Convenant ten behoeve van continue screening in de kinderopvang op basis van een personenregister

Partijen,

De Minister van Justitie en Veiligheid, handelend in de hoedanigheid als bestuursorgaan, namens deze, Algemeen directeur Justitiële Uitvoeringsdienst Toetsing, Integriteit en Screening, mw. M. Visser, hierna te noemen: ‘Justis’;

De Minister van Justitie en Veiligheid, handelend in de hoedanigheid als bestuursorgaan, namens deze, Algemeen directeur Justitiële informatiedienst, dhr. J. Wiltvank, hierna te noemen: ‘Justid’;

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelend in de hoedanigheid als bestuursorgaan, namens deze, Directeur Uitvoering Kinderopvang, dhr. F.A. van Loon, hierna te noemen: ‘DUO’;

en

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, handelend in de hoedanigheid als bestuursorgaan, namens deze, Directeur Kinderopvang, mw. M.C. van Tuyll, hierna te noemen: ‘SZW’;

Overwegende:

  • dat de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens, de Wet kinderopvang(Wko), het Besluit landelijk register kinderopvang, register buitenlandse kinderopvang en personenregister kinderopvang (2016-0000024034), de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en met ingang van 25 mei 2018 de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) vigeren;

  • dat het doel van partijen met de continue screening in de kinderopvang is te voorkomen dat personen die werkzaam zijn in de kinderopvang en die (mogelijk) een delict hebben begaan dat een belemmering oplevert voor een behoorlijke uitoefening van een functie in die branche, nog langer daarin werkzaam kunnen blijven;

  • dat voor een gedetailleerde beschrijving van de noodzaak tot en totstandkoming van de continue screening in de kinderopvang op basis van een personenregister wordt verwezen naar de Memorie van Toelichting bij de Wet van 21 november 2015 tot wijziging van de Wko in verband met de totstandkoming van het personenregister kinderopvang en de mogelijkheid te komen tot meertalige buitenschoolse kinderopvang (TK 2014–2015, 34 195, nr. 3);

  • dat de grondslag voor het ontwikkelen en bijhouden van een personenregister is neergelegd in artikel 1.48d, eerste lid, Wko;

  • dat voor de continue screening in de kinderopvang het noodzakelijk is justitiële gegevens (door) te verstrekken aan partijen;

  • dat de (door)verstrekking van justitiële gegevens mogelijk is gemaakt in artikel 22b van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens;

  • dat om uitvoering te kunnen geven aan de Wko in verband met de totstandkoming van het personenregister een goede samenwerking en afstemming met de ketenpartijen essentieel is;

  • dat de doelstelling van partijen bij dit convenant is dat taken, verantwoordelijkheden en werkwijzen worden vastgelegd met betrekking tot de (door)verstrekking van informatie, waaronder justitiële gegevens op grond van artikel 22b van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens.

  • dat tijdens de looptijd van het convenant de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van de Richtlijn 95/46/EG (hierna Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)) in werking is getreden en met ingang van 25 mei 2018 van toepassing is. Daar waar in dit document de Wbp wordt genoemd kan ook AVG worden gelezen.

Komen overeen als volgt:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit convenant wordt verstaan onder:

a. CSKO:

continue screening kinderopvang: de voortdurende uitwisseling van gegevens over ingeschrevenen in het personenregister kinderopvang (PRK) door de Minister van SZW en de Minister van V&J ten behoeve van de controle op nieuwe gegevens dan wel wijziging van gegevens in de justitiële documentatie van de ingeschrevene op basis waarvan wordt beoordeeld of de ingeschrevene nog steeds voldoet aan de kwaliteitseisen als bedoeld in de Wet kinderopvang;

b. DAP:

Dossier Afspraken & Procedures (DAP);

c. Gastouderopvang:

kinderopvang die in een gezinssituatie plaatsvindt door tussenkomst van een geregistreerd gastouderbureau;

d. GGD:

gemeentelijke gezondheidsdienst, als bedoeld in artikel 14 van de Wet publieke gezondheid;

e. Hit:

een door Justid aan Justis doorgeleverde mutatie in de justitiële documentatie van een ingeschrevene;

f. Houder:

de rechtspersoon of natuurlijke persoon van 18 jaar of ouder die een kindercentrum of een gastouderbureau exploiteert;

g. Ingeschrevene:

een persoon als bedoeld in artikel 1.48d, tweede lid, en artikel 2.4c, tweede lid, van de Wet kinderopvang die in het personenregister kinderopvang is ingeschreven;

h. Kindercentrum:

een voorziening waar kinderopvang plaatsvindt, anders dan gastouderopvang;

i. Mutatie:

een nieuwe registratie van een strafbaar feit in de justitiële documentatie en de mutatie van een afdoeningsbeslissing (transactie, sepot, rechterlijke beslissing, strafbeschikking) op dat strafbare feit;

j. Partijen:

de Minister van Justitie en Veiligheid (Justis en Justid), de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Dienst uitvoering Onderwijs en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

k. PRK:

het personenregister kinderopvang;

l. Signaalbrief:

een vastgesteld briefformat, waarmee Justis DUO informeert dat zich in de justitiële documentatie van een ingeschrevene een mutatie heeft voorgedaan op grond waarvan het wenselijk wordt bevonden die betreffende persoon opnieuw een VOG te laten aanvragen;

m. VOG:

een in het kader van de Wko benodigde en verleende Verklaring Omtrent het Gedrag overeenkomstig de bepalingen van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens ten behoeve van de wettelijk verplichte inschrijving in het personenregister kinderopvang;

n. VOG-verificatie:

een product-verificatie dienst van Justis, waarmee deze VOG-verificatie applicatie middels koppelingen vanuit het PRK en het Landelijk Register Kinderopvang bevraagd kan worden en structureel en automatisch kan worden geverifieerd of (rechts)personen over een juiste VOG beschikken in het kader van de Wko.

Artikel 2. Verantwoordelijkheid SZW

  • 1. SZW is als beleidsdepartement verantwoordelijk voor het (laten) uitvoeren van de Wko in verband met de totstandkoming van het PRK.

  • 2. DUO, als onderdeel van het Ministerie van OCW, geeft op verzoek van SZW uitvoering aan de Wko in verband met de totstandkoming van het personenregister. Daarbij zal DUO -in opdracht van SZW- de rol vervullen van ketenregisseur.

  • 3. SZW is eigenaar van het PRK en laat gegevens verwerken in het PRK om te waarborgen dat alle personen die op grond van de Wet over een geldige VOG moeten beschikken, continu worden gescreend. Hiermee wordt bijgedragen aan het vergroten van de veiligheid van de opgevangen kinderen.

  • 4. SZW is (verwerkings)verantwoordelijke in de zin van de Wbp en AVG voor de gegevens die in het kader van dit convenant worden bewerkt cq. verwerkt ten behoeve van de CSKO en draagt er zorg voor dat de verwerking van de persoonsgegevens in overeenstemming is met het bepaalde in de Wbp en AVG. SZW maakt hierover afspraken met DUO en legt dit vast in een document verwerkersafspraken, als bedoeld in artikel 14, tweede lid, van de Wbp, cq. artikel 28 derde lid van de AVG.

  • 5. SZW maakt hetgeen haar bij de uitvoering van het convenant ter kennis komt en waarvan zij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs kan vermoeden op geen enkele wijze verder bekend, behalve voor zover enig wettelijk voorschrift of een uitspraak van de rechter tot bekendmaking daarvan verplicht.

Artikel 3. Verantwoordelijkheid DUO

  • 1. DUO is als ketenregisseur verantwoordelijk voor de goede werking van de keten en de hiervoor benodigde afstemming met de ketenpartijen. Deze rol is primair gericht op het voeren van regie op de activiteiten die nodig zijn om de keten goed te laten werken en om de continuïteit in de keten te kunnen borgen, ook al worden de activiteiten binnen de betrokken organisaties zelf verricht. Daarbij gaat het om het activeren van de keten waarbij samenwerking en samenhang centraal staan, het procesmatig aansturen over de keten heen, en het creëren van (en sturen op) heldere afspraken over afzonderlijke taken, rollen en verantwoordelijkheden. DUO zorgt tevens zorg voor de benodigde opdrachtverlening naar ketenpartijen. De invulling van deze rol zal verder worden geconcretiseerd in het document ″Afspraken regie en samenwerking in de keten″.

  • 2. DUO draagt als verwerker/bewerker en als beheerder zorg voor het PRK en de samenstelling van de lijst met ingeschrevenen. DUO stelt vanaf inwerkingtreding van dit convenant, eveneens onder verantwoordelijkheid van SZW, de lijst met ingeschrevenen beschikbaar aan Justid.

  • 3. DUO draagt zorg en is verantwoordelijk voor het operationeel houden van het PRK conform de dienstverleningsovereenkomst (HD/016.002) en Service Level Agreement (v1.0, dd. 21/12/2017), ten behoeve van de functionaliteit zoals beschreven in de Algemene handleiding. Op hoofdlijnen gaat het om de mogelijkheid voor medewerkers om zich in- en uit te schrijven in het PRK, voor houders om medewerkers te koppelen en te ontkoppelen en voor DUO om deze handelingen te verrichten wanneer iemand de ‘papieren route’ volgt, alsmede de mogelijkheid om te blokkeren. Voor de GGD en Gemeenten is er de mogelijkheid het PRK in te zien.

  • 4. DUO is verantwoordelijk voor het verzamelen van gegevens en het rapporteren aan de bij dit convenant betrokken Partijen met betrekking tot de aantallen in de lijst met ingeschrevenen.

  • 5. DUO draagt zorg voor doorgeleiding van de signaalbrief naar de juiste GGD op basis van de basisinformatie waarmee de ingeschrevene aan de lijst met ingeschrevenen is toegevoegd. Tevens zal DUO de voortgang van een signaal bewaken en de afhandeling tijdig terug koppelen.

  • 6. DUO draagt zorg en is verantwoordelijk voor het kunnen registreren in LRK of er een geldige VOG is;

  • 7. DUO draagt zorg en is verantwoordelijk voor het toetsen van deze VOG bij Justis of deze geldig is voor bestuurders en houders kinderopvanglocaties;

  • 8. DUO draagt zorg voor de technische doorgeleiding van VOG verificaties vanuit PRK en LRK naar Justis en het tonen van het resultaat van de VOG-verificatie.

  • 9. DUO draagt zorg en is verantwoordelijk voor het ter beschikking stellen van deze registraties aan gemeenten en GGD’en.

  • 10. DUO draagt zorg voor de transitie van fase 1 (continue screening op basis van bestandsopbouw) naar fase 2 (continue screening op basis van een personenregister) en zorgt dat de continuïteit van continue screening in de kinderopvang is gewaarborgd.

  • 11. De inhoud van het PRK en verstrekte signalering wordt door DUO met inachtneming van het gestelde in de Wet bescherming persoonsgegevens en het bepaalde in artikel 7 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, behandeld en gearchiveerd.

  • 12. DUO maakt hetgeen haar bij de uitvoering van het convenant ter kennis komt en waarvan zij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs kan vermoeden op geen enkele wijze verder bekend, behalve voor zover enig wettelijk voorschrift of een uitspraak van de rechter tot bekendmaking daarvan verplicht.

Artikel 4. Verantwoordelijkheid Justid

  • 1. Justid draagt zorg en is verantwoordelijk voor de koppeling tussen het PRK en het Justitieel Documentatie Systeem. In dat kader draagt Justid zorg voor de controle op nieuwe gegevens in de justitiële documentatie van de ingeschrevene op basis waarvan wordt beoordeeld of de ingeschrevene nog steeds voldoet aan de eisen zoals deze gelden bij de afgifte van een VOG.

  • 2. De ingeschrevenen in het PRK worden door Justid beoordeeld op mutaties in het Justitieel Documentatie Systeem.

  • 3. Mutaties worden dagelijks aan Justis verzonden. Daartoe wordt door Justid een meldingsbestand verstuurd (zgn. hit), dat in elk geval het uittreksel bevat van de justitiële documentatie waarop de volgende gegevens zijn vermeld:

    • a. alle voornamen;

    • b. tussenvoegsels (indien aanwezig);

    • c. achternaam/ geslachtsnaam;

    • d. geboortedatum;

    • e. burgerservicenummer (vermeld als kenmerk);

    • f. geboorteplaats (indien geboorteland niet Nederland is);

    • g. geboortegemeente (indien geboorteland wel Nederland is);

    • h. geboorteland;

    • i. meldcode MJ9998.

  • 4. De verantwoordelijkheden m.b.t. de koppeling Justid / DUO worden door partijen vastgelegd in een SLA of RACI.

  • 5. Justid maakt hetgeen hem bij de uitvoering van het convenant ter kennis komt en waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs kan vermoeden op geen enkele wijze verder bekend, behalve voor zover enig wettelijk voorschrift of een uitspraak van de rechter hem tot bekendmaking daarvan verplicht.

Artikel 5. Verantwoordelijkheid Justis

  • 1. Justis draagt zorg en is verantwoordelijk voor de beoordeling van het door Justid aangeleverde uittreksel uit de justitiële documentatie van de ingeschrevene(n).

  • 2. Justis beoordeelt marginaal of de ingeschrevene(n) nog wel voldoet aan de eisen voor afgifte van een VOG om o.b.v. de Wko te mogen werken in de kinderopvang, te wonen op een kinderopvanglocatie en/of aanwezig te zijn op een kinderopvanglocatie. Daarin betrekt Justis niet alleen de betreffende mutatie, maar alle justitiële gegevens zoals vermeld op het uittreksel. In het geval van een negatieve voorlopige beoordeling van de vraag of de ingeschrevene(n) nog steeds in aanmerking zou komen voor een dergelijke VOG, stuurt Justis een signaalbrief aan DUO die in elk geval bevat:

    • a. alle voornamen;

    • b. achternaam/ geslachtsnaam en eventuele tussenvoegsels;

    • c. geboortedatum;

    • d. burgerservicenummer.

  • 3. De in het tweede lid genoemde beoordeling vindt plaats binnen drie weken na de dag waarop Justis de hit heeft ontvangen. Indien een nieuwe VOG-screening geïndiceerd is, zal Justis op de eerste daaropvolgende werkdag een signaalbrief zenden aan DUO.

  • 4. Justis draagt zorg en is verantwoordelijk voor het operationeel houden van de VOG-verificatie vanaf binnenkomst vraagbericht PRK en LRK conform de dienstverleningsovereenkomst en Service Level Agreement (ref…), ten behoeve van de functionaliteit zoals beschreven in de Algemene handleiding FO VOG Verificatie kinderopvang (ref V 1.8). Op hoofdlijnen gaat het om de mogelijkheid voor DUO om vanuit het PRK en LRK de product-verificatie dienst van Justis te bevragen of er al dan niet een VOG-product is afgegeven (VOG-verificatie PRK, VOG-Verificatie LRK of VOG-controle GGD). Deze VOG-product bevraging vindt plaats in het kader van de wettelijk verplichte inschrijving in het PRK en daartoe benodigde geldige VOG.

  • 5. De verantwoordelijkheden m.b.t. de koppeling Justid / Justis worden door partijen vastgelegd.

  • 6. Justis biedt een helpdesk functie aan om vragen over VOG van o.a. ingeschrevenen, houders en GGD-medewerkers te beantwoorden.

  • 7. Justis maakt hetgeen hem bij de uitvoering van het convenant ter kennis komt en waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs kan vermoeden op geen enkele wijze verder bekend, behalve voor zover enig wettelijk voorschrift of een uitspraak van de rechter hem tot bekendmaking daarvan verplicht.

Artikel 6. Kosten

  • 1. Voor de kostenverdeling wordt door Partijen onderling afspraken gemaakt.

  • 2. Wijzigingen met betrekking tot kostenverdeling en financiering worden altijd eerst met SZW besproken en afgestemd.

  • 3. Indien andere partijen wensen gebruik te maken van het personenregister, systemen, eigendomsrechten, etc. zullen hiervoor aparte afspraken moeten worden gemaakt met SZW. Hierbij kan een bijdrage worden gevraagd in de ontwikkel- en/of structurele kosten en/of royalty’s kunnen worden geheven.

Artikel 7. Werkgroep ketenregie continue screening in de kinderopvang

  • 1. Partijen richten uiterlijk op de dag na ondertekening van dit convenant de werkgroep ketenregie continue screening in de kinderopvang op, die wordt belast met de volgende taken:

    • a. het monitoren van de werking van de keten;

    • b. de rapportage en evaluatie over de werking van de keten;

    • c. het beheer van dit convenant en het DAP;

    • d. alle overige in het DAP aan de werkgroep toegeschreven taken.

  • 2. De ketenregisseur (DUO) neemt het initiatief voor het beleggen van de vergaderingen van de werkgroep continue screening in de kinderopvang en organiseert deze. De werkgroep continue screening in de kinderopvang komt periodiek, met een minimum van één keer per jaar, bijeen om het convenant te bespreken, bij te werken en bij te stellen;

  • 3. De werkgroep continue screening in de kinderopvang komt ook bijeen binnen één maand nadat daarom door één van de Partijen is verzocht.

  • 4. De werkgroep continue screening in de kinderopvang is verantwoordelijk voor de organisatie en voorbereiding van een jaarlijks overleg vanuit SZW met de voor de uitvoering verantwoordelijke lijndirecteuren van de Partijen. Voor het inplannen kan aansluiting worden gezocht bij de planning van de stuurgroepen van continue screening of andere reguliere contactmomenten op directeursniveau. Op de agenda staat in elk geval een rapportage over de realisatie van de in ketenverband gemaakte afspraken (convenant) en de resultaten van de CS over de afgelopen periode. Daarnaast kunnen strategische ontwikkelingen binnen een individuele ketenorganisatie en beleidsontwikkelingen worden besproken.

  • 5. Wanneer een ketenorganisatie een aanpassing wil doorvoeren in haar eigen processen of systemen wordt vooraf beoordeeld of de aanpassing impact heeft op de werking van de CSKO keten. Hiertoe wordt een gezamenlijk testplan opgesteld. Indien een ketentest noodzakelijk is zal de werkgroep hierover nader afspraken maken.

Artikel 8. Gebondenheid

  • 1. Partijen verplichten zich de afspraken uit dit convenant volledig na te komen.

  • 2. Indien een partij de afspraken uit dit convenant niet nakomt, wordt dit besproken in een vergadering van de werkgroep continue screening in de kinderopvang.

  • 3. Indien door overleg in de werkgroep continue screening in de kinderopvang niet tot overeenstemming wordt gekomen, wordt het geschil ter beslechting voorgelegd aan de directeuren van partijen.

  • 4. Dit convenant is niet in rechte afdwingbaar.

Artikel 9. Evaluatie en tussentijdse rapportage

  • 1. De werkgroep continue screening in de kinderopvang evalueert jaarlijks, voor het eerst per 1 januari 2019, of zoveel eerder als door één van de partijen nodig wordt geacht, de overeengekomen afspraken in dit convenant en stelt indien wenselijk wijzigingsvoorstellen op.

  • 2. Partijen maken onderlinge afspraken over de uitwisseling van informatie die nodig is voor een juiste werking van de keten (monitoren). Deze afspraken dienen te worden vastgelegd.

  • 3. Partijen informeren SZW zo spoedig mogelijk en adequaat wanneer er sprake is van een incident, calamiteit, risico of aanpassing aan (eigen) processen en systemen welke (mogelijk) invloed heeft op de (werking van de) keten of als er sprake is van een ernstig datalek.

  • 4. SZW wordt op de hoogte gehouden van eventuele ontwikkelingen, en van de technische en organisatorische maatregelen die de betreffende Partij heeft getroffen of zal treffen om de gevolgen bij punt 3 te beperken en eventuele verdere inbreuken te voorkomen.

Artikel 10. Communicatie

  • 1. DUO draagt onder verantwoordelijkheid van SZW zorg voor communicatie naar de Houders, branchepartijen, Gemeentelijke Gezondheidsdiensten en gebruikers. De inhoud is altijd in afstemming met SZW.

  • 2. Alle organisaties zijn zelf verantwoordelijk voor de inrichting, organisatie en juiste (samen)werking van betreffende klantcontactcentra en het periodiek afstemmen van de communicatie van betreffende klantcontactcentra zodat vragen van onder andere betrokkenen, Houders, GGD-medewerkers (eenduidig) kunnen worden beantwoord. DUO zorgt dat er afstemming plaatsvindt tussen Partijen over de communicatie die wordt verzorgd door betreffende klantcontactcentra. DUO zal indien hiervoor aanleiding is, maar minimaal eenmaal per jaar, een overleg coördineren.

  • 3. Afwijkingen of fouten in de werking van de keten worden door iedere Partij onverwijld gemeld na ontdekking aan alle Partijen. De melding wordt zowel aan de leden van de werkgroep alsook aan de uitvoerende afdelingen van Partijen.

  • 4. Elke ketenpartij is verantwoordelijk voor de eigen processen en systemen, borgen capaciteit en de dienstverlening naar andere partijen in het ketenproces. Een ieder pakt dus zelf de regie en coördinatie voor het onderzoek en herstel binnen de eigen organisatie. Elke ketenpartij onderzoekt bij een melding (zoals bedoeld in artikel 10.3) of de afwijking of fout impact heeft op de eigen processen en systemen en of deze impact heeft op de dienstverlening naar andere partijen en gaat met betreffende partijen in gesprek.

  • 5. Voortgangsinformatie betreffende het oplossen van de afwijking in de werking van de keten wordt zowel gedeeld met werkgroep continue screening in de kinderopvang alsook met uitvoerende afdelingen van de verschillende Partijen.

  • 6. DUO draagt zorg voor de evaluatie van de werking en klanttevredenheid van de communicatie die door de klantcontactcentra ten behoeve van CSKO wordt verzorgd.

Artikel 11. Wijziging

  • 1. De werkgroep continue screening in de kinderopvang óf elke voornoemde Partij kan de andere partijen schriftelijk verzoeken het convenant te wijzigen.

  • 2. Partijen treden in overleg binnen vier weken nadat de wens tot wijziging aan de Partijen schriftelijk is medegedeeld. De haalbaarheid en consequenties worden door alle partijen onderzocht;

  • 3. Op grond van de resultaten van het overleg nemen partijen gezamenlijk een definitieve beslissing.

  • 4. De wijziging en de verklaringen tot instemming worden in afschrift als bijlage aan het convenant gehecht.

  • 5. Wijzigingen zijn van kracht vanaf het moment dat partijen een definitieve beslissing hebben genomen. De wijziging wordt gepubliceerd in de Staatscourant. SZW faciliteert dit proces.

Artikel 12. Opzeggen

  • 1. Elke Partij kan dit convenant slechts met inachtneming van een opzegtermijn van één jaar schriftelijk tussentijds opzeggen, tenzij voortzetting, vanwege onvoorziene omstandigheden, in redelijkheid niet van een partij mag worden verwacht. De opzegging moet in ieder geval de reden van opzeggen vermelden.

  • 2. Wanneer een Partij het convenant opzegt, beraden de overige Partijen zich over de gevolgen daarvan voor het convenant. Tot die tijd blijft het convenant voor overige Partijen in stand.

Artikel 13. Inwerkingtreding

Dit convenant treedt in werking zodra de Wko in verband met de totstandkoming van het personenregister in werking treedt (1 maart 2018).

Artikel 14. Publicatie

Binnen een maand na ondertekening van dit convenant wordt de tekst daarvan gepubliceerd in de

Staatscourant.

Artikel 15. Titel

Dit convenant wordt aangehaald als: Convenant ten behoeve van continue screening in de kinderopvang op basis van een personenregister.

Aldus overeengekomen en in meervoud getekend te Den Haag, 5 februari 2018

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, namens deze, M.C. van Tuyll Directeur Kinderopvang

De Minister van Justitie en Veiligheid, namens deze, M. Visser Algemeen directeur Justis

De Minister van Justitie en Veiligheid, namens deze, J. Wiltvank Algemeen directeur Justid

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, namens deze, F.A. van Loon Directeur Uitvoering Kinderopvang DUO

Naar boven