Besluit van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 10 april 2019, nr. WJZ/ 19080680, tot wijziging van het Besluit mijnbouwschade Groningen in verband met het vaststellen van de vergoeding van deskundigen

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 2, eerste lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 5, eerste lid, van het Besluit mijnbouwschade Groningen wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt ‘en andere leden’ vervangen door: ‘, andere leden en deskundigen’.

2. In onderdeel b wordt na ‘ technische leden’ ingevoegd: ‘en deskundigen’.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 november 2018.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 10 april 2019

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

TOELICHTING

Met dit besluit is de vergoeding van eventuele deskundigen vastgesteld die de Tijdelijke commissie mijnbouwschade Groningen bijstaan (hierna: de Commissie). Op grond van artikel 3, vierde lid, van het Besluit mijnbouwschade Groningen (hierna: het Besluit), kan de Commissie zich laten bijstaan door deskundigen. Uit artikel 5, eerste lid, van het Besluit volgt dat aan deskundigen een vaste vergoeding wordt toegekend in de vorm van een uurtarief van € 175. Dit is gelijk aan de vergoeding voor technische leden.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

Naar boven