TOELICHTING
Inleiding
Met deze wijziging van de Regeling zorgverzekering worden de geneesmiddelen lenalidomide
(merknaam: Revlimid), pomalidomide (merknaam: Imnovid) en autologe CD34+ haematopoietische
stamcellen getransduceerd met een lentivirale vector coderend voor het humane βA-T87Q-globine
gen (merknaam: Zynteglo) in de sluis geplaatst.
Sluis
Met het oog op het nemen van maatregelen die een beheerste instroom in het basispakket
mogelijk maken, is per 1 juli 2018 in artikel 2.4a van het Besluit zorgverzekering
de bevoegdheid om dure intramurale geneesmiddelen (tijdelijk) uit te sluiten nadrukkelijk
geregeld (Stb. 2018, 131). De toepassing van deze bevoegdheid wordt ‘de sluis’ genoemd. Zolang een geneesmiddel
in de sluis is geplaatst, is het uitgesloten van het basispakket en wordt het niet
vergoed uit hoofde van de zorgverzekering.
Een intramuraal geneesmiddel komt in aanmerking voor de sluis in de volgende twee
gevallen:
-
• het verwacht macrokostenbeslag van de verstrekking van het geneesmiddel voor de behandeling
van één nieuwe indicatie of van meerdere nieuwe (toekomstige) indicaties samen bedraagt
€ 40 miljoen of meer per jaar. Alle nieuwe indicaties worden in de sluis geplaatst;
-
• de verwachte kosten van de verstrekking van het geneesmiddel voor de behandeling van
een nieuwe indicatie zijn € 50.000 of meer per jaar en het verwachte macrokostenbeslag
van die verstrekkingen bedraagt € 10 miljoen of meer per jaar. Ook deze indicatie
wordt in de sluis geplaatst.
Onder een nieuwe indicatie valt niet alleen een indicatie waarvoor het geneesmiddel
wordt geregistreerd, maar ook ‘off-label’ gebruik van het geneesmiddel dat wordt geprotocolleerd
of gestandaardiseerd door de beroepsgroep. Plaatsing in de sluis geschiedt uiterlijk
binnen een maand na registratie van respectievelijk vaststelling van het protocol
of de standaard voor de eerstvolgende nieuwe indicatie.
Terwijl het geneesmiddel in de sluis is geplaatst, kan eventuele opname in het basispakket
worden beoordeeld. Hierover kan het Zorginstituut Nederland (hierna: Zorginstituut)
adviseren. De sluis maakt het mogelijk maatregelen te treffen om de verstrekking van
het geneesmiddel op betaalbare wijze via het basispakket toegankelijk te maken en
te houden. Dit kunnen financiële maatregelen zijn, in het bijzonder het sluiten van
een financieel arrangement met de leverancier van het geneesmiddel, alsmede maatregelen
om gepast gebruik van het geneesmiddel te bevorderen en te borgen.
Lenalidomide
Op 28 maart 2019 heeft het CHMP een positieve opinie afgegeven voor lenalidomide.
De positieve opinie voor dit geneesmiddel omvat de volgende indicatie: combinatietherapie
met bortezomib en dexamethason voor de behandeling van volwassen patiënten met eerder
onbehandeld multipel myeloom die niet in aanmerking komen voor transplantatie. Het
oordeel van de CHMP is aan de Europese Commissie voorgelegd in het kader van toelating
tot de Europese markt. De Europese Commissie heeft op 13 mei de handelsvergunning
verstrekt.
Lenalidomide is reeds geregistreerd als:
-
– monotherapie voor de onderhoudsbehandeling van volwassen patiënten met nieuw gediagnosticeerd
multipel myeloom die autologe stamceltransplantatie hebben ondergaan;
-
– combinatietherapie met dexamethason of met melfalan en prednison voor de behandeling
van volwassen patiënten met eerder onbehandeld multipel myeloom die niet in aanmerking
komen voor transplantatie;
-
– combinatietherapie met dexamethason voor de behandeling van volwassen patiënten met
multipel myeloom die eerder minimaal één andere behandeling hebben gehad;
-
– monotherapie voor de behandeling van volwassen patiënten met transfusie-afhankelijke
anemie als gevolg van laag of intermediair 1 risico myelodysplastisch syndroom geassocieerd
met een geïsoleerde 5q-deletie cytogenetische afwijking wanneer andere therapeutische
opties onvoldoende of inadequaat zijn;
-
– monotherapie voor de behandeling van volwassen patiënten met recidiverend of refractair
mantelcellymfoom.
Lenalodomide wordt naar verwachting in 2020 voor nog twee indicaties geregistreerd:
-
– de eerstelijns combinatiebehandeling met rituximab, cyclofosfamide, hydrodoxorubicine,
oncovin en prednison (R-CHOP) van patiënten met geactiveerde B-cell (ABC) subtype
diffuus grootcellig B-cellymfoom;
-
– de combinatiebehandeling met rituximab voor volwassen patiënten met onbehandelde folliculair
lymfoom en marginal zone lymfoom.
Toepassing sluis
De verstrekking van het geneesmiddel lenalidomide bij de behandeling van de nieuwe
indicaties komt in aanmerking voor plaatsing in de sluis. Toepassing van de sluis
op lenalidomide was reeds aangekondigd in de brief aan de Tweede Kamer van 4 oktober
2018 (Kamerstukken II 2018/19, 29 477, nr. 521).
De combinatiebehandeling met bortezomib en dexamethason is geregistreerd voor een
beperktere indicatie dan werd verwacht bij de aankondiging van lenalidomide als sluiskandidaat,
te weten alleen voor patiënten die niet in aanmerking komen voor transplantatie. Daardoor
is het maximaal aantal patiënten kleiner. Op basis van de Horizonscan geneesmiddelen
(hierna: Horizonscan) van het Zorginstituut Nederland (hierna: Zorginstituut) die
werd gepubliceerd in december 2018 is de verwachting dat het gaat om maximaal 352
nieuwe patiënten op jaarbasis.
Lenalidomide wordt als onderdeel van de combinatietherapie met bortezomib en dexamethason
in principe toegediend tot ziekteprogressie of onaanvaardbare toxiciteit. In de registratiestudie
was de totale mediane duur van deze behandeling circa achttien maanden. De behandelduur
in de klinische praktijk is nog niet bekend, maar is gemiddeld mogelijk langer dan
achttien maanden.
Voor de combinatietherapie met bortezomib en dexamethason zijn de kosten voor lenalidomide
bij een behandeling van achttien maanden circa € 111.000 per patiënt. Uitgaande van
een mediane behandelduur van achttien maanden is het macrokostenbeslag van lenalidomide
bij bovengenoemde indicatie binnen drie jaar ongeveer € 39 miljoen op jaarbasis. Indien
wordt aangenomen dat de gemiddelde behandelduur in de klinische praktijk niet langer
is dan twee jaar, dan zijn de maximale kosten per patiënt circa € 145.000 en loopt
het verwachte macrokostenbeslag op tot ongeveer € 51 miljoen op jaarbasis.
Naast de bovengenoemde toepassing voor multipel myeloom worden op basis van de Horizonscan
van Zorginstituut op korte termijn ook twee andere nieuwe indicaties verwacht voor
lenalidomide. Beide indicaties betreffen lymfoom.
Ten eerste de combinatiebehandeling van lenalidomide met R-CHOP. Op basis van de Horizonscan,
waarin het aantal patiënten wordt ingeschat op 400 met een behandelduur van 18 weken
en kosten per behandeling van circa € 23.000, is het verwachte macrokostenbeslag voor
lenalidomide voor deze toepassing ongeveer € 9 miljoen op jaarbasis.
Ten tweede de combinatiebehandeling van lenalidomide met rituximab. Voor deze toepassing
is, op basis van 15 nieuwe patiënten per jaar, een behandelduur van maximaal één jaar
en kosten per behandeling van circa € 74.000, het verwachte macrokostenbeslag ongeveer
€ 1 miljoen per jaar.
Rekening houdend met bovengenoemde nieuwe indicaties voor multipel myeloom en lymfoom
stijgt het maximale macrokostenbeslag voor de verstrekking van lenalidomide op termijn
tot circa € 49 tot € 61 miljoen op jaarbasis. Dat is meer dan € 40 miljoen per jaar.
Daarmee voldoet lenalidomide aan de criteria voor toepassing van de sluis.
Consequentie van de toepassing van de sluis is dat de verstrekking van lenalidomide
voor de behandeling van kanker wordt uitgesloten van het basispakket, met uitzondering
van de eerdergenoemde indicaties die reeds deel uitmaken van het basispakket.
Pomalidomide
Op 28 maart 2019 heeft het CHMP een positieve opinie afgegeven voor pomalidomide (merknaam:
Imnovid). De positieve opinie voor dit geneesmiddel omvat de volgende indicatie: combinatietherapie
met bortezomib en dexamethason voor de behandeling van volwassen patiënten met multipel
myeloom die eerder minimaal één ander behandelregime hebben gehad met lenalidomide.
Het oordeel van de CHMP is aan de Europese Commissie voorgelegd in het kader van toelating
tot de Europese markt.
Pomalidomide is reeds geregistreerd als combinatietherapie met dexamethason voor de
behandeling van volwassen patiënten met recidiverend en refractair multipel myeloom
die eerder minimaal twee andere behandelingregimes hebben gehad, waaronder zowel lenalidomide
als bortezomib, en die tijdens de laatste behandeling ziekteprogressie hebben vertoond.
Toepassing sluis
De verstrekking van het geneesmiddel pomalidomide bij de combinatiebehandeling met
bortezomib en dexamethason komt in aanmerking voor plaatsing in de sluis. Dit was
reeds aangekondigd in de brief aan de Tweede Kamer van 4 oktober 2018 (Kamerstukken
II 2018/19, 29 477, nr. 521).
Op basis van de Horizonscan van het Zorginstituut die werd gepubliceerd in december
2018 komen jaarlijks maximaal 158 patiënten in aanmerking voor deze nieuwe combinatiebehandeling
met pomalidomide.
Pomalidomide wordt als onderdeel van deze combinatietherapie in principe toegediend
tot ziekteprogressie of onaanvaardbare toxiciteit. In gepubliceerd klinische onderzoek
was de mediane behandelduur van de combinatiebehandeling circa 9 maanden. De gemiddelde
behandelduur in de klinische praktijk is echter nog niet bekend en is mogelijk langer
dan negen maanden. Voor de bepaling van het maximale financiële risico is aangenomen
dat de behandelduur per patiënt in de klinische praktijk niet langer is dan één jaar.
De kosten per patiënt voor negen maanden behandeling met pomalidomide zijn circa € 83.000.
Indien wordt aangenomen dat de behandelduur in de klinische praktijk niet langer is
dan één jaar, lopen de kosten voor pomalidomide per behandeling op tot circa € 115.000
per patiënt. Uitgaande van een behandelduur van circa 9 maanden tot één jaar en het
maximale aantal verwachte patiënten uit de Horizonscan, is het maximale macrokostenbeslag
ongeveer € 13 tot € 18 miljoen op jaarbasis. Hiermee overschrijdt pomalidomide voor
de betreffende indicatie de grens van € 50.000 of meer per patiënt per jaar in combinatie
met een verwacht macrokostenbeslag van die verstrekkingen € 10 miljoen of meer per
jaar. Daarmee wordt voldaan aan de criteria voor plaatsing in de sluis.
Consequentie van de toepassing van de sluis is dat de verstrekking van pomalidomide
voor de nieuwe combinatiebehandeling geen deel uitmaakt van het basispakket.
Autologe CD34+ haematopoietische stamcellen
Autologe CD34+ haematopoietische stamcellen getransduceerd met een lentivirale vector
coderend voor het humane βA-T87Q-globine gen (hierna: het product) is een intramuraal
geneesmiddel. Het betreft een zogenaamde “advanced therapy medicinal product” (ATMP).
ATMPs zijn medicinale producten gebaseerd op genen, cellen en/of weefsels en worden
ingezet ten behoeve van onder meer behandeling van genetische afwijkingen, regeneratieve
geneeskunde, immunotherapie van kanker en (auto-) immuunziekten. Op 28 maart 2019
heeft het CHMP een positieve opinie afgegeven over het gebruik van het product bij
de behandeling van transfusie afhankelijke β-thalassemie patiënten die 12 jaar of
ouder zijn en niet het β°/β° genotype hebben en voor wie een haemotopoietische stamceltransplantatie
geschikt is maar geen humaan leukocyte antigen (HLA) gematchte verwante donor beschikbaar
is (hierna: β-thalassemie). Het oordeel van de CHMP is aan de Europese Commissie voorgelegd
in het kader van toelating tot de Europese markt.
Toepassing sluis
De verstrekking van het product bij de behandeling van β-thalassemie komt in aanmerking
voor plaatsing in de sluis. Dit was reeds aangekondigd in de brief aan de Tweede Kamer
van 11 maart 2019 (Kamerstukken II 29 477, nr 561).
Naar aanleiding van de publicatie van de Horizonscan door Zorginstituut in december
2018, heeft het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) aanvullend
onderzoek uitgevoerd naar de verwachte macro uitgaven van het product. De behandeling
van β-thalassemie in Nederland is niet gecentraliseerd en er vindt geen registratie
plaats van patienten en hun karakteristieken zoals bijvoorbeeld het genotype. Hierdoor
is het onduidelijk hoeveel patienten er precies in aanmerking komen voor behandeling
met het product. Het huidige aantal transfusie afhankelijk patienten met β-thalassemie
wordt geschat tussen de 50 en 100. Hier komt jaarlijks een beperkt aantal patiënten
bij.
De prijs van het geneesmiddel in Nederland is op dit moment onbekend. Wel heeft de
leverancier het ministerie van VWS laten weten dat de maximale prijs rond € 1,9 miljoen
ligt.
Met deze prijsstelling bedraagt het macrokostenbeslag van het product reeds bij zes
patiënten € 11,4 miljoen. Daarmee wordt voldaan aan het eerder genoemde criterium
voor sluisplaatsing aangezien de verwachte kosten van de verstrekking van het product
voor de behandeling van β-thalassemie dan € 50.000 of meer per jaar bedragen en het
verwachte macrokostenbeslag van die verstrekkingen € 10 miljoen of meer per jaar bedraagt.
Consequentie van de toepassing van de sluis is dat de verstrekking van het product
voor de behandeling van β-thalassemie geen deel uitmaakt van het basispakket.
Vervolg
De leveranciers zijn reeds geïnformeerd over de toepassing van de sluis op de behandeling
met het geneesmiddel voor de indicatie. De volgende stap is advisering door het Zorginstituut
over opname in het basispakket. Ten behoeve van de advisering worden de leveranciers
verzocht een dossier in te dienen bij het Zorginstituut. In het advies kan het Zorginstituut
ingaan op het sluiten van een financieel arrangement of het bevorderen van gepast
gebruik. Wanneer het advies is uitgebracht en er – voor zover van toepassing – sprake
is van succesvolle onderhandelingen over een financieel arrangement en van waarborgen
voor gepast gebruik, kan besloten worden de verstrekking van het desbetreffende geneesmiddel
in het kader van de behandeling van patiënten met de desbetreffende indicatie(s),
alsnog in het basispakket op te nemen.
De Minister voor Medische Zorg,
B.J. Bruins