Autorisatiebesluit 0-selectie voor de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in verband met de verkiezing van de leden van het Europees Parlement, Rijksdienst voor Identiteitsgegevens

Datum 18 maart 2019

Kenmerk 2019-0000130064

In het verzoek van 13 februari 2019, 2019-0000093621, heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verzocht om de selectieverstrekking van gegevens als bedoeld in artikel 37, eerste lid, onder b van het Besluit BRP in verband met de verkiezing van de leden van het Europees Parlement.

Gelet op de artikelen 3.1 en 3.2 van de Wet basisregistratie personen wordt op dit verzoek als volgt besloten.

Paragraaf 1. Begripsbepalingen

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a. de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties; de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in verband met de verkiezing van de leden van het Europees Parlement;

  • b. de Wet BRP: de Wet basisregistratie personen;

  • c. het Besluit BRP: het Besluit basisregistratie personen;

  • d. de basisregistratie personen: de basisregistratie personen, bedoeld in artikel 1.2 van de Wet BRP;

  • e. de persoonslijst: de persoonslijst, bedoeld in artikel 1.1, onder c, van de Wet BRP;

  • f. de ingeschrevene: de ingeschrevene, bedoeld in artikel 1.1, onder e, van de Wet BRP;

  • g. de selectieverstrekking van gegevens: de selectieverstrekking van gegevens, bedoeld in artikel 37, eerste lid, onder b, van het Besluit BRP;

  • h. de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens: de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

  • i. Richtlijn 93/109/EG: Richtlijn 93/109/EG van de Raad van 6 december 1993 tot vaststelling van de wijze van uitoefening van het actief en passief kiesrecht bij de verkiezingen voor het Europees Parlement ten behoeve van de burgers van de Unie die verblijven in een Lid-Staat waarvan zij geen onderdaan zijn.

Paragraaf 2. De selectieverstrekking van gegevens aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Artikel 2

  • 1. Op de selectiedata worden de persoonslijsten geselecteerd van ingezetenen die niet de Nederlandse nationaliteit hebben, voor zover deze ingeschrevenen EU-burgers zijn uit andere lidstaten dan Nederland, en in de Basisregistratie personen geregistreerd staat dat zij in Nederland willen stemmen voor de verkiezing van de leden van het Europees Parlement.

  • 2. Onverminderd het eerste lid worden de gegevens van de persoonslijsten aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verstrekt, voor zover deze gegevens noodzakelijk zijn voor de uitvoering van Richtlijn 93/109/EG.

  • 3. Van de geselecteerde persoonslijsten worden op de leveringsdata de in de bijlage opgenomen gegevens aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verstrekt voor zover deze gegevens op de persoonslijsten zijn opgenomen.

  • 4. De selectiedata en de leveringsdata worden door de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens in overleg met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vastgesteld.

Paragraaf 3 Overige verstrekkingen aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Artikel 3

  • 1. Indien een verstrekking aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op grond van dit besluit een gegeven betreft dat op juistheid wordt of is onderzocht, bevat de verstrekking naast dit gegeven tevens de gegevens over dat onderzoek.

  • 2. Indien aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gegevens worden verstrekt van een persoonslijst waarvan de bijhouding is opgeschort, bevat de verstrekking tevens de gegevens omtrent de reden en de datum van de opschorting, alsmede, voor zover deze gegevens zijn opgenomen op de persoonslijst, gegevens over de verificatie en de aanlevering van de verstrekte gegevens.

Paragraaf 4. De verzending en de ontvangst van berichten

Artikel 4

Nadat schriftelijke overeenstemming is bereikt met de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens kan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gebruik maken van een alternatief medium als bedoeld in de systeembeschrijving bij verstrekking van gegevens als bedoeld in paragraaf 2.

Paragraaf 5. Slotbepalingen

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 april 2019.

Het besluit en de bijlage bij het besluit worden ter inzage gelegd. Van de terinzagelegging wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.

Den Haag, 18 maart 2019

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, namens deze, R. Maas Algemeen Directeur Rijksdienst voor Identiteitsgegevens

Bezwaar

Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit daartegen per brief bezwaar maken bij de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Postbus 10451, 2501 HL Den Haag. Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend, voorzien zijn van een datum alsmede de naam en het adres van de indiener en dient vergezeld te gaan van de gronden waarop het bezwaar berust en, zo mogelijk, een afschrift van het besluit waartegen het bezwaar is gericht.

BIJLAGE

Bijlage bij artikel 2 van dit besluit.

RUBRIEK

OMSCHRIJVING

   

01

PERSOON

   

01.01.10

A-nummer persoon

01.02.10

Voornamen persoon

01.02.30

Voorvoegsel geslachtsnaam persoon

01.02.40

Geslachtsnaam persoon

01.03.10

Geboortedatum persoon

01.03.20

Geboorteplaats persoon

01.04.10

Geslachtsaanduiding

01.61.10

Aanduiding naamgebruik

   

04

NATIONALITEIT

   

04.05.10

Nationaliteit

   

05

HUWELIJK/GEREGISTREERD PARTNERSCHAP

   

05.02.30

Voorvoegsel geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner

05.02.40

Geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner

05.06.10

Datum huwelijkssluiting/aangaan geregistreerd partnerschap

05.07.10

Datum ontbinding huwelijk/geregistreerd partnerschap

   

08

VERBLIJFPLAATS

   

08.09.10

Gemeente van inschrijving

   

13

KIESRECHT

   

13.31.10

Aanduiding Europees kiesrecht

TOELICHTING

1. Algemeen

Inleiding

De Wet basisregistratie personen (Wet BRP) vormt de juridische basis voor de basisregistratie personen. In de basisregistratie personen zijn persoonsgegevens opgeslagen in de vorm van persoonslijsten.

De basisregistratie personen bevat gegevens over personen die zijn ingeschreven bij een van de gemeenten in Nederland. De gemeenten houden deze gegevens bij.

Verder zijn in de basisregistratie personen gegevens opgenomen van personen die buiten Nederland woonachtig zijn, zogenoemde niet-ingezetenen. Gegevens van niet-ingezetenen worden bijgehouden door de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Deze registratie van niet-ingezetenen in de basisregistratie personen wordt aangeduid als de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI). Over niet-ingezetenen wordt een beperkter aantal gegevens bijgehouden dan over ingezetenen. De gegevens in de RNI zijn niet aangemerkt als authentieke gegevens. Gegevens over niet-ingezetenen kunnen namelijk minder gemakkelijk actueel gehouden worden dan gegevens over ingezetenen.

De Wet BRP biedt de grondslag voor systematische gegevensverstrekking over ingezetenen en niet-ingezetenen aan overheidsorganen en daartoe aangewezen andere organisaties. Bij de systematische verstrekking worden vanuit een centraal bestand op geautomatiseerde wijze persoonsgegevens uit de basisregistratie personen verstrekt.

Organisaties die in aanmerking komen voor systematische gegevensverstrekking

Allereerst komen overheidsorganen in aanmerking voor systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen. Daarnaast kunnen ook organisaties die werkzaamheden verrichten met een gewichtig maatschappelijk belang daarvoor in aanmerking komen, indien deze werkzaamheden en deze organisaties op grond van artikel 3.3 van de Wet BRP zijn aangewezen. Voorts voorziet artikel 3.13 Wet BRP in systematische gegevensverstrekking aan onderzoeksinstellingen. Waar in het vervolg van deze toelichting zal worden gesproken over "de afnemer" worden daarmee zowel overheidsorganen als derden als onderzoeksinstellingen bedoeld.

Het autorisatiebesluit

Afnemers die systematisch gegevens verstrekt willen krijgen uit de basisregistratie personen dienen hiertoe een verzoek in bij de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het verzoek wordt gedaan in de vorm van een autorisatieaanvraagformulier. In dit formulier is aangegeven welke gegevens, over welke personen en voor welke taken de aanvrager op systematische wijze verstrekt wenst te krijgen. Het verzoek wordt getoetst, waarbij wordt uitgegaan van de beoordelingscriteria zoals deze zijn neergelegd in de Wet BRP en het Besluit basisregistratie personen (Besluit BRP). Onder meer bepalend is of en in hoeverre de verstrekking van de gegevens noodzakelijk is voor de goede vervulling van de taak van de aanvrager. Hierbij wordt steeds de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de personen, van wie de aanvrager gegevens verstrekt wenst te krijgen, gewaarborgd.

Na toetsing van het autorisatieverzoek wordt door de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een autorisatiebesluit ten behoeve van de aanvrager genomen. In dit autorisatiebesluit wordt bepaald welke gegevens over welke categorieën van personen en in welke gevallen aan de afnemer worden verstrekt. Aan het autorisatiebesluit kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden in het belang van een zorgvuldige en doelmatige gegevensverstrekking.

Het autorisatiebesluit wordt voor zover mogelijk technisch vertaald in een zogenoemde autorisatietabelregel. Aan de hand van de autorisatietabelregel wordt de geautoriseerde afnemer herkend en kan de gegevensverstrekking vanuit de basisregistratie personen geautomatiseerd afgewikkeld worden.

2. Toelichting op de wijzen van verstrekken

De systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen kan op verschillende wijzen plaatsvinden. Op grond van dit besluit vindt de verstrekking op de volgende manieren plaats:

De selectieverstrekking van gegevens

Eenmalig of periodiek worden persoonslijsten geselecteerd die aan een of meerdere voorwaarden voldoen. Van de geselecteerde persoonslijsten wordt een vastgestelde set gegevens verstrekt.

Overige verstrekkingen

Indien een onderzoek is ingesteld of afgerond naar een gegeven of een verzameling van gegevens, wordt hiervan bij het verstrekte gegeven melding gedaan.

Indien gegevens worden opgevraagd van een persoonslijst die is opgeschort, hetgeen ondermeer gebeurt indien een ingeschrevene is overleden of geëmigreerd, worden de reden en datum opschorting bijhouding van de persoonslijst meeverstrekt. Bij verstrekking van gegevens van een persoonslijst van een niet-ingezetene, is het van belang om aan te geven wanneer de gegevens op de persoonslijst geverifieerd zijn en welke organisatie de in een categorie opgenomen gegevens heeft aangeleverd. Om dit te bereiken, worden de verificatiegegevens of de gegevens over de aanleverende organisatie, voor zover die gegevens zijn opgenomen op de persoonslijst, meeverstrekt als er gegevens worden verstrekt uit een categorie waarin die gegevensgroepen voorkomen.

3. De verzending en ontvangst van berichten

Over de verstrekking van gegevens via alternatieve media, al dan niet naar aanleiding van infrastructurele wijzigingen, over de leverings- en selectiedata en over andere relevante onderwerpen dient overeenstemming te zijn met de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens.

4. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Dit besluit is een autorisatiebesluit dat is genomen ten behoeve van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in verband met de verkiezing van de leden van het Europees Parlement (in deze toelichting genoemd: de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is een overheidsorgaan als bedoeld in artikel 1. 1, onder t, van de Wet BRP.

4.1. Taak van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Op grond van richtlijn 93/109/EC kunnen onderdanen van andere lidstaten van de Europese Unie die in Nederland wonen, in Nederland aan de verkiezingen van de leden van het Europees Parlement deelnemen. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is aangewezen om, namens de burgemeester en wethouders, de gegevens door te geven aan de andere lidstaten van de Europese Unie. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ontleent de gegevens daarvoor aan de basisregistratie personen. Burgemeester en wethouders nemen daarin namelijk de gegevens op van kiezers uit andere lidstaten die hun kiesgerechtigheid voor de verkiezing van de leden van het Europees Parlement in Nederland willen registreren.

De selectieverstrekking is nodig om uitvoering te geven aan Richtlijn 93/109/EC die stelt dat EU-burgers mogen stemmen in een ander land dan het land van herkomst. In Nederland wonende EU-burgers die in Nederland willen stemmen kunnen zich registreren bij de gemeente waar zij wonen.

Er dient tussen lidstaten bilateraal uitwisseling plaats te vinden van bepaalde persoonsgegevens van deze EU-burgers, zodat kan worden nagegaan waar iemand zich heeft geregistreerd om te gaan stemmen. Daarmee kan worden voorkomen dat zij dubbel stemmen omdat zij zowel in Nederland als in het land van herkomst een oproep krijgen om te stemmen voor het Europees Parlement.

4.2 Wijzen van verstrekken aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties krijgt voor de uitvoering van zijn taak een tweemalige selectieverstrekking.

De eerste selectieverstrekking van gegevens aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Op grond van de Akte betreffende de verkiezing van de vertegenwoordigers van het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen (hierna: de Kiesakte), zoals eind 2018 gewijzigd, moet elke lidstaat ten laatste zes weken voor de eerste dag van de verkiezingsperiode bedoeld in art. 10, lid 1, een begin maken met de toezending aan de tegenhangers van de gegevens vermeld in Richtlijn 93/109/EG van de Raad met betrekking tot burgers van de Unie die, in een lidstaat waarvan zij geen onderdaan zijn, zijn ingeschreven op de kiezerslijst. Gelet daarop moet de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uiterlijk 11 april 2019 (zes weken voor 23 mei 2019) beginnen met de gegevensuitwisseling. Gelet daarop moet op 1 april 2019 de eerste selectie worden uitgevoerd.

De tweede selectieverstrekking van gegevens aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Op grond van artikel 1, lid 1, van de Regeling gegevensuitwisseling verkiezing leden Europees Parlement verzendt de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties namens burgemeester en wethouders zo spoedig mogelijk na de zevende dag na de kandidaatstelling de gegevens van de personen, bedoeld in artikel Y 3, onder b, van de Kieswet, waarvan de kiesgerechtigdheid voor de verkiezing van de Nederlandse leden van het Europees Parlement is geregistreerd aan de autoriteiten, bedoeld in artikel Y 32, lid 8, van de Kieswet.

De laatste datum waarop een EU-burger zich kan laten registreren om te stemmen voor de EP-verkiezingen is de dag van kandidaatstelling, 9 april 2019. De gemeente heeft vervolgens wettelijk zeven dagen de tijd na ontvangst van het verzoek om hierop een beslissing te nemen (uiterlijk 16 april 2019). Vervolgens heeft de gemeente nog een aantal dagen nodig om de registratie in de BRP in te voeren. Gelet daarop moet op 24 april de tweede selectie worden uitgevoerd.

Op 1 april 2019 en 24 april 2019 worden de persoonslijsten van de doelgroep zoals omschreven in artikel 2 geselecteerd. Van de geselecteerde persoonslijsten worden de gegevens, opgenomen in de bijlage, aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verstrekt.

4.3. Toelichting te verstrekken gegevens

De selectieverstrekking aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is nodig om uitvoering te geven aan Richtlijn 93/109/EC, die stelt dat EU-burgers mogen stemmen in een ander land dan het land van herkomst. Om te voorkomen dat deze EU-burgers zowel in het land van verblijf als het land van herkomst hun stem kunnen uitbrengen is de selectieverstrekking aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties noodzakelijk. In artikel 2 van de Regeling gegevensuitwisseling verkiezing leden Europees Parlement zijn de gegevens genoemd die de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in verband met de uitvoering van zijn taak nodig heeft. Deze gegevens zijn als volgt: de naam, de geboortedatum, de geboorteplaats en de geslachtsaanduiding van de persoon die heeft aangegeven dat hij in Nederland wil stemmen, om hem te identificeren. Daarnaast is het gegeven nationaliteit noodzakelijk om te zien in welke EU-lidstaat, anders dan Nederland, de betrokken persoon in beginsel kiesgerechtigd is. De gegevens geslachtsaanduiding en de gegevens ten aanzien van het huwelijk/geregistreerd partnerschap zijn nodig om te verzekeren dat de betreffende persoon in het land van herkomst geïdentificeerd kan worden, aangezien in sommige EU-lidstaten de vrouw haar meisjesnaam verliest als gevolg van een huwelijk/geregistreerd partnerschap. Het A-nummer is vanuit technisch oogpunt nodig om de juiste selectie te kunnen maken.

5. Publicatie

Dit besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant. Het besluit wordt tevens geplaatst op de internetpagina van de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens, publicaties.rvig.nl.

Naar boven