Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2019, 39108 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2019, 39108 | Besluiten van algemene strekking |
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg:
Na op 21 mei 2019 schriftelijk mededeling te hebben gedaan aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal als bedoeld in artikel 8 van de Wet marktordening gezondheidszorg over het voornemen een aanwijzing te geven aan de Nederlandse Zorgautoriteit inzake niet-beïnvloedbare factoren bij verzuim van zorgpersoneel in de sector verpleging en verzorging van de langdurige zorg (voortgangsrapportage programmaplan ‘Thuis in het Verpleeghuis’, Kamerstukken II 2018/19, 31 765, nr. 411);
Gezien de brief van 14 juni 2019 (Kamerstukken II 2018/19, 31 765, 413) waarbij de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal zijn geïnformeerd over de technische analyse van de Nederlandse Zorgautoriteit over de financiële impact van de niet-beïnvloedbare factoren;
en
Gelet op het Algemeen overleg ‘Verpleeghuiszorg’ van 25 juni 2019;
Besluit:
In deze aanwijzing wordt verstaan onder:
een bedrag dat ligt tussen of gelijk is aan het bedrag dat ten minste en het bedrag dat ten hoogste als tarief in rekening mag worden gebracht als bedoeld in artikel 50, eerste lid, onderdeel c, van de wet;
de loon- en materiële kostencomponent op basis van het meest recente kostenonderzoek voor het betreffende zorgzwaartepakket of volledig pakket thuis;
een bedrag dat ten hoogste als tarief in rekening mag worden gebracht als bedoeld in artikel 50, eerste lid, onderdeel c, van de wet;
grootstedelijkheid en sociaaleconomische status van de wijk welke samenhangen met bovengemiddeld voorspeld verzuim van zorgpersoneel;
lijst met daarin de nummers van postcodegebieden waarin niet-beïnvloedbare factoren gelden;
Wet marktordening gezondheidszorg;
Wet langdurige zorg;
Nederlandse Zorgautoriteit, genoemd in artikel 3 van de wet.
Deze aanwijzing is van toepassing op zorg als bedoeld in de artikelen 3.3.1 en 3.3.2 van de Wlz, voor zover sprake is van zorg met verblijf in een instelling voor cliënten die zijn aangewezen op zorgzwaartepakket zzp vv-4 tot en met vv-10 en voor zorg die wordt geleverd op basis van een volledig pakket thuis als bedoeld in artikel 3.3.2, eerste lid, onderdeel a, van de Wlz voor cliënten die kiezen voor de leveringsvorm volledig pakket thuis vpt-zzp vv-4 tot en met vv-10.
1. De zorgautoriteit verlaagt met ingang van 1 januari 2020 de maximumtarieven voor de prestatiebeschrijvingen zorgzwaartepakket zzp vv-4 tot en met vv-10 en volledig pakket thuis vpt-zzp vv-4 tot en met vv-10 met 0,09% ten opzichte van de grondslag component niet-beïnvloedbare factoren.
2. De zorgautoriteit stelt met ingang van 1 januari 2020 nieuwe prestatiebeschrijvingen vast voor zorg als bedoeld in artikel 2 die blijkens de administratie van de zorgaanbieder is verleend aan cliënten die wonen op een locatie gelegen in een postcodegebied van een postcodelijst die door de zorgautoriteit wordt vastgesteld.
3. De zorgautoriteit stelt met ingang van 1 januari 2020 bandbreedtetarieven vast voor de nieuwe prestatiebeschrijvingen als bedoeld in het tweede lid.
Het bandbreedtetarief, bedoeld in artikel 3, derde lid, wordt als volgt berekend:
1. Het bedrag dat tenminste in rekening wordt gebracht is gelijk aan een door de zorgautoriteit berekend percentage van de grondslag component niet-beïnvloedbare factoren voor het desbetreffende zorgzwaartepakket of volledig pakket thuis als bedoeld in artikel 3, eerste lid.
2. Het bedrag dat ten hoogste in rekening wordt gebracht is gelijk aan het verlaagde maximumtarief voor het desbetreffende zorgzwaartepakket of volledig pakket thuis als bedoeld in artikel 3, eerste lid, vermeerderd met een door de zorgautoriteit berekend percentage van de grondslag component niet-beïnvloedbare factoren.
Van deze aanwijzing wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge
Het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg is in januari 2017 vastgesteld en opgenomen in het Register van Zorginstituut Nederland (Kamerstukken II 2016/17, 31 765, nr. 261). Het kwaliteitskader beschrijft wat goede verpleeghuiszorg inhoudt en hoe de zorg in verpleeghuizen verbeterd kan worden. Het programmaplan ‘Thuis in het verpleeghuis’ (Kamerstukken II 2017/18, 31 765, nr. 318), dat in april 2018 is gelanceerd, geeft aan hoe de kwaliteit van de verpleeghuiszorg de komende jaren merkbaar en meetbaar moet verbeteren. Er zijn grote verschillen in kwaliteit tussen verpleeghuizen. Met het programma ‘Thuis in het verpleeghuis’ gaan de partijen die betrokken zijn bij de verpleeghuiszorg aan de slag om de kwaliteit van de verpleeghuiszorg te verbeteren. In het programma is aangekondigd dat de Nederlandse Zorgautoriteit (hierna: zorgautoriteit) onderzoek uitvoert naar de vraag of en zo ja hoe in de bekostiging van de verpleeghuiszorg rekening kan worden gehouden met kostenverschillen die niet beïnvloedbaar zijn door de zorgaanbieders.
Uit uw onderzoeksrapport naar omgevingsfactoren op de kosten van zorgaanbieders in de verpleeghuiszorg is een kleine maar significante samenhang gebleken tussen de omgevingsfactoren grootstedelijkheid en sociaaleconomische status van de wijk en het verzuimcijfer (zie Kamerstukken II 2018/19, 31 765, nr. 403). Uit het onderzoek blijkt dat deze factoren met zich brengen dat de locaties in deze postcodegebieden ten opzichte van de andere locaties in meerdere mate te kampen hebben met verzuim van zorgpersoneel en dat deze factoren door de zorgaanbieders niet-beïnvloedbaar zijn.
Met deze aanwijzing verzoek ik de zorgautoriteit met ingang van 1 januari 2020 rekening te houden met de genoemde niet-beïnvloedbare factoren bij de vaststelling van de bekostiging voor de verpleeghuiszorg. Hiermee wordt een eerste stap gezet in de richting van de bekostiging van de verpleeghuiszorg op basis van objectieve verschillen. Door met die verschillen rekening te houden, verwacht ik dat de bekostiging rechtvaardiger wordt.
Ik heb beide Kamers de Staten-Generaal in mijn brief van 21 mei 2019 over dit voornemen geïnformeerd (Kamerstukken II 2018/19, 31 765, nr. 411). Vervolgens heb ik op 14 juni 2019 beide Kamers der Staten-Generaal uw technische analyse toegezonden, waarbij ik heb aangegeven dat de inhoud van deze analyse past binnen het financiële kader zoals geschetst in de voorhangbrief van 21 mei 2019 (Kamerstukken II 2018/19, 31 765, nr. 413).
Met deze aanwijzing geef ik de zorgautoriteit opdracht om nieuwe prestatiebeschrijvingen met bandbreedtetarieven te introduceren voor die situaties waarin een cliënt die is aangewezen op zorgzwaartepakket (hierna: zzp) vv-4 tot en met zzp vv-10 of heeft gekozen voor de leveringsvorm volledig pakket thuis (hierna: vpt) vv-4 tot en met vv-10, het verblijf of het vpt ontvangt op een locatie die is gelegen in een aangewezen postcodegebied. Voor deze aangewezen postcodegebieden geldt dat de zorgaanbieder te maken heeft met bovengemiddeld voorspeld verzuim van zorgpersoneel dat samenhangt met omgevingsfactoren grootstedelijkheid en sociaaleconomische status van de wijk. Deze factoren zijn door de zorgaanbieder niet beïnvloedbaar. Met de nieuw vast te stellen prestaties en bandbreedtetarieven worden zorgaanbieders voor deze locaties voor dit verzuim gecompenseerd.
Deze eerste stap moet passen binnen de huidige vorm van de bekostiging. Vandaar dat aparte prestatiebeschrijvingen worden vastgesteld met de tariefsoort bandbreedtetarief. Deze prestaties kunnen alleen worden afgesproken voor cliënten die verblijven in een locatie of op een woonadres die ligt in door de zorgautoriteit vastgestelde postcodelijst. Deze nieuwe prestatiebeschrijvingen gelden voor zzp’s of vpt’s die blijkens de administratie van de zorgaanbieder worden geleverd op een locatie in het postcodenummer van de postcodelijst. De postcodelijst wordt periodiek bijgewerkt.
Deze eerste stap moet tevens passen binnen het financiële kader. De maximumtarieven voor zzp’s of vpt’s worden per 2020 generiek verlaagd, omdat het benodigde bedrag voor de nieuwe prestaties budgettair neutraal wordt rondgerekend en zo wordt vrijgemaakt. Deze middelen worden vervolgens ingezet voor de nieuwe prestatiebeschrijvingen en bandbreedtetarieven.
In dit artikel zijn de definities van de in deze aanwijzing gebruikte begrippen neergelegd.
De grondslag component niet-beïnvloedbare factoren bestaat uit de loon- en materiële kostencomponent op basis van het meest recente kostenonderzoek. Op dit moment is dat het onderzoek naar de kosten 2016.1
In dit artikel wordt de werkingssfeer van de aanwijzing beschreven. De aanwijzing sluit aan bij het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg dat betrekking heeft op (intramurale) verpleeghuiszorg.
Met ingang van 2020 wordt het mogelijk om deeltijdverblijf te leveren voor cliënten die een aantal etmalen verblijf via een vast patroon willen afwisselen met zorg in de thuissituatie. De door de zorgautoriteit vastgestelde tarieven voor zorg in natura met verblijf (zzp vv-4 tot en met vv-8) zullen ook voor deeltijdverblijf gaan gelden. Voor deeltijdverblijf geldt daarmee dat dit onder de werkingssfeer van deze aanwijzing valt, onder voorbehoud van inwerkintreding per 2020 van het gewijzigde Besluit langdurige zorg en Regeling langdurige zorg.
In dit artikel wordt de zorgautoriteit opgedragen om per 1 januari 2020 de niet-beïnvloedbare factoren in de bekostiging op te nemen. Deze aanwijzing betreft een opdracht om de maximumtarieven voor zzp’s en vpt’s met 0,09 procent te verlagen. De hoogte van de korting op de tarieven (grondslag component niet-beïnvloedbare factoren) sluit aan op de uitkomsten van het onderzoek van de NZa.
Daarnaast betreft deze aanwijzing een opdracht voor het vaststellen voor nieuwe prestatiebeschrijvingen en bijbehorende bandbreedtetarieven voor zzp’s of vpt’s voor zorg die blijkens de administratie van de zorgaanbieder worden geleverd aan cliënten die wonen op een locatie in het postcodenummer van de postcodelijst. Bij het ontbreken van een dergelijke administratie zijn de bestaande prestatiebeschrijvingen en (maximum)tarieven van toepassing. Hetzelfde geldt voor het geval dat in de administratie van de zorgaanbieder geen verband wordt gelegd tussen de locatie van verblijf en de declaratie van zorg.
Dit artikel bepaalt op welke wijze de zorgautoriteit de niet-beïnvloedbare factor berekent binnen de systematiek van het bandbreedtetarief. De zorgautoriteit hanteert bij het vaststellen van de procentuele vaste bedragen als bedoeld in dit artikel, het benodigde budget dat beschikbaar is door de maximumtarieven voor alle zorgaanbieders in de verpleeghuiszorg generiek te verlagen (zie artikel 3, eerste lid).
Door de nieuwe tariefsoort bandbreedtetarief geldt dat voor cliënten die verblijven of wonen in een aangewezen postcodegebied als vast procentueel onderdeel van het tarief de hoogte van de niet-beïnvloedbare factor geldt als mimimumtarief. Uit het onderzoek van de NZa blijkt dat dit voor het jaar 2020 0,953 procent van de grondslag component niet-beïnvloedbare factoren betreft. Daarboven is en blijft er onderhandelingsruimte tussen zorgaanbieder en Wlz-uitvoerder. Deze bandbreedte tussen het minimum- en het maximumtarief komt overeen met de hoogte van de maximumtarieven van de bestaande prestaties.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge
KPMG, Kostenonderzoek langdurige zorg, 24 mei 2018 (zie https://puc.overheid.nl/nza/doc/PUC_212521_22/1/) en
Verantwoordingsdocument Prestaties en tarieven langdurige zorg - Fase 2: van kosten naar tarieven (zie https://puc.overheid.nl/nza/doc/PUC_253471_22/1/).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2019-39108.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.