TOELICHTING
Algemeen
Ketenbepaling
Op grond van de ketenbepaling geldt dat na drie elkaar opvolgende arbeidsovereenkomsten,
of bij een minder aantal, na twee jaar, een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd
ontstaat. Voor een specifieke groep werknemers is een afwijkingsmogelijkheid van de
ketenbepaling gecreëerd om te voorkomen dat toepassing van de ketenbepaling tot onaanvaardbare
consequenties zou leiden. Dit betreft werknemers die functies vervullen in bedrijfstakken
waarvoor het bestendig gebruik is en vanwege de intrinsieke aard van de bedrijfsvoering
noodzakelijk is de arbeid uitsluitend te verrichten op grond van arbeidsovereenkomsten
voor bepaalde tijd en waarvoor de gemaximeerde afwijkingsgrond in artikel 7:668a,
vijfde lid, BW van ten hoogste zes arbeidsovereenkomsten in een periode van ten hoogste
vier jaar onvoldoende soelaas biedt.
Artikel 7:668a, achtste lid, van het Burgerlijk Wetboek (BW) bepaalt dat bij collectieve
arbeidsovereenkomst (cao) of bij regeling door of namens een daartoe bevoegd bestuursorgaan
de ketenbepaling buiten toepassing kan worden verklaard voor bij ministeriële regeling
aangewezen functies in een bedrijfstak.
Aanwijzing bij ministeriële regeling kan plaatsvinden indien het voor die functies
in die bedrijfstak bestendig gebruik is en vanwege de intrinsieke aard van de bedrijfsvoering
en van die functies noodzakelijk is de arbeid uitsluitend op grond van arbeidsovereenkomsten
voor bepaalde tijd te verrichten. De functies, bedoeld in artikel 7:668a, achtste
lid, BW zijn aangewezen in de Regeling ketenbepaling bijzondere functies en hogere
vergoeding kantonrechter (hierna: de regeling).
De partijen betrokken bij de totstandkoming van een dergelijke cao kunnen bij de Minister
van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een gezamenlijk schriftelijk verzoek indienen
om de ketenbepaling buiten toepassing te verklaren voor bepaalde functies in hun bedrijfstak.
Naar aanleiding van een verzoek daartoe wordt in deze regeling een uitzondering getroffen.
Met onderhavige regeling is artikel 1, onderdeel h, aan de regeling toegevoegd. Als
functie, bedoeld in artikel 7:668a, achtste lid, BW wordt aangewezen:
Contractspeler betaald ijshockey
De uitzonderingsmogelijkheid van de ketenbepaling voor de functie van contractspeler
werkzaam als betaald ijshockeyspeler bij een ijshockeyclub die deelneemt aan de internationale
competitie waarvoor het speelseizoen in een internationale competitie langer duurt
dan zes maanden wordt gerechtvaardigd geacht. Het is bestendig gebruik dat de functie
contractspeler werkzaam als betaald ijshockeyspeler bij een ijshockeyclub die deelneemt
aan de internationale competitie uitsluitend op basis van arbeidsovereenkomsten voor
bepaalde tijd wordt verricht. Arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd geven een ijshockeyclub
de mogelijkheid om op basis van sporttechnische afwegingen te bouwen aan het team
voor deelname aan de internationale competitie. Bij contracten voor onbepaalde tijd
zullen spelers doorbetaald moeten worden in een periode waarin er geen recettes of
andere inkomsten zijn. Dit zet de financiële huishouding van een club onder grote
druk.
Het speelseizoen in de internationale competitie (zoals de Oberliga in Duitsland)
is vaak langer (namelijk acht maanden) dan de Nederlandse eredivisie waar het speelseizoen
zes maanden is. Dit leidt tot ongewenste neveneffecten doordat een club, maar ook
de contractspeler die werkzaam is als betaald ijshockeyspeler bij een ijshockeyclub,
doorgaans meerdere seizoenen bij dezelfde club speelt, deelneemt aan de internationale
competitie belemmerd wordt om met elkaar te (blijven) contracteren binnen de aan de
top(seizoen)sport verbonden typische seizoensgebondenheid.
Ook de intrinsieke aard van de bedrijfsvoering rechtvaardigt om de functie van de
contractspeler werkzaam als betaald ijshockeyspeler bij een ijshockeyclub die deelneemt
aan de internationale competitie waarvoor het speelseizoen in een internationale competitie
langer duurt dan zes maanden uit te zonderen van de ketenbepaling. Het is noodzakelijk
dat een ijshockeyclub een aanstellingsbeleid kan hanteren passend bij de doelstelling
om topijshockey te kunnen bedrijven op internationaal niveau. Betaald ijshockeyorganisaties
hebben onvoldoende zekerheid hebben over het behoud van contractspelers. Specifiek
voor de functie die uitgezonderd wordt van de ketenbepaling geldt dat er wordt deelgenomen
in de internationale competitie (zoals de Oberliga). Jaarlijks vinden er contractbespreking
plaats, evenals transfers van (internationale) spelers. Het speelseizoen kan kort
of lang kan zijn afhankelijk van het succes van het team (het al dan niet behalen
van play-offs), waardoor er grote fluctuaties in recettes kunnen zijn voor de club.
Als door toedoen van de ketenbepaling een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd
zou ontstaan, zou deze arbeidsovereenkomst op elk gewenst moment, met inachtneming
van een opzegtermijn van een maand, kunnen worden opgezegd door de werknemer, zonder
dat daar enige financiële compensatie voor de club tegenover zou staan. Dit brengt
schade toe aan betaald ijshockeycluborganisaties die deelnemen aan de internationale
competitie als het gaat om het behoud van spelers en daarmee aan de sportieve continuïteit
waardoor het voortbestaan van de sector in het gedrang komt.
Als het bij koninklijke boodschap van 6 november 2018 ingediende voorstel van wet
tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet allocatie arbeidskrachten
door intermediairs, de Wet financiering sociale verzekeringen en enige andere wetten
om de balans tussen vaste en flexibele arbeidsovereenkomsten te verbeteren (Wet arbeidsmarkt
in balans) (35 074) tot wet wordt verheven en de daarin opgenomen wijzigingen van artikel 7:668a BW
in werking treden zal worden bezien of artikel 7:668a BW voor deze functie, en andere
reeds aangewezen functies, nog steeds buiten toepassing moet blijven.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
W. Koolmees