VERKEERSBESLUIT – bushalte, stopverbod en uitritconstructie – Churchillsingel – Vlaardingen

Logo Vlaardingen

 

1700263

 

Vastgesteld hebbend, dat de bestuurlijke bevoegdheid hiertoe op grond van artikel 18, eerste lid, onder d, van de Wegenverkeerswet 1994 bij het college van Burgemeester en Wethouders ligt, omdat dit verkeersbesluit betrekking heeft op een weg of gedeelte daarvan, zoals genoemd in artikel 1, eerste lid, onder b, van die wet, die onder het beheer van noch het Rijk, noch de provincie, noch het waterschap valt en is gelegen in de gemeente Vlaardingen;

 

gezien het Mandaatbesluit Ambtenaren 2016 en Ondermandaatbesluit Ambtenaren 2017;

 

gelezen het advies van de politie d.d. 22 november 2018 die met dit besluit instemt en waarmee tevens is voldaan aan de verplichting als bedoeld in artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer;

 

op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 een verkeersbesluit moet worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd;

 

overwegende dat op grond van artikel 15, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 een verkeersbesluit moet worden genomen voor maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regeling van het verkeer, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken;

 

gelet op hetgeen ten aanzien hiervan overigens in de Wegenverkeerswet 1994, het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer is bepaald, alsmede op de bepalingen ter zake van de Algemene wet bestuursrecht;

 

Het college van Burgemeester en Wethouders besluit:

 

  • 1.

    tot het verplaatsen van een bushalte aan de Churchillsingel door het verplaatsen van één bord L03 (bushalte/tramhalte) conform bijlage I van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990;

  • 2.

    tot het beperken van de westelijke doorgang tussen de Churchillsingel en de parallelweg van de Churchillsingel rondom gebouwen van zorgcentrum Holystaete door het instellen van eenrichtingsverkeer in zuidelijke richting met uitzondering van fietsverkeer;

  • 3.

    tot een stopverbod op de meest westelijke 20 meter van de parallelweg Churchillsingel;

  • 4.

    de verkeersborden en verkeersmaatregelen te plaatsen zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende tekening;

  • 5.

    te bepalen dat dit verkeersbesluit in werking treedt op de dag na bekendmaking in de Staatscourant.

     

           

OVERWEGINGEN TEN AANZIEN VAN HET BESLUIT

 

 

Aanleiding en bestaande situatie is dat:

 

 

  • de Churchillsingel een gebiedsontsluitingsweg is;

  • bus 56 in de nieuwe dienstregeling van de RET wederom de Churchillsingel zal aandoen;

  • de bestaande halte momenteel niet in gebruik is en dat de bus hierbij op de rijbaan moest halteren;

  • de halte westwaarts verschuift, zodat de bus niet op de rijbaan hoeft te halteren wat de doorstroming voor het overig verkeer verbetert.

 

  • de Churchillsingel een parallelweg kent met eenzelfde naam, waaraan meerdere medische klinieken en faciliteiten zijn gelegen van de Vlaardingse wijk Holy;

  • deze medische diensten een relatief hoog aantal verkeersbewegingen aantrekt;

  • hierom een uitrit wordt behouden op de westelijke doorsteek, maar dat het inrijden verkeerstechnisch niet meer wordt aangeboden;

  • hiermee de verkeersbewegingen op de parallelweg beter wordt gereguleerd;

  • de inrit hiermee wordt opgeheven;

  • fietsverkeer is vrijgesteld van het eenrichtingsverkeer op deze uitrit;

  • de overzichtelijkheid van de Churchillsingel voor doorgaand verkeer wordt behouden.

 

  • de parallelweg Churchillsingel aan de meest westelijke zijde geen ruimte biedt voor parkerende en kerende voertuigen;

  • dat een stopverbod deze verkeerssituatie afwendt.

     

  

Verkeerskundige aspecten zijn dat:

 

  • de bus een eigen halteplaats krijgt, waardoor de doorstroming gewaarborgd blijf op de gebiedsontsluitingsweg Churchillsingel;

  • de breedte van de parallelweg Churchillsingel aan de meest westelijke zijde geen ruimte biedt tot parkeren langs de rijbaan.

 

  

Uit het oogpunt van:

 

  • dat de maatregel (gelet op artikel 2 van de Wegenverkeerswet) strekt tot het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  • dat de maatregel (gelet op artikel 2 van de Wegenverkeerswet) strekt tot het beschermen van weggebruikers en passagiers.

     

 

Is het gewenst om:

 

  • een bushalte te realiseren en daarbij een haltekom;

  • de meest westelijke inrit naar de parallelweg van de Churchillsingel op te heffen, en de fietsverbinding in stand te houden;

  • een gele streep te plaatsen aan de zuidelijke band van de parallelweg Churchillsingel tussen de uitrit en het einde van de parallelweg in westelijke richting.

     

      

Belangenafweging

 

  • bij de afweging van belangen gaat het om de verkeerskundige aspecten, in dit geval het verzekeren van de verkeersveiligheid, het beschermen van de weggebruikers en het waarborgen van de bruikbaarheid van de weg zoals geformuleerd in artikel 2, eerste lid sub a en b van de Wegenverkeerswet 1994;

  • er zijn geen individuele belangen in het geding die de positie van één of meer personen kunnen aantasten;

  • Bij het opstellen van het besluit overleg geweest is met de gebruikers van zorgcentrum Holystaete;

  • Dat hierover afstemming geweest is met de vervoerontwikkelaar van de RET;

  • er zijn dan ook geen aanwijzingen dat er sprake is of kan zijn van belangen die strijdig zijn met de gewenste verkeersmaatregelen;

  • daarom kan bij het nemen van het besluit evenmin sprake zijn van onevenredige nadelige gevolgen als bedoeld in artikel 3:4, tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht.

     

  

Zorgvuldigheid

 

  • dat bij de voorbereiding van dit besluit dan ook gehandeld is overeenkomstig de zorgvuldigheid die op grond van artikel 3:1 van de Algemene wet bestuursrecht ten aanzien van besluiten als deze moet worden betracht;

  • dat met de vaststelling van dit besluit dan ook geen sprake is van een besluit met onevenredige nadelige gevolgen als bedoeld in artikel 3:4, lid 2 van de Algemene wet bestuursrecht.

     

  

Vlaardingen,

 

Namens burgemeester en wethouders van Vlaardingen,

 

    

M.Y. Wong

Teammanager Openbare Ruimte

 

 

MEDEDELINGEN

Bezwaar

Belanghebbenden kunnen ingevolge artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht tegen dit besluit binnen zes weken na bekendmaking daarvan, een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen, onder vermelding van “bezwaarschrift verkeersbesluit”, Postbus 1002, 3130 EB Vlaardingen.

 

 

Het bezwaarschrift moet ondertekend zijn en tenminste bevatten:

  • a.

    naam en adres van belanghebbende;

  • b.

    de dagtekening;

  • c.

    een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt;

  • d.

    de gronden van het bezwaar;

  • e.

    een volmacht, indien het bezwaarschrift niet door de belanghebbende maar door een ander, namens hem, wordt ingediend.

 

Het maken van bezwaar schorst niet de werking van dit besluit (zie artikel 6:16 van de Algemene wet bestuursrecht).

 

De indiener van een bezwaarschrift kan ingevolge artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, als onverwijlde spoed dat – gelet op de betrokken belangen – vereist, eveneens een voorlopige voorziening (waaronder schorsing) vragen bij de voorzieningenrechter van de rechtbank te Rotterdam, Postbus 50951, 3007 BM Rotterdam.

 

 

  

Afschriften

Afschriften van dit verkeersbesluit zijn verzonden aan:

  • de politie;

 

 

 

Naar boven