Overwegingen ten aanzien van het besluit
Vanuit het P.C. Hooftcollege, gelegen aan de Touwbaan, is het verzoek gedaan om ter hoogte van de school een verbod om stil te staan in te stellen. Op de Touwbaan is het momenteel conform de APV toegestaan met grote voertuigen langs de rijbaan te parkeren op werkdagen tussen 08:00 en 18:00 uur. Door parkeren van vrachtwagens ter hoogte van de ingang van het parkeerterrein wordt bij het verlaten van de parkeerplaats tijdens het halen en brengen van de leerlingen door personenbusjes het oprijzicht op de Touwbaan ontnomen. Bij het oprijden van de Touwbaan bestaat het risico dat de personenbusjes het verkeer op de Touwbaan, dat de geparkeerde vrachtwagens inhaalt en hierdoor op de andere weghelft belanden, tegenkomt. Hierbij is het vaker tot bijna aanrijdingen gekomen.
Voorts overwegende,
- dat de Touwbaan een gebiedsontsluitingsweg is met een maximumsnelheid van 50 km/u;
- dat het P.C. Hooftcollege voortgezet speciaal onderwijs biedt, waarbij de meeste leerlingen door middel van personenbusjes worden gebracht en gehaald;
- dat geparkeerd staande vrachtwagens - ter hoogte van de toegang tot het parkeerterrein van de school, aan de noordzijde van de Touwbaan - het zicht blokkeren van in- en uitrijdende personenbusjes;
- dat een verbod om stil te staan ter hoogte van de ingang het zicht op het rijdende verkeer op de Touwbaan aanmerkelijk zal verbeteren;
- dat het verbod om stil te staan wordt geregeld met het aanbrengen van een gele doorgetrokken streep;
- dat de reden van het verzoek strekt tot het veilig bereikbaar maken van de parkeerplaats voor leerlingenvervoer;
- dat de maatregel, gelet op artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 (Wvw, besluit van 21 april 1994, Staatsblad (Stb.) 1994, 475, zoals nadien gewijzigd), strekt tot:
• het verzekeren van de veiligheid op de weg;
• het beschermen van weggebruikers en passagiers;
• het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;
• het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer.
- dat de weg in eigendom is en onder beheer is van de gemeente Leiderdorp;
- dat in het kader van artikel 24 sub a. van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het wegverkeer (BABW, besluit van 26 juli 1990, 460, of zoals nadien gewijzigd) overleg heeft plaatsgevonden met de adviseur van de politie, eenheid Den Haag, waarbij geadviseerd is de voorgestelde maatregel wel in te voeren;