Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de Minister voor medische Zorg van 28 maart 2019, nr. WJZ/18099527, tot wijziging van de Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek om het verstrekken van subsidies op het gebied van volksgezondheid, welzijn en sport mogelijk te maken en enkele andere wijzigingen

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de Minister voor Medische Zorg,

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,

Gelet op artikel 3 van de Kaderwet EZK- en LNV-subsidies en artikel 3 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 wordt de begripsbepaling minister als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘, of’ vervangen door een puntkomma.

2. Onder vervanging van de puntkomma aan het slot van onderdeel b door ‘; of’ wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • c. Minister voor Medische Zorg, in overleg met de Minister van Economische Zaken en Klimaat en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, indien het subsidie betreft die aan een instituut wordt verleend ten laste van de begroting van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

B

Aan artikel 3, eerste lid, wordt een zin toegevoegd, luidende:

De goedkeuring geschiedt, in afwijking van de begripsbepaling van minister in artikel 1, door de minister die op basis van deze regeling instituutssubsidie verstrekt aan het instituut.

C

In artikel 23 wordt ‘onderzoek dat met instituutssubsidie is bekostigd’ vervangen door ‘activiteiten die met instituutssubsidie zijn bekostigd’.

D

Bijlage 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder de WOT Visserijonderzoek wordt na ‘de minister’ het woord ‘en’ ingevoegd.

2. Onder de WOT besmettelijke dierziekten wordt ‘, van Nationaal Referentie Laboratorium voor aangifteplichtige dierziekten en (vanaf 2020) als Europees Referentie Laboratorium voor aangifteplichtige pluimveeziekten’ vervangen door ‘en van Nationaal Referentie Laboratorium voor aangifteplichtige dierziekten’.

3. De tekst onder de WOT Voedselveiligheid komt te luiden:

Wageningen Research ondersteunt de overheid en met name het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de NVWA door middel van laboratoriumactiviteiten bij het houden van toezicht op het gebied van voeder- en voedselveiligheid. Wageningen Research heeft hiertoe een laboratorium ingericht, Wageningen Food Safety Research, dat de volgende taken uitvoert: het doen van monsteranalyses gebaseerd op de algemene eisen voor de bekwaamheid van beproevings- en kalibratielaboratoria zoals beschreven in de relevante NEN-normen. Wageningen Research voert daarnaast de functie uit van test- en referentielaboratorium op het vlak van voeder- en voedselveiligheid en voert daarbij de functies uit van crisisorganisatie (24/7 beschikbaarheid). Naast monsteronderzoek, zorgt Wageningen Research voor de ontwikkeling en instandhouding van kennis, modellen, dataverzamelingen en methoden ten behoeve van bestaande en nieuwe (risico)analyses op het gebied van voeder- en voedselveiligheid en -integriteit. Op verzoek van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport of de NVWA adviseert Wageningen Research over vraagstukken betreffende voeder- en voedselveiligheid.

E

De tabel in bijlage 3, paragraaf 2, komt te luiden:

Instituut

Onderzoeksthema

Soort onderzoek

Subsidieplafond

NLR

Veilige samenleving als bedoeld in tabel 1.1 van deze bijlage

Defensie onderzoek

€ 1.867.000

Wageningen Research

Uitvoering wettelijke onderzoekstaak (WOT)

WOT Besmettelijke dierziekten als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling

€ 14.193.000

WOT Voedselveiligheid als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling, met uitzondering van ondersteuning van de NVWA

€ 15.366.000

WOT Voedselveiligheid als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling, gericht op de ondersteuning van de NVWA

€ 16.100.000

WOT Economische informatievoorziening als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling

€ 7.634.000

WOT Natuur en milieu als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling

€ 8.700.000

WOT Visserijonderzoek als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling

€ 6.970.000

WOT Genetische bronnen als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling

€ 1.965.000

Onderzoeksthema’s als bedoeld in tabel 1.2 van deze bijlage, met uitzondering van de wettelijke onderzoekstaak, genoemd in bijlage 1 van deze regeling

Diverse onderzoeksprojecten, met uitzondering van onderzoeksprojecten ter ondersteuning van de Topsector Agri en Food en de Topsector tuinbouw en Uitgangsmaterialen, en missiegedreven Kennis- en Innovatieprogramma's

€ 41.000.000

Onderzoeksprojecten in het kader van de Klimaatenveloppe

€ 24.000.000

Onderzoeksprojecten ter ondersteuning van de Topsector Agri en Food

€ 34.934.000

Onderzoeksprojecten ter ondersteuning van de Topsector tuinbouw en Uitgangsmaterialen

€ 15.133.000

   

Missiegedreven Kennis- en Innovatieprogramma’s

€ 4.600.000

F

Bijlage 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In paragraaf 1.1 Doelstelling, wordt ‘of het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)’ vervangen door ‘, het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) of het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS)’.

2. In paragraaf 1.2 Definities, wordt in de begripsbepaling Subsidieontvanger ‘ of LNV’ vervangen door ‘, LNV of VWS’.

3. In paragraaf 4 Reviewbeleid, wordt in voetnoot 1 ‘de Comptabiliteitswet 2001 (artikelen 43, 43a) vervangen door ‘de Comptabiliteitswet 2016 (artikelen 6.1 en 6.3)’, wordt ‘EZ’ vervangen door ‘EZK, LNV of VWS’ en wordt ‘ of LNV’ telkens vervangen door ‘, LNV of VWS’.

4. In paragraaf 4 Reviewbeleid, wordt in de derde zin ‘ EZK of LNV’ vervangen door ‘EZK, LNV of VWS’.

5. In de Voorbeeldtekst goedkeurende controleverklaring Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek wordt onder de kop Beperking in gebruik en verspreidingskring na ‘/ het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit’ ingevoegd ‘/ het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 28 maart 2019

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins

TOELICHTING

I. Algemeen

1. Doel en effect van de wijziging

Bij brief van 7 juni 2018 heeft de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit1 (hierna: LNV) aangegeven dat de functie van de laboratoriumondersteuning op het gebied van voeder- en voedselveiligheid van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) samengevoegd zal worden met het RIKILT, een onderzoeksinstituut van Stichting Wageningen Research. De redenen voor deze fusie en de randvoorwaarden waaronder deze fusie plaatsvindt, zijn toegelicht in de aangehaalde brief. De samenvoeging van deze twee laboratoria tot één nieuw instituut zal zijn beslag krijgen op 1 juni 2019. Het nieuwe instituut zal deel uitmaken van Stichting Wageningen Research en krijgt de naam ‘Wageningen Food Safety Research’.

Stichting Wageningen Research is een instituut voor toegepast onderzoek dat hoofdzakelijk door de Minister van LNV van financiering wordt voorzien krachtens de Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek. Deze financiering wordt verstrekt in de vorm van instituutssubsidie, programmasubsidie voor onderzoeksprogramma’s, programmasubsidie voor wettelijke onderzoekstaken en infrastructuursubsidie voor nieuwe of uitbreidingen van bestaande onderzoekinfrastructuur. De Minister van LNV verstrekt specifiek ook subsidies die van betekenis zijn voor het RIKILT in de vorm van programmasubsidies voor onderzoeksprogramma’s en programmasubsidies voor wettelijke onderzoekstaken die samenhangen met voeder en voedsel en daarmee samenhangende veiligheid. Zie in dit verband bijlage 1 bij de Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek voor de WOT (wettelijke onderzoekstaak) Voedselveiligheid.

De aangekondigde fusie van de functie van de laboratoriumondersteuning op het gebied van voeder- en voedselveiligheid van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit met RIKILT in Wageningen Food Safety Research verbreedt de werkzaamheden van dit instituut op het gebied van voedsel met aangelegenheden die onder de portefeuille vallen van de Minister voor Medische Zorg. De Minister voor Medische Zorg is tezamen met de Minister van LNV beleidsverantwoordelijk voor de voedselveiligheid in Nederland, schakelt daarbij de NVWA in als toezichthouder en verstrekt de bijbehorende financiering aan de NVWA. Door de fusie zal de financiering van de Minister voor Medische Zorg verstrekt worden, via de NVWA aan het nieuwe instituut. Nu deze financiering qua aard en strekking vergelijkbaar is met de financiering die de Minister van LNV verstrekt aan Stichting Wageningen Research voor de werkzaamheden van RIKILT, is ervoor gekozen de Minister voor Medische Zorg in staat te stellen op dezelfde wijze als de Minister van LNV financiering te verstrekken aan Stichting Wageningen Research. Dit zal hoofdzakelijk zien op de laboratoriumondersteuning op het gebied van het toezicht op de voedselveiligheid door de NVWA, maar is daar niet toe beperkt. De wijziging stelt de Minister voor Medische Zorg bijvoorbeeld ook in staat om programmasubsidies te verstrekken voor onderzoeksprogramma’s op gebieden die tot zijn portefeuille behoren.

De mogelijkheid van subsidiëring van de activiteiten van Stichting Wageningen Research door de Minister voor Medische Zorg zoals met deze wijzigingsregeling voorzien, geschiedt ten laste van de eigen begroting van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Tot slot wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om enkele technische wijzigingen door te voeren en een aantal subsidieplafonds te verhogen.

2. Regeldruk en vaste verandermomenten

De wijziging van de subsidieregeling leidt niet tot wijziging van informatieverplichtingen en daarom ook niet tot een toe- of afname van de regeldruk bij de gebruikers van de Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek. Het Adviescollege toetsing regeldruk heeft dan ook besloten deze wijzigingsregeling niet te selecteren voor advisering.

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Dit is niet in lijn met de regels voor vaste verandermomenten, opgenomen in Aanwijzing 4.17 van de Aanwijzingen voor de regelgeving. Wageningen Food Safety Research zal vanaf 1 juni de laboratoriumwerkzaamheden gaan uitvoeren en de subsidie moet voor deze datum verleend zijn. Daarom is besloten af te wijken van het vaste verandermoment en de minimuminvoeringstermijn van twee maanden. Het volgende vaste verandermoment op 1 juli 2019 kan niet worden afgewacht. Deze afwijking is op grond van Aanwijzing 4.17, vijfde lid, toegestaan omdat zo aanmerkelijke ongewenste private of publieke nadelen, die zouden ontstaan als het instituut de laboratoriumonderzoeken op het gebied van voeder- en voedselveiligheid niet kan uitvoeren, worden voorkomen.

3. Staatssteun

Deze wijziging van de Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek heeft geen gevolgen voor de verenigbaarheid van de subsidieregeling met de staatssteunkaders van de Europese Unie zoals beschreven in de toelichting bij de Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek. De laboratorium- ondersteuning door het RIKILT op het gebied van het toezicht op de voedselveiligheid door de NVWA betreft een niet-economische activiteit in verband met de uitoefening van openbaar gezag. De financiering van deze laboratoriumondersteuning behelst derhalve geen staatssteun.

II. Artikelen

Artikel I

Onderdeel A

Met de wijziging van de definitie van minister wordt geregeld dat de Minister voor Medische Zorg in het vervolg ook subsidie kan verstrekken op basis van deze regeling. Zie de algemene toelichting voor een uitgebreidere toelichting.

Onderdeel B

Met deze wijziging wordt verduidelijkt welke minister het strategisch plan goedkeurt. Omdat dit niet gaat om een enkele subsidie maar om de overkoepelende strategie van het instituut, keurt de minister die verantwoordelijk is voor het functioneren van het instituut in zijn geheel het strategisch plan goed. Dit is de minister die de instituutssubsidie aan het instituut verstrekt.

Onderdeel C

Dit onderdeel bevat een verheldering van artikel 23. Indien een instituut inkomsten verwerft uit activiteiten die met instituutssubsidie zijn bekostigd, worden deze uitsluitend ingezet onder dezelfde voorwaarden als instituutssubsidie. Dit geldt niet alleen voor eventuele inkomsten die het instituut verwerft uit het onderzoek dat met instituutssubsidie is bekostigd, maar bijvoorbeeld ook voor het breed verspreiden van de resultaten van dat onderzoek.

Onderdeel D

Er was sprake van een redactionele misslag die met deze aanpassing van de formulering van de wettelijke onderzoekstaak (WOT) Visserijonderzoek door het Centrum voor Visserijonderzoek (CVO) wordt gecorrigeerd. Het CVO adviseert zowel de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit alsmede de Europese Commissie.

Dit onderdeel bevat daarnaast een wijziging van de beschrijving van de wettelijke onderzoekstaak (WOT) besmettelijke dierziekten van Wageningen Research. Tegen eerdere verwachtingen in wordt Wageningen Bioveterinary Research niet aangewezen als Europees Referentie Laboratorium voor aangifteplichtige pluimveeziekten vanaf 2020. Daarom is deze vermelding uit de beschrijving van de WOT gehaald.

Tot slot bevat dit onderdeel de benodigde aanpassing van de omschrijving van de wettelijke onderzoekstaak (WOT) Voedselveiligheid om tot uitdrukking te brengen dat Stichting Wageningen Research als gevolg van de fusie laboratoriumwerkzaamheden voor de NVWA gaat verrichten voor de toezicht- en handhavingstaken van de NVWA op het gebied van voeder- en voedselveiligheid.

Onderdeel E

Onderdeel E bevat een wijziging van de tabel in paragraaf 2 van bijlage 3, waarin de subsidieplafonds voor de programmasubsidie zijn opgenomen. De subsidieplafonds voor de wettelijke onderzoekstaken van Wageningen Research zijn verhoogd omdat de tarieven van Wageningen research zijn bijgesteld vanwege een loon- en prijsbijstelling. Ook is er extra budget toegevoegd voor diverse onderzoeksprojecten die Wageningen Research gaat uitvoeren die nog niet voorzien waren bij de vorige vaststelling van de subsidieplafonds. Ten slotte is er geld beschikbaar gekomen voor onderzoeksprojecten in het kader van de ‘Klimaatenveloppe’. Ook dit budget voor klimaatonderzoek was nog niet beschikbaar bij de vorige vaststelling van de subsidieplafonds. Dit onderzoek vloeit voort uit het regeerakkoord.

Onderdeel F

Dit onderdeel bevat de noodzakelijke aanpassingen van het controleprotocol om tot uitdrukking te brengen dat de controles zich ook dienen uit te strekken tot de subsidies die door de Minister voor Medische Zorg zullen worden verstrekt krachtens de Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins


X Noot
1

Kamerstukken II, vergaderjaar 2017/18, 33 835, nr. 81

Naar boven