Aanwijzingsbesluit Politie ex artikel 91, tweede lid, van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017

De korpschef van politie, handelend in overeenstemming met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

gelet op artikel 91, tweede lid, van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017,

Besluit:

Artikel 1

Voor de feitelijke uitvoering van en het toezicht op de werkzaamheden ten behoeve van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) worden bij de politie aangewezen:

  • a. de leden korpsleiding met operationele portefeuilles;

  • b. de hoofden Operatiën;

  • c. het hoofd van de Dienst Landelijke Informatieorganisatie;

  • d. de hoofden van de Diensten Regionale Informatieorganisatie;

  • e. de medewerkers van de Inlichtingendiensten;

  • f. de teamchefs van de Afdelingen Veiligheid Integriteit en Klachten, belast met de uitvoering veiligheidsonderzoeken onder mandaat van de AIVD;

  • g. de medewerkers van de Afdelingen Veiligheid Integriteit en Klachten, belast met de uitvoering veiligheidsonderzoeken onder mandaat van de AIVD;

  • h. de medewerkers geplaatst bij de Contra Terrorisme Infobox.

Artikel 2

De functionarissen genoemd in artikel 1 a., b., c., d. en f. zijn verantwoordelijk voor het verstrekken van de persoonsgegevens van de aangewezen personen aan de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst en informeren deze dienst onverwijld over wijzigingen in deze gegevens.

Artikel 3

De in artikel 1 vermelde functionarissen die al onder het regime van de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2002 feitelijke uitvoering van en het toezicht op de werkzaamheden ten behoeve van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst verrichtten, worden met dit besluit onder het regime geplaatst van artikel 91 van de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2017, zonder dat daarvoor een individuele aanwijzing nodig is.

Artikel 4

Dit besluit wordt aangehaald als: Aanwijzingsbesluit Politie ex artikel 91, tweede lid, van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017.

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag van volledige inwerkingtreding van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017. Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 15 mei 2019

E.S.M. Akerboom korpschef

TOELICHTING

Artikel 91, eerste lid, van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017 (Wiv2017) bepaalt onder meer dat de korpschef en de politiechef van een regionale en landelijke eenheid van de politie werkzaamheden verrichten ten behoeve van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst. Voor de feitelijke uitvoering van en het toezicht op deze werkzaamheden worden op grond van artikel 91, tweede lid, van de Wiv2017 ondergeschikten van deze personen in overeenstemming met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangewezen. Het onderhavige besluit strekt hiertoe.

Omdat de Wiv2017 niet voorziet in een overgangsregeling en de feitelijke uitvoering van en het toezicht op de werkzaamheden ten behoeve van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst onveranderd blijft, is in artikel 3 van dit besluit voorzien dat deze functionarissen vallen onder het regime van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017, zonder dat daarvoor individuele aanwijzing van de betreffende personen benodigd is.

Alle hier bedoelde werkzaamheden worden verricht onder verantwoordelijkheid van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en overeenkomstig de aanwijzingen van het Hoofd van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst.

Naar boven