Instellen rijbaan voor lijnbussen, verplicht fietspad, voorrangskruising en bushaltes Lorentz III

Logo Harderwijk

Corsa reg.nr.: GEN19h0003394 / h190026207

Burgemeester en wethouders van Harderwijk zijn op grond van artikel 18, lid 1, sub d van de Wegenverkeerswet 1994 bevoegd om verkeersbesluiten te nemen.

De directeur Domein Ruimte is namens burgemeester en wethouders van Harderwijk bevoegd tot het nemen van verkeersbesluiten op grond van het mandaatbesluit gemeente Harderwijk 2015, zoals is vastgesteld op 23 december 2014, onder nummer: 14.00821 met het recht tot het verlenen van ondermandaat.

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Bedrijventerrein Lorentz is volop in ontwikkeling. Ten zuidoosten van Lorentz I en II wordt Lorentz III ontwikkeld. Ten behoeve van een goede ontsluiting van het bedrijventerrein wordt een lijnbusroute via bedrijventerrein Lorentz III geleid.

De huidige route van de lijnbus Harderwijk-Nunspeet en vice versa leidt via de Zuiderzeestraatweg en Newtonweg naar de Daltonstraat. Om de bus via bedrijventerrein Lorentz III te kunnen leiden, is een doorsteek tussen de Kleine Mheenweg en de Braillestraat nodig. Deze doorsteek, Braillepad genaamd, is alleen bedoeld voor lijnbussen, fietsers en voetgangers. De nevenliggende wegenstructuur (Kleine Mheenweg en omgeving) is niet berekend en ingericht op een verkeerstoename ter volledige ontsluiting van Lorentz III, anders dan het gebruik door lijnbussen, fietsers en voetgangers met Lorentz III als bestemming.

Het Braillepad wordt ingericht als rijbaan ten behoeve van lijnbussen en een separaat tweerichtingenfietspad. De rijbaan wordt officieel aangewezen als rijbaan uitsluitend ten behoeve van lijnbussen.

Omdat het Braillepad een ondergeschikte weg is ten opzichte van de Kleine Mheenweg en de Braillestraat, wordt de voorrang op de kruispunten Braillestraat/Braillepad en Kleine Mheenweg/Braillepad geregeld middels bebording en markering. De voorrang komt hierbij ten gunste van het verkeer op de Braillestraat en de Kleine Mheenweg.

Als gevolg van de wijziging van de lijnbusroute, kan de bushalte Grevenhofsweg noordzijde niet meer bediend worden. Deze bushalte ligt namelijk na de aansluiting met de Kleine Mheenweg, waardoor de lijnbus hier niet meer langs rijdt. Om die reden is het wenselijk deze bushalte te verplaatsen.

Op bedrijventerrein Lorentz III wordt tevens een extra bushalte gerealiseerd. Rekening houdend met de beschikbare ruimte, waterhuishouding (wadi’s) en een optimale ligging wordt een tweetal nieuwe bushaltes gerealiseerd nabij de kruising Bellstraat/Wattstraat. Deze locatie ligt centraal op Lorentz III en op voldoende afstand van de bushaltes Grevenhofsweg en Celsiusstraat.

Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994) moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Op grond van het bepaalde in artikel 15, tweede lid Wegenverkeerswet (WVW) moet een verkeersbesluit worden genomen voor het aanbrengen van fysieke verkeersmaatregelen waardoor het aantal categorieën weggebruikers wijzigt.

In artikel 12 van het BABW is limitatief opgenomen voor welke verkeerstekens een verkeersbesluit vereist is. In Bijlage 1 van het Reglement en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990) staan de verkeersborden genoemd. In dit besluit gaat het om de verkeersborden B4 (voorrangskruispunt zijweg links), B5 voorrangskruispunt zijweg rechts) , B6 (verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende wegen), F13 (rijbaan of -strook uitsluitend ten behoeve van lijnbussen), G11 (verplicht fietspad) en L3 (bushalte) van Bijlage 1, Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990).

Uit het oogpunt van het beschermen van de weggebruikers en passagiers is het noodzakelijk om de voorgestelde maatregel(en) te nemen.

Artikel 24 van het BABW vereist dat er voor het nemen van het verkeersbesluit overleg wordt gepleegd met de gemandateerde verkeersadviseur van politie Oost-Nederland, district Noord en Oost-Gelderland.

BESLUIT

Op grond van voorgaande overwegingen, wordt besloten om:

  • 1.

    Het Braillepad aan te wijzen als rijbaan uitsluitend ten behoeve van lijnbussen, middels het plaatsen van verkeersbord F13 (rijbaan of -strook uitsluitend ten behoeve van lijnbussen) aan beide ingangen van de weg en het aanbrengen van een bussluis als fysieke maatregel;

  • 2.

    Het pad langs het Braillepad aan te wijzen als verplicht fietspad middels het plaatsen van verkeersbord G11 (verplicht fietspad) aan beide ingangen van het pad;

  • 3.

    Het aanwijzen van de kruising Braillestraat/Braillepad als voorrangskruising waarbij de voorrang gelegen is ten gunste van verkeer op de Braillestraat, middels het plaatsen van verkeersborden B4, B5 en B6 (voorrangskruispunt Zijweg links/rechts; verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende wegen) en het aanbrengen van haaientanden op het wegdek;

  • 4.

    Het aanwijzen van de kruising Kleine Mheenweg/Braillepad als voorrangskruising waarbij de voorrang gelegen is ten gunste van verkeer op de Kleine Mheenweg, middels het plaatsen van verkeersborden B4, B5 en B6 en het aanbrengen van haaientanden op het wegdek;

  • 5.

    Het inrichten van een bushalte aan de Wattstraat, aan de oostzijde van de rijbaan ten zuiden van de aansluiting met de Bellstraat, middels het aanbrengen van markering aan de rand van de weg en het plaatsen van verkeersbord L3 (bushalte);

  • 6.

    Het inrichten van een bushalte aan de Bellstraat, aan de zuidzijde van de rijbaan ten westen van de aansluiting met de Wattstraat, middels het aanbrengen van markering aan de rand van de weg en het plaatsen van verkeersbord L3;

  • 7.

    Het verwijderen van de bushalte aan de Zuiderzeestraatweg, aan de noordzijde van de rijbaan ten westen van de aansluiting met de Kleine Mheenweg;

  • 8.

    Het inrichten van een bushalte aan de Zuiderzeestraatweg, aan de noordzijde van de rijbaan ten oosten van de aansluiting met de Kleine Mheenweg, tegenover het adres Zuiderzeestraatweg 76, middels het aanbrengen van markering aan de rand van de weg en het plaatsen van bord L3;

Een en ander conform bijlage 1 van het RVV 1990 en bijgevoegde tekeningen.

Namens burgemeester en wethouders,

de heer E. Okkema

directeur Domein Ruimte

Mededelingen

Bezwaar- of beroepsclausule

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kunt u bij het college van burgemeester en wethouders van Harderwijk gemotiveerd bezwaar maken tegen dit besluit als u belanghebbende bent. U dient uw bezwaarschrift uiterlijk zes weken na de datum van bekendmaking op de elektronische Staatscourant van http://www.officielebekendmakingen.nl/ te sturen naar:

Burgemeester en wethouders gemeente Harderwijk

p/a secretariaat Bezwaarschriftencommissie Postbus 1 3890 AA  ZEEWOLDE.

Het maken van bezwaar heeft geen schorsende werking (zie art. 6:16 Awb). De indiener van het bezwaar heeft echter wel de mogelijkheid om een voorlopige voorziening bij de rechtbank te vragen (bijvoorbeeld schorsing).

Naar boven