Regeling van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 8 mei 2019, nr. WJZ/ 19098142, tot wijziging van bijlage 10 bij de Activiteitenregeling milieubeheer in verband met het herstel van enkele gebreken in de lijst met erkende maatregelen

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,

Gelet op artikel 1.7, eerste lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer;

Besluit:

ARTIKEL I

Bijlage 10 van de Activiteitenregeling milieubeheer wordt als volgt gewijzigd:

A

Tabel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de rij ‘G. In werking hebben van een liftinstallatie’ wordt ‘FG1 t/m FG3’ vervangen door ‘FG1 t/m FG2’.

2. In de activiteit ‘In werking hebben van een ruimte- of buitenverlichtingsinstallatie’ vervalt maatregel GE2.

3. In de activiteit ‘In werking hebben van een stookinstallatie (emissies naar de lucht)’, maatregel FA1, wordt in de rij, onder de rij ‘economische randvoorwaarden’, in de eerste kolom toegevoegd ‘Toepasbaar op een zelfstandig of natuurlijk moment’.

4. In de activiteit ‘In werking hebben van een stookinstallatie (emissies naar de lucht)’, maatregel FA2, wordt in de rij, onder de rij ‘economische randvoorwaarden’, in de eerste kolom toegevoegd ‘Toepasbaar op een zelfstandig of natuurlijk moment’.

5. In de activiteit ‘In werking hebben van een liftinstallatie’ vervalt maatregel FG3.

6. In de activiteit ‘In werking hebben van een roltrapsysteem’, maatregel FH1, wordt na de rij ‘Economische randvoorwaarde’ een rij toegevoegd, luidende:

Toepasbaar op een zelfstandig moment of natuurlijk moment?

Zelfstandig moment: Nee.

Natuurlijk moment: Ja.

B

Tabel 4 wordt als volgt aangepast:

1. In de rij ‘E. In werking hebben van een ruimte- en buitenverlichtingsinstallatie’ wordt ‘GE1 t/m GE6’ vervangen door ‘GE1 t/m GE7’.

2. In de rij ‘G. In werking hebben van serverruimten’ wordt ‘FG1 en FG9’ vervangen voor ‘FG1 t/m FG9’.

3. Na maatregel GE6 wordt een maatregel toegevoegd, luidende:

Activiteit

In werking hebben van een ruimte- of buitenverlichtingsinstallatie

Nummer maatregel

GE7

Omschrijving maatregel

Geïnstalleerd vermogen basisbinnenverlichting beperken.

Mogelijke technieken ten opzichte van uitgangssituatie

Langwerpige ledlampen toepassen in bestaande armaturen.

Uitgangssituatie op basis van een referentietechniek

a) Armaturen met conventionele TL zijn aanwezig.

b) Armaturen met PL-lampen (spaarlampen) zijn aanwezig.

Technische randvoorwaarden

De technische staat van de aanwezige armaturen moet voldoende zijn en de verlichtingssterkte in de nieuwe situatie moet voldoen aan de geldende norm.

Economische randvoorwaarden

a) Aantal branduren is minimaal 1.200 uur per jaar.

b) Aantal branduren is minimaal 2.000 uur per jaar.

Toepasbaar op een zelfstandig of natuurlijk moment?

Zelfstandig moment: Ja.

Natuurlijk moment: Ja.

Bijzondere omstandigheden

Niet van toepassing.

C

Tabel 7 wordt als volgt aangepast:

1. In de activiteit ‘Ventileren van de ruimte’, maatregel GB1, wordt na de rij ‘Omschrijving maatregel’ een rij toegevoegd, luidende:

Mogelijke technieken ten opzichte van uitgangssituatie

Tijdschakelaar toepassen.

2. In de activiteit ‘In werking hebben van een ruimte- en buitenverlichtingsinstallatie’, maatregel GD2, wordt in de rij, onder de rij ‘toepasbaar op een zelfstandig of natuurlijk moment?’ in de tweede kolom toegevoegd ‘Niet van toepassing’.

D

In tabel 11 wordt in de activiteit ‘In werking hebben van een ruimte- en buitenverlichtingsinstallatie’, rij ‘Uitgangssituatie op basis van een referentietechniek’, maatregel GF3, ‘gloeilamoen’ vervangen door ‘gloeilampen’.

E

Tabel 12 wordt als volgt aangepast:

3. In de activiteit ‘In werking hebben van een ruimte- en buitenverlichtingsinstallatie’, wordt in de rij ‘Uitgangssituatie op basis van een referentietechniek’, maatregel GF1, ‘gloeilamoen’ vervangen door ‘gloeilampen’.

4. In de activiteit ‘Geïnstalleerd vermogen basisbinnenverlichting beperken’, maatregel GF2, wordt in de rij ‘Bijzondere omstandigheden’ in de tweede kolom toegevoegd ‘Niet van toepassing’.

F

In tabel 13, activiteit ‘In werking hebben van een persluchtinstallatie’, maatregel FC2, wordt in de rij ‘Economische randvoorwaarden’ de zinsnede ‘Energieverbruik compressor is minimaal kWh per jaar’ vervangen door ‘Energieverbruik compressor is minimaal 18.000 kWh per jaar’.

G

Tabel 14 wordt als volgt aangepast:

1. In de rij ‘B. Ventileren van een ruimte’ wordt GB1 t/m GB6 vervangen door GB1 t/m GB5.

2. In de activiteit ‘Ventileren van een ruimte’ vervalt maatregel GB6.

3. In de activiteit ‘In werking hebben van een ruimte- en buitenverlichtingsinstallatie’, wordt in de rij ‘Uitgangssituatie op basis van een referentietechniek’, maatregel GD3, ‘gloeilamoen’ vervangen door ‘gloeilampen’.

H

Tabel 16 wordt als volgt aangepast:

1. In de rij ‘D. In werking hebben van productkoeling’ wordt FD1 t/m FD11 vervangen door ‘FD1 t/m FD9’.

2. In de rij ‘F. In werking hebben van een persluchtinstallatie’ wordt ‘FF1 t/m FF5’ vervangen door ‘FF1 t/m FF4’.

3. In de activiteit ‘In werking hebben van een ruimte- en buitenverlichtingsinstallatie’, wordt in de rij ‘Uitgangssituatie op basis van een referentietechniek’, maatregel GD3, ‘gloeilamoen’ vervangen door ‘gloeilampen’.

4. In de activiteit ‘In werking hebben van productkoeling’, maatregel FD5, wordt in de rij ‘Toepasbaar op een zelfstandig of natuurlijk moment’ de tekst ‘b en c) Zelfstandig moment: Nee. Natuurlijk moment: Ja.’ vervangen door de tekst ‘b en c) Zelfstandig moment: Ja. Natuurlijk moment: Ja.’.

5. In de activiteit ‘In werking hebben van productkoeling’ vervalt maatregel FD10.

6. In de activiteit ‘In werking hebben van productkoeling’ vervalt maatregel FD11.

7. In de activiteit ‘In werking hebben van een persluchtinstallatie’ wordt in de rij ‘Mogelijke technieken ten opzichte van uitgangssituatie’, maatregel FF1, ‘Niet van toepassing’ vervangen door ‘Warmte gebruiken voor ruimteverwarming’.

8. In de activiteit ‘In werking hebben van een persluchtinstallatie’ vervalt maatregel FF5.

I

In tabel 17 wordt in de activiteit ‘In werking hebben van een stookinstallatie (emissies naar de lucht)’, maatregel FA2, rij ‘technische randvoorwaarden’, vervalt de zinsnede ‘a) Aanvoertemperatuur lager van 5⁰C’.

J

Tabel 18, activiteit ‘In werking hebben van productkoeling’, wordt als volgt gewijzigd:

1. In maatregel FE3, wordt na de rij ‘Toepasbaar op een zelfstandig of natuurlijk moment?’ een rij toegevoegd, luidende:

Bijzondere omstandigheden

Niet van toepassing.

2. In maatregel FE4 komt de rij ‘Economische randvoorwaarden’ te luiden:

Economische randvoorwaarden

a) Bedrijfstijd

koelinstallatie is

minimaal 3.100

vollasturen per

jaar

b) Bedrijfstijd

vriesinstallatie is

minimaal 3.600

vollasturen per

jaar.

c) Bedrijfstijd

koelinstallatie is

minimaal 2.900

vollasturen per

jaar

d) Bedrijfstijd

vriesinstallatie

is minimaal

3.600

vollasturen

per jaar.

3. In maatregel FE4 vervalt de rij, onder de rij ‘economische randvoorwaarden’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 8 mei 2019

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

TOELICHTING

1. Doel en aanleiding

Bijlage 10 van de Activiteitenregeling is onlangs aangepast. In deze wijziging zijn alle erkende maatregelen in de bijlage herzien. Deze wijziging herstelt enkele onvolkomenheden in de geactualiseerde bijlage 10.

2. Inhoud van de wijziging

Bij maatregel FA1 en FA2 van de lijst Gezondheidszorg- en welzijnszorginstellingen is abusievelijk de tekst ‘toepasbaar op een zelfstandig of natuurlijk moment’ weggevallen. Bij maatregel FH1 is de volledige regel ‘Toepasbaar op een zelfstandig moment of natuurlijk moment’ weggevallen, terwijl deze bij een vergelijkbare maatregel in de lijst Kantoren wel staat. Deze wijziging voegt de ontbrekende tekst alsnog toe. Ook zijn maatregelen FG1 en FG3 dezelfde maatregel, waardoor FG3 geschrapt kan worden. De inhoudsopgave wordt aangepast. Maatregel GE7 en maatregel GE2 zijn ook vrijwel gelijk, maar GE7 is een uitgebreidere variant. Maatregel GE2 is daarom geschrapt.

In de lijst Kantoren is de energiebesparende maatregel gericht op de binnenverlichting weggehaald. Bij vergelijkbare sectoren waar ook veel binnenverlichting is, zoals Gezondheidszorg- en welzijnszorginstellingen en Onderwijsinstellingen is deze maatregel vervolgens vervangen door een led-toepassing. Dit is echter bij de lijst Kantoren abusievelijk niet gebeurd. Deze wijziging voegt de ontbrekende maatregel alsnog toe.

In de lijst Rubber- en kunststofindustrie is bij maatregel GB1 de beschrijving van de mogelijke technieken ten opzichte van de uitgangssituatie weggevallen. De techniek die wordt toegevoegd is het toepassen van een tijdschakelaar. Dit is de vergelijkbare omschrijving als op andere lijsten, bijvoorbeeld op de lijsten Bouwmaterialen, Meubels en hout en Verf en drukinkt.

Bij maatregel GD2 van de lijst Rubber- en kunststofindustrie en maatregel GF2 van de lijst Hotels en Restaurants ontbrak in de regel ‘Bijzondere omstandigheden’ de tekst ‘Niet van toepassing’. Deze is toegevoegd.

Bij maatregel FC2 van de lijst Drukkerijen, papier en karton, aanstaan persluchtsysteem beperken, ontbrak het aantal kWh bij de economische randvoorwaarde. Het getal ‘18.000’ wordt met deze wijziging toegevoegd voor het woord ‘kWh’. Dit is dezelfde economische randvoorwaarde als bij vergelijkbare maatregelen in de lijsten Bouwmaterialen, Verf en drukinkt, Meubels en hout en Bedrijfshallen.

Maatregel GB1 en GB6 van de lijst Bouwmaterialen zijn gelijk en daarom geschrapt. Maatregel FF3 en FF5 en maatregel FD6 en FD11 van de lijst Tankstations en autowasstraten zijn vrijwel gelijk. Maatregel FF5 en maatregel FD11 zijn daarom eveneens geschrapt. Maatregel FD10 is gelijk aan variant c van maatregel FD5 van deze lijst en is daarom geschrapt. De tekst bij het zelfstandig of natuurlijke moment in FD5 variant c is aangepast in lijn met de geschrapte maatregel FD10. Bij maatregel FF1 staat bij de mogelijke technieken ten opzichte van de uitgangssituatie abusievelijk de tekst ‘Niet van toepassing’. Dit wordt vervangen door ‘Warmte gebruiken voor ruimteverwarming’. Dit komt overeen met de tekst bij de vergelijkbare maatregel FB3 van de lijst Autoschadeherstelbedrijven.

Bij maatregel FE3 van de lijst bedrijfshallen is de abusievelijk ontbrekende regel ‘bijzondere omstandigheden’ toegevoegd. Bij maatregel FE4 van dezelfde lijst stonden zowel de economische randvoorwaarden als de abusievelijke tekst ‘niet van toepassing’. De tekst ‘Niet van toepassing’ is weggehaald.

In tabel 11, 12, 14 en 16 is de verschrijving ‘gloeilamoen’, vervangen door ‘gloeilampen’.

3. Gevolgen van het voorstel

Het betreft een herstel van enkele onvolkomenheden in de gepubliceerde geactualiseerde bijlage 10. De gevolgen van de actualisatie zijn uiteengezet in de nota van toelichting bij de geactualiseerde bijlage 10. Deze wijzigingen hebben geen andere of aanvullende effecten dan daar is beschreven.

4. Inwerkingtreding

Deze regeling heeft het karakter van technisch herstel van onvolkomenheden. Het is wenselijk dat de lijst zo snel mogelijk correct is. Daarom wordt afgeweken van het beleid van vaste verandermomenten en treedt deze wijziging in werking de dag na publicatie in de Staatscourant en is er geen uitgestelde inwerkingtreding.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

Naar boven