

Is in staat volgens richtlijnen de geldmiddelen te beheren

   

Voert correctiehandelingen uit op kassa

   

Kan op basis van kengetallen een schappenplan ontwikkelen

   

Is in staat de telefoon aan te pakken en te beantwoorden

   

Is in staat een faxbericht te verzenden

   

Is in staat een e-mail bericht te verzenden

   
     

Vaktechniek

   

Reinigt de winkel

   

Reinigt de winkelinventaris en machines

   

Is daarbij in staat volgens ARBO richtlijnen te werken

   

Houdt artikelpresentaties op orde

   

Verzorgt zichzelf dusdanig dat samenhang met verse producten is gewaarborgd

   

Plaatst artikelen in de vitrine

   

Plaatst prijskaarten en tekstkaarten

   

Maakt artikelen verkoopklaar (verpakken)

   

Draagt hierbij verzorgde kleding in combinatie met beroepskleding

   

Vult en spiegelt vakken

   

Prijst artikelen

   

Kent de smaakeigenschappen van de meest voorkomende AGF producten

   
     

Technologie

   

Kan volgens voorschriften op het gebied van hygiëne te werken

   

Kan recepten meegeven aan de klant

   

Bedient weegschalen

   

Vervaardigt prijskaarten

   

Signaleert diefstal en andere derving

   

Brengt promotiemateriaal aan

   

Kan de regels op het gebied van afvalstromen toepassen

   
Functiegroep A – Productie

Taakgebied/kerncompetentie

   

Verkoop

voldoet

voldoet niet

Herkent de meest voorkomende producten en de herkomst ervan

   

Kent de wettelijke aanduidingsverplichtingen voor de AGF producten in de verkoop

   
     

Vaktechniek

   

Reinigt overige ruimten

   

Is daarbij in staat volgens ARBO richtlijnen te werken

   

Verzorgt zichzelf dusdanig dat samenhang met verse producten is gewaarborgd

   

Kan producten snijden en be-/verwerken

   

Draagt hierbij verzorgde kleding in combinatie met beroepskleding

   

Kan rauwkost en salades maken

   
     

Technologie

   

Bedient snij apparatuur

   

Kan volgens voorschriften op het gebied van hygiëne werken

   

Kan een snijplan lezen

   

Kan veilig werken voor zichzelf en anderen bij het bedienen van snij apparatuur

   

Leest receptuur

   

Bedient weegschalen

   

Signaleert diefstal en andere derving

   

Kan de regels op het gebied van afvalstromen toepassen

   

Is in staat de telefoon aan te pakken en te beantwoorden

   

Is in staat een faxbericht te verzenden

   

Is in staat een e-mail bericht te verzenden

   

Functienaam AGF versadviseur

Functiegroep B

Profiel van de functie van AGF versadviseur

De AGF versadviseur heeft een breed, meest uitvoerend, takenpakket in de winkel. Het contact met de klant is erg belangrijk. Zijn/haar taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn operationeel van aard. Voor het uitvoeren van de werkzaamheden is een bepaalde mate van vakkennis nodig én vaardigheden op het gebied van snij keuken en kookkeuken.

De AGF versadviseur wordt ingedeeld in functiegroep B.

De verkoopmedewerker moet ten minste beschikken over:

  • Representatief gedrag in de verkoopsituatie;

  • Behulpzaamheid en klantvriendelijkheid;

  • Pro-activiteit;

  • Besef van veilig en hygiënisch werken;

  • Zelfstandigheid voor het uitvoeren van de werkzaamheden.

En verder:

  • Openstaan voor nieuwe marktontwikkelingen en veranderend koopgedrag;

  • Openstaan voor het werken met nieuwe technieken en technologieën.

Functiegroep B- Winkel én Productie

Taakgebied/kerncompetentie

   

Verkoop

voldoet

voldoet niet

Spreekt de klant aan

   

Is in staat te luisteren en te interpreteren

   

Kan de klant observeren en kan conclusies verbinden aan non-verbaal gedrag

   

Kan gerichte vragen stellen in specifieke verkoopsituaties

   

Informeert de klant over artikelen en maaltijden

   

Heeft kennis van overige versproducten in combinatie met AGF

   

Wijst de klant op acties en aanbiedingen

   

Kent de herkomst van producten

   

Heeft kennis van de diversiteit van AGF producten

   

Kent smaakeigenschappen en voedingswaarde van producten

   

Heeft kennis van de varianten van de AGF producten

   

Kent de aard van AGF producten in relatie tot de kwaliteit en gebruiksdoel

   

Heeft kennis van ecologische producten en de toepassing ervan

   

Verwijst de klant naar een artikel/schap

   

Stelt koopbehoefte klant vast

   

Kan een moeilijk te beantwoorden koopwens vertalen en doorgeven aan leiding

   

Toont en demonstreert artikelen en kan hierdoor bijverkoop bevorderen

   

Past plaatsvervangende verkoop toe

   

Verpakt aangekochte artikelen

   

Bedient de kassa

   

Kan alle voorkomende kassahandelingen uitvoeren

   

Neemt betaalmiddelen aan

   

Vult kassalade aan

   

Vervangt kassarollen

   

Neemt waardebonnen in

   

Houdt de voorraad van wisselgeld bij

   

Voert correctiehandelingen uit op kassa

   

Maakt de kassalade op

   
     

Vaktechniek

   

Reinigt de winkel

   

Reinigt de winkelinventaris en machines

   

Reinigt overige ruimten

   

Houdt artikelpresentaties op orde

   

Is in staat een presentatie zowel voor binnen als voor buiten uit te voeren

   

Plaatst artikelen in de vitrine

   

Kan een productopmaak verzorgen (fruitarrangementen e.d.)

   

Plaatst prijskaarten en tekstkaarten

   

Maakt artikelen verkoopklaar (productie)

   

Vult en spiegelt vakken

   

Prijst artikelen

   

Signaleert probleemartikelen

   

Kan producten bereiden

   

Heeft kennis van de gebruikte E nummering van producten

   

Kent de technieken van koken, bakken, braden, wokken en kan deze toepassen

   

Is in staat tot het toepassen van gratineren van versproducten

   

Is in staat tot het toepassen van grillen van versproducten

   

Is in staat tot het toepassen van pasteuriseren en steriliseren van versproducten

   

Is in staat AGF producten te koelen

   

Is in staat AGF producten terug te koelen

   

Is in staat versproducten in te vriezen

   

Is in staat AGF producten te drogen

   

Is in staat AGF producten te vacumeren

   

Is in staat volgens voorschriften conserveringsmiddelen toe te passen

   

Is in staat AGF producten op de voorgeschreven wijze op te slaan en te bewaren

   

Is in staat de PH zuurgraad van producten vast te stellen

   

Signaleert nee-verkoop

   

Stelt zich op de hoogte van nieuwe producten

   

Kan receptuur lezen en toepassen

   

Kan receptuur ontwikkelen

   

Past de code voor hygiënisch werken toe (HACCP)

   

Signaleert veranderende koopwensen

   

Heeft kennis van na besmetting

   

Heeft kennis van kruisbesmetting

   
     

Technologie

   

Bedient snij apparatuur

   

Kan een snijplan maken

   

Bedient weegschalen

   

Bedient faxen en ICT-toepassingen

   

Kan een faxbericht opstellen en verzenden

   

Kan een e-mail bericht opstellen en verzenden

   

Vervaardigt prijskaarten

   

Signaleert diefstal en andere derving

   

Brengt promotiemateriaal aan

   

Neemt de voorraad op

   

Registreert beschadiging en breuk

   
     

Management

   

Neemt aangekochte artikelen terug

   

Bestelt artikelen

   

Handelt klachten af

   

Kan een klacht van een klant analyseren en interpreteren

   
Functiegroep B – Winkel

Taakgebied/kerncompetentie

   

Verkoop

Voldoet

Voldoet niet

Spreekt de klant aan

   

Is in staat te luisteren en te interpreteren

   

Kan de klant observeren en kan conclusies verbinden aan non-verbaal gedrag

   

Kan gerichte vragen stellen in specifieke verkoopsituaties

   

Informeert de klant over artikelen en maaltijden

   

Heeft kennis van overige versproducten in combinatie met AGF

   

Wijst de klant op acties en aanbiedingen

   

Kent de herkomst van producten

   

Heeft kennis van de diversiteit van AGF producten

   

Kent smaakeigenschappen en voedingswaarde van producten

   

Heeft kennis van de varianten van de AGF producten

   

Kent de aard van AGF producten in relatie tot de kwaliteit en gebruiksdoel

   

Heeft kennis van ecologische producten en de toepassing ervan

   

Verwijst de klant naar een artikel/schap

   

Stelt koopbehoefte klant vast

   

Kan een moeilijk te beantwoorden koopwens vertalen en doorgeven aan leiding

   

Toont en demonstreert artikelen en kan hierdoor bijverkoop bevorderen

   

Past plaatsvervangende verkoop toe

   

Verpakt aangekochte artikelen

   

Bedient de kassa

   

Kan alle voorkomende kassahandelingen uitvoeren

   

Neemt betaalmiddelen aan

   

Vult kassalade aan

   

Vervangt kassarollen

   

Neemt waardebonnen in

   

Houdt de voorraad van wisselgeld bij

   

Voert correctiehandelingen uit op kassa

   

Maakt de kassalade op

   
     

Vaktechniek

   

Reinigt de winkel

   

Reinigt de winkelinventaris en machines

   

Houdt artikelpresentaties op orde

   

Is in staat een presentatie zowel voor binnen als voor buiten uit te voeren

   

Plaatst artikelen in de vitrine

   

Kan een productopmaak verzorgen (fruitarrangementen e.d.)

   

Plaatst prijskaarten en tekstkaarten

   

Vult en spiegelt vakken

   

Prijst artikelen

   

Signaleert probleemartikelen

   

Heeft kennis van de gebruikte E nummering van producten

   

Is in staat AGF producten op de voorgeschreven wijze op te slaan en te bewaren

   

Signaleert nee-verkoop

   

Stelt zich op de hoogte van nieuwe producten

   

Past de code voor hygiënisch werken toe (HACCP)

   

Signaleert veranderende koopwensen

   
     

Technologie

   

Bedient weegschalen

   

Bedient faxen en ICT-toepassingen

   

Kan een faxbericht opstellen en verzenden

   

Kan een e-mail bericht opstellen en verzenden

   

Vervaardigt prijskaarten

   

Signaleert diefstal en andere derving

   

Brengt promotiemateriaal aan

   

Neemt de voorraad op

   

Registreert beschadiging en breuk

   
     

Management

   

Neemt aangekochte artikelen terug

   

Bestelt artikelen

   

Handelt klachten af

   

Kan een klacht van een klant analyseren en interpreteren

   
Functiegroep B – Productie

Taakgebied/kerncompetentie

   

Verkoop

voldoet

voldoet niet

Heeft kennis van overige versproducten in combinatie met AGF

   

Kent de herkomst van producten

   

Heeft kennis van de diversiteit van AGF producten

   

Kent smaakeigenschappen en voedingswaarde van producten

   

Heeft kennis van de varianten van de AGF producten

   

Kent de aard van AGF prod in relatie tot de kwaliteit en gebruiksdoel

   

Heeft kennis van ecologische producten en de toepassing ervan

   
     

Vaktechniek

   

Reinigt overige ruimten

   

Maakt artikelen verkoopklaar (productie)

   

Kan producten bereiden

   

Heeft kennis van de gebruikte E nummering van producten

   

Kent de technieken van koken, bakken, braden, wokken en kan deze toepassen

   

Is in staat tot het toepassen van gratineren van versproducten

   

Is in staat tot het toepassen van grillen van versproducten

   

Is in staat tot het toepassen van pasteuriseren en steriliseren van versproducten

   

Is in staat AGF product te koelen

   

Is in staat AGF product terug te koelen

   

Is in staat versproducten in te vriezen

   

Is in staat AGF product te drogen

   

Is in staat AGF product te vacumeren

   

Is in staat volgens voorschriften conserveringsmiddelen toe te passen

   

Is in staat AGF product op de voorgeschreven wijze op te slaan en te bewaren

   

Is in staat de PH zuurgraad van producten vast te stellen

   

Stelt zich op de hoogte van nieuwe producten

   

Kan receptuur lezen en toepassen

   

Kan receptuur ontwikkelen

   

Past de code voor hygiënisch werken toe (HACCP)

   

Heeft kennis van na besmetting

   

Heeft kennis van kruisbesmetting

   
     

Technologie

   

Bedient snij apparatuur

   

Kan een snijplan maken

   

Bedient weegschalen

   

Bedient faxen en ICT-toepassingen

   

Kan een faxbericht opstellen en verzenden

   

Kan een e-mail bericht opstellen en verzenden

   

Vervaardigt prijskaarten

   

Signaleert diefstal en andere derving

   

Registreert beschadiging en breuk

   
     

Management

   

Bestelt artikelen

   

Handelt klachten af

   

Een medewerker wordt in de functiegroep AGF versadviseur geplaatst indien deze aan 80% van de competenties voldoet

Functienaam AGF versspecialist

Functiegroep C

Profiel van de functie van AGF versspecialist

De AGF versspecialist is een medewerker met veel ervaring in de winkelpraktijk. Zijn/haar taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn voornamelijk operationeel van aard op het gebied van het verkoop- en productieproces. De AGF versspecialist verricht werkzaamheden waarvoor een hoge graad van vakbekwaamheid nodig is op het gebied van maaltijdadvisering.

De eerste verkoopmedewerker moet ten minste beschikken over:

  • Representatief gedrag in de verkoopsituatie;

  • Behulpzaamheid en klantvriendelijkheid;

  • Pro-activiteit;

  • Een houding voor veilig en hygiënisch kunnen werken;

  • Zelfstandigheid voor het uitvoeren van de werkzaamheden.

En verder:

  • Open staan voor nieuwe marktontwikkelingen en veranderend koopgedrag;

  • Open staan voor het werken met nieuwe technieken en technologieën;

  • Tactisch kunnen optreden in onverwachte situaties;

  • Anderen kunnen motiveren en stimuleren;

  • Leiding kunnen geven aan anderen in de verkoop en ten aanzien van de hygiëne.

Taakgebied/kerncompetentie AGF versspecialist (verplicht)

   

Verkoop

Voldoet

Voldoet niet

Spreekt de klant aan

   

Observeert de klant

   

Adviseert de klant

   

Informeert de klant over service en garantie

   

Informeert de klant over artikelen en maaltijden

   

Adviseert de klant over het bereiden van maaltijden

   

Kent smaakeigenschappen en voedingswaarde

   

Kent de herkomst van producten

   

Stelt koopbehoefte klant vast

   

Informeert de klant over de artikelen

   

Wijst de klant op acties en aanbiedingen

   

Toont en demonstreert artikelen

   

Verwijst de klant naar een artikel / schap

   

Past plaatsvervangende verkoop toe

   

Past bijverkoop toe

   

Verpakt aangekochte artikelen

   

Bedient de kassa

   

Neemt betaalmiddelen aan

   

Vult kassalade aan

   

Vervangt kassarollen

   

Maakt de kassalade op

   

Neemt waardebonnen in

   

Schrijft BTW bonnen uit

   

Houdt de voorraad van wisselgeld bij

   

Voert correctiehandelingen uit op kassa

   

Doet voorstellen voor verkoopbevordering

   

Past de code voor hygiënisch werken toe

   

Past de regels voor de voedselveiligheid toe

   

Past de regels toe ten aanzien van verpakking en milieu

   

Houdt zich op de hoogte van ecologische producten

   
     

Vaktechniek

   

Reinigt de winkel

   

Reinigt de winkelinventaris en machines

   

Reinigt overige ruimten

   

Controleert de hygiëne in de verkoopruimten

   

Houdt artikelpresentaties op orde

   

Plaatst artikelen in de vitrine

   

Plaatst prijskaarten en tekstkaarten

   

Ontvangt goederen

   

Maakt retourbonnen

   

Controleert vervoersbescheiden en facturen

   

Maakt artikelen verkoopklaar (productie)

   

Vult en spiegelt vakken

   

Signaleert probleemartikelen

   

Prijst artikelen

   

Signaleert veranderende koopwensen

   

Signaleert nee-verkoop

   

Stelt zich op de hoogte van nieuwe producten

   

Stelt hiaten vast in het assortiment

   

Beoordeelt de omloopsnelheid van artikelen

   

Kan receptuur lezen en toepassen

   

Kan receptuur ontwikkelen

   

Past technieken toe van koken, bakken en braden e.d.

   
     

Technologie

   

Bedient snij apparatuur

   

Bedient weegschalen

   

Bedient faxen en ICT toepassingen

   

Vervaardigt prijskaarten

   

Controleert prijs- en tekstkaarten

   

Verricht prijscontroles

   

Signaleert diefstal en andere derving

   

Houdt de van diefstal verdachte aan

   

Waarschuwt de politie

   

Neemt de voorraad op

   

Registreert beschadiging en breuk

   

Controleert de kwaliteit van de artikelen

   

Brengt promotiemateriaal aan

   
     

Management

   

Handelt klachten af

   

Bestelt artikelen

   

Maakt inventarisaties van de voorraad

   

Controleert de kassa registratie

   

Onderzoekt kasverschillen

   

Bespreekt kasverschillen met betrokkenen

   

Lost oorzaken kasverschillen op

   

Maakt werkverdelingen en werkroosters

   

Controleert personeelsaankopen

   

Begeleidt medewerkers bij uitvoering van werk

   

Een medewerker wordt in de functiegroep AGF versspecialist geplaatst indien deze aan 80% van de competenties voldoet

Functienaam AGF Vers leidinggevende

Functiegroep D

Profiel van de functie van AGF vers leidinggevende

De AGF vers leidinggevende voert het bedrijfsbeleid uit en geeft leiding aan medewerkers. Hij/zij voert ook zelfstandig verkooptaken uit. Haar/zijn taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden zijn zowel tactisch als operationeel van aard. Aan het uitvoeren van de werkzaamheden worden eisen gesteld ten aanzien van uitgebreide vakkennis en leidinggeven. De uiteindelijke verantwoordelijkheid ten aanzien van managementtaken ligt bij een naast hogere in functie.

De AGF vers leidinggevende moet ten minste beschikken over:

  • Representatief gedrag in de verkoopsituatie;

  • Behulpzaamheid en klantvriendelijkheid;

  • Pro-activiteit;

  • Gedrag voor veilig en hygiënisch kunnen werken op basis van HACCP en ARBO;

  • Zelfstandigheid voor het uitvoeren van de werkzaamheden.

En verder:

  • Openstaan voor nieuwe marktontwikkelingen en veranderend koopgedrag;

  • Openstaan voor het werken met nieuwe technieken en technologieën;

  • Tactisch kunnen optreden in onverwachte situaties;

  • Anderen kunnen motiveren en stimuleren;

  • Leiding kunnen geven aan anderen in de verkoop, kassabeheer, ten aanzien van de hygiëne, de artikelpresentaties, het artikelbeheer en de dervingbestrijding;

  • Beleid kunnen vertalen in de praktische situatie (analytisch denken);

  • Mee kunnen denken en praten over verbetering van de bedrijfsvoering (commercieel).

Taakgebied/kerncompetentie AGF vers leidinggevende (verplicht)

   

Verkoop

Voldoet

Voldoet niet

Informeert de klant over aanvoertijden

   

Past plaatsvervangende verkoop toe

   

Past bijverkoop toe

   

Informeert de klant over betalingsmogelijkheden

   

Schrijft BTW bonnen uit

   

Handelt niet contante verkopen af

   

Voert kassa controles uit

   

Roomt de kassa af en verricht bankstortingen

   

Houdt de voorraad wisselgeld op peil

   

Archiveert kassaregistraties

   

Berekent kengetallen

   
     

Vaktechniek

   

Doet voorstellen voor artikelpresentaties

   

Doet voorstellen voor actiepresentaties

   

Controleert de HACCP normen

   

Neemt de voorraad op

   

Controleert de kwaliteit van artikelen

   

Beoordeelt de omloopsnelheid van artikelen

   

Signaleert veranderende wensen van klanten

   

Doet verbeteringsvoorstellen voor het assortiment

   

Stelt zich op de hoogte van productinnovaties

   

Maakt plannen voor dervingbestrijding

   

Maakt plannen voor diefstalbestrijding

   

Maakt displayplanningen

   

Plant verkoopbevorderingsacties

   

Organiseert verkoopbevorderingsactiviteiten

   

Stelt verkoopprognoses op

   

Maakt omzetberekeningen

   

Rapporteert verkoopresultaten

   

Rapporteert verkoopprognoses

   

Plant de ontvangst van artikelen

   

Bepaalt de ordergrootte en orderfrequentie

   

Reclameert bij leveranciers

   

Administreert de voorraad

   

Controleert prijs- en tekstkaarten

   

Controleert inkomende goederen

   

Controleert vervoersbescheiden

   

Controleert facturen en pakbonnen

   

Registreert aanwezigheid van personeel

   

Registreert ziekmelding

   

Verzorgt ziekmeldingen bij ARBO instantie

   
     

Technologie

   

Controleert de hygiëne in de winkelruimten

   

Stelt zich op de hoogte van nieuwe technologieën

   

Kan nieuwe technologieën toepassen

   

Kan nieuwe technologieën implementeren

   

Past de ARBO-wetgeving toe

   

Doet voorstellen inzake veilig werken

   

Stelt zich op de hoogte van ICT toepassingen

   

Doet voorstellen voor implementatie van ICT

   
     

Management

   

Controleert personeel op diefstal

   

Controleert personeelsaankopen

   

Bespreekt dervingsaspecten met personeel

   

Werft kandidaten voor vacatures

   

Voert sollicitatiegesprekken

   

Selecteert nieuwe medewerkers

   

Stelt introductieprogramma op

   

Introduceert nieuw personeel

   

Voert functioneringsgesprekken

   

Voert beoordelingsgesprekken

   

Voert voortgangsgesprekken

   

Stelt bezettingsplannen op

   

Controleert urenplanning

   

Verstrekt werkopdrachten aan het personeel

   

Houdt werkbesprekingen en werkoverleg

   

Begeleidt medewerkers bij uitvoering van werk

   

Neemt maatregelen voor vervanging

   

Stimuleert en motiveert het personeel

   

Begeleidt medewerkers bij hun opleiding

   

Controleert klachtenafhandeling

   

Stelt formatieplannen op voor de bezetting

   

Ontvangt vertegenwoordigers

   

Bepaalt de gewenste inkoopkwaliteiten

   

Stelt verkoopplannen op

   

Voert het ARBO-beleid uit

   

Beoordeelt verkoopprijzen van concurrenten

   

Voert milieuzorgsysteem uit

   

Voert kwaliteitszorgsysteem uit

   

Een medewerker wordt in de functiegroep AGF vers leidinggevende geplaatst indien deze aan 80% van de competenties voldoet

Functienaam AGF versmanager

Functiegroep E

Profiel van de functie van AGF versmanager

Een AGF versmanager voert het beheer over een klein- of middelgroot onderdeel (vestiging) van een filiaalbedrijf. Hij/zij voert het ondernemingsbeleid uit, geeft leiding aan de medewerkers en voert ook verkooptaken uit. Haar/zijn taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn voornamelijk tactisch, strategisch en operationeel van aard.

De filiaalbeheerder moet ten minste beschikken over:

  • Representatief gedrag in de verkoopsituatie;

  • Behulpzaamheid en klantvriendelijkheid;

  • Pro-activiteit;

  • Inspirerend leiderschap;

  • Motovatie veilig en hygiënisch te werken op basis van HACCP en ARBO;

  • Zelfstandigheid om de werkzaamheden te kunnen uitvoeren.

En verder:

  • Openstaan voor nieuwe marktontwikkelingen en veranderend koopgedrag;

  • Openstaan voor het werken met nieuwe technieken en technologieën;

  • Toe kunnen passen van ICT mogelijkheden en e-commerce;

  • Tactisch kunnen optreden in onverwachte situaties;

  • Leiding geven aan andere medewerkers;

  • Coachen, motiveren en stimuleren van andere medewerkers;

  • Opleiden van andere medewerkers;

  • Opleidingsplannen kunnen maken;

  • Beleid kunnen vertalen in de praktische situatie;

  • Voorstellen kunnen doen ter verbetering van de bedrijfsvoering;

  • De verbeteringsvoorstellen kunnen implementeren;

  • Analyses en interpretaties kunnen maken van bedrijfsgegevens;

  • Marktanalyses kunnen maken;

  • Voorstellen kunnen doen ter verbetering van de winkelformule.

Competenties voor de functie van AGF versmanager

Voor de leidinggevende functies wordt verondersteld dat de functionarissen die onder deze functiegroep vallen beschikken over alle competenties en in staat zijn alle taken en verantwoordelijkheden uit te voeren van de lagere functies. Deze worden dan ook niet meer opgenomen in het profiel van de functie filiaalbeheerder.

Taakgebied/kerncompetentie AGF versmanager (verplicht)

   

Verkoop

Voldoet

Voldoet niet

Informeert de klant over aanvoertijden

   

Past plaatsvervangende verkoop toe

   

Past bijverkoop toe

   

Informeert de klant over betalingsmogelijkheden

   

Schrijft BTW bonnen uit

   

Handelt niet contante verkopen af

   

Voert kassa controles uit

   

Roomt de kassa af en verricht bankstortingen

   

Houdt de voorraad wisselgeld op peil

   

Archiveert kassaregistraties

   

Berekent kengetallen

   
     

Vaktechiek

   

Stelt artikelpresentaties vast

   

Stelt actiepresentaties vast

   

Controleert de HACCP normen

   

Neemt de voorraad op

   

Controleert de kwaliteit van artikelen

   

Beoordeelt de omloopsnelheid van artikelen

   

Signaleert veranderende wensen van klanten

   

Verbetert de assortimentssamenstelling

   

Stelt zich op de hoogte van productinnovaties

   

Maakt plannen voor dervingbestrijding

   

Maakt plannen voor diefstalbestrijding

   

Maakt displayplanningen

   

Plant verkoopbevorderingsacties

   

Organiseert verkoopbevorderingsactiviteiten

   

Stelt verkoopprognoses op

   

Maakt omzetberekeningen

   

Analyseert verkoopresultaten

   

Analyseert verkoopprognoses

   

Plant de ontvangst van artikelen

   

Bepaalt de ordergrootte en orderfrequentie

   

Reclameert bij leveranciers

   

Administreert de voorraad

   

Controleert prijs- en tekstkaarten

   

Controleert inkomende goederen

   

Controleert vervoersbescheiden

   

Controleert facturen en pakbonnen

   

Registreert aanwezigheid van personeel

   

Registreert ziekmelding

   

Verzorgt ziekmeldingen bij ARBO instantie

   
     

Technologie

   

Controleert de hygiëne in de winkelruimten

   

Stelt zich op de hoogte van nieuwe technologieën

   

Kan nieuwe technologieën toepassen

   

Kan nieuwe technologieën implementeren

   

Past de ARBO-wetgeving toe

   

Doet voorstellen inzake veilig werken

   

Stelt zich op de hoogte van ICT toepassingen

   

Doet voorstellen voor implementatie van ICT

   
     

Management

   

Controleert personeel op diefstal

   

Controleert personeelsaankopen

   

Bespreekt dervingsaspecten met personeel

   

Werft kandidaten voor vacatures

   

Voert sollicitatiegesprekken

   

Selecteert nieuwe medewerkers

   

Stelt introductieprogramma op

   

Introduceert nieuw personeel

   

Voert functioneringsgesprekken

   

Voert beoordelingsgesprekken

   

Voert voortgangsgesprekken

   

Stelt bezettingsplannen op

   

Controleert urenplanning

   

Verstrekt werkopdrachten aan het personeel

   

Houdt werkbesprekingen en werkoverleg

   

Begeleidt medewerkers bij uitvoering van werk

   

Neemt maatregelen voor vervanging

   

Stimuleert en motiveert het personeel

   

Begeleidt medewerkers bij hun opleiding

   

Controleert klachtenafhandeling

   

Stelt formatieplannen op voor de bezetting

   

Ontvangt vertegenwoordigers

   

Bepaalt de gewenste inkoopkwaliteiten

   

Stelt verkoopplannen op

   

Voert het ARBO-beleid uit

   

Beoordeelt verkoopprijzen van concurrenten

   

Stelt budgetten op

   

Bewaakt budgetten

   

Analyseert budgetverschillen

   

Zet consumenten enquête op

   

Interpreteert resultaten van consumentenonderzoek

   

Verricht concurrentie onderzoek

   

Interpreteert resultaten van concurrentieonderzoek

   

Onderzoekt marktontwikkelingen

   

Analyseert samenstelling van verzorgingsgebied

   

Stelt marktgebied vast

   

Stelt marktaandeel vast

   

Stelt kostenreductieplannen op

   

Berekent en beoordeelt productiviteitscijfers

   

Berekent en beoordeelt overige kengetallen

   

Voert milieuzorgsysteem in

   

Voert kwaliteitszorgsysteem in

   

Een medewerker wordt in de functiegroep AGF versmanager geplaatst indien deze aan 80% van de competenties voldoet

Dictum II

De in dictum I opgenomen bepalingen zijn algemeen verbindend verklaard tot en met 31 maart 2020.

Dictum III

Voor zover de in dictum I opgenomen bepalingen strijdig zijn met bij of krachtens de wet gestelde of te stellen regelen, prevaleren deze regelen. Dit betekent in het licht van de gelijke behandelingswetgeving dat ten aanzien van bepalingen waarin onderscheid wordt gemaakt terwijl daarvoor een objectieve rechtvaardiging vereist is, partijen in de uitvoeringspraktijk moeten zorgen voor een legitiem doel waarbij de ingezette middelen voor het bereiken van dat doel passend en noodzakelijk zijn.

Dictum IV

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 april 2020 en heeft geen terugwerkende kracht.

’s-Gravenhage, 27 augustus 2019

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, namens deze, De directeur Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving, M.H.M. van der Goes


X Noot
1

Onverminderd het bepaalde in art. 16, tweede lid wel minimum loon en minimum vakantiebijslag.

Naar boven